420 likes | 2.33k Views
Thoracale wervelkolom en ribben. Onderzoek en behandeling. Inhoud van de dag. Inleiding anatomie, fysiologie, kinesiologie Onderzoek Behandeling . Anatomie. Thorax 12 wervels, 24 ribben( ) en corpus en manubrium sternum Th 2 t/m Th 10 typische thoracale wervels
E N D
Thoracale wervelkolom en ribben Onderzoek en behandeling
Inhoud van de dag • Inleiding anatomie, fysiologie, kinesiologie • Onderzoek • Behandeling
Anatomie • Thorax 12 wervels, 24 ribben( ) en corpus en manubrium sternum • Th 2 t/m Th 10 typische thoracale wervels • Th 1 - atypische wervel- heeft een unifacet voor de eerste rib • Th11 en Th12 – atypische wervels – unifacet voor de articulatie met de 11e en de12e rib – Th12 inferieure gewrichts-vlakkenkomen overeen met LWK
Anatomie • Processus transversus gaan van breed naar smaller thoracaal (craniaal-caudaal) • Processus spinosis zijn vrij groot – projectie Th4/Th6 half nivo lager – Th7/Th9 een nivo lager – Th10/Th12 op gelijke nivo • Zygapophysiale gewrichten verticaal georiënteerd, superiore facetten projecteren dorsaal en lateraal
Anatomie • Costotransversale gewrichten aan ventrale aspect processus transversus • In de costovertebrale gewrichten articuleren de kopjes van de ribben met demifacetten en discus
Anatomie • Lig. longitudinale anterior • Lig. longitudinale posterior • Lig. Interspinale • Lig. Flavum • Discus intervertebrale
Lovett/Fryette • Lovett: boven ± th4 lateroflexie en rotatie gelijk gericht in flexie en extensie • Lovett: onder ± th4 lateroflexie en rotatie tegengesteld in extensie • Fryette: op alle nivo’s gelijkgericht • Fryette: bij neuromodulatietechnieken
Ribmobiliteit • Bij wervel-flexie ontstaat een endorotatie • Bij wervel-extensie ontstaat een exorotatie • Rotaties: homolateraal exorotatie, heterolateraal endorotatie • Buckethandle • Pumphandle • Caliper-movement (krompasser)
Relatie met CWK • Mate van kyfose bepaalt mate van lordose • Volledige excursies van CWK alleen mogelijk bij goede mobiliteit van cto en hoogTWK • Innervaties van TWK spieren vanuit CWK
Relatie met de LWK • Mate van kyfose bepaalt mate van lordose • Uitstraling van het TLO gebied naar de cristarand/sipsregio via n. cluneus • Innervatie van de buikspieren vanuit laagTWK
Musculatuur • M. lattisimusdorsi (C5-Th1) • M. iliocostalis • Mm. pectoralis major en minor (C5-Th1) • M. trapeziusdescendens/transversusascendens (n. XI/accesorius en C1-4) • M. Diafragma (nnphrenici:C3-4) • M. Rhomboideus (plexus brachialis)
Musculatuur M. erectorspinae (multifidi en rotatores) M. serratusposterior superior (Th1-4) en inferior (Th9-11) M. serratus anterior (plexus brachialis) M. Sternocleidomastoideus (n. XI en C2-3) M. Scalenii (plexus brachialis: C5-TH1) M. quadratuslumborum (L1-3)
Musculatuur • Laag 1; trapezius, latissimus dorsi, fascia lumbodorsalis • Laag 2; levator scapulae,rhomboideus major en minor • Laag 3; erector spinae met de spinalis,semispinalis,longisimus en iliocostalis • Laag 4; multifidi,rotatores en intertransversarii
Neurofysiologie • Autonome zenuwstelsel – parasympatisch deel oorsprong in hersenstam N. vagus en Nn.pelvici S2 t/m S4 voor de trofotrope functies – • orthosympatischezenuwstelsel met oorsprong in zijhoorn C8 t/m L2 voor de ergotropefuncties
Neurofysiologie • Orthosympatischdeel opgebouwd uit preganglionaire zenuwvezels (grijs) afkomstig uit de zijhoorn –paravertebrale ganglia– postganglionaire vezels (wit), deze innerveren organen/spieren/skelet/huid/zweetklieren/ bloedvaten
Innervatie organen • Hart (Th1-9) maag (Th5-9) lever (Th5-Th11) colon (Th9-L2) nieren (Th6-L2) • Effect van orgaandisfunctie op wervelkolom: meer dan 3 wervels homoniem geroteerd • TTA: bindweefselzones (huid), spiertonus
Aandoeningen thoracaal • Hyper/hypo mobiele segmenten • Ribdisposities: structurele en respiratoire laesies • Thoracale HNP – Th 4 -swollen disc? • M. Bechterew/M. Forrestier • Scheuermann • Arthrose/arthritis • Osteoporose • Musculair probleem (disbalans) • Referred pain vanuit cervicaal
Aandoeningen • Syndroom van Tietze - zwelling • Costochondrale klachten – geen zwelling • Scoliose; t.g.v. aangeboren beenlengteverschil/smallere pelvis • Fracturen • TOS
Aandoeningen • Non neutral dysfunctions – type II – een nivo – of flexie of extensie – beperking in latflex en rotatie naar een zijde -ERS en FRS- vlakke gebiedjes thoracaal • Neutral dysfunction – type I – groep dysfunctie 3 of meer – minimale flexie of extensie beperking – beperking in latfl naar convexe zijde en rot concave zijde
Thoracaal onderzoek in groepjeshoog- en mid-thoracaalmid- en laagthoracaal
Anamnese • Hartproblematiek uitsluiten – klachten bij inspanning – pijn tussen schouderbladen en druk op de borst –medicatie-vegetatieve symptomen • Provocatie door hoesten/niezen/ademen • Teken van l’Hermitte • Trauma • Osteoporose (‘gekrompen’, hormonaal)
Onderzoek • Inspectie; mate van thoracale kyfose – ruitvorm – TTA – beoordeling ademhaling • Palpatie; huidoppakbaarheid – huidverschuifbaarheid – huidrollen- tonus musc –kloppen op de wervels • Osteokinematisch onderzoek • Arthrokinematisch onderzoek
Onderzoek • Standsdiagnostiek Vertebraal (ERS en FRS= type 2 laesie) hoog t/m midthoracaal in zit en tijdens beweging laag thoracaal in lig neutraal/puppy en flexiehouding Ribben/sternum (ventraal/dorsaal/midaxillair)
Riblaesies • Structurele riblaesies: hoogstand eerste rib rib ventraalstand rib dorsaalstand rib exorotatie- en endorotatiestand anteriorposterior ribcompressie lateraal ribcompressie (2e rib) lateraalflexiestand
Reflexen en AMT • Babinski • Slump durale verschuifbaarheid – ophangpunten • buikhuidreflex
Differentiatie • Differentiatie riblaesie/vertebrale laesie?
Diagnostiek ART • Asymmetrie of form: standsdiagnose • Range of motion, osteokinematische bewegingsuitslagen, kwaliteit van de beweging tijdens de beweging en het eindgevoel • TTA: Huidoppakbaarheid, tonus
Behandeling • Volgorde van behandelen: thoracaal – costotransversaal – costovertebraal – costosternaal • Ook aandacht voor sternale afwijkingen Waar in de volgorde van behandelen?
Technieken • Thoracale gap/ distractie, flexie en extensie en rotatie manipulatie (Nelson) • Costotransversale manipulatie – lock ? • Sternale manipulaties: naar flexie en extensie, in combinatie met rotatie
Neuromodulaties, wervelkolom • ERS – hoogthoracaal • FRS – hoog thoracaal • ERS- laagthoracaal • FRS- laagthoracaal • Neutrallesions (thuis doen)
Neuromodulatie, ribben hoogstand eerste rib rib ventraalstand rib dorsaalstand rib exorotatie en endorotatie anterior-posterior ribcompressie (tweede rib) lateraalflexiestand lateraal ribcompressie Callipermovements rib 11/12
Respiratoire riblaesies • Bewegingen in het costovertebrale gewricht. • Pumphandle (hoogthoracaal) • Buckethandle (mid en laag thoracaal) • Mobilisatie wordt bepaald door standsdiagnose en ademhalingsrestrictie
Neuromodulaties • 2e rib exostand (Brigitte)
TLO hvt’s in zit • Extensie hvt • Flexie hvt