1 / 14

Vandaag

Vandaag. Nabespreking toets Crediteuren/debiteuren Kosten: hoofdstuk 4 kleding Huiswerk: t/m 4.7. Kosten. Totale kosten (TK) = totale constante kosten (TCK) en totale variabele kosten (TVK) Constante kosten veranderen niet met toe- of afnemen van de productie/verkoop

agatha
Download Presentation

Vandaag

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Vandaag • Nabespreking toets • Crediteuren/debiteuren • Kosten: hoofdstuk 4 kleding • Huiswerk: t/m 4.7

  2. Kosten Totale kosten (TK) = totale constante kosten (TCK) en totale variabele kosten (TVK) Constante kosten veranderen niet met toe- of afnemen van de productie/verkoop Variabele kosten veranderen wel met toe of afnemen van de productie/verkoop

  3. Constant of variabel??? • Lonen • Afschrijvingen • Materiaal • Directie • Rente • Huur gebouw/pand

  4. Voorbeeld Spijkerbroekenfabriek Verkoopt spijkerbroeken voor € 100 De constante kosten zijn € 100.000 De variabele kosten zijn € 50 per broek

  5. Vergelijking totale kosten • TCK = € 100.000 • TVK = 50q • TK = € 100.000 * 50q • Bereken nu totale kosten bij productie van 500, 1000 en 2000 broeken

  6. Gemiddelde kosten • Gemiddelde kosten: kosten per spijkerbroek • GTK = GCK + GVK • GCK = TCK/q • GVK = TVK/q • Bereken nu de gemiddelde kosten per spijkerbroek bij een productie van 500, 1000 en 2000 broeken.

  7. Gemiddelde kosten

  8. Gemiddelde kosten Dus naarmate je meer broeken maakt, worden de gemiddelde kosten per broek lager. Je kunt immers de gelijkblijvende constante kosten over meer broeken uitsmeren. Bij 2000 broeken zijn de gemiddelde kosten € 100 per broek. Dat is evenveel als de verkoopprijs van € 100. Dus dan speel je quitte

  9. Variabele kosten • Proportioneel: blijven gelijk. In ons voorbeeld blijven steeds op € 50 per broek • Progressief: nemen toe als er meer broeken worden geproduceerd. Nemen bij een bepaalde productieomvang toe tot b.v. € 55 per broek • Degressief: nemen af als er meer wordt geproduceerd.

  10. Variabele kosten • Zie figuur 4.4 op p. 48

  11. Quitte spelen • Break even punt (bep): geeft aan bij welke afzet/omzet de opbrengsten gelijk zijn aan de kosten. • Bep: bij welke afzet/omzet spelen we quitte.

  12. Voorbeeld Spijkerbroekenfabriek Verkoopt spijkerbroeken voor € 100 De constante kosten zijn € 100.000 De variabele kosten zijn € 50 per broek

  13. Quitte • TO = 100q • TK = € 100.000 + 50q • BEP ----- TO = TK • BEP ----- 100q = 100.000 + 50q • 50q = 100.000 • Q = 2.000 (break even afzet) • Break even omzet = …………

  14. Quitte • Bij BEP geldt: GO = GK

More Related