360 likes | 635 Views
Cours de Français. Groupe 1MHa. Jour un nazeggen en tekenen+schrijven. jour dag un 1, een bonjour hallo, goeiedag, goeiemorgen je m’appelle ik heet madame mevrouw élève leerling m essages email berichten au revoir dag, tot ziens mme = madame. Jour un. Bonjour!
E N D
Cours de Français Groupe 1MHa
Jour unnazeggen en tekenen+schrijven • jour dag • un 1, een • bonjour hallo, goeiedag, goeiemorgen • je m’appelle ik heet • madame mevrouw • élève leerling • messagesemail berichten • au revoir dag, tot ziens • mme = madame
Jour un • Bonjour! • Je m’appelle madame de Rijk. • Je suis prof de Français. • Messages:erk@wolfert.nl • Premier jour de cours. • Au revoir. • Mme de Rijk
Frans uitspreken • Il y a unproblème? Is er een probleem? • Oui, il y a unprobleme. Ja, er is een probleem. • Non, iln’y a pas de problème. Nee, er is geen .. • Madame de Rijk • Spreek je uit als… • Jouw naam spreek je uit als… • Het alfabetchanson
Volgende les • Meenemen: • livre de textes • cahier d’exercices • cahier • stylo • crayon • Volgende les vertellen wat je weet over Frankrijk… • Thuis doen: lezen p. 11 livre de textes. • P.s. je kunt dit nalezen in je studiewijzer via www.wolfert.nl / dalton / studiewijzers / 1mha
Jour deux: couleur locale • La France Frankrijk • Couleur locale kleur lokaal …?? • Il y a unproblème? Is er een probleem? • Oui, il y a unproblème Ja, er is een probleem. • Non, iln’y a pas de problème Nee, er is geen p • Lire texte p. 11 lezen tekst p. 11 • Faire exercice 1 cahier d’exercices maken opdracht 1 opdrachtenboek. • Maak de opdracht in je schrift
Mots français • apprendre leren • remplisser vervangen • traduiser vertalen • écouter luisteren • liser lezen • deviner raden • chercher zoeken • répondre antwoorden
Wat wil je weten ?wat wil je kunnen? • Je hebt de tekst gelezen. Er staan Franse woorden in. Wat wil je onthouden en gaan gebruiken? • unpays • uneville • unvillage • une auto • l’autoroute (v) • lecar • le train • le train de Paris à Lille • de • à • En… hoe ga je oefenen?
Nieuwe woorden leren • Hoe kun je Franse woorden leren zodat je ze kunt onthouden? • Wat heb je al wel eens geprobeerd? • Wat zou je nog meer kunnen doen? • woorden afdekken en uit je hoofd zeggen; oplezen • tekeningen maken en erbij schrijven (mindmap) • inspreken op je telefoon en beluisteren, nazeggen • een verhaal van de woorden maken en ze zo onthouden • memory maken en spelen • woordkaarten maken (klas 2) • oefenen via de site van carte orange : www. carteorange.nl • oefenen via www.wrts.nl (met uitspreekhulp) • Kies 1 manier om de woorden van apprendre1 te onthouden(P.82, livre de textes). Noteer je keuze in schrift.
Wat gaan we dit jaar doen? • Franse woorden leren onthouden • Apprendre des mots • Franse teksten begrijpen door te lezen en luisteren • Lire, écouter des textes • Franse gesprekken / gesprekjes voeren • Parler • Franse woorden schrijven • Écrire des mots • Misschien ook Franse ZINNEN schrijven… • Écrire des phrases • We gaan het hebben over: ontmoetingen, het huis, school, kleding, familie, eten en drinken
Le livre • Il y a unlivre de textes er is een tekstboek • Il y a un cahier d’exercices er is een opdrachten schrift • Il y a unsité web er is een website: • www.carteorange.nl
Le cahier • Tu as un cahier pour: je hebt een schrift voor • les exercices de opdrachten • les notes de aantekeningen • les mots importants de belangrijke woorden • les verbes importants de belangrijke werkwoorden
Les tests • Uneépreuve een toets • Een toets telt 1, 2, of 4 keer mee voor je rapport. • In periode 1 heb je 2 toetsen die 1x meetellen • en een mindmap opdracht die samen met nog twee andere opdrachten later in het jaar 1x meetelt. • In je studiewijzer kun je zien wanneer de toetsen zijn en wat je ervoor kunt voorbereiden.
Een toets voorbereiden Om een toets goed te maken is het belangrijk dat je: • Elke week je huiswerk/ daltontaak maakt. • Elke week nieuwe woorden leert. • Elke les je boeken en schrift bij je hebt. • Elke les een pen en potlood bij je hebt. • Elke les goed meedoet. • Elke les bedenkt: • Begrijp ik de opdracht? • Kan ik de opdracht doen? • Kan ik de opdracht helemaal maken? • Heb ik de opdracht helemaal af?
Unité 1Wat moet je weten? • informatie over frankrijk (couleur locale) • le en la • il en elle • franse en nederlandse woorden uit apprendre 1-8
Unité 1Wat moet je kunnen? • jezelf voorstellen • ‘le’ of ‘la’ bij een ding/ persoon zetten • zinnen maken met ‘il’ en ‘elle’ – hij en zij • Franse woorden uit de woordenlijst invullen
Jour trois:dico, texto, page12, 13 • Nakijken exercice 1 • Lire p. 12 dico et 13 texto • Uitspreken… • Faire exercices 2, 3, 5 • Dans le cahier • Voor wie extra wil puzzelen: exercice 6
Jour quatreapprendre 2 • Nakijken exercices 2, 3, 4, 5 (6) • Faire exercice 7 dans le cahier • Il y a unproblème? • Beschrijf wat je ziet in de tabel • Is er een probleem? • Zo ja, leg uit. Zo niet, leg uit! • Faire exercice 9 dans le cahier
Grammaire: le, la / un, une • In apprendre 3 staat hoe je le, la / un, une gebruikt. • Helpt deze uitleg je deze woorden zelf te gebruiken? • Herinner je je dat we dit vorige les ook hebben beschreven? • Zoek een manier om le, la / un, une te oefenen en noteer in je schrifthoe je onthoudt wanneer je deze woorden precies gebruikt.
Semaine de voyages • colonie de vacances • un petit village • une grande pièce
Jour cinq • Waar ben je geweest? • Wat heb je gedaan? • Hoe zag het er uit? • Il y a unproblème? • Excuse-moi Il y a une grande pièce. Er is een grote kamer La classeest contente. De klas is tevreden C’estune nouvelle aventure. Het is een nieuw avontuur
Questions – vragenapprendre 4 • Comment tu t’appelles? • Je m’appelle Florian. • Commentils’appelle? • Ils’appelle Florian. • Comment elle s’appelle? • Elle s’appelle Estelle. • Il y a unproblème? • Beschrijf wat je ziet • Is er een probleem? • Zo ja, leg uit. Zo niet, leg uit! • Faire exercices 10, 13, 11
Jour six • Wat heb je nodig om vragen te stellen in de les over: raam open/dicht doen; naar ‘t toilet; boek vergeten; snap het niet; sorry … • Kijk in de stencils en oefen met de zinnen • Oefen ook hoe je heet • Maak een mindmap over jezelf • Laat zien wie je bent • En wat je hebt geleerd met Frans • Mindmap inleveren op dag 8
s.o.apprendre 1-3 • Je krijgt een schriftelijke overhoring van woorden van apprendre 1, 2, 3 • Deze overhoring duurt 20 minuten. • Neem dus je boeken en schrift wel mee • In de overhoring ga je: • woorden vertalen • Apprendre 1: ik vraag je de Nederlandse vertaling op te schrijven • Apprendre 2: ik vraag je de Franse vertaling op te schrijven • Franse woorden invullen • Van apprendre 2 en 3
Jour septroman photo • Nakijken s.o.apprendre 1-3 • Wat heb je geleerd? • Wat moet je nog meer oefenen? • Schrijf in je schrift wat er goed ging en wat je anders wilt doen. • Een tekst begrijpen… wat wil je bereiken? • Boodschap begrijpen • Specifieke informatie begrijpen • Ily a unproblème? • Beschrijf wat je ziet • Is er een probleem? • Zo ja, leg uit. Zo niet, leg uit! • Heb jij wel eens op een aparte manier iemand ontmoet? • Faire excercices 13, 14, 15, 18 • Wil je meer oefenen? Faire 17
Jour huitapprendre 6 • 13-18 • Ily a unproblème? • Beschrijf wat je ziet in de tabel • Is er een probleem? • Zo ja, leg uit. Zo niet, leg uit! • Faire excercices 19, 20 21, 22
Jour neufconversations • Nakijken excercices 19-22 • Praten en .. Uitspreken. Lukt het al een beetje?! • Il y a unproblème? • Il y a une solution!
Jour onzeapprendre 8 A: Bonjour. B: Bonjour. A: Ça va? B: Ça va bien, merci. Et toi? A: Ça va bien, merci. Au revoir. B: Au revoir. • Diagnostische toets maken Wat kun je goed Wat oefen je meer/ anders Wat weet je al en wat nog niet
Jour douze • Test – toets • Wat heb je geleerd? • Wat ken je? • Wat kun je? • Wat moet je meer oefenen?