960 likes | 1.14k Views
De integratie van Europa. Een historische balans. Ehsal Politieke Geschiedenis, Academiejaar 2006-2007. Praktisch. Handboek: Boxhoorn en Jansen, “De integratie van Europa. Een historische balans” (Bussum, 2002, Coutinho) Politieke geschiedenis: 1ste semester: hoorcolleges
E N D
De integratie van Europa. Een historische balans Ehsal Politieke Geschiedenis, Academiejaar 2006-2007
Praktisch • Handboek: Boxhoorn en Jansen, “De integratie van Europa. Een historische balans” (Bussum, 2002, Coutinho) • Politieke geschiedenis: • 1ste semester: hoorcolleges • 2de semester: VOP • Examen: begrippen, inhoudsvraag en verbandenvraag, actualiteit!!
Praktisch • Spreekuur op dinsdag oneven weken (10u30 tot 12u30) of woensdag even weken (8u30 tot 10u30) • Lokaal: 4307 (Ehsal 3) • Yves.segers@icag.kuleuven.be of yves.segers@ehsal.be
Inleiding • Wat is integratie? • Waarom integratie na WOII? • Kanttekeningen bij integratie • Sterkste partij • Veranderende machtsverhoudingen • Niet onomkeerbaar
Inleiding • Formele en substantiële integratie • Voorwaarden substantiële integratie
1. Europa 1815-1914 • Inleiding • Europese eenheid geen topic • Liberalisme, socialisme, nationalisme (doctrines) • Eeuw van “revoluties” • Nationalisme = “veelkoppig monster”
1. Europa 1815-1914 • 2. Het Europese concert • Congres van Wenen (1815) • Nieuw statensysteem Europa • 3. Italiaanse en Duitse eenwording • Liberale revolutiegolf 1830 • Nieuwe golf van 1848 • Krimoorlog (1852-1856) • Eenmaking
1. Europa 1815-1914 • 4. Tijdperk van de ententes • Van collectief systeem naar ententes • Internationale politieke en economische rivaliteit • Balkan = kruidvat • Triple Alliantie versus Entente Cordiale • Resultaat = Wereldoorlog I
1. Europa 1815-1914 • 5. Idee Europa als eenheid • Afwezig, op enkele visies na (cfr. Duroselle) • Diversiteit • Geweld • “Consentement mutuel” • Eerste stappen internationale samenwerking • Haagse vredesconferentie (1899)
1. Europa 1815-1914 • Conclusie: • “Europese eenheid” nog geen dominant thema • Ordening echter niet voldoende; nood aan georganiseerde samenwerking (cfr. Volkenbond)
2. De onttakeling van Europa • 2.1. Inleiding • WOI richt ware ravage aan • WOI zorgt voor achteruitgang Europa inzake economie, ook op politiek en militair vlak, kortom als wereldmacht • Grote winnaars zijn Japan en vooral VS • Doemdenken: Untergang des Abendlandes (Sprengler) • Pessimisme na-oorlogs Duitsland, cfr. Weimar-republiek
2. De onttakeling van Europa • 2.2. Het Verdrag van Versailles • Overwinnaars samen in 1919; zonder Rusland en “verliezers” • Woodrow Wilson (VS), David Lloyd George (UK), Georges Clemenceau (F): elk eigen agenda, geen rekening met andere landen • F wil strenge vrede • UK overheid is soepel, maar publieke opinie niet • VS gaat voor zelfbeschikking en democratie; mondiale visie (niet Europees)
2. De onttakeling van Europa • 14-punten plan Wilson • Elk volk recht op eigen staat • Zelfbeschikking Europese kolonies • Principe van neutraliteit • Verbod op geheime diplomatie • Internationale vrijhandel • Oprichting Volkenbond • … • Maar finaal zal VS het Verdrag van Versailles niet ondertekenen! (partijtegenstellingen en isolationisme)
2. De onttakeling van Europa • Bepalingen Verdrag van Versailles (28 juni 1919) • Duitsland verliest grondgebied; kolonies worden mandaatgebieden Volkerenbond • Militaire slagkracht ingeperkt en dienstplicht afgeschaft • Enorme schuldaflossing: 269mio goudfrank in 42 jaar • Duitsland krijgt morele schuld oorlog • Oprichting Volkenbond: bevorderen internationale samenwerking en bewaken wereldvrede • Reactie: “diktat von Versailles”; te streng
2. De onttakeling van Europa • Bepalingen Verdrag van Saint-Germain (1920) • Einde dubbelmonarchie Oostenrijk-Hongarije; drie nieuwe staten O, H, Tsj; andere delen naar nieuwe staten, bv. P en Y. • Herverkaveling Europa geen succes • Niemand tevreden, ook “overwinnaars” niet (bv. It) • Kolonies? • Zelfbeschikking volkeren niet gerealiseerd • Te weinig concrete aandacht voor minderheden • Staatsnationalisme primeerde
2. De onttakeling van Europa • Volkenbond • “nooit meer oorlog” • Wereldorganisatie van nationale staten • Dubbeldoel: samenwerking en vrede/veiligheid • Maar belangrijke spelers zijn geen lid: • VS wil niet • Duitsland: omwille van oorlog en Rusland: omwille van communisme • Gaan militaire toenadering zoeken, via Verdrag van Rapallo (1923) • Acteert zwak, uitzonderingen zijn spanningen Bulgarije-Griekenland en minderheden vraagstuk
2. De onttakeling van Europa • Betere relaties in Europa • Dawes-plan, 1924 (later Young-plan): regelt herstelbetalingen Duitsland • Reorganisatie Rijksbank • Herstelbetalingen op lange termijn • Amerikaans geld voor Duitse economie • Conferentie van Locarno (1925) • Duitsland erkent grenzen met B en Fr; niet in Oosten • Bijstandsverdragen • Duitsland lid Volkenbond • Economische groeitijden
2. De onttakeling van Europa • 2.3. Mars naar de afgrond • Economische crisis jaren 1930; Duitsland meer dan andere landen getroffen • Duitsland in handen van Hitler: nationaal-socialisme • Italië in handen van Mussolini: fascisme • Europese landen geen antwoord: “appeasement” politiek Chamberlain faalt; Frankrijk te zwak; rol pacifisme • Concrete stappen naar en tijdens oorlog, zie pp. 47-52
2. De onttakeling van Europa • 2.4. Europa als eenheid • Meer ideeën in die richting dan vroeger • Ortega y Gasset: “De opstand der horden” • Europa verliest wereldhegemonie, cultureel overwicht: massacultuur, nationalisme, “desocialisatie” • Oplossing: meer Europese eenheid • Coudenhove-Kalergi: “Pan-Europa” • Oprichting Europese Unie, zonder Rusland en UK • Veiligheid, economisch beleid, angst communisme
2. De onttakeling van Europa • Plannen Briand passen hierin; vindt gehoor bij Stresemann (Erfüllungspolitik). Resulteert in Frans-Duitse toenadering 1926-1929 • Politieke federatie voor veiligheid en stabiliteit, tegen economische dominantie VS, gemeenschappelijke Europese markt • Memorandum Briand en Franse regering in 1930 door andere landen slecht onthaald, “refus poli” • Hitler geen interesse in Europese eenheid • Mussolini koketteert met pan-Europese eenheid • Spinelli en Rossi: “Ventotene-manifest” voor een vrij en verenigd Europa: meer dan economische samenwerking
2. De onttakeling van Europa • 2.5. Conclusie • Ander Europa, andere internationale verhoudingen, rol VS • Slechte afhandeling WOI aanleiding WOII • Te weinig overleg: in Europa, zwakke Volkenbond • Jaren 1930: herlevend agressief nationalisme • Plannen Europese eenheid weinig concreet; hoofdthema is economische samenwerking
3. De deling van Europa • 3.1. Ontstaan Koude Oorlog • Mei/september 1945: vrede • Weinig eenheid bij geallieerden: USSR vs. Rest; cfr. vaagheid Jalta en Potsdam • Democratie in Oost-Europa? • Poolse kwestie • VS: willen weg uit Europa • Plannen USSR: veiligheid, interne machtsstrijd, psyche Stalin
3. De deling van Europa • Koude Oorlog • ideologisch conflict of machtsconflict rond Europese ruimte? • Europese landen “kiezen” kamp bevrijden; probleem Oostenrijk en Duitsland
3. De deling van Europa • 3.2. Bevrijden en bezetten • Deel VS, deel Rusland • Oostenrijk en Duitsland samen bezetten • Speciale gevallen: Finland, Italië, Joegoslavië • Herstellen democratie in Westen; in het oosten volgt Sovjetmodel (veiligheid)
3. De deling van Europa • 3.3. De Duitse kwestie • 4 geallieerden bezetten Duitsland en Oostenrijk • Weinig problemen in O’rijk • Duitsland is problematisch • 4 zones olv Geallieerde Beheersraad • Berlijn apart en afzonderlijke regeling • Elke regio eigen beleid • Problemen: Polen, migratie & voedsel, ontmanteling
3. De deling van Europa • Verwijdering vanaf 1947-1948 • Duitse Mark betaalmiddel, 1948 • Blokkade Berlijn door USSR; oplossing is luchtbrug westen (11m) • 1949: geallieerden dragen bevoegdheden over aan regering BRD; sovjetzone wordt DDR
3. De deling van Europa • 3.4 VS en samenwerking West-Europa • Europa verzwakt na WOII, ook GB (leningen, organisatie bezettingszone, Griekenland) • Andere landen ook economische problemen • VS in de bres voor Europa • Griekse kwestie • Truman doctrine: “containment” • European Recovery Programme (ERP) of Marshall-plan ‘1947): samenwerking, liberalisering wereldhandel, USSR doet niet mee • Oprichting OEES; in 4 jaar 13 miljard dollar
3. De deling van Europa • VS steun ook voor BDR; Frankrijk eist veiligheidsgaranties, VS vraagt Europese militaire samenwerking • Conferenties en akkoorden: • (1948): Verdrag van Brussel, militaire samenwerking tussen Benelux, F, GB • (1949): NAVO, VS-Canada-Westerse Unie, plus Y, N, D, P; vanaf 1952 ook G en T +artikel 5 • OEES en NAVO: belangen lidstaten primeren, geen overdracht bevoegdheden
3. De deling van Europa • 3.5. Federatie of Unie? • Zoektocht naar samenwerking/eenwording Europa (vrede en economie) • Federatie: om nationalisme in bedwang te houden; supranationaal gezag • Unie: respect voor verleden diverse staten • Europese Beweging en Congres van Den Haag (1948) • Europese Assemblee: F, GB, Benelux. Ieder eigen visie • Compromis: Raad van Europa (weinig impact, wel democratie en rechten van de mens); assemblee en comité van ministers; in 1949 tien leden
3. De deling van Europa • Einde jaren 1940 in Europa 3 intergouvernementele organisaties: • Economie = OEES (rol VS) • Militair = NAVO (olv VS) • Politiek = RvE
3. De deling van Europa • 3.6. Vorming van het Oostblok • Oost-Europa meer buffer dan bondgenoot USSR • Economisch beleid ifv USSR = monocultuur • Oost-Europa in communistisch gareel, cfr strategie “Volksfront” en “Volksrepubliek” • Elk land eigen verloop: Bul (1947), Roe (1948), Hon (1949), Polen (1952), Ts-S (1948), Albanië • Uitzondering: Joegoslavië (Tito)
3. De deling van Europa • Comecon (1949) voor economisch samenwerking; Warschaupact voor militaire bijstand (1955) • Communistische regimes = betrouwbare bondgenoten? Strategie USSR: • Militaire aanwezigheid • “de rechte leer”, cfr Kominform (1947); ook Italiaanse en Franse communisten lid; Joegoslavië en China weg in 1948-1949 • Bilaterale verdragen ipv multilaterale samenwerking
3. De deling van Europa • 3.7. Slotopmerkingen • Westen vs. Oosten; kapitalisme vs. Communisme; vrijheid vs. Onderdrukking • Gewapende vrede, tot 1990 • Ijzeren gordijn: gescheiden werelden • Verschillen oost en west • In Westen samenwerking oiv VS • Pluriformiteit westen • Klemtoon in westen op economische samenwerking; niet zozeer op politieke eenmaking • Westerse eenheid beperkt
4. De Koude Oorlog van 1950 tot 1970 • 4.1. Koude oorlog breid zich uit • Bipolair wereldstelsel: VS en USSR • Europese invloed minder • Dekolonisatie • Deling Duitsland; “Ijzeren gordijn”; NAVO versus Warschaupact • Spanning en ontspanning (détentes): diplomatie, overleg • VS en USSR verschillende mening; “vreedzame coëxistentie” versus buitenlands beleid
4. De Koude Oorlog van 1950 tot 1970 • Einde jaren 1940 tal van spanningen in Europa • Vredesverdrag en deling Duitsland • Communistische machtsgreep in Tsjech-Slov • Crisis rond Berlijn • Dominantie USSR in Oost-Europa • Ook in China • Tjang Kai-sjek verdreven door Mao Zse Dong • Conflict in Korea (38ste breedtegraad) • Ingreep VN • Amerikaanse/Europese en Chinese troepen
4. De Koude Oorlog van 1950 tot 1970 • 4.2. Crises in Europa en Midden-Oosten • Koreaanse oorlog zorgt voor herbewapening in Europa en militaire samenwerking: • Frans plan voor Europese Defensiegemeenschap (EDG) • Brits plan voor West-Europese Unie (WEU, 1954): veiligheid en intergouvernementeel • Britse en Amerikaanse troepen in Dtl. • BRD lid NAVO in 1955 • Warschaupact (mei 1955), olv sovjetcommando • Speciale rol voor Tito en Joegoslavië: ondernemingsvrijheid
4. De Koude Oorlog van 1950 tot 1970 • Amerikanen kiezen vanaf 1953 voor nucleaire strategie, omwille van hoge uitgaven Koreaanse oorlog • Eisenhower kiest voor strategie Massive retaliation; afschrikkingseffect. Cfr. Conflict in Korea • Overleiden Stalin in maart 1953 • In USSR ontstaat machtsvacuüm; later Nikita Chroetsjov op de voorgrond • Ontdooiing: vredesverdrag voor Oostenrijk in 1955; land word neutraal en souverein; conferentie van Geneve (juli 1955)
4. De Koude Oorlog van 1950 tot 1970 • Maar vanaf 1956 opnieuw spanningen: • Situatie in Hongarije: onlust nav destalinisatie • Situatie in Midden-Oosten: • 14 mei 1948 onafhankelijke Staat Israël; tegen zin Arabische landen • Oktober 1956 vallen Israëlische troepen Egypte binnen (cfr. Suez-kanaal); blamage voor Fransen en Britten via VN • Olievoorraden cruciaal • Nieuw conflict in juni 1967: zesdaagse veldtocht tegen Egyptische, Jordaanse en Syrische legers; Israël bezet veiligheidszone
4. De Koude Oorlog van 1950 tot 1970 • 4.3. De wapenwedloop • Spanning over technologische vorderingen • Ruimtesatelliet; intercontinentale raketten; second strike capability • Plaatsen raketten in VK, It, Turkije • Race in de ruimte, race naar de maan • Protest van de straat • Nieuwe NAVO strategie vanaf 1967: flexible response (in functie van aard agressie); geen no first use verklaring
4. De Koude Oorlog van 1950 tot 1970 • 4.4. Berlijn, Cuba en ontspanning • Augustus 1961: bouw Berlijnse muur • April 1961: invasie Varkensbaai Cuba • Oktober 1962: sovjet-raketinstallaties in Cuba • Maar hierop volgt ontspanning: • Installatie hot line • Wapenbeheersingsmaatregelen • Afzien bovengrondse kernproeven • Non-proliferatieverdrag (1968) • SALT-verdrag (1972): Strategic Arms Limitation Treaty • Alhoewel niet zichtbaar in Vietnam (1961-1975) en Praagse Lente (1968); cfr. Brezjnev-doctrine • Ook Ostpolitik van Willy Brandt, Min Buitenl. Zaken BRD
4. De Koude Oorlog van 1950 tot 1970 • 4.5. Slotopmerkingen • Geen collectief Europees optreden in westerse Alliantie • Grootmachten kampen in jaren 1960 met problemen: VS in Vietnam en USSR in relatie met China • West-Europese partners kunnen vrijer optreden (cfr. Frankrijk, West-Duitsland) • In jaren 1960 minder strak bipolarisme; De Gaulle spreekt zelfs over polycentrisch stelsel
5. Een netwerk van verdragen • 5.1. Internationale context, jaren 1950 • Supranationale integratie W-E omwille van drie internationale evoluties: • Koude Oorlog = Koreaanse oorlog of VS versus USSR • Duitsland: herbewapenen tegen dreiging USSR; Frankrijk niet mee opgezet • Dekolonisatie: verzwakking Europa, vooral Frankrijk en Groot-Brittannië • Visie op W-E verschillende ts. Frankrijk en GB
5. Een netwerk van verdragen • 5.2. De hoofdrolspelers • Frankrijk • Vierde republiek: vele partijen in parlement, coalitieregeringen, politiek instabiel, zwakke partijdiscipline (gem. levensduur regering 6m) • Sterke economische groei • Buitenlands beleid (cfr. De Gaulle): • Fr. Is wereldmacht: • herstel imperium, bv. permanente zetel Veiligheidsraad VN en eigen bezettingszone Duitsland • onafhankelijkheid tov andere landen • Duitsland onder controle houden
5. Een netwerk van verdragen • Afbrokkeling koloniale rijk, in Indo-China (1954) en Egypte (1956), Noord-Afrika • Frankrijk gebruikt “Europa” als basis voor eigen invloed in wereld: • Europa minder afh. VS; • Duitsland opnemen in dit systeem; • Frankrijk is woordvoerder
5. Een netwerk van verdragen • Engeland • Districtenstelsel, alleen grote partijen in parlement, politieke stabiliteit • Beperkte economische groei na WOII • Grote afhankelijkheid Commonwealth • Drie invloedssferen: • Commonwealth • Atlantische samenwerking met VS (Special relationship); maar crisis met Suez conflict • Europa (maar eerder bedreiging!) • Britten geloven te lang in eigen superioriteit op politiek, economisch, koloniaal vlak…
5. Een netwerk van verdragen • Britten blijven buiten Europese eenwording (ondanks voorkeur VS om dit te doen); geen interesse voor (conservatieven én Labour) • West-Duitsland • Kiesdrempel 5%, parlementaire democratie (1949) • CDU, SPD en liberale FDP • Aanvankelijk beperkte vrijheid inzake buitenlands beleid, defensie, zware industrie (Adenauer kanselier) • Economische problemen, maar snel herstel
5. Een netwerk van verdragen • Doelstellingen Adenauer: • Herstel Duitse eenheid • Herstel gelijke buitenlandse betrekkingen • Oplossing: samenwerking met VS en W-E, verzoening met Frankrijk • Frankrijk hapt toe, 1950 • In Duitsland is SPD tot 1956-1957 tegen Europese integratie (zou hereniging met Oost-Duitsland tegenwerken) • Duitsland low profile internationaal (geen lid VN, geen contacten met sovjetblok)
5. Een netwerk van verdragen • 5.3. Integratie volgens Frans recept • Het Schuman plan • Initiatief Monnet en voorstel Schuman voor samenbrengen Duitse en Franse steenkool- en staalsectoren • Stond open voor andere landen • Ingegeven door functionalisme: sectorgewijze en apolitieke aanpak (dan evolueren politici wel naar internationale samenwerking) • Maar Schuman-plan meer dan dat:
5. Een netwerk van verdragen • Steenkool en staal belangrijke sectoren, ook politiek • Richting Europese federatie! • Middel om “controle” op West-Duitsland te vergroten • Reacties: West-Duitsland en Benelux positief, Britten negatief (Labour-regering) en ook Scandinavische landen; ook Italië positief (maar geen steenkool) • Is een mijlpaal: de “Zes” gaan samenwerken • Resultaat: EGKS, 1952 • Hoge Autoriteit • Europees Hof • Raad van Ministers met advies • Raadgevende Vergadering
5. Een netwerk van verdragen • Een Europees leger • Koreaans conflict aanleiding tot discussie herbewapening West-Duitsland • VS en GB voorstander, andere landen niet • Frans voorstel: Europese Defensiegemeenschap (EDG), oktober 1950 • Supranationaal, elk land levert bijdrage • Gros leger onder nationaal gezag • Ook West-Duitsland in EDG; alle nieuwe eenheden onder EDG • Fr, W-Dtl, Benelux, Italië doen mee • Nood aan politieke autoriteit (EPG)