240 likes | 404 Views
Is bestraling op jonge leeftijd minder effectief of gevaarlijker?. Conny Vrieling, M.D., Ph.D. Bestraling op jonge leeftijd. Invloed van radiotherapie op lokale controle Invloed van jonge leeftijd op lokale controle Invloed van lokaal recidief op overleving
E N D
Is bestraling op jonge leeftijd minder effectief of gevaarlijker? Conny Vrieling, M.D., Ph.D.
Bestraling op jonge leeftijd Invloed van radiotherapie op lokale controle Invloed van jonge leeftijd op lokale controle Invloed van lokaal recidief op overleving Lange termijn effecten van bestraling
Lokale controle 10-jaars lokale controle (p < 0.0001) 68.6 % na lokale excisie alleen (BCS) 90.2 % na lokale excisie plus bestraling (BCS+RT) EBCTCG Overview Results, Oxford, 2000
Leeftijd en lokale controle Lokaal recidief percentage % Leeftijd 28< 35 1635 - 44 1445 - 54 655 - 64 565 - 74 0 75 30 20 10 0 Elkhuizen et al, IJROBP 1998
Leeftijd en lokale controle: boost vs. no boost 5.569 patiënten (EORTC 22881) Mediane FU: 5.1 jaar Behandeling: Lokale excisie, bestraling van de hele mamma, 16 Gy boost of geen boost Verschil in 5-jaar lokale controle: 7.3 % versus 4.3 % (p < 0.001)
Leeftijd en lokale controle: boost vs. no boost Leeftijd 41 - 50 jaar (n = 1334) Leeftijd 40 jaar (n = 449) Standard Geen boost 16 Gy boost P = 0.002 P = 0.02 Leeftijd 51 - 60 jaar (n = 1803) Leeftijd > 60 jaar (n = 1732) P = 0.07 P = 0.11 Bartelink et al, NEJM 2001
Young boost trial Belangrijkste doel: Vergelijken van het effect van een hoge boost (26 Gy) met de standaard lage boost (16 Gy) in MST wat betreft lokale controle en cosmetisch resultaat Bij mammacarcinoom patiënten onder de 50 jaar, welke behandeld zijn met lokale excisie en bestraling van de hele mamma tot 50 Gy.
Relatie lokale controle en overleving 1 op 4 regel: Als gevolg van een lokale behandeling die een verbetering van lokale controle geeft, kan op elke 4 voorkomen lokale recidieven 1 overlijden t.g.v. mammacarcinoom voorkomen worden. Uiteindelijk leidt dit tot een verbetering van de 15-jaars mortaliteit. EBCTCG, Lancet 2005
Morbiditeit na loko-regionale radiotherapie 3.046 patiënten, 1982 - 1990, mediane FU van 9.8 jaar Mastectomie + chemotherapie +/- radiotherapie RT Geen RT Cumulatieve overleving 46 % 36 % Ischemische hartziekten 3.0 % 3.2 % Acuut myocard infact 1.7 % 1.4 % Højris et al, Lancet 1999
Mortaliteit na radiotherapie Darby et al, Lancet Oncol 2005
Sterfte na behandeling mammacarcinoom 7.425 patiënten, 1970 - 1986, mediane FU van 13.8 jaar Analyse naar sterfte vanaf 1 jaar na behandeling t.g.v.: • Cardiovasculaire ziekten • Tweede primaire tumoren • Mammacarcinoom 30% van patienten waren < 45 jaar t.t.v. diagnose Hooning et al, IJROBP 2006
Sterfte na behandeling mammacarcinoom 4.160 patiënten overleden Sterfterisico 10 jaar 25 jaar • Cardiovasculaire ziekten 1.8 % 11.6 % • Tweede primaire tumoren 1.8 % 10.2 % • Mammacarcinoom (incl. CLBC) 34.8 % 49.0 % Hooning et al, IJROBP 2006
Sterfte na behandeling mammacarcinoom Standardized Mortality Ratio Tweede primaire tumoren < 35 jaar 35 - 44 45 - 54 4.37 1.87 1.31 Cardiovasculaire ziekten < 45 jaar 45 - 54 2.04 1.17 Hooning et al, IJROBP 2006
Cardiovasculaire ziekten RT in kader van MST: geen verhoogd risico op sterfte t.g.v. CVZ RT postmastectomie: 1.5 keer verhoogd risico op sterfte t.g.v. CVZ (n.s.) Hooning et al, IJROBP 2006
Loco-regionale controle(gecorrigeerd voor tumor grootte, klierstatus, chemotherapie en studie) Mastectomie Mammasparende therapie RR = 2.22 p < 0.001 RR = 2.70 p < 0.001 Met dank aan Vd Vijver en Vd Hage
Rol van radiotherapie na mastectomie 3.648 patiënten van 3 EORTC studies Mediane FU: 11 jaar Loco-regionaal recidief: 5.9 % na mastectomie en 10.8 % na MST (p < 0.0001) Geen verschil in overleving Vd Hage et al, EJC 2003
Rol van radiotherapie na mastectomie Adjuvante RT na mastectomie verlaagde de kans op loco-regionaal recidief (RR 0.43) en op overlijden (RR 0.73) Patiënten met 1 tot 3 positieve klieren hebben de grootste winst van RT na mastectomie, zowel in loco-regionale controle als overleving Vd Hage et al, EJC 2003
Supremo trial Belangrijkste doel: Vergelijken van thoraxwand bestraling (50 Gy) versus geen thoraxwand bestraling. Bij mammacarcinoom patiënten met een pT1,N1,M0 of pT2,N0-1,M0 tumor. (pT2,N0 tumoren alleen in geval van graad III of lymfangioinvasie)
Supremo trial Wordt het effect van RT nog steeds gezien in de intermediaire risicogroep wordt na optimale chirurgie en systemische therapie? Wordt het overlevingsvoordeel na RT ook gezien na thoraxwand bestraling alleen?
Conclusies • Jonge vrouwen hebben een hoger lokaal recidief percentage na MST dan oudere vrouwen • Lokaal recidiefkans wordt gehalveerd door boost van 16 Gy • Rol van hogere dosis lokale radiotherapie wordt onderzocht • Verbetering in lokale controle leidt tot verbetering in overleving • Kans op CVZ lijkt niet toegenomen na MST, maar langere FU en gegevens specifiek voor jonge vrouwen zijn nodig
Conclusies • Ook na mastectomie hebben jongere vrouwen een hoger lokaal recidief percentage dan ouderen • RT na mastectomie lijkt de kans op CVZ bij jonge vrouwen te vergroten • M.n. bij de intermediaire risicogroep lijkt postmastectomie RT winst in lokale controle en overleving te geven • Supremo trial onderzoekt de rol van thoraxwand bestraling in deze groep vrouwen