Beter sporten zonder roken

1. Wil je je kennis over sporten en roken testen?Ga je gang!16 vragen: het antwoord op de volgende dia Beter sporten zonder roken

2. Vraag 1 Zijn er in de leeftijdscategorie 12 tot 24-jarigen evenveel rokers onder de sporters, die aangesloten zijn bij een sportclub, dan onder de gewone bevolking? • ja • neen

3. Antwoord Neen Er zijn bij de sporters driemaal minder rokers.

4. Vraag 2 Door de wet op het verbod van sponsoring en reclame voor tabak is het onmogelijk voor de tabaks-industrie om ook onrechtstreeks nog reclame te maken. Volgt de tabaksindustrie dit nauwgezet op? • ja • neen

5. Antwoord Neen De tabaksindustrie doet wel aan onrechtstreekse reclame zoals bv. via kledingsmerken, jongeren-evenementen, …

6. Vraag 3 Het percentage jongeren tussen 15 en en 24 jaar dat rookt is: • A: 10% • B: 25% • C: 35%

7. Antwoord Het juiste antwoord is B: 25% Het aantal jongeren dat rookt is 25% waarvan 31% jongens en 22% meisjes. 90% van de rokers beginnen te roken voor 21 jaar. We zien dat op de leeftijd van 18 jaar de meisjes de jongens hebben ingehaald. Daarom moeten we dringend actie ondernemen om jongeren te overtuigen van niet te beginnen roken of te stoppen.

8. Vraag 4 De impact van roken op de fysieke conditie, fitheid en sportbeoefening wordt als nadelig beschouwd door: • A: jongens (meer dan meisjes) • B: meisjes (meer dan jongens) • C: geen verschil tussen jongens en meisjes

9. Antwoord Uit onderzoek blijkt dat het voornamelijk jongens zijn die de impact van roken op sportbeoefening inzien: dus antwoord A is juist

10. Vraag 5 Het aanbieden van een sigaret is een middel om gemakkelijker sociaal contact te hebben. Dit wordt zo ervaren door: • A: meer jongens dan meisjes • B: meer meisjes dan jongens • C: hetzelfde door jongens en meisjes

11. Antwoord Uit onderzoek blijkt dat het voornamelijk meisjes zijn die dit doen. Dus antwoord B is correct.

12. Vraag 6 Wie legt er zich gemakkelijker neer bij de regels rond roken thuis en op school? • A: jongens • B: meisjes • C: hetzelfde voor jongens en meisjes

13. Antwoord Inderdaad het zijn de opstandige jongens die het sowieso al moeilijker hebben met gezag. Dus antwoord A is juist.

14. Vraag 7 Roken is de belangrijkste oorzaak van impotentie bij jonge mannen. • A: waar • B: niet waar

15. Antwoord Antwoord A is waar. Roken beperkt namelijk de bloeddoorstroming naar de penis en kan de kleppen beschadigen die de erectie in stand houden

16. Vraag 8 Meisjes die roken lopen minder kans op pijnlijke en onregelmatige maandstonden: • A: waar • B: niet waar

17. Antwoord Het juiste antwoord is B: niet waar. Het is immers zo dat meisjes die roken meer kans hebben op pijnlijke en onregelmatige maandstonden.

18. Vraag 9 Roken bij jonge meisjes kan leiden tot de ontwikkeling van minder klassieke vrouwelijke kenmerken. • A: waar • B: niet waar

19. Antwoord Antwoord A: waar, is correct. Er kan namelijk een storing optreden in de balans van mannelijke en vrouwelijke hormonen waardoor jonge meisjes een eerder mannelijke lichaamsbouw gaan ontwikkelen doordat er eerder in de onderbuik dan op de heupen en op de buste vet wordt opgeslagen.

20. Vraag 10 Is de omgevingsrook die je inademt dezelfde als de rook die een roker inademt? • A: ja • B: neen

21. Antwoord Het juiste antwoord is neen. De omgevingsrook is niet dezelfde als de rook die een roker inademt. De rook van een dampende sigaret is nog schadelijker dan de rook die een roker inhaleert.

22. Vraag 11 Roken veroorzaakt een vroegtijdige veroudering. • A: waar • B: niet waar

23. Antwoord Het juiste antwoord is A: waar. Roken zorgt ervoor dat de opperhuid in het gezicht beschadigd wordt en de bloedcirculatie verslechterd. Als je er beter wil uitzien moet je dus niet eerst grijpen naar gezichtscrèmes maar stoppen met roken

24. Vraag 12 Jonge meisjes die roken, hebben twee keer meer kans om zwanger te worden. • A: waar • B: niet waar

25. Antwoord Het juiste antwoord is B: niet waar. Het is immers zo dat jonge meisjes die roken later twee keer meer kans hebben op onvruchtbaarheid en dus moelijker of niet zwanger kunnen worden.

26. Vraag 13 In tabaksrook zitten meer dan 4700 schadelijke en irriterende stoffen o.a.: • ammoniak A1: waar; A2: niet waar • CO (koolstofmonoxide) B1: waar; B2: niet waar • nicotine C1: waar; C2: niet waar

27. Antwoord Correcte antwoorden: A1, B1, C1. • Ammoniak: verhoogd de shot en versnelt de stap van af en toe roken naar verslaafd roken. De tabaksindustrie wil haar klantenpotentieel op peil houden. • CO: slechtere bloedvatendoorstroming en een lagere hoeveelheid zuurstof in het bloed waardoor kortademigheid bij inspanning kan optreden. Dus beter sporten zonder roken! • Nicotine: verslavingsfactor. De roker heeft alleen de nicotine nodig. Na 1 tot 2 uren begint de nicotine in het bloed te dalen, de roker krijgt ontwenningsver-schijnselen en steekt een volgende sigaret op om de ontwenningsverschijnselen te voorkomen.

28. Vraag 14 Is er een verband tussen de volgende ziekten en roken: • longkanker: A1: ja; A2: neen • hartinfarct: B1: ja; B2: neen • diabetes (suikerziekte): C1: ja; C2: neen • tandvleesontsteking: D1: ja; D2: neen

29. Antwoord Op alle vragen is het antwoord ja. 90% van de personen met longkanker zijn rokers. In 25% van de hartinfarcten en ook voor diabetes is er een duidelijk verband. Op langere termijn kan roken leiden tot amputatie van bv. een been omwille van de slechte bloeddoorstroming door roken (zie CO) En ja, er is een duidelijk verband tussen tand-vliesontsteking en roken en nog andere ziekten die hier niet vernoemd zijn.