350 likes | 511 Views
BLOK 4 JONGE KINDEREN IN ATYPISCHE ONDERWIJSTRAJECTEN: BESLISSINGSPROCES, VOORSPELLERS EN EFFECTEN. Probleemstelling. Onderwijsvertraging in het Vlaamse basisonderwijs: aantallen en trajecten Politiek rond zittenblijven internationaal
E N D
BLOK 4 JONGE KINDEREN IN ATYPISCHE ONDERWIJSTRAJECTEN: BESLISSINGSPROCES, VOORSPELLERS EN EFFECTEN Schoolrijpheid Vormingsdag VCLB 15 dec. 2008 Els Gadeyne
Probleemstelling • Onderwijsvertraging in het Vlaamse basisonderwijs: aantallen en trajecten • Politiek rond zittenblijven internationaal • Internationaal onderwijsonderzoek over vertraging: instroom en effecten • Onderwijsvertraging na de derde kleuterklas in Vlaanderen: problematisch?
DEELSTUDIE 1 Het beslissingsproces van onderwijsgevenden K3/L1 bij een advies niet-doorstroming Licentiaatsverhandeling Sara Van den Broeck, 2008
Onderzoeksvragen ALGEMEEN Verhouding tot beslissingstheorie? HYPOTHESEN (VISIES VAN LKN) 1: beter bij jonge kinderen? 2: niet op de hoogte van wet. onderzoek? 3: verouderde visie op schoolrijpheid?
Onderzoeksopzet • Kwalitatief onderzoek: interviews (perspectief van de lk) • 15 leerkrachten over 15 kinderen: • Interview op 2 niveaus: feitelijke besluitvorming rond één specifiek kind versus algemene visie
Bevindingen (1) HYPOTHESE 1: BETER BIJ JONGE KINDEREN VOLGENS DE LEERKRACHTEN? JA! • Verwerving van de basis • Preventie voor later falen (nuancering) • Geen faalervaring en vlottere aanpassing op jonge leeftijd
Bevindingen (2) HYPOTHESE 2: NIET OP DE HOOGTE VAN WETENSCHAPPELIJK ONDERZOEK? NEE! • Niet op de hoogte • Niet akkoord…
Bevindingen (3) HYPOTHESE 3: VEROUDERDE VISIE OP SCHOOLRIJPHEID? EERDER NIET 1. Inhoud • Meerderheid: ontwikk.= interactie tussen kind en omgeving • Meerderheid: cognitief (leervoorwaarden) en leergerelateerd • Minderheid: ook emotioneel (maar minder doorslaggevend) • Normen liggen verschillend per school 2. Implicaties: diverse meningen • Meer tijd • Meer tijd + andere aanpak • Andere aanpak (andere lk, methode, en/of ondersteuning thuis)
Bevindingen (4) BESLISSINGSPROCES VERSUS BESLISSINGSTHEORIE • Advies wordt vrij snel gevormd • Wel overleg hierover (MDO), maar: - enkel (positieve) effecten van voorgestelde advies worden besproken - andere adviezen worden niet (even ernstig) overwogen - zelden wijziging van advies • Onvolledige en/of niet geëxpliciteerde beslissingsstrategie!
DEELSTUDIE 2 Voorspellers van atypische onderwijsloopbanen na de derde kleuterklas SiBO-onderzoek van het Steunpunt LOA Els Gadeyne, Patrick Onghena & Pol Ghesquière
Onderzoeksvragen • Verschillen in kindkenmerken? • Verschillen in gezinskenmerken? • Extra ondersteuning in K3? • Verschillen in klas- of schoolkenmerken (cf. ratio van niet-doorstroming)?
Onderzoeksgroep 2002-2003: 3596 kinderen referentiesteekproef geboren in 1997 eerste keer K3 2003-2004: L1 K3bis BO Brugklas 3375 138 71 12/49 93.9% 3.8% 2% 0.3%
Onderzoeksinstrumenten • Taal- en wiskundevaardigheden Toets Taal voor Kleuters (Cito) begin en eind K3 Toets Rekenbegrip (Dudal) begin en eind K3 • Psychosociaal functioneren SiBO-leerlingvragenlijst voor de leerkracht (Maes e.a.): 9 subschalen • Demografische kind- en gezinskenmerken Oudervragenlijst (Van Heddegem e.a), Eindejaarsbevraging voor de leerkracht (Gadeyne)
Resultaten (1) • KINDKENMERKEN IN K3 • ‘LEERPRESTATIES’ L1 > K3bis, BO, BR (begin en eind K3, taal en rekenen, tot 1.5 SD, R² tot .15) BR > K3bis, BO (enkel taal, prest. eind K3 resp. leerwinst, klein effect) • PSYCHOSOCIAAL L1 > K3bis, BO, BR (midden K3, 13 variabelen, tot 1 SD, R² tot .08/.13) BO < K3bis, BR (hyperactief, werkhouding, zelfst. part., tot 0.5 SD)
Resultaten (2) • KINDKENMERKEN IN K3 (VERVOLG) • GESLACHT • LEEFTIJD: verdeling per geboortemaand BO K3-bis BR L1
Resultaten (3) 2. GEZINSKENMERKEN • Thuistaal enkel Ndl: • Opleiding moeder: L1 > K3-bis, BO, BR (vb. hoger onderwijs: 44% versus 16%, 15% en 3%) • Betrokkenheid op school: L1 > K3-bis, BO, BR (tot 1 SD)
Resultaten (4) 3. VOORSPELLING VAN HET TRAJECT Logistische regressies (AV=traject; OV=combinaties van kind- en gezinskenmerken)
4. EXTRA ONDERSTEUNING IN K3 Resultaten (5) 5. VERSCHILLEN TUSSEN SCHOLEN? Weinig variantie in de doorstromingsratio tussen klassen of scholen
Besluiten • Voorspelling van wel of niet doorstromen versus voorspelling van het atypische traject: verschillende factoren! (functioneren versus achtergrond) • K3-bis BO brugklas jonger psychosoc. anderstalig betrokk. Ou. jongens opleiding Mr extra hulp Ndl-talig betrokkenh. Ou. extra hulp • Ondanks veel en relevante voorspellers: nog relatief veel onverklaarde variantie • Geen verschillen in leerwinst tussen wel en niet doorstromers?
Implicaties • Hanteren scholen een bepaalde proportie van niet-doorstroming als criterium? • Extra ondersteuning in K3 een voorwaarde? Inrichten van intensieve vormen van ondersteuning voor jonge kinderen (vroege detectie lijkt mogelijk)? Of risico om cognitieve vaardigheden in kleuteronderwijs te overbeklemtonen? • Belang van transparant doorstromingsbeleid op school • Belang van Vlaams onderzoek naar effectiviteit van onderwijsvertraging
DEELSTUDIE 3Korte-termijneffecten van atypische loopbanen bij 6- tot 8-jarigenSiBO-onderzoek van het Steunpunt LOAEls Gadeyne, Patrick Onghena & Pol Ghesquière
Onderzoeksvragen • Verband tussen (atypisch) onderwijstraject en wiskundeprestaties na K3 en na L1 • Verband tussen atypisch onderwijstraject en psychosociaal functioneren na K3 en na L1 • Rekening houdend met beginscores • Rekening houdend met andere beginverschillen • Doorstroming versus atypisch • Atypische groepen onderling
Onderzoeksgroep 2003-2004 2004-2005 2002-2003 L3: 0.1% L1: 92.8% L1: 92.8% L2: 85% K3bis: 3.9% K3: 3249 L1: 11.4% BO: 2% BO: 2.8% BR: 1% ??: 0.7%
Onderzoeksinstrumenten • Wiskundevaardigheden: SiBO-toetsen Rekenbegrip eind K3 en begin L1 Toetsen Wiskunde midden L1 en eind L1 (Dudal): calibratiescores • Psychosociaal functioneren: SiBO-Leerlingvragenlijst voor de leerkracht (Maes e.a.): 9 subschalen • Covariaten: beginscores,geslacht, geboortemaand, SES, thuistaal, thuissteun, Raven, andere functioneringsdomein
Onderzoeksmethode Verschillen berekenen tussen: • ‘ruwe’ groepsgemiddelden • groepsgemiddelden gecorrigeerd voor beginscores • groepsgemiddeldes gecorrigeerd voor een reeks beginverschillen
Resultaten: wiskunde (1) 1. Ruwe groepsgemiddelden
Resultaten: wiskunde (2) 2. Gecorrigeerde groepsgemiddelden • Kleuters met gelijkaardige wiskundescores in K3: • 1 jaar later: doorstromers hoger dan alle groepen • niet-doorstromers • binnen de niet-doorstromers: K3-bis groep laagst • 2 jaar later: doorstromers hoger dan alle groepen • niet-doorstromers • Binnen de niet-doorstromers: BO-groep lager dan L1-groep • Kleuters die in K3 op allerlei vlakken gelijkaardig • zijn (zie covariaten): identiek beeld
Resultaten: psychosociaal (1) 1. Ruwe groepsgemiddelden • Doorstroming versus niet-doorstroming: • Vooraf: niet-doorstroming op alle variabelen zwakker • na 1 en 2 jaar: idem, op meerderheid van de variabelen Niet-doorstroming onderling: • Vooraf: BO op 3 variabelen zwakste groep • Na 1 en 2 jaar: vergelijkbaar, op wisselende variabelen Atypisch<Doorstr. BO ↓
Resultaten: psychosociaal (2) 2. Gecorrigeerde groepsgemiddelden • Doorstroming versus niet-doorstroming: • bij gelijkaardige beginscores: K3bisgroep scoort op 3 variabelen beter • bij gelijkaardig op allerlei variabelen: atypische groepen scoren beter op meerderheid van de variabelen • Niet-doorstroming onderling: • bij gelijkaardige beginscores: wisselend beeld • bij gelijkaardig op allerlei variabelen: wisselend beeld omgekeerd! wisselend
Besluiten • ‘Invloed’ van het onderwijstraject op wiskunde • Gestage toename van groepsverschillen • Beginscore verklaart veel; andere beginverschillen niet 2. ‘Invloed’ van het onderwijstraject op psychosociaal functioneren • Afname van groepsverschillen • Toevoeging van beginmaten: verhouding keert om
Implicaties • Nood aan Vlaams onderzoek op langere termijn (midden – eind lager onderwijs: SiBO) • Bijstelling van de onderwijsdoorstromingspolitiek? visie op Vlaams niveau opleiding en bijscholing intensieve vormen van ondersteuning Maar: ook risico’s aan verbonden?
Schoolrijpheid en schoolloopbaanbeslissingen DRIE INVULLINGEN – DRIE DOELEN selectie voorbereiding L1 stimulering van totale ontwikkeling
Stimuleren van de totale ontwikkeling Voorwaarden • gedegen kennis van totale ontwikkeling op kleuterniveau • gedegen kennis van aangepaste onderwijsmethoden en -materialen • screening en diagnostiek vroegtijdig, meermaals, alle domeinen Doel van screening en diagnostiek • beschrijven van ontwikkeling, informeren • gerichte en extra stimulering • signaleren van ontwikkelingsachterstand
2. Voorbereiding op L1 / LO Voorwaarden • vaardigheden met hoge predictieve waarde voor leren • vaardigheden zijn trainbaar • training heeft invloed op leerprocessen L1 • screening en diagnostiek: tijdig, meermaals, domeinspecifieke leervoorwaarden (beperkt!) Doel van screening en diagnostiek • stimulering en preventie • opmerken van risicosignalen (beperkt!)
3. Selectie Voorwaarden • Voldaan aan de premissen van het voorwaardenmodel • Sterke (combinatie van) predictoren voor schools falen op individueel niveau • Aangepast extra aanbod in kleuterjaren (niveau 1 en 2) • Kwaliteitsvol beslissingsproces Screening en diagnostiek • In functie van loopbaanbeslissing • Beslissing in onzekerheid: kans op slagen-falen, alternatieven zijn beperkt en hebben ook duidelijke nadelen • Meest duidelijke indicatie: algemene beperkingen in het leervermogen – geïndividualiseerd leertraject • Indicaties voor zittenblijven??