770 likes | 1.84k Views
definities. Te kleine gestalte : Lengte/Gestalte<P3 of < 2SD voor de populatieTe grote gestalte: Lengte/Gestalte>P97 of > 2SD voor de populatieAbnormaal vertraagde lengtegroei: toename in lengte over ??n jaar <P3; of daling van 1 percentiel breedte in twee opvolgende jarenAbnormaal versnelde leng
E N D
1. Module Kind lengtegroeistoornissen bij het schoolgaand kind en adolescent Prof dr Jean De Schepper
Vakgroep Pediatrie en Geneeskunde
U Gent
2. definities Te kleine gestalte : Lengte/Gestalte<P3 of < 2SD voor de populatie
Te grote gestalte: Lengte/Gestalte>P97 of > 2SD voor de populatie
Abnormaal vertraagde lengtegroei: toename in lengte over één jaar <P3; of daling van 1 percentiel breedte in twee opvolgende jaren
Abnormaal versnelde lengtegroei : toename in lengte > P97; of stijging van 1 percentiel breedte in twee opvolgende jaren
3. Oorzakelijke indeling groeistoornissen Primair: intrinsiek defect van het bot/steunweefsels (vaak aangeboren)
Secundair: extrinsiek defect (vaak verworven)
Idiopatisch: (nog)onbekend defect
- familiaal kleine gestalte
- constitutioneel verlate groei en puberteit
4. Klinische indeling groeistoornissen
- aangeboren - verworven aandoening
- prenatale - postnatale oorsprong
- geassocieerd met een
- normale/ abnormale groeisnelheid (afwijkende groeicurve)
- normale/abnormale gewichtsevolutie
- normale/abnormale lichaamsegment verhoudingen
- normale/abnormale botmaturatie
- normale/abnormale puberteitsaanvang
- normaal/ dysmorf uitzicht
- normale/abnormale intelligentie
7. Alarmtekens voor een ernstige groeistoornis bij schoolgaande kind Gestalte > + 2,5 SDS of < - 2,5 SDS
Gestalte projectie > of < doellengtegebied
Groeisnelheid >P97 of <P3
Dysproportie
Dysmorfisme
Mentale achterstand
Midline defect / Hersenpathologie
Botmaturatie > +2SD of < -2SD
8. Kleine gestalte
9. Etiologische indeling groeistoornissen met kleine gestalte
Primaire stoornissen :
Skeletdysplasieën
Stoornissen in het bot-kraakbeenmetabolisme
Genetische Syndromen (met/zonder chromosoom afwijkingen)
Intra-uteriene groeiretardatie(IUGR) of SGA met persisterende kleine gestalte
Secundaire stoornissen :
Chronische systeemaandoeningen
Endocriene stoornissen
Metabole stoornissen
Nutritionele stoornissen
Psychogene aandoeningen
Idiopatisch kleine gestalte:
Familiaal kleine gestalte
Constitutioneel vertraagde groei en puberteit
10. Indeling idiopatische groeistoornissen met kleine gestalte Familiaal kleine gestalte
Constitutionele vertraagde lengtegroei en puberteit
Kunnen gecombineerd voorkomen
Meest frequente oorzaak van kleine gestalte
11. Familiaal kleine gestalte Eén van de of beide (groot)ouders zijn klein
( ? <155cm;? <168cm)
Geen aantoonbare afwijking bij onderzoek
Geboortelengte vaak klein
Normale groeisnelheid en botmaturatie
Meestal laag serum IGF-1 gehalte
Te differentiëren van mineure botdysplasie
Kleine volwassen gestalte
12. Constitutionele vertraagde groei en puberteit Familiale geschiedenis van verlate puberteit - late groeispurt
Ouderlengte meestal onder P50
Vaak al groeivertraging eerste 3 levensjaren of peri-pubertair optredend.
Vertraagde botmaturatie- meestal laag serum IGF-1 gehalte
Te differentiëren van een groeihormoon deficiëntie (normale GH respons na priming met sexuele steroïden) en een subklinische systeemziekte
Volwassen gestalte normaal, doch vaak<P50
13. Indeling primaire groeistoornissen met kleine gestalte Skeletdysplasieën
Stoornissen in het bot-kraakbeenmetabolisme
Genetische Syndromen (met/zonder chromosoom afwijkingen)
Intra-uteriene groeiretardatie(IUGR) of SGA met persisterende kleine gestalte
14. Skeletdysplasieën Gekenmerkt door een abnormale lichaamsegment verhouding
-korte ledematen vb achondroplasie,
hypochondroplasie,Leri-Weill ziekte (geassocieerd relatief groot hoofd)
-korte romp vb spondylo-epifysaire dysplasie (geassocieerd met kyfoscoliosis)
Diagnose door skeletradiografieën (schedel, wervelzuil, bekken, voorarm, hand) en door mutatieanalyse (vb FGFR3-SHOX)
15. Epifysaire spondylodysplasie
16. Achondrodysplasie I1/25000
Macrocefalie, lage nesbrug , rhizomelie ( bovenarmen en benen)I1/25000
Macrocefalie, lage nesbrug , rhizomelie ( bovenarmen en benen)
17. Hypochondrodysplasie
18. Osteochondrosteosis (Leri-Weill ziekte)
19. Belangrijkste genetische syndromen met kleine gestalte Down syndroom (1/ 600)
Turner syndroom (1/2500 ?)
Noonan syndroom (1/10000)
Prader-Willi syndroom (1/15000)
Williams syndroom (1/15000)
Silver-Russel syndroom (1/30000)
20. Turner syndroom
21. Noonan syndroom
22. Silver-Russel syndroom
23. Williams-Beuren syndrome
24. Prader Willi syndroom
25. Stoornissen in het bot-kraakbeen metabolisme Mucopolysaccharidose ( type 4 en 6)
cellulaire opstapeling van partieel gedegradeerde glycosamineglycanen
in gedeeld in subtypes volgens het specifiek lysosomiaal enzyme defect
multiple botmisvormingen, normale intelligentie en weinig dysmorfisme bij type 4 en 6
uitgesproken wervelaantasting bij Morquio ziekte (type 4A)
meer variabele skeletaantasting bij
Maroteaux-Lamly (type 6) Type 4 vaak ontdekt eerste jaar tgv ernstige wervelzuil misvorming
Gang is normaal in begin, doch daarna moeilijk door sterke genuvalgum en pes planus lengte is maar 100cm sterven tg cervicale myelopathieType 4 vaak ontdekt eerste jaar tgv ernstige wervelzuil misvorming
Gang is normaal in begin, doch daarna moeilijk door sterke genuvalgum en pes planus lengte is maar 100cm sterven tg cervicale myelopathie
26. Mucopolysaccharidose Mucopolysaccharidosis type IV (Morquio syndrome) is a type of mucopolysaccharidosis. Affected individuals suffer from short-trunk dwarfism and from spondyloepiphyseal dysplasia that is distinct from what occurs in other types of mucopolysaccharidosis. The teeth are small and have a thin enamel, prediposing to dental caries. Fine opacities in the cornea are detectable early in life by slit-lamp biomicroscopy, but do not become obvious until after 8-10 years of life, when they may become severe. Affected persons are of normal intelligence and excrete an increased amount of keratan sulfate and chondroitin sulfate in their urine. In contrast to other mucopolysaccharidoses cultured fibroblasts do not accumulate a sulfated glycosaminoglycan, because skin fibroblasts do not synthesize keratan sulfate in culture. However, skin fibroblasts are deficient in their ability to release sulfate ions from radiolabelled chondroitin-6-sulfate. A deficiency of two different enzymes (galactosamine-6-sulfatase and beta-galactosidase) results in the phenotype of this syndrome, because of this two variants of mucopolysaccharidosis type IV are recognized mucopolysaccharidosis type IVA and mucopolysaccharidosis type IVBMucopolysaccharidosis type IV (Morquio syndrome) is a type of mucopolysaccharidosis. Affected individuals suffer from short-trunk dwarfism and from spondyloepiphyseal dysplasia that is distinct from what occurs in other types of mucopolysaccharidosis. The teeth are small and have a thin enamel, prediposing to dental caries. Fine opacities in the cornea are detectable early in life by slit-lamp biomicroscopy, but do not become obvious until after 8-10 years of life, when they may become severe. Affected persons are of normal intelligence and excrete an increased amount of keratan sulfate and chondroitin sulfate in their urine. In contrast to other mucopolysaccharidoses cultured fibroblasts do not accumulate a sulfated glycosaminoglycan, because skin fibroblasts do not synthesize keratan sulfate in culture. However, skin fibroblasts are deficient in their ability to release sulfate ions from radiolabelled chondroitin-6-sulfate. A deficiency of two different enzymes (galactosamine-6-sulfatase and beta-galactosidase) results in the phenotype of this syndrome, because of this two variants of mucopolysaccharidosis type IV are recognized mucopolysaccharidosis type IVA and mucopolysaccharidosis type IVB
27. Intra-uteriene groeiretardatie met persisterende kleine gestalte 10 % van IUGR kinderen vertoont geen inhaalgroei eerste 2-4 jaar (vnl. eerste 6m)
Vaak geassocieerd met magerte, relatief groot hoofd, clinodactylie vd.pinken
Vaak versnelde botmaturatie rond 8-10 jaar, eerder vroege puberteit met geringe groeispurt.
Kleine volwassen gestalte
Risicogroep voor diabetes-hypertensie-ischemische hartziekte op oudere leeftijd
28. SGA met persisterende kleine gestalte
29. Indeling secundaire groeistoornissen met kleine gestalte Chronische systeemaandoeningen
Endocriene stoornissen
Metabole stoornissen
Nutritionele stoornissen
Psychogene aandoeningen
Chronische nierinsuffucientie : Gh therapie in hoge dosis Chronische nierinsuffucientie : Gh therapie in hoge dosis
30. Psychosociale deprivatie Tengevolge van misbruik,verwaarlozing of emotionele deprivatie door de ouders - opvoeders
Vaak in de kleuterleeftijd voorkomend
Wisselend groeiverloop – soms gepaard met obesitas
Geassocieerd met endocriene afwijkingen (GH deficiëntie, hypercorticisme, low T4 syndroom)
Meestal afwijkende gedragingen: polydipsie, voedsel stelen, afwezig pijngevoel, slapeloosheid, passief gedrag
Vaak geassocieerd met vertraagde psychomotore ontwikkeling
Vaak laag socio-economisch niveau
31. Malnutritie Afwijking van de gewichtscurve meer uitgesproken dan de lengtecurve
In de eerste levensjaren meestal tgv ongepaste voeding (verdunde zuigelingenmelk; overdreven fruitsap inname; vetarm dieet)
In de puberteitsjaren (vnl bij meisjes) meestal eetstoornis ( “ fear of obesity” versus anorexia nervosa)
32. Anorexia nervosa
33. Metabole stoornissen Meestal in de eerste levensmaanden
Vaak geassocieerd met neurologische symptomen of vertraagde psychomotore ontwikkeling
34. Endocriene stoornissen GH deficiëntie, hypothyroidie en hypercorticisme (meestal iatrogeen)
Meestal geassocieerd met overgewicht
Bij een zich instellend GH en SKH tekort kunnen andere klinische tekens nog ontbreken
35. Groeihormoon deficiëntie
36. Cushing syndroom
37. Hypothyroidie
38. Chronische systeemaandoeningen Vaak al gekend of klinisch duidelijk (uitz: coeliakie, ziekte van Crohn, chronische nierinsufficiëntie, congenitale tubulopathie(renale tubulaire acidose))
Tengevolge van gecombineerde invloeden: malnutritie, zuurstofgebrek,inflammatie, hormonale dysregulatie,medicatiegebruik (corticoïden), verlate puberteit
Soms persisterende groeiachterstand onder behandeling (partieel gecorrigeerde cardiopathie, bronchopulmonaire dysplasie, post transplantatie,…)
Niet steeds diarhee, soms enkel irritabiliteit- vage buikpijn. Groeivertraging kan de symptomen van buikpijn, bloedrige diaarhee voorafgaan
Aangeboren of verworven ( miskende reflux, Henosch Shonlein)
GH resistentie – verminderde IGF-1 werking door verhoogde bindingseiwiten)
Suprafysiologoische GH helpt groei te verbeteren
Bij acidose groeiverbetering toevoeging van alcali ( citraat)
Cong hartziektes komen nog al eens voor bij genetische syndromen
Down:
Turner:
Noonan
Williams
Niet enkel O2 gebrek, doch ook beperkte voedselinname spelen bij chronische hart en longaandoeing een rol)
Niet steeds diarhee, soms enkel irritabiliteit- vage buikpijn. Groeivertraging kan de symptomen van buikpijn, bloedrige diaarhee voorafgaan
Aangeboren of verworven ( miskende reflux, Henosch Shonlein)
GH resistentie – verminderde IGF-1 werking door verhoogde bindingseiwiten)
Suprafysiologoische GH helpt groei te verbeteren
Bij acidose groeiverbetering toevoeging van alcali ( citraat)
Cong hartziektes komen nog al eens voor bij genetische syndromen
Down:
Turner:
Noonan
Williams
Niet enkel O2 gebrek, doch ook beperkte voedselinname spelen bij chronische hart en longaandoeing een rol)
39. Te kleine gestalte : differentiële diagnose Verkeerde lengtemeting (patiënt positie, meetlatpositie; overgang liggend/staande positie)
Verkeerde groeicurve
- bevolkingspecifieke (bv Turkse bevolking)
-syndroom specifieke ( bv Down syndroom)
40. Te kleine gestalte : klinische indeling Concordant met ouderlijke lengte/ groeiverloop
familiaal kleine gestalte
constitutionele verlate groei en puberteit
Discordant met ouderlijke lengte/ groeiverloop
abnormale lichaamsproporties : botdysplasie, rachitis, mucopolysacharidose type 4 en 6
normale lichaamsproporties : prenatale oorsprong: genetisch syndroom
chromosoomafwijking placenta insufficientie
toxische foetopathie
postnatale oorsprong: endocrinopatie
malabsorptie (coeliakie,z.v.Crohn)
chronische nierziekte
psychosociale deprivatie
41. Te kleine gestalte : anamnese Gestalte en puberteitsaanvang bij de (groot)ouders/ broers en zussen, ethische origine
Geboortegeschiedenis : gewicht/lengte/stuitligging/asfyxie/
licham. afwijking(lymfoedeem/cryptorchidie)
Neonatale periode: verlengde icterus, hypoglycemie
Psychomotore ontwikkeling en scholing ; gebruik van ADHD medicatie
42. Te kleine gestalte : anamnese Voorafgaande ziektes/operaties; gebruik van corticoïden
Voorgeschiedenis van hersentraumata, tumoren of infecties en hun behandeling
Voeding & activiteitsanamnese
Systeemanamnese :
- hoofdpijn, ochtendbraken,zichtdaling
- buikpijn, diarrhee, braken
- polydipsie, polyurie
43. Te kleine gestalte : lichamelijk onderzoek Gewicht , Gestalte
Bloeddruk, Hartslag
Dysmorfisme gelaat (oogstand,oorstand, epicanthus)
Lidmaatafwijkingen ( brede polsen & enkels , brachydactylie, clinodactylie 5de vinger, korte 4de metacarpaal, genu varum, vorkvorm van de pols, hypotrofie, assymetrie )
44. Te kleine gestalte : lichamelijk onderzoek Thoraxafwijkingen ( pectus carinatum/excavatum)
Organomegalie (schilklier/lever/milt)
Genitalia ( micropenis, cryptorchidie)
Huidafwijkingen (café-au-lait,carotenemie)
Haar en nagelafwijkingen ( dof haar, lage haarimplanting, hypoplasie nagels)
45. Te kleine gestalte: bijkomende onderzoeken Opstellen en interpretatie van de groeicurve
Radiografie van de li hand en pols (botleeftijdbepaling)
Screenend bloed en urine onderzoek, inclusief lymfocieten karyotypering bij het meisje
Radiografie van het skelet bij vermoeden botdysplasie
GH stimulatietest bij vermoeden GH deficiëntie
46. Analyse groeicurve Zeer plotse afbuiging : hypothyroidie/ craniopharyngeoom
Afbuiging met gewichtstoename : hypothyroidie, GH def, Cushing syndroom
Variabel patroon:
psycho-sociale deprivatie
47. Stroomdiagram
48. Stroomdiagram
49. Frequente oorzaken van vertraagde lengtegroei Peuter-kleuter: aangeboren GH deficiëntie, Turner of ander genetisch syndroom met IUGR, psychosociale deprivatie
Preadolescentie: constitutionele verlate groei, hypothyroidie, chronische inflammatoire darmziekte, chronische nierinsufficiëntie, idiopatische GH deficiëntie
Adolescentie: verlate puberteit, anorexia nervosa, botdysplasie
50. Gevolgen van kleine gestalte Medische gevolgen
- geringere sportprestaties
- orthodontie problemen
- hoger risico op sectio caesarea
Psychosociale gevolgen
- sociale discriminatie ( school, werk, politiek)
- gedragsadaptatie (Peter Pan & mascotte reactie, rebellisme, psychotisch gedrag)
51. Behandeling van te kleine gestalte Oorzakelijk (waar mogelijk) vb. verhoogde calorietoevoer, correctie bicarbonaatverlies, uithuisplaatsing…
GH behandeling
-fysiologisch: GH deficiëntie, PWS
-supra-fysiologisch:Turner S., Chron. Nierinsuff., SGA met persisterend kleine gestalte op 4 jaar
Beenverlenging (vnl. bij botdysplasieën) vb. Ilazarov distractie
Psychologische ondersteuning
Met behulp van uitwendige beenfixatoren kan de onderbeenlengte tot 10 cm langer gemaakt worden.
Met behulp van uitwendige beenfixatoren kan de onderbeenlengte tot 10 cm langer gemaakt worden.
52. Ilizarov beenverlenging
53. Grote gestalte
54. Etiologische indeling groeistoornissen met grote gestalte
Primaire stoornissen :
-geslachtschromosoomafwijkingen
-genetische syndromen
Secundaire stoornissen :
-overvoeding
-endocriene aandoeningen
Idiopatisch grote gestalte:
-familiaal grote gestalte
-constitutioneel versnelde groei en puberteit
55. Constitutioneel versnelde groei en puberteit Familiale geschiedenis van versnelde groei
Normale tot grote geboortelengte
Vaak versnelde lengtegroei eerste 3 jaar en soms rond 6-8 jaar
Versnelde botmaturatie en vroege puberteitsaanvang
Normale volwassen eindlengte, doch vaak > P50
56. Familiale grote gestalte. Meest frequente oorzaak van grote gestalte
Eén of beide ouders zijn lang
Normale tot lange geboortelengte
Meestal wat langere benen en wat soepelere gewrichten
Normale botmaturatie en puberteitsaanvang
57. Geslachtschromosomiale afwijkingen met grote gestalte 47, XXY; 48,XXXY (Klinefelter syndroom)
47, XXX
47, XYY Meest frequente chromosoom 1/ 600: vaak vanaf 6-7 jaar; kenmerkend gedragsafwijkingen en leerproblemen!
XYY 1/ 1000 soms hypospadias – cryptorchidisme en acné – agressief gedrag – soms mentale retardatie
Zowel Y teveel jongen, als X teveel meisje geeft verpindering IQ
Meest frequente oorzaak van X gebonden erf mentale retardatie
Dysmorfe kenmerken: macrocefalie, lang gezicht, grote oren, macroorchidisme- vaak gepaard met ADHD en autisme
Gen FMR1 heeft een variabel aantal trinucleotide CGC repeats , meestal < 50
50-200 premutatie
>200 mutatie
1/ 2500 à 5000 mannen
Meest frequente chromosoom 1/ 600: vaak vanaf 6-7 jaar; kenmerkend gedragsafwijkingen en leerproblemen!
XYY 1/ 1000 soms hypospadias – cryptorchidisme en acné – agressief gedrag – soms mentale retardatie
Zowel Y teveel jongen, als X teveel meisje geeft verpindering IQ
Meest frequente oorzaak van X gebonden erf mentale retardatie
Dysmorfe kenmerken: macrocefalie, lang gezicht, grote oren, macroorchidisme- vaak gepaard met ADHD en autisme
Gen FMR1 heeft een variabel aantal trinucleotide CGC repeats , meestal < 50
50-200 premutatie
>200 mutatie
1/ 2500 à 5000 mannen
58. Klinefelter syndroom
59. Frequente genetische syndromen met grote gestalte Beckwith-Wiedemann syndroom
Sotos syndroom
Weaver syndroom
Marshall-Smith syndroom
Marfan syndroom
Men IIb syndroom
Homocystinuria
Fragiel X syndroom
1/14000; duplicaties, transloc/inversies en uniparentale disomie van chr 11p15.5 ( Igf2 regio) ( paternele is overexpressed) macrosomie, abdominale wanddefecten, naevus flammeus gelaat, macroglossie, oorschelpafwijkingen, hemihypertrofie, hyperinsulinisme, kans op wilmstumor, levertumor en bijniercarcinoom
Sotos : deleties, inversies of puntmutaties in NSD1 gen ( groei en hersenontwikkeling) geboortelengte 55-56 – lange ledematen- faciaal : groot voorhoofd en onderkaak, vertraagde psychomotore ontwikkeling- grote hersenventrikels
Weaver : grote geboortelengte, faciaal : groot voorhoofd , sterk versnelde botmaturatie, brede distale metafyse ( enkels/knieen en duim prominent) ; hoge schrei- spasticieit
Marshall : idem , doch majeure acterstand en respiratoire problemen
Marfan fibrillinegenmutatie( aantasting sklet, ogen, hart en grtoe bloedvaten, longen)overlijden aortadissectie ( b blokker)
1/ 200 000 Cysthationine B Synthethase gen ( autosm dom)De lensluxatie is naar beneden bij homocystinuria, mentale retardatie en vasculaire thrombosen;hoog methionine en homocystine : dieet en pyridoxine (50% gev)
1/14000; duplicaties, transloc/inversies en uniparentale disomie van chr 11p15.5 ( Igf2 regio) ( paternele is overexpressed) macrosomie, abdominale wanddefecten, naevus flammeus gelaat, macroglossie, oorschelpafwijkingen, hemihypertrofie, hyperinsulinisme, kans op wilmstumor, levertumor en bijniercarcinoom
Sotos : deleties, inversies of puntmutaties in NSD1 gen ( groei en hersenontwikkeling) geboortelengte 55-56 – lange ledematen- faciaal : groot voorhoofd en onderkaak, vertraagde psychomotore ontwikkeling- grote hersenventrikels
Weaver : grote geboortelengte, faciaal : groot voorhoofd , sterk versnelde botmaturatie, brede distale metafyse ( enkels/knieen en duim prominent) ; hoge schrei- spasticieit
Marshall : idem , doch majeure acterstand en respiratoire problemen
Marfan fibrillinegenmutatie( aantasting sklet, ogen, hart en grtoe bloedvaten, longen)overlijden aortadissectie ( b blokker)
1/ 200 000 Cysthationine B Synthethase gen ( autosm dom)De lensluxatie is naar beneden bij homocystinuria, mentale retardatie en vasculaire thrombosen;hoog methionine en homocystine : dieet en pyridoxine (50% gev)
60. Marfan syndroom Fibrilline gen – hyperlaxiteit – lange ledematen – arachnoidactylie – lens luxatie – mitraalklepafwijkingen – aorta dilatatie met aorta dissectie Fibrilline gen – hyperlaxiteit – lange ledematen – arachnoidactylie – lens luxatie – mitraalklepafwijkingen – aorta dilatatie met aorta dissectie
61. Sotos syndrome NSD1 ( nuclear receptor SET domain containing protein 1) acts as a nuclear co-repressor of genes that promote growth
Snelle groei de eerste 3 jaar – lange armen
Prominent voorhoofd macrocefalie , grote oren kin , handen en voeten
Mentale retardatie
Snellere botmaturatie en vroegere puberteit met normale eindgestalte
Dominant erfelijk ( steeds heterozygote mutaties)NSD1 ( nuclear receptor SET domain containing protein 1) acts as a nuclear co-repressor of genes that promote growth
Snelle groei de eerste 3 jaar – lange armen
Prominent voorhoofd macrocefalie , grote oren kin , handen en voeten
Mentale retardatie
Snellere botmaturatie en vroegere puberteit met normale eindgestalte
Dominant erfelijk ( steeds heterozygote mutaties)
62. Beckwith-Wiedemann syndroom Imprinted genes thv chr 11 q 15 regio ( paternele overexpressie van IGF2)
Macroglossie / midfaciale hypolasia/ platte nesubrug/ afgeplat occiput/ naevus flammeus
umbilicale afwijkingen ( omphalocoele, hernia, diastasis)
Oorlel awijkingen
Assymmetrie
Kanker risk : wilms tumor, adrenocorticaal carcinoom en hepatoblastoma Imprinted genes thv chr 11 q 15 regio ( paternele overexpressie van IGF2)
Macroglossie / midfaciale hypolasia/ platte nesubrug/ afgeplat occiput/ naevus flammeus
umbilicale afwijkingen ( omphalocoele, hernia, diastasis)
Oorlel awijkingen
Assymmetrie
Kanker risk : wilms tumor, adrenocorticaal carcinoom en hepatoblastoma
63. Fragile X syndrome
64. Secundaire groeistoornissen met grote gestalte Overvoeding-familiale Obesitas (MCR4 genotype)
Endocriene stoornissen :
Hypofysair gigantisme
Vervroegde puberteit :
pubertas praecox vera
pseudopubertas praecox
Congenitale bijnierschorshyperplasie
Hyperthyroidie
Cortisol deficiëntie (ACTH resistentie)
Overvoeding gepaard met IGF-1 verhoging, doch lage GH spiegels, wel ook hyperinsulinisme, versnelde adrenarche – verhoogde aromatisatie- meer oestrogenen versnelde botmaturatie
Steeds versnelde botrijping bij sex steroiden – finaal eerder kleine gestalte
Groei bij meisjes soms al versneld vooralleer borstontwikkeling
Steeds wel pubisbeharing
Milde groeiversnelling, doch zeer versnelde botmaturatie
Overvoeding gepaard met IGF-1 verhoging, doch lage GH spiegels, wel ook hyperinsulinisme, versnelde adrenarche – verhoogde aromatisatie- meer oestrogenen versnelde botmaturatie
Steeds versnelde botrijping bij sex steroiden – finaal eerder kleine gestalte
Groei bij meisjes soms al versneld vooralleer borstontwikkeling
Steeds wel pubisbeharing
Milde groeiversnelling, doch zeer versnelde botmaturatie
65. Te grote gestalte : klinische indeling Normaal aspect :
concordant met familiaal groeiverloop : familiaal/constitutioneel
discordant met familiaal groeiverloop:
overproductie van GH, schildklierhormoon,seksuele steroïden,bijnierandrogenen
Abnormaal aspect :
normale ledematen: sotos syndroom
abnormale ledematen: marfan syndroom
klinefelter syndroom
47,XYY
homocysteinurie
66. Acromegalie GH erg zeldzaam; Kan wijzen op MenII en Mc Cune Albright ziekte en neurofibromatose Grote handen en voeten, en neus en onderkin, organomegalie, zweten, glucosintolerantieGH erg zeldzaam; Kan wijzen op MenII en Mc Cune Albright ziekte en neurofibromatose Grote handen en voeten, en neus en onderkin, organomegalie, zweten, glucosintolerantie
67. Hyperthyroidie
68. Te grote gestalte : anamnese Gestalte en groeiverloop bij ouders en grootouders – land van herkomst
Familiale voorgeschiedenis van hartkleplijden en lensverplaatsing
Geboortelengte en gewicht
Psychomotore ontwikkeling
Gedragsproblemen
Gewichtsevolutie
69. Te grote gestalte : lichamelijk onderzoek Gestalte, Gewicht
Bloeddruk, Hartslag
Lichaamsbouw ( struis, tenger)
Hyperlaxiteit(duimteken, platvoeten, scoliose)
Lange ledematen : armspan (>+5cm, lange vingers : positief polsteken en duimteken
Genitale ontwikkeling /borstontwikkeling / gynecomastie
Testisvolume ( micro & macro-orchidisme)
Dysmorfisme (prognatisme, grote oren)
Thoraxafwijkingen(pectus carinatum/excavatum)
Hartgeruis
Schildkliervergroting
Pubis - & okselbeharing
70. Te grote gestalte : bijkomende onderzoeken Radiografie van de li hand en pols
Karyotypering bij jongens
Hormonale screening bij sterk versnelde botmaturatie (TSH,IGF-1,DHEAS, 17-OHProg,LH, FSH,testosterone of estradiol)
Echografie van het hart en spleetlamponderzoek bij vermoeden van Marfan
Aminozurenbepaling bij vermoeden homocysteinurie
71. Analyse groeicurve
Versnelling met gewichtsafname : hyperthyroïdie
Versnelling na gewichtstoename : overvoeding
72. Stroomdiagram
73. Stroomdiagram
74. Frequente oorzaken van versnelde lentegroei
Peuter-Kleuter: overvoeding, pubertas praecox
Peri-adolescentie : familiaal grote gestalte, Marfan syndroom, Klinefelter syndroom
Adolescentie : familiaal grote gestalte, Klinefelter syndroom, XYY syndroom
75. Gevolgen van grote gestalte Medische gevolgen
- hoger risico op scoliose / fracturen
- hoger risico op kanker als volwassene
Psychosociale gevolgen
- isolatie tijdens puberteit ( meisjes)
- associative mating
76. Behandeling van te grote gestalte Oorzakelijk (als mogelijk) vb. somatostatine analoog bij acromegalie
Geslachtshormonen in hoge dosis
-indicatie: gestalte >185 cm ?; >200cm ?
-effect : 2-10 cm (afhankelijk botmaturatie: best vanaf 10jaar ? en 12 jaar ?)
Epiphysiodesis van de distale femur en proximale tibia epiphysen
Neven effecten : gewichtstoeneame, misselijkheid, tepelverkleuring, leucorrhea, galactroorea ( toevoeging progestageen); thrombose-hypertensie
Lange termijn : fertilitiet- ovariele cysten-borstkanker ?
Gewictstoename, ernstige acneé, agressivitietNeven effecten : gewichtstoeneame, misselijkheid, tepelverkleuring, leucorrhea, galactroorea ( toevoeging progestageen); thrombose-hypertensie
Lange termijn : fertilitiet- ovariele cysten-borstkanker ?
Gewictstoename, ernstige acneé, agressivitiet
77. Epiphysiodesis / Stapling