de wandel in het Licht...

1. de wandel in het Licht... 1Johannes 1 1-7

2. 1Hetgeen was van denbeginne… 2

3. 1Hetgeen was van den beginne… In den beginne was het Woord… Johannes 11 3

4. 1… hetgeen wij GEHOORD hebben, hetgeen wij GEZIEN hebben met onze (eigen) ogen, hetgeen wij AANSCHOUWD hebben … 4

5. 1… hetgeen wij GEHOORD hebben, hetgeen wij GEZIEN hebben met onze (eigen) ogen, hetgeen wij AANSCHOUWD hebben … Want wij zijn geen vernuftig gevonden verdichtsels nagevolgd, toen wij u de kracht en de komst van onze Here Jezus Christus hebben verkondigd, maar wij zijn OOGGETUIGEN geweest van zijn majesteit. 2Petrus 116 5

6. 1… en onze handen getast hebben van het Woord des levens 6

7. 1… en onze handen getast hebben van het Woord des levens Daarna zeide Hij (=Jezus) tot Tomas: Breng uw VINGER hier en zie mijn handen en breng uw HAND en steek die in mijn zijde, en wees niet ongelovig, maar gelovig… Johannes 2027 7

8. 2– het leven toch is geopenbaard en wij hebben gezien en getuigen en verkondigen u het eeuwige leven… = het Leven van de toekomende eeuw > leven van de opstanding 8

9. 2… dat bij de Vader was en aan ons geopenbaard is – Leven bijde Vader sind de opstanding:Leven geopenbaard sterfelijke,vergankelijkewereld 9

10. 3hetgeen wij gezien en gehoord hebben, verkondigen wij ook u (lett. jullie), opdat ook gij met ons gemeenschap zoudt hebben. 10

11. 3 … En ónze gemeenschap is met de Vader en met zijn Zoon Jezus Christus. “deVader” = de levende God 11

12. 3 … En ónze gemeenschap is met de Vader en met zijn Zoon Jezus Christus. “deVader”=GOD) “Zijn Zoon” = die het Leven openbaarde 12

13. 3 … En ónze gemeenschap is met de Vader en met zijn Zoon Jezus Christus. “deVader”=GOD) “ons” “Zijn Zoon” = aan wie het Leven geopenbaard is 13

14. 3 … En ónze gemeenschap is met de Vader en met zijn Zoon Jezus Christus. “jullie” “deVader”=GOD) = aan wie het Leven verkondigd is “ons”=ooggetuigen “Zijn Zoon” 14

15. 3 … En ónze gemeenschap is met de Vader en met zijn Zoon Jezus Christus. “jullie” “deVader”=GOD) “ons”=ooggetuigen “gemeenschap” “Zijn Zoon” 15

16. 4En deze dingen schrijven wij, opdat onze blijdschap volkomen zij. 16

17. 4En deze dingen schrijven wij, opdat onze blijdschap volkomen zij. oude schepping: leven => dood “woord des Levens” dood => LEVEN 17

18. 5En dit is de verkondiging, die wij van Hem gehoord hebben en u verkondigen: God is licht en in Hem is in het geheel geen duisternis. 18

19. 5En dit is de verkondiging, die wij van Hem gehoord hebben en u verkondigen: God is licht en in Hem is in het geheel geen duisternis. Ik (=Jezus) ben het LICHT der wereld; wie Mij volgt, zal nimmer in de duisternis wandelen, maar hij zal het LICHT DES LEVENS hebben. Johannes 812 19

20. 6Indien wij zeggen, dat wij gemeenschap met Hem hebben en in de duisternis wandelen… 20

21. 6Indien wij zeggen, dat wij gemeenschap met Hem hebben en in de duisternis wandelen… Want gij waart vroeger duisternis, maar thans zijt gij licht in de Here; wandelt als kinderen des lichts, Efeze 58 >> 21

22. 6Indien wij zeggen, dat wij gemeenschap met Hem hebben en in de duisternis wandelen… (want de VRUCHT VAN HET LICHT bestaat in louter (lett. elk) goedheid en gerechtigheid en waarheid)… Efeze 58 22

23. 6… dan liegen wij en doen de waarheid niet; 23

24. 7 maar indien wij in het licht wandelen, gelijk Hij in het licht is… 24

25. 7 maar indien wij in het licht wandelen, gelijk Hij in het licht is… Want bij U is de bron des levens, in uw licht zien wij het licht. Psalm 369 25

26. 7 … hebben wij gemeenschap met elkander… licht = waarheid 26

27. 7 … en het bloed van Jezus… 27

28. 7 … en het bloed van Jezus… het Slachtoffer… dat leeft! “het lam dat STAAT als geslacht” Openbaring 56 28

29. 7 …en het bloed van Jezus zijn Zoon, REINIGT(=tegenwoordige tijd!) ons van alle zonde. 29

30. 7 …en het bloed van Jezus zijn Zoon, REINIGT(=tegenwoordige tijd!) ons van alle zonde. = de opgewekte Christus reinigt ons! 30