1 / 28

BEKKEN en HEUPGEWRICHT

BEKKEN en HEUPGEWRICHT. Bouw en functie van het bekken en het heupgewricht. Via deze button kun je telkens terug naar dit menu. Menu van bekken en heupgewricht. Bekken, onderdelen en stand in het lichaam. Verschillen mannelijke en vrouwelijke bekkenvorm. Doorsneden van het bekken.

inez
Download Presentation

BEKKEN en HEUPGEWRICHT

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. BEKKEN en HEUPGEWRICHT Bouw en functie van het bekken en het heupgewricht

  2. Via deze button kun je telkens terug naar dit menu Menu van bekken en heupgewricht Bekken, onderdelen en stand in het lichaam Verschillen mannelijke en vrouwelijke bekkenvorm Doorsneden van het bekken Sacro-iliacaalgewricht Bewegingen en bouw heupgewricht Ligamenten heupgewricht Bewegingsketen been-bekken-lumbale wervelkolom Inclinatie en declinatiehoeken femur MENU

  3. os pubis Voor welke belastingen zijn kraakbeenverbindingen (in negatieve zin!) gevoelig? jeugdig bekken De drie botten vormen een synchondrose op jeugdige leeftijd, die na de puberteit is verbeend tot een synostose os ilium Benoem eerst de botten: os ischii voor explosieve (piek) belastingen! MENU

  4. mediane bekkendoorsnede lijn vanuit promontorium door bovenkant symfyse maakt hoek van ±60° met horizontaal vlak door beide spinae ilaca anterior superiorenvoorkant symfyse maakt hoek van ±90° met horizontaal ± 60o ±90o let op het sacrum, waaraan individuele wervellichamen nog goed te zien zijn promontorium Klik voor informatie omtrent normale stand van het bekken: os coccygis MENU

  5. Bestudeer en noem de verschillen (3) : mannelijk vrouwelijk breedte bekken vorm bekkeningang hoek arcus subpubicus bekken MENU

  6. mediane doorsnede promontorium Sacro-iliacale (SI) gewricht let op de ligamenten in het achterste deel van de gewrichtsspleet bekken uitgang vooraanzicht frontale doorsnede onderaanzicht MENU

  7. Voor-achterwaartse röntgenfoto van normaal bekken Tracht de verschillende onderdelen te herkennen, met name de diverse (gewrichts) verbindingen MENU

  8. Bestudeer deze doorsneden: achteraanzicht frontale (= coronale) doorsnede SI-gewricht let op de grillige vorm van de gewrichtsspleet vooraanzicht coronale doorsnede door symfysis pubis wervel overgangen in het sacrum: (rudimentaire disci) De symfyse bestaat uit vezelig kraakbeen; let op de “gewrichts” spleet MENU

  9. Vorm: Bewegingsmogelijkheid: • translatie naar boven/beneden • translatie naar boven/beneden • translatie naar voor/achter • translatie naar voor/achter • geringe rotatiebewegingen • geringe rotatiebewegingen SI-gewricht: • Vorm: • oorvormige gewrichtsoppervlakken • onregelmatig oppervlak • vele stevige banden alle bewegingen kleine uitslagen, echter wel essentieel voor normaal bewegen MENU

  10. Bewegingen van het sacrum, in het SI gewricht Als gevolg van het lichaamsgewicht, dat via de wervelkolom op het sacrum drukt, dreigt het sacrum voorover te kantelen: “nutatie” van het sacrum de beweging terug wordt “contra-nutatie” genoemd. MENU

  11. achterover voorover Bewegingen in het SI gewricht Ook kan het bekken door spieractiviteit “voorover kantelen” en weer terug: “achterover kantelen” MENU

  12. achteraanzicht bekken, klik voor pijlen en namen! lig. iliolumbale crista iliaca spina iliaca anterior superior spina iliaca posterior superior ligg. sacro-iliaca posteriora lig. sacrotuberale lig. sacrospinale MENU

  13. Dorsale ligamenten (ligg. sacro-iliaca posteriora) craniale ligamenten ventraal caudale ligamenten dorsaal Funktie: remmen van bewegingen in het SI-gewricht MENU

  14. pan van het heupgewricht (art coxae) Os coxae aanzicht van lateraal Benoem de aangegeven botdelen spina iliaca anterior superior acetabulum slechts de facies lunatum is bekleedt met hyaline kraakbeen corpus ossis pubis vormt via symfyse verbinding met andere os coxae tuber ossis ischii MENU

  15. caput femoris let op de bolvorm anteflexie retroflexie abductie adductie endorotatie exorotatie Heupgewricht aanzicht van dorsaal Na de eerste muisklik verplaatst de fumurkop tot naast het os coxae, benoem daarna de bewegingsmogelijkheden (pijlen). anteflexie retroflexie abductie adductie endorotatie exorotatie MENU

  16. vooraanzicht femurkop is naar ventraal geluxeerd door femur te retroflexeren acetabulum femurkop is verwijderd doorgesneden en weggeklapt kapsel lig. iliofemorale facies lunatum lig. capitis (teres) femoris foramen obturatum lig. transversum acetabuli MENU

  17. Heupgewricht van: ventraal dorsaal lig. iliofemorale pars superior pars anterior lig. ischiofemorale lig. pubofemorale zona orbicularis (vezels verlopen cirkelvormig) MENU

  18. Heupgewricht: Benoem nogmaals de aangegeven ligamenten en vermeld welke bewegingen ze - in de gewrichts-eindstand - remmen, klik dan met de muis voor controle: lig. iliofemorale pars superior:adductie. lig. ischiofemorale:retroflexie. lig. iliofemorale pars anterior:adductie; retroflexie; exorotatie. lig. pubofemorale: abductie; exorotatie. MENU

  19. Bewegingsketens: Gewrichten werken in veel gevallen met elkaar samen in een keten om een beweging tot stand te brengen. • Uitgangspunt: • Per gewricht: hoe groter de bewegingsuitslag, hoe geringer de stabiliteit • Doel: • Behouden stabiliteit in gewricht, bij bewegingen met grote uitslagen • Middel: • Verdelen bewegingsuitslagen over meerdere gewrichten MENU

  20. bekken roteert achterwaarts Samenwerking heupgewricht en bekken I Evenals in de schoudergordel, is er een samenwerking in de bewegingen tussen heupgewricht en bekken: Bekken-beenritme Anteflexie van het been > 30°, betekent een mee bewegen van het bekken: achteroverkantelen. MENU

  21. Retroflexie van het been > 15°, betekent een mee bewegen van het bekken: vooroverkantelen. Let wel: romp blijft rechtop ! Let op: reden is niet dezelfde : Samenwerking heupgewricht en bekken II Anteflexie van het been > 30°, betekent een mee bewegen van het bekken: achteroverkantelen. Zie vorige scherm ! Maar ook: retroflexie > 15° is NIET mogelijk, anteflexie wel > 120° reden meebewegen bekken bij anteflexie: verdelen van bewegingenover meerdere gewrichten! MENU

  22. bekken achterovergekanteld bekken voorovergekanteld Bekkenkanteling en lumbale wervelkolom Een kanteling van het bekken betekent ook een standsverandering in de lumbale wervelkolom: neutrale stand bekken lordose afgevlakt normale lordose lordose verdiept MENU

  23. Spagaat: Rechts: door anteflexie en exorotatie ontspannen ligamenten Links: door exorotatie ontspannen ligamenten, bekken is voorover gekanteld (met been mee) MENU

  24. Spagaat: let op het sterk voorovergekantelde bekken, daardoor lijkt de retroflexie van het linker been groter dandeze in werkelijkheid is. De hoek tussen rechter(stand)been en bekken is maximaal (anteflexie). MENU

  25. Split: Beiderzijds is er anteflexie door vooroverkanteling van het bekken en tevens abductie en exorotatie MENU

  26. * * * * * femurhals en femurschacht maken een hoek met elkaar : Noem de verschillende benamingen voor onderstaande hoeken h a l s - aanzicht van: dorsaal mediaal s c h a c h t hoek 1250 lijn door knie epicondylen, (verloopt frontaal) declinatie hoek = antetorsie hoek = anteversie hoek = inclinatie hoek = collo-diafysaire hoek MENU

  27. Mogelijke consequenties van stoornissen in de ontwikkeling van de hoekverhoudingen tussen femurhals en femurschacht: • Afwijkende inclinatie-hoek (te klein resp. te groot): • heupluxatie (aangeboren, kop en pan sluiten sluiten niet goed op elkaar aan) • of: als compensatie om kop en pan van heupgewricht goed te laten passen: • O – benen(indien inclinatiehoek te klein) • X – benen(indien inclinatiehoek te groot) • Afwijkende declinatie-hoek (te groot resp. te klein): • als compensatie om kop en pan van heupgewricht goed te laten passen: • endorotatie positie femur (voeten wijzen naar binnen, inclinatiehoek te groot) • exorotatiestand femur (voeten wijzen naar buiten, inclinatiehoek te klein) • door deze standen blijft de stabiliteit in het heupgewricht zoveel mogelijk behouden MENU

  28. retroflexie door : abductie door: anteflexie door: adductie door: dorsale heup- en bovenbeen- spieren laterale heupspieren ventrale heup- en bovenbeen- spieren mediale heup- en bovenbeen- spieren In het heupgewricht worden de volgende bewegingen gemaakt door welke spiergroepen? Beantwoord met: ventrale / dorsale / laterale / mediale spiergroepen EINDE Bekken - Heupgewricht MENU

More Related