1 / 44

Analfabeten: ingeburgerd aan het werk

Analfabeten: ingeburgerd aan het werk . Een samenwerking tussen CBE Mechelen, Prisma, VDAB Mechelen, Levanto en Karel de Grote-Hogeschool. Huidige situatie in Vlaanderen rond alfa NT2 . lange trajecten weinig intensief algemene taalvaardigheid cursisten haken voortijdig af.

ownah
Download Presentation

Analfabeten: ingeburgerd aan het werk

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Analfabeten: ingeburgerd aan het werk Een samenwerking tussen CBE Mechelen, Prisma, VDAB Mechelen, Levanto en Karel de Grote-Hogeschool

  2. Huidige situatie in Vlaanderen rond alfa NT2 • lange trajecten • weinig intensief • algemene taalvaardigheid • cursisten haken voortijdig af

  3. Succesvolle trajecten in buitenland • intensiever • alfabetisering als deel van bredere educatie en persoonlijkheidsvorming • zoektocht naar eigen behoeftes krijgt belangrijke plaats • meer doorstroom

  4. Project “Analfabeten Ingeburgerd Aan Het Werk” • Samenwerking tussen- Karel de Grote-Hogeschool- CBE Mechelen- Onthaalbureau Prisma- Vitamine W- VDAB • Financiering door het Europees Sociaal Fonds, Equal

  5. Doelstellingen • integratie en kansen op tewerkstelling voor volwassen anderstalige analfabeten verhogen • uitvoeren van een geïntegreerd opleidingstraject • ontwikkelen van methodiek en materiaal

  6. De deelnemers

  7. Doelgroep • Laaggeletterde beginnende tweede-taalleerders- deelnemers komen uit alfagroepen CBE- instroom op verschillende momenten in opleiding- instapniveau mondeling: lager dan richtgraad 1.1 schriftelijk: van volledig analfabeet tot semi-alfabeet • Zowel oudkomers als nieuwkomers

  8. Uitreiking certificaat PST en NT2

  9. Voortraject + Beroepsgericht traject Doel van het voortraject ( // primair inburgeringstraject ) • zo gericht mogelijk een voldoende basiskennis NT2 en sleutelvaardigheden • grondige loopbaanoriëntatie • kennismaking met intensieve opleiding Doel van het beroepsgericht traject (// secundair inburgeringstraject ) • nodige competenties verwerven om te kunnen doorstromen naar een specifiek beroep / functie

  10. Het voortraject • Zo kort mogelijk: 8 maanden • Intensieve opleiding: 21 tot 24 uur per week • Doelgericht van bij het begin: focus op sleutelvaardigheden nodig in latere beroep • Integratie van verschillende onderdelen: NT2, MO, loopbaanoriëntatie, trajectbegeleiding • Content-based language learning: NT2 gekoppeld aan Maatschappelijke oriëntatie

  11. Buitenschoolse activiteit

  12. Het voortraject Trajectbegeleiding • door onthaalbureau • in eigen taal • intensieve info over opleidingstraject • inzicht in belang van langdurige tewerkstelling • intensieve loopbaanoriëntatie • opvolging van prestaties en motivatie • wegwerken randproblemen (bv. kinderopvang, mobiliteit, thuissituatie) • vertrouwenspersoon belangrijk voor deze doelgroep

  13. Het voortraject Focus op sleutelcompetenties • keuzes maken • problemen oplossen • samenwerken • omgaan met getallen • ict-vaardigheden • eigen leren en presteren verbeteren

  14. het voortraject • Themagecentreerde interactie- eigen leiderschap- storingen hebben voorrang • Krachtige leeromgevingen- doelgericht leren- leren is evalueren- leren is contextgebonden- al doende leren- leren is interactief- leren is een kwestie van extensieve oefening

  15. Eigen leiderschap • Geloven in de zelfstandigheid en zelfredzaamheid van de deelnemers • Zo veel mogelijk in eigen handen geven- vb: zelf bellen naar OCMW ; zelf keuze maken bij kinderopvang, zelf bepalen of uren tijdens ramadan veranderen, … • Geleidelijk aan, kijken hoeveel je als begeleider aan hen kan overlaten, gebeurt in stappen

  16. Storingen hebben voorrang • Storingen belemmeren het leerproces • Storingen benutten als leermomentenvb: cursist voelt zich beledigd omdat moslimvrouwen niet van haar maaltijd willen proeven (varkensvlees). - interessante taalcontext om over te discussiëren (op hun niveau)- sleutelcompetentie: problemen oplossen

  17. Doelgericht leren • Als docent goed weten waarom je iets aanbrengt. Vb: - woordenschat: zijn dit voor hen relevante woorden ? - Specifieke context: is dit voor hen een relevante context , wat wil ik dat ze kunnen ? - sleutelcompetenties: wat moeten ze kunnen in hun later beroep. Vb: mobiliteit

  18. Doelgericht leren • Doelen ook duidelijk maken aan deelnemers. Wat is de bedoeling van deze oefening ? Waar heb je dit voor nodig ? • Stapje verder: deelnemers feedback vragen op doelen : - vind je dit belangrijk ? Wil je dit leren ? Wat zijn de consequenties als je dit niet leert ? Vb: plan lezen

  19. Leren is evalueren • Als deelnemers zelf zicht hebben op wat ze al kunnen en wat ze nog beter moeten leren, verhoogt dit de betrokkenheid en de motivatie. • Self-assessment, co-assesment, peer-assessment, vb: bij de stages • Permanente evaluatie, vb: overzicht van doelen op regelmatige tijden bespreken. plakken van bollen.

  20. Leren is contextgebonden • Leerinhouden koppelen aan leerwereld deelnemers • Makkelijker te realiseren in dergelijke trajecten, link met MO, beroepsopleiding • Kan ook in gewone opleidingen, link met thuismilieu, kinderen, actualiteit, • Link duidelijk benoemen en bespreken

  21. Al doende leren • Werken met concrete doe-opdrachten vb: wat is een goede kinderopvangsamen kenmerken benoemen, foto’s zoeken in tijdschriften, voordelen – nadelen van werk: wie werkt in het gezin ? Wat is goed aan de job ? Wat minder ? Voer een gesprek met die persoon. • Taakgerichte opdrachten: een recept maken, een planning maken, een kaartje schrijven, … • Buitenschoolse opdrachten: zie later

  22. Extensieve oefening • Cyclische opbouw • Herhaling in andere context • Herhaling vanuit andere invalshoek (vb door MO-docent, vakdocent, trajectbegeleider, op stageplaats, …)

  23. Interactief leren • In overleg met anderen, leren van anderen - zo veel mogelijk in groep, per twee, … zowel bij schriftelijke als mondelinge oefeningen, op de werkvloer, buiten de klas, …

  24. Taakgerichte activiteit: koffieverkoop

  25. Het beroepsgericht traject Instapvoorwaarden • gemotiveerd om in de poetssector te werken • fysiek geschikt • taalniveau: op basis van resultaten voortrajectmondeling: module 3 alfatraject (< richtgraad 1.1) schriftelijk: geen instapvoorwaarden

  26. Het beroepsgericht traject • Zo kort mogelijk: 8 maanden • Intensieve opleiding: 28 uur per week • Integratie van verschillende onderdelen: • NT2 • beroepsopleiding • stages • arbeidsbemiddeling • cursistenbegeleiding • sleutelcompetenties

  27. Vragen bij de start • Voldoende competent voor tewerkstelling? • Voldoende interesse bij deelnemers? • Laag taalniveau werkbaar in technische opleiding? • Medewerking van bedrijven voor stages?

  28. Succesfactoren • Organisatorisch model- alfa NT2 verruimd naar algemene vaardigheden- gekoppeld aan relevante inhouden (MO / poetsopleiding/ stages)- intensief en zo snel mogelijk naar BO en stage- belang van trajectbegeleiding • Methodiek- themagecentreerde interactie- krachtige leeromgevingen

  29. Creatief werk van deelnemer

  30. Beroepsgericht NT2 • Geleidelijke afbouw ten voordele van de beroepsopleiding en de stages • Content-based language learning: NT2 gekoppeld aan beroepsopleiding en beroep • Thema-gecentreerde interactie • Krachtige leeromgeving • Veel aandacht voor leren leren, problemen oplossen en keuzes maken

  31. Technische opleiding • Standaard programma van VDAB Mechelen • Geen schriftelijke vaardigheden vereist • Docent veel ervaring met laagtaalvaardige deelnemers • Principes van taalgericht vakonderwijs

  32. Documenten op de stageplaats

  33. Stages: zo snel mogelijk • Motivatie. • Beter inzicht in het eigen presteren (reality-check, “Waar sta ik?”). • Inzicht in de werkvloer • Inzicht in de verschillende poetssectoren. • Transfer van het geleerde • Ervaringen en leervragen mee naar de les

  34. stages: organisatie • Parallel met de lessen • Cyclische opbouw: 3 korte stages • Taaltaken vanuit project • Permanente evaluatie met zelfevaluatie • Ondersteuning van mentoren

  35. Stages: groot succes • Overwinning van drempelvrees • Geleidelijke evolutie naar zelfstandigheid • Meerwaarde voor de lesmomenten • Beeldvorming bij werkgevers • Stap naar tewerkstelling verkleind

  36. Werk zoeken

  37. Nazorg: arbeidsbemiddeling en coaching op de werkvloer • Deelnemers vonden heel snel een job, mede door krapte op arbeidsmarkt, maar ook door eigen initiatief en talenten. • Concrete acties • zoeken naar vacatures, via mondelinge en schriftelijke weg • voorbereiden sollicitatiegesprekken • begeleiding met betrekking tot administratieve zaken (bv. aanvragen arbeidskaart, attest allerhande,…) • concrete begeleiding op de werkvloer de eerste weken

  38. Conclusies: organisatorisch • Intensief traject succes • Belang goede loopbaanoriëntatie • Belang van trajectbegeleiding • Voldoende ruimte reserveren voor algemene vaardigheden • Belang van stages • Belang van overleg

  39. Conclusies: methodisch • Afstemming onderdelen zorgt voor transfer • Content-based language learning en belang van buitenschoolse activiteiten. • Sleutelcompetenties en taalverwerving in alle onderdelen • Inbreng en actieve rol deelnemer zo veel mogelijk gestimuleerd • Positieve benadering deelnemers

  40. Tevreden deelnemer

  41. Conclusies competenties deelnemers • Technische vaardigheden vlot verworven • Motivatie en inzet heel hoog • Het zelfbeeld van deelnemers wordt positief bekrachtigd • Hoge aanwezigheid in de lessen • Goede resultaten op vlak van sleutelcompetenties • Taalverwerving lang proces

  42. Conclusies tewerkstelling • Alle deelnemers hebben werk in de schoonmaaksector. • 4 deelnemers in het NEC • 4 via Wep+ • 1 via artikel 60 • De werkgevers zijn heel tevreden • Zwakke taalvaardigheid wordt gecompenseerd door andere competenties, waaronder werkattitudes en motivatie • De stages zorgen voor een positieve beeldvorming bij de werkgevers

  43. Bedankbriefje

  44. Succesfactoren • Organisatorisch model- alfa NT2 verruimd naar algemene vaardigheden- gekoppeld aan relevante inhouden (MO / poetsopleiding/ stages)- intensief en zo snel mogelijk naar BO en stage- belang van trajectbegeleiding • Methodiek- themagecentreerde interactie- krachtige leeromgevingen

More Related