1 / 35

Op de nationale wedvluchten zijn dubbelingen in een andere categorie steeds verboden.

Nationale Algemene Vergadering 26.02.2014 Sportieve Punten Assemblée Générale Nationale 26.02.2014 Points Sportifs. 11°- Voorstellen tot wijzigingen aan de reglementen/ Propositions de modifications aux règlements

saul
Download Presentation

Op de nationale wedvluchten zijn dubbelingen in een andere categorie steeds verboden.

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Nationale Algemene Vergadering 26.02.2014Sportieve PuntenAssemblée Générale Nationale 26.02.2014Points Sportifs 11°- Voorstellen tot wijzigingen aan de reglementen/Propositions de modificationsauxrèglements N A T IO N A A L S PO R T R E G L E M E N T/ R E G L E M E N T S P O R T I F N A T I O N A L Art. 8 Wedstrijden of dubbelingen kunnen enkel doorgaan zo er minstens 2 deelnemers zijn, met verschillende lidnummers. In een wedvlucht worden slechts afzonderlijke wedstrijden ingericht in de categorieën: oude duiven, jaarlingen en jonge duiven. Onder dubbelingen dient te worden verstaan: enerzijds, de dubbelingen in een andere categorie (horizontale dubbeling).Deze dubbeling is enkel en uitsluitend toegelaten voor de jonge duiven vanaf de eerste zaterdag van september.. bvb. jaarse duiven gedubbeld tussen de oude duiven (horizontale dubbeling); anderzijds, de dubbelingen op een ander niveau: Bvb. nationaal, interprovinciaal, provinciaal, lokaal (verticale dubbeling). De dubbelingen bij de duivinnen zijn niet meer toegelaten met uitzondering voor de internationale vluchten.

  2. Nationale Algemene Vergadering 26.02.2014Sportieve PuntenAssemblée Générale Nationale 26.02.2014Points Sportifs Op de nationale wedvluchten zijn dubbelingen in een andere categorie steeds verboden. Buiten de nationale wedvluchten alwaar dubbelingen steeds verboden zijn, is het spelen en/of dubbelen van jonge duiven in andere categorieën slechts toegelaten vanaf de eerste zaterdag van september. De duiven moeten verplicht worden ingeschreven in hun categorie (oude, jaarlingen, jongen) in functie van hun ringnummer. De oude duiven en de jaarlingen dienen VERPLICHTEND aan de wedvluchten deel te nemen: in hun eigen categorie, met een aparte uitslag, t.e.m. het weekend van de nationale wedvlucht vanuit Bourges II oude duiven en jaarlingen samen, met één uitslag, na het weekend van de nationale wedvlucht vanuit Bourges II en dit ZONDER mogelijkheid tot het dubbelen van de jaarlingen bij de oude duiven. Het dubbelen van jonge duiven in de andere categorie (oude en jaarlingen samen) wordt toegelaten vanaf de eerste zaterdag van september zonder dat evenwel de verplichting tot dubbelen aan de deelnemer kan worden opgelegd. Nevens deze wedstrijden mogen dubbelingen in andere categorieën worden ingericht, zonder dat evenwel de verplichting tot dubbelen aan de deelnemer kan worden opgelegd. De deelname van jaarduiven aan provinciale, interprovinciale, nationale en internationale wedvluchten, die uitsluitend worden georganiseerd voor oude duiven, is verboden op straf van declassering en sanctie. Het niet naleven van de beschikkingen voorzien in huidig artikel brengt automatisch de declassering van de duif met zich mede en zal vervolging worden ingesteld ten overstaan van de desbetreffende inrichter.

  3. Nationale Algemene Vergadering 26.02.2014Sportieve PuntenAssemblée Générale Nationale 26.02.2014Points Sportifs Art. 8 Les concours (ou leur doublage) ne peuvent être envisagés qu’avec un minimum de 2 participants, ayant des numéros d’affiliation différents. Dans une épreuve ne peuvent être organisés séparément que des concours pour vieux pigeons, pigeons d’un an (yearlings) et pigeonneaux. Par doublages on entend : • d’une part les doublages dans une autre catégorie (doublages horizontaux). Ce doublage est seul et uniquement autorisé pour pigeonneaux à partir du premier samedi de septembre.p.e. les pigeons d’un an doublés parmi les vieux (doublages horizontaux). • D’’autre part les doublages à un autre niveau, p.e. national, interprovincial, provincial, local (doublages verticaux). Les doublages femelles ne sont plus autorisés sauf pour les concours internationaux Pour les concours nationaux, les doublages dans une autre catégorie sont toujours interdits. Hormis pour les concours nationaux où les doublages sont toujours interdits, le jeu et/ou le doublage de pigeonneaux dans d’autres catégories n’est autorisé qu’à partir du 1er samedi de septembre.

  4. Nationale Algemene Vergadering 26.02.2014Sportieve PuntenAssemblée Générale Nationale 26.02.2014Points Sportifs Les pigeons doivent obligatoirement être engagés dans leur catégorie (vieux, yearlings, pigeonneaux) en fonction de leur bague matricule. Les vieux pigeons et les yearlings doivent OBLIGATOIREMENT participer aux concours : Dans leur propre catégorie avec un résultat séparé jusqu’à et y compris le week-end du concours national de Bourges II Vieux pigeons et yearlings confondus, avec un résultat unique, après le week-end du concours national de Bourges II et ce, SANS possibilité de doubler les yearlings dans les vieux pigeons. Les doublages des pigeonneaux dans l’autre catégorie (vieux pigeons et yearlings confondus) sont autorisés à partir du premier samedi de septembre, sans pouvoir toutefois imposer au participant l’obligation de doubler. En dehors de ces concours des doublages dans d’autres catégories peuvent être organisés, sans pouvoir toutefois imposer au participant l’obligation de doubler. La participation de yearlings à des concours provinciaux, interprovinciaux, nationaux et internationaux, organisés exclusivement pour des vieux pigeons, est interdite sous peine de déclassement et sanction. Le non-respect des dispositions prévues par le présent article entraînera automatiquement le déclassement du pigeon et des poursuites à l’encontre de l’organisateur en question.

  5. Nationale Algemene Vergadering 26.02.2014Sportieve PuntenAssemblée Générale Nationale 26.02.2014Points Sportifs Artikel 37 – toevoeging van een § 8 De liefhebber kan per wedvlucht en per categorie slechts één elektronisch constatatiesysteem gebruiken. Art. 37 – ajout d’un § 8 Par concours et par catégorie, l’amateur ne peut utiliser qu’un seul système de constatation électronique. * * * * * Art. 65 – toevoeging van een laatste § Het bestatigingstoestel moet verplichtend worden binnengebracht dezelfde dag als de sluitingsdag van de wedvlucht. Art. 65 – ajout d’un dernier § L’appareil de constatation doit obligatoirement être déposé le même jour que le jour de clôture du concours.

  6. Nationale Algemene Vergadering 26.02.2014Sportieve PuntenAssemblée Générale Nationale 26.02.2014Points Sportifs Art. 66 - Laatste paragraaf  wijzigen  Enkel de gegevens vermeld op de bestatigingslijst, uitgeprint door de master, van en in de club waar het elektronisch toestel werd geregeld voor de betreffende wedvlucht, kunnen worden gebruikt voor de klassering van de duiven (de gegevens, vermeld op een overzichtslijst, kunnen niet in aanmerking genomen worden voor klassering). Art. 66 – modification du dernier § Seules les données mentionnées sur la liste de constatation, imprimée sur le master de la société dans laquelle l’appareil électronique pour le concours concerné a été réglé, peuvent être utilisées pour le classement des pigeons (les données renseignées sur un relevé/aperçu ne peuvent pas être prises en considération pour le classement). * * * * * Art. 70 - 1e zin van § 3 wijzigen Alle klokken, ook de elektronische systemen, uitgegeven voor de bepaalde wedvlucht, dienen binnen de bepaalde tijd binnengebracht te worden in de betreffende vereniging. Art. 70 NSR – modification de la première phrase du § 3 Tous les appareils, même les électroniques, sortis pour un certain concours, doivent être rentrés, dans le délai prescrit, dans la société concernée.

  7. Nationale Algemene Vergadering 26.02.2014Sportieve PuntenAssemblée Générale Nationale 26.02.2014Points Sportifs Art. 74 - § bijvoegen Indien een geldige registratie op 2 elektronische toestellen van hetzelfde constatatiesysteem geschiedde, dan zal de voor de liefhebber meest voordelige tijdopname in aanmerking genomen worden. Art. 74 - ajout d’un § En cas de constatation valable dans deux appareils dépendant d’un même système de constatation électronique, la constatation la plus favorable pour l’amateur sera prise en considération.  * * * * * Art. 75 - bijvoegen  Dit geldt evenwel niet voor elektronische toestellen Art. 75 – ajout d’un §  Ceci ne vaut toutefois pas pour les appareils électroniques.

  8. Nationale Algemene Vergadering 26.02.2014Sportieve PuntenAssemblée Générale Nationale 26.02.2014Points Sportifs Art. 98 §5 Bij gebrek aan een controletoestel dienen al de controlegummi’s te worden ingeleverd samen met het hoofdtoestel. Behalve van de eerst geklokte duif waarvan de controlegummi binnen de 10 minuten vanaf het uur van bestatiging (in u, min, sec) in het hoofdtoestel wordt afgeklokt. Bij elektronische registratie is enkel het afklokken van één gummi van de eerst geklokte duif verplicht ter controle (de overige ringen moeten in de vereniging worden binnengebracht). Art. 98 §5 Faute d’appareil de contrôle, toutes les bagues de contrôle devront être rentrées en même temps que l’appareil principal, exception faite pour le premier pigeon constaté dont le contrôle s’effectue endéans les 10 minutes à partir de l’heure de constatation (en h, min, sec) dans l’appareil principal. Lors de constatation électronique, seule la constatation d’une seule bague en caoutchouc du premier pigeon constaté est obligatoire pour contrôle (les autres bagues doivent être ramenées au local).

  9. Nationale Algemene Vergadering 26.02.2014Sportieve PuntenAssemblée Générale Nationale 26.02.2014Points Sportifs Art. 101 § 1 Voor de nationale wedvluchten vanaf Limoges, zullen de aankomsten van al de duiven, zonder uitzondering, via een communicatiemiddel aan hun respectievelijke inkorvingsburelen worden gemeld binnen de 10 minuten vanaf het uur van bestatiging (in u, min, sec). Deze meldingen zullen het juiste nummer van de gummiring, het uur van klokken, het uur van aanmelden, het eventueel tegenmerk en de naam van de liefhebber omvatten. Voor de nationale wedvluchten beneden Limoges dient enkel de eerst geklokte duif per categorie op voormelde wijze te worden aangemeld. Wanneer de termijn van 10 minuten is overschreden, zal, ingevolge een gegronde klacht, ingediend door iemand die er belang bij heeft, de duif worden geklasseerd op het uur van aanmelding van deze duif. Indien geen enkele aanmelding wordt gedaan zullen alle bestatigingen van deze liefhebber, in dezelfde categorie (en in haar dubbelingen), worden geannuleerd. Een tweede melding volgt dan van zodra de liefhebber éénderde van het aantal ingekorfde duiven per categorie heeft geklokt; een eenvoudige opgave van het aantal aankomsten volstaat bij deze tweede aanmelding.

  10. Nationale Algemene Vergadering 26.02.2014Sportieve PuntenAssemblée Générale Nationale 26.02.2014Points Sportifs Art. 101 §1 Pour les concours nationaux à partir de Limoges, l’heure d’arrivée de tous les pigeons indistinctement, devra être annoncée par un moyen de communication et ce dans un délai de 10 minutes à partir de l’heure de constatation (en h, min, sec) à leurs bureaux d’enlogement respectifs : ces annonces mentionneront le numéro exact de la bague en caoutchouc, l’heure de constatation, l'heure de l'annonce, la contre-marque éventuelle et le nom de l’amateur. Pour les concours nationaux en deça de Limoges, seul le premier pigeon constaté par catégorie doit être annoncé comme cité ci-dessus. Si le délai de 10 minutes n’est pas respecté, le pigeon, suite à une plainte fondée, déposée par toute personne y ayant un intérêt, sera classé à l'heure d'annonce de ce pigeon. Si aucune annonce n'est effectuée, toutes les constatations dans la même catégorie (et dans ses doublages) de cet amateur seront annulées. Une deuxième annonce suivra dès que l’amateur a constaté un tiers du nombre de pigeons enlogés par catégorie ; une simple mention du nombre de rentrées suffit lors de cette deuxième annonce.

  11. Nationale Algemene Vergadering 26.02.2014Sportieve PuntenAssemblée Générale Nationale 26.02.2014Points Sportifs Art. 103 (Beroepsprocedure art. 83 specifiek voorzien in art. 103) Voor nationale wedvluchten wordt elke beslissing om een duif of een liefhebber te declasseren genomen door de inrichter van de wedvlucht.dient de inrichter voor ieder voorstel om een duif of een liefhebber te declasseren, Deze laatste dient de nationale ondervoorzitter, bevoegd voor de sportieve aangelegenheden, te verwittigen. Die zal handelen overeenkomstig de beschikkingen voorzien door art. 83. Binnen de veertien dagen nadat de beslissing van de inrichter aan de betrokken liefhebber werd betekend, kan bij de nationale ondervoorzitter, bevoegd voor de sportieve aangelegenheden, beroep tegen deze beslissing worden aangetekend door de niet gerangschikte liefhebber. Dit beroep zal worden onderworpen aan het oordeel van een beperkte commissie, samengesteld door de voornoemde ondervoorzitter, bestaande uit drie leden die geen afgevaardigde mogen zijn van de PE/SPE waartoe de niet gerangschikte liefhebber behoort. Deze commissie zal zich binnen een tijdsverloop van twee maanden uitspreken. Haar beslissing is definitief en uitvoerbaar en wordt aan alle partijen betekend. Wanneer de commissie een sportief dossier onderzoekt en vaststelt dat een tuchtrechtelijke overtreding kan worden aangetoond, zal de bevoegde nationale ondervoorzitter het dossier, voor verder gevolg, overmaken aan de tuchtrechtelijke kamers.

  12. Nationale Algemene Vergadering 26.02.2014Sportieve PuntenAssemblée Générale Nationale 26.02.2014Points Sportifs Art. 103 (procédure d’appel de l’art. 83 aussi prévoir à l’art. 103) Pour Chaque décisionproposition de déclassement d’un pigeon ou d’un amateur sur un concours national est prise par l’organisateur du concours. Ce dernier est tenu d’avertir le Vice-Président National ayant le Comité Sportif National dans ses attributions. celui-ci agira conformément aux dispositions prévues à l’art. 83. Endéans les 14 jours après notification de la décision de l’organisateur à l’amateur concerné, l’amateur non-classé  pourra interjeter appel contre cette décision auprès du Vice-Président National ayant le Comité Sportif National dans ses attributions. Cet appel sera soumis à une commission restreinte formée par le Vice-Président National précité et composée de trois mandataires ne représentant pas l’EP/EPR dont dépend l’amateur non-classé. Cette commission se prononcera dans un délai de deux mois. Sa décision est définitive, exécutoire et portée à la connaissance de toutes les parties. Si la commission examine un dossier sportif et constate qu'une infraction disciplinaire peut être démontrée, le Vice Président National compétent transmettra le dossier, pour suite appropriée, aux chambres disciplinaires.

  13. Nationale Algemene Vergadering 26.02.2014Sportieve PuntenAssemblée Générale Nationale 26.02.2014Points Sportifs Art. 36 § 8 Voorstel van Mevr. Lageot en de HH. Delstanche, Marissal, Goulem en Goffard Behalve in geval van akkoord tussen de betrokken entiteiten zullen de comités van de PE/SPE, ingeval de stralen of deelnemingszones van hun verenigingen het grondgebied van een andere entiteit overlappen, de reglementen van deze laatste toepassen. hun stralen of deelnemingszones beperken tot de aanpalende of overaanpalende deelgemeenten. Voorstel van de PE Oost-Vlaanderen Behalve in geval van akkoord tussen de betrokken entiteiten zullen de comités van de PE/SPE, ingeval de stralen of deelnemingszones van hun verenigingen het grondgebied van een andere entiteit overlappen, de reglementen van deze laatste toepassen. De deelnemingszone van deze verenigingen op het grondgebied van de andere entiteit beperken tot de aan de provinciegrens aanpalende en aan de provinciegrens overaanpalende deelgemeenten (grenzen 2011).

  14. Nationale Algemene Vergadering 26.02.2014Sportieve PuntenAssemblée Générale Nationale 26.02.2014Points Sportifs Art. 36 § 8 Proposition de Mme Lageot et de MM. Delstanche, Marissal, Goulem et Goffard Sauf en cas d'accord entre entités, les comités des EP/EPR devront au cas où les rayons ou zones de participation de leurs sociétés empiètent sur le territoire d'une autre entité, faire appliquer les règlements de cette dernière. limiter ces rayons ou zones de participation aux communes partielles limitrophes et sur-limitrophes. Proposition de l’EP de Flandre orientale Sauf en cas d'accord entre entités, les comités des EP/EPR devront au cas où les rayons ou zones de participation de leurs sociétés empiètent sur le territoire d'une autre entité, faire appliquer les règlements de cette dernière. limiter la zone de participation de ces sociétés sur le territoire de l’autre entité jusqu’à la commune partielle limitrophe et sur-limitrophe de la frontière de la province (frontières 2011).

  15. Nationale Algemene Vergadering 26.02.2014Sportieve PuntenAssemblée Générale Nationale 26.02.2014Points Sportifs Art. 36 § 8 Proposition de Mme Lageot et de MM. Delstanche, Marissal, Goulem et Goffard Sauf en cas d'accord entre entités, les comités des EP/EPR devront au cas où les rayons ou zones de participation de leurs sociétés empiètent sur le territoire d'une autre entité, faire appliquer les règlements de cette dernière. limiter ces rayons ou zones de participation aux communes partielles limitrophes et sur-limitrophes. Proposition de l’EP de Flandre orientale Sauf en cas d'accord entre entités, les comités des EP/EPR devront au cas où les rayons ou zones de participation de leurs sociétés empiètent sur le territoire d'une autre entité, faire appliquer les règlements de cette dernière. limiter la zone de participation de ces sociétés sur le territoire de l’autre entité jusqu’à la commune partielle limitrophe et sur-limitrophe de la frontière de la province (frontières 2011).

  16. Nationale Algemene Vergadering 26.02.2014Sportieve PuntenAssemblée Générale Nationale 26.02.2014Points Sportifs Art. 36 § 8 Proposition de Mme Lageot et de MM. Delstanche, Marissal, Goulem et Goffard Sauf en cas d'accord entre entités, les comités des EP/EPR devront au cas où les rayons ou zones de participation de leurs sociétés empiètent sur le territoire d'une autre entité, faire appliquer les règlements de cette dernière. limiter ces rayons ou zones de participation aux communes partielles limitrophes et sur-limitrophes. Proposition de l’EP de Flandre orientale Sauf en cas d'accord entre entités, les comités des EP/EPR devront au cas où les rayons ou zones de participation de leurs sociétés empiètent sur le territoire d'une autre entité, faire appliquer les règlements de cette dernière. limiter la zone de participation de ces sociétés sur le territoire de l’autre entité jusqu’à la commune partielle limitrophe et sur-limitrophe de la frontière de la province (frontières 2011).

  17. Nationale Algemene Vergadering 26.02.2014Sportieve PuntenAssemblée Générale Nationale 26.02.2014Points Sportifs Art. 36 § 8 Proposition de Mme Lageot et de MM. Delstanche, Marissal, Goulem et Goffard Sauf en cas d'accord entre entités, les comités des EP/EPR devront au cas où les rayons ou zones de participation de leurs sociétés empiètent sur le territoire d'une autre entité, faire appliquer les règlements de cette dernière. limiter ces rayons ou zones de participation aux communes partielles limitrophes et sur-limitrophes. Proposition de l’EP de Flandre orientale Sauf en cas d'accord entre entités, les comités des EP/EPR devront au cas où les rayons ou zones de participation de leurs sociétés empiètent sur le territoire d'une autre entité, faire appliquer les règlements de cette dernière. limiter la zone de participation de ces sociétés sur le territoire de l’autre entité jusqu’à la commune partielle limitrophe et sur-limitrophe de la frontière de la province (frontières 2011).

  18. Nationale Algemene Vergadering 26.02.2014Sportieve PuntenAssemblée Générale Nationale 26.02.2014Points Sportifs REGLEMENT PARAMYXOVIROSE Art. 5 § 1 & § 2 Elke inbreuk op het huidig reglement, dient door de inkorvende vereniging, binnen de kortst mogelijke tijd, gemeld te worden aan de raad van bestuur van de PE/SPE die de duivenliefhebber in kwestie een verbod oplegt om nog duiven in te korven. Dit verbod wordt opgeheven 21 dagen nadat een attest van inenting werd ondertekend. Bewuste duif dient, bij beslissing van de inrichter van de betrokken wedvlucht, verplichtend uit de uitslag te worden genomen. Ingeval van aanhoudende weigering zich te onderwerpen aan het KB van 28.11.1994 en de richtlijn van de Europese Gemeenschap van 14.07.1992 zal de nationale raad van beheer en bestuur, na onderzoek van het dossier, een boete opleggen aan zowel de liefhebber als aan de betrokken vereniging. De beschikking voorzien in §1 van huidig artikel blijft onverwijld van toepassing.

  19. Nationale Algemene Vergadering 26.02.2014Sportieve PuntenAssemblée Générale Nationale 26.02.2014Points Sportifs REGLEMENT PARAMYXOVIROSE Art. 5 § 1 & § 2 Toute infraction au présent règlement devra être communiquée, dans le plus brefs délais, par la société enlogeuse au Conseil de Gérance de l’EP/EPR lequel notifiera au colombophile concerné une interdiction d’enlogement. Dès qu’un certificat de vaccination aura été signé, cette suspension sera levée après 21 jours. Le pigeon concerné doit obligatoirement être retiré du résultat par décision de l’organisateur du concours concerné. En cas de refus persistant de se soumettre à l’AR du 28.11.1994 et à la directive de la Communauté Européenne du 14.07.1992, le Conseil d’Administration et de Gestion National infligera, après examen du dossier, une amende tant à l’amateur qu’à la société concernée. La disposition prévue au § 1 du présent article reste néanmoins d’application.

  20. Problematiek luchthavens BelgiëProblématique aéroports BelgiqueAssemblée Générale Nationale 26.02.2014Points Sportifs REGLEMENT PARAMYXOVIROSE Art. 5 § 1 & § 2 Toute infraction au présent règlement devra être communiquée, dans le plus brefs délais, par la société enlogeuse au Conseil de Gérance de l’EP/EPR lequel notifiera au colombophile concerné une interdiction d’enlogement. Dès qu’un certificat de vaccination aura été signé, cette suspension sera levée après 21 jours. Le pigeon concerné doit obligatoirement être retiré du résultat par décision de l’organisateur du concours concerné. En cas de refus persistant de se soumettre à l’AR du 28.11.1994 et à la directive de la Communauté Européenne du 14.07.1992, le Conseil d’Administration et de Gestion National infligera, après examen du dossier, une amende tant à l’amateur qu’à la société concernée. La disposition prévue au § 1 du présent article reste néanmoins d’application.

  21. Problematiek luchthavens BelgiëProblématique aéroports Belgique VOGELAANVARINGEN IN DE LUCHTVAART Aanvaringen met sportduiven hebben reeds geleid tot het verlies van meerdere luchtvaartuigen. In de buurt van Milaan Linate crashte zelfs een zakenvliegtuig ten gevolge van een aanvaring met sportduiven, waarbij alle inzittenden het leven lieten. Ook op Belgische luchthavens werden reeds ringen van duiven teruggevonden na luchtvaartincidenten. Dergelijke situaties vallen absoluut te vermijden. Naast het luchtvaartincident valt de dood van een sportduif te betreuren, en daarenboven loopt de eigenaar van de duif het risico aansprakelijk gesteld te worden voor de schade aan het vliegtuig. Die loopt mogelijk letterlijk in de miljoenen. De aanwezigheid van allerlei vogels op en rond de Belgische luchthavens behoort tot de grootste risico’s voor de luchtvaart. Zo heeft een aanvaring met een torenvalk op 25 mei 2008 bijgedragen tot de crash van een Boeing 747 op Brussels Airport. Een spectaculair voorbeeld uit het buitenland betreft de noodlanding op 15 januari 2009 van een Airbus 320 op de Hudson rivier (USA) na een botsing met een zwerm ganzen. En vergeten we ook niet het ongeval met een Belgische C130 Hercules in Eindhoven waarbij 34 mensen omkwamen. Dat ongeval was het directe gevolg van de aanvaring met een zwerm spreeuwen en kieviten. Duiven zijn een vogelsoort die een relatief hoog risico betekenen voor de luchtvaart, en dit om verschillende redenen: · Ten eerste zijn duiven relatief zware vogels. Ze zijn voldoende groot om bij een aanvaring ernstige schade te berokkenen. · Ten tweede vliegen duiven vaak in groep, bijvoorbeeld tijdens duivenwedstrijden. Aanvaringen met verschillende vogels verhogen uiteraard het risico van een ongeval aanzienlijk. · Daarenboven zijn wedstrijdduiven geringd. Moderne vliegtuigen hebben meestal twee of meerdere jet motoren met een grote diameter. Als vogels worden opgezogen door de motor kan dit tot het falen van de motor leiden, zeker indien de vogels geringd zijn, wat een extra risico met zich meebrengt. · Duiven vliegen aan relatief hoge snelheden. In combinatie met de hoge snelheden van vliegtuigen hebben zowel vogels als piloot onvoldoende tijd om een aanvaring te vermijden. · Duiven vliegen op relatief lage hoogtes, waardoor aanvaringen met vliegtuigen meestal gebeuren in een kritische fase van de vlucht, namelijk op het moment dat een vliegtuig aan het landen of opstijgen is. · Daarenboven reageren duiven vaak erg onvoorspelbaar op de verjagingstechnieken die gebruikt worden op de luchthavens. Hun gedrag valt moeilijk in kaart te brengen, waardoor de risico’s op aanvaringen groter worden.

  22. Problematiek luchthavens BelgiëProblématique aéroports Belgique Om die reden beslisten de KBDB en het comité ter preventie van aanvaringen met dieren in de luchtvaart (BAWiHaC – BelgianAviation Wildlife Hazard Committee) om een aantal concrete acties op te zetten om het risico op aanvaringen met sportduiven in de toekomst zoveel mogelijk te verminderen. De volgende actiepunten werden uitgewerkt: 1. Lossingsplaatsen die te dicht bij luchthavens gelegen zijn en die een te groot gevaar voor de luchthavens betekenen, zullen gerelocaliseerd worden, in overleg met het nationaal bestuur van de KBDB. 2. Alle leden van de KBDB zullen geïnformeerd worden over de gevaren van duiven voor de luchtvaart, onder andere via dit artikel. Naast de lossingen voor wedstrijden, laten duivenmelkers hun duiven regelmatig los voor trainingen, wat ook nefaste gevolgen met zich kan meebrengen. Daarom wil het BAWiHaCu ook aanspreken op uw persoonlijke verantwoordelijkheid, en u vragen om: - lossingen in een straal van 8km rond een luchthaven indien mogelijk te vermijden of voorafgaand aan de lossing de luchthaven te verwittigen. - voor persoonlijke lossingsplaatsen in een straal van 13km rond een luchthaven contact op te nemen met de luchthaven in kwestie om te bekijken of uw locatie mogelijks een probleem vormt. [kaart in bijlage] 3. De duivenbonden van andere landen (in de eerste plaats Nederland en Duitsland) zullen gecontacteerd worden, om hen ook te sensibiliseren over de gevaren die veroorzaakt worden door het lossen van duiven op ongeschikte plaatsen in België. Het BAWiHaC en de KBDB hebben met deze acties een zelfde doel voor ogen: het vermijden van aanvaringen tussen sportduiven en vliegtuigen, die onvermijdelijk leiden tot het verlies van de sportduiven, en in het slechtste geval ook een fataal luchtvaartongeval kunnen veroorzaken. Luchthavens zijn op basis van internationale normen verplicht om de nodige maatregelen te nemen om het risico op vogelaanvaringen zo laag mogelijk te houden. Dit gebeurt onder meer door de luchthavens zo onaantrekkelijk mogelijk te maken voor vogels. Zo worden nest- en voedingsplaatsen zoveel mogelijk vermeden door het gras kort te houden en door bomen en struiken te vermijden, mogelijke zitplaatsen uit te rusten met pinnetjes, open waterpartijen te bedekken met plastic bollen, enz. Daarnaast worden vogels ook actief verjaagd met knalpatronen en elektronisch gegenereerde angstkreten van vogels. Waar geen alternatieven mogelijk zijn worden sommige niet beschermde vogelsoorten ook geëlimineerd. De statistieken van de incidentrapporten die naar het Directoraat-generaal Luchtvaart (DGLV) worden verzonden geven echter aan dat het bestaande beheer van vogels op en rond luchthavens een bijkomende aandacht verdient: het aantal aanvaringen met vogels blijft stijgen, en stijgt meer dan proportioneel met het aantal vliegtuigbewegingen. Om deze reden werd door het veiligheidscomité van het DGLV beslist om de problematiek rond vogelaanvaringen prioritair te behandelen.

  23. Problematiek luchthavens BelgiëProblématique aéroports Belgique Wanneer een vogel effectief een gevaar betekent voor een vliegtuig, moet de luchthavenuitbater soms overgaan tot afschot om een ongeval te voorkomen. De luchthavens zetten zich daarom dagelijks in om deze spijtige situaties te vermijden en vragen hiervoor ook uw medewerking. Daarom zijn de verschillende luchthavens graag voor u beschikbaar om te antwoorden op uw vragen over dit onderwerp, en uw individuele situatie. U kan de luchthaven in uw buurt als volgt contacteren: - Luchthaven Antwerpen / Deurne (03/285 65 32 / antwerpairport@vlaanderen.be) - Luchthaven Brussel / Zaventem (02/753 69 28 / bcu@brusselsairport.be) - Luchthaven Charleroi / Gosselies (071/25 12 12 / inspection-ebci@spw.wallonie.be) - Luchthaven Kortrijk / Wevelgem (056/36 20 43 / airport.kortrijk@skynet.be) - Luchthaven Luik / Bierset (04/234 84 29 / inspection-eblg@spw.wallonie.be) - Luchthaven Oostende / Middelkerke (059/55 12 00 / operations@ost.aero) - Militaire vliegvelden Bevekom, Chièvres, Florennes, Kleine Brogel, Koksijde & Brustem(010/68 24 77 /bcs@mil.be) Over het BAWiHaC: In België zijn er zes luchthavens die gecertificeerd worden volgens de internationale normen van de Internationale Burgerluchtvaartorganisatie (ICAO). De certificatie van deze luchthavens gebeurt door het Directoraat-generaal Luchtvaart (DGLV) van de FOD Mobiliteit en Vervoer. Naast de zes gecertificeerde burgerluchthavens (Antwerpen, Brussel, Charleroi, Kortrijk, Luik en Oostende) zijn er ook vijf militaire luchthavens (Bevekom, Chièvres, Florennes, Kleine Brogel en Koksijde). Om beter te kunnen inspelen op de risico’s die verbonden zijn met vogelaanvaringen, werd het BelgianAviationWildlife Hazard Committee (BAWiHaC) opgericht, met vertegenwoordigers van de zes Belgische internationale luchthavens, het DGLV en het Aviation Safety Department van Defensie. De vergaderingen van het comité hebben intussen geleid tot een nationaal actieplan met onderwerpen die een bijkomende aandacht verdienen teneinde de wildlife hazard problematiek efficiënter te kunnen aanpakken. Meer info over het DGLV op: http://www.mobilit.belgium.be/

  24. Problematiek luchthavens BelgiëProblématique aéroports Belgique IMPACTS D’OISEAU DANS L’AÉRONAUTIQUE Les collisions avec des pigeons voyageurs ont déjà mené à la perte de différents avions. Dans les environs de l'aéroport de Milan Linate, un business jet s'est écrasé des suites d'une collision avec des pigeons voyageurs,entraînantla mort de tous les passagers. Mais aussi sur les aéroports belges, des bagues de pigeons voyageurs ont déjà été retrouvées après des incidents aéronautiques. De telles situations sont absolument à éviter. En plus de l'incident aéronautique et de la mort du pigeon voyageur, le propriétaire de ce dernier peut aussi être poursuivi pour les dégâts occasionnés à l'avion. Cela peut se chiffrer en millions. La présence d'oiseaux au-dessus des aéroports Belges et aux alentours de ceux-ci constitue l'un des risques majeurs pour le transport aérien. Ainsi, une collision avec un faucon crécerelle a contribué au crash d'un Boeing 747 survenu le 25 mai 2008 à l'aéroport de Bruxelles. Un exemple spectaculaire de l'étranger est illustré par l'amerrissage forcé, le 15 janvier 2009, d'un Airbus 320 sur le fleuve Hudson (États-Unis) à la suite d'une collision avec des oies. Et n'oublions pas non plus l'accident avec un C130 Hercules à Eindhoven, qui a coûté la vie à 34 personnes. Cet accident a été la conséquence immédiate de la collision avec une volée d'étourneaux et de vanneaux. Les pigeons sont une espèce d'oiseaux présentant des risques relativement élevés pour l'aéronautique et ce, pour différentesraisons : · Primo, les pigeons sont des oiseaux relativement lourds et assez grands pour provoquer d'importants dégâts en cas de collision. · Secundo, les pigeons volent souvent en groupe, certainement dans le cas des concours de colombophilie. Des collisions avec différents oiseaux augmentent en effet fortement le risque d'accident. · Les pigeons voyageurs sont bagués. En outre, les avions modernes ont le plus souvent deux ou plusieurs réacteurs possédant un grand diamètre. Lorsque des oiseaux sont aspirés par le réacteur, celui-ci risque de tomber en panne, certainement si les oiseaux sont bagués, ce qui constitue un risque supplémentaire. · Tant les avions que les pigeons volent à des vitesses élevées, ce qui fait que ni le pilote, ni l'oiseau n'a le temps de réagir pour éviter la collision. · Les pigeons volent à des altitudes plutôt faibles, ce qui fait que les collisions se font le plus souvent lors d'une phase critique du vol, en l'occurrence au moment du décollage ou de l'atterrissage. · En plus, les pigeons réagissent souvent de façon imprévisible aux techniques utilisées pour les chasserdesaéroports. Il est difficile de cerner leur comportement, ce qui ne fait qu'augmenter les risques de collision.

  25. Problematiek luchthavens BelgiëProblématique aéroports Belgique Pour cette raison, il a été décidé, en concertation entre la RFCB et le comité de prévention d’impacts d’animal dans l’aéronautique (BAWiHaC – Belgian Aviation WildlifeHazardComittee), de mettre sur pied un certain nombre d'actions pour réduire à l'avenir, autant que possible, le risque de collision avec des pigeons voyageurs. À cet effet, les points d'action suivants ont été développés : 1. Les lieux d'enlogement situés trop près des aéroports et, de ce fait, trop dangereux, sont relocalisés en concertation étroite avec l'administration nationale de la RFCB. 2. Il convient donc d'informer tous les membres de la RFCB du danger que constituent les pigeons pour l'aéronautique, notamment en diffusant le présent article. En plus des lâchers destinés aux concours, chaque colombophile peut encore lâcher, de son propre chef, des pigeons à des fins d'entraînement, ce qui peut aussi avoir des conséquences néfastes. Pour cette raison, le BAWiHaC souhaite également vous informer sur votre responsabilité et vous demander : - d'éviter les lâchers dans un rayon de 8km autour d’un aéroport, ou de contacter l’aéroport préalablementauxlâchers. - de contacter l’aéroport concerné pour des lieux de lâcher individuels situés dans un rayon de 13 km autour d’un aéroport, afin de s’assurer que ces lieux ne posent pas de problème à l’aéronautique. [carte en annexe] 3. De même, il faudrait contacter les fédérations de colombophiles d'autres pays (en premier lieu celles des Pays-Bas et l'Allemagne) pour les sensibiliser aussi aux dangers causés par les lâchers de pigeons au-dessus de lieux inadéquats en Belgique. Des normes internationaux obligent les aéroports certifiés de prendre les mesures nécessaires pour réduire au maximum le risque de collisions aviaires. L'une des solutions, entre autres, serait de rendre l'aéroport le moins attrayant possible pour les oiseaux. Ainsi, il deviendrait difficile pour eux de trouver des endroits pour la nourriture ou la construction de nids par le fait de maintenir l'herbe courte et d'éviter les arbres et arbustes, ainsi que de placer des punaises sur les éventuelles places assises et de recouvrir de bulles de plastique les pièces d’eau, etc. En plus de cela, les oiseaux seront chassés activement au moyen de pétards et d’imitations de cris d'oiseaux angoissés, générés électroniquement. S'il n'y a pas d'autres alternatives, on procède aussi à l'élimination de certaines espèces d'oiseaux non protégées. Les statistiques des rapports d'incidents qui sont transmis à la Direction générale Transport aérien (DGTA) révèlent toutefois que la gestion des oiseaux, telle qu'elle existe actuellement sur les aéroports et aux alentours de ceux-ci, mérite une meilleure attention : le nombre de collisions avec des oiseaux reste en augmentation et croît plus rapidement que le nombre de mouvements d'avion. Pour cette raison, le comité de sécurité de la DGTA a décidé de s'attaquer prioritairement à la problématique des collisions aviaires.

  26. Problematiek luchthavens BelgiëProblématique aéroports Belgique Lorsqu'un oiseau constitue effectivement un danger pour un avion, l'aéroport doit parfois l'abattre pour éviter un accident. Les aéroports, de ce fait, font constamment tout leur possible pour éviter des situations regrettables et demandent pour cela votre collaboration. Ils sont donc à votre disposition pour vous donner des réponses aux questions à ce sujet et concernant votre situation particulière. Vous pouvez contacter l'aéroport le plus proche de la façon suivante : - Aéroport d’Anvers / Deurne (03/285 65 32 / antwerpairport@vlaanderen.be) - Aéroport de Bruxelles / Zaventem (02/753 69 28 / bcu@brusselsairport.be) - Aéroport de Charleroi / Gosselies (071/25 12 12 / inspection-ebci@spw.wallonie.be) - Aéroport de Courtrai / Wevelgem (056/36 20 43 / airport.kortrijk@skynet.be) - Aéroport de Liège / Bierset (04/234 84 29 / inspection-eblg@spw.wallonie.be) - Aéroportd’Ostende / Middelkerke (059/55 12 00 / operations@ost.aero) - Aéroports militaires de Beauvechain, Chièvres, Florennes, KleineBrogel, Coxyde & Brustem (010/68 24 77 /bcs@mil.be) SurleBAWiHaC : En Belgique, six aéroports sont certifiés selon les normes internationales de l'Organisation de l'aviation civile internationale (OACI). La certification de ces aéroports se fait par la Direction générale Transport aérien (DGTA) du SPF Mobilité et Transports. En plus des six aéroports civils certifiés (Anvers, Bruxelles, Charleroi, Courtrai, Liège et Ostende), il a aussi cinq aéroports militaires (Beauvechain, Chièvres, Florennes, KleineBrogel et Coxyde). Afin de mieux pouvoir anticiper les risques liés aux collisions aviaires, la Belgique a créé le Belgian Aviation WildlifeHazardCommittee (BAWiHaC). Celui-ci est composé de représentants des six aéroports internationaux belges, de la DGTA et de l'Aviation SafetyDepartment de la Défense. Les réunions de ce comité ont entretemps débouché sur un plan d'action national abordant des sujets qui méritent une attention particulière afin de pouvoir traiter plus efficacement la problématique du "wildlifehazard". Plus d’info : http://www.mobilit.fgov.be/

  27. Kleine Halve-Fond Wedvluchten – Concours de Petit Demi-Fond Verboden te lossen/Interdiction de lâcher Toegelaten te lossen/autorisation de lâcher

  28. Souppes-sur-Loing

  29. Nationale Algemene Vergadering 26.02.2014Sportieve PuntenAssemblée Générale Nationale 26.02.2014Points Sportifs Kleine halve-fond wedvluchten/Concours de petitdemi-fond West-Vlaanderen en Oost-Vlaanderen: Fontenay/Châteaudun (Westenlijn) Oost-Vlaanderen, Vlaams-Brabant (sector 1 ), Antwerpen: Provins(*)/Souppes-sur-Loing Vlaams-Brabant sector 2 en 3: Jouy-le-Châtel/Sens/Gien Limburg: Provins(*)/Gien Liège: Troyes/Auxerre Brabant wallon/Namur/Hainaut: Lorris/Gien/Souppes-sur-Loing/Salbris (*) De officiële toelating van de Franse Federatie wordt nog afgewacht/ En attente d’autorisationofficielle de la FCF.

  30. Nationale Algemene Vergadering 26.02.2014Sportieve PuntenAssemblée Générale Nationale 26.02.2014Points Sportifs 14. (a) Kalender van de (inter)nationale wedvluchten 2014/Calendrier des concours (inter)nationaux 2014 (*) Jaarlingen (onder voorbehoud)

  31. Nationale Algemene Vergadering 26.02.2014Sportieve PuntenAssemblée Générale Nationale 26.02.2014Points Sportifs 14 (a)Kalender van de (inter)nationale wedvluchten 2014/Calendrier des concours (inter)nationaux 2014 (*) Yearlings (sous réserve)

  32. Nationale Algemene Vergadering 26.02.2014Sportieve PuntenAssemblée Générale Nationale 26.02.2014Points Sportifs 15. Vaststelling van de criteria van de nationale kampioenschappen WIJZIGINGEN TEN OVERSTAAN VAN 2013 • Opsplitsing van het kampioenschap SNELHEID in een Kampioenschap SNELHEID OUDE DUIVEN en SNELHEID JAARLINGEN met een deelname van minimum 100 duiven en 10 liefhebbers. Identiek voor de as-duiven. • KLEINE EN GROTE HALVE FOND OUDE DUIVEN EN JAARLINGEN: de keuze van de wedvluchten stopt het weekend tot en met Bourges II. Identiek voor de as-duiven. • Voor de JONGE DUIVEN (kleine ½ fond): de keuze van de wedvluchten stopt het weekend vóór de laatste nationale wedvlucht. Idem voor de as-duiven. • JAARLINGEN, zowel voor het nationaal kampioenschap als voor de as-duiven opsplitsing van een kampioenschap FOND en GROTE FOND. Voor het nationaal kampioenschap 3 wedvluchten uit een keuze van 4 wedvluchten. Voor de as-duiven 2 uitslagen op 4 wedvluchten. • ALGEMEEN: rekening houdend met de wijziging opgenomen onder het voorgaande punt: 2 wedvluchten voor JAARLINGEN FOND of GROTE FOND.

  33. Nationale Algemene Vergadering 26.02.2014Sportieve PuntenAssemblée Générale Nationale 26.02.2014Points Sportifs 15. Fixation des critères des championnats nationaux MODIFICATIONS par rapport à 2013 • Division du championnat VITESSE en un championnat VITESSE VIEUX PIGEONS et VITESSE YEARLINGS avec une participation de minimum 100 pigeons et 10 amateurs. Idem pour les as-pigeons. • PETIT ET GRAND DEMI FOND VIEUX ET YEARLINGS: le choix des concours s’arrête le weekend du Bourges II. Idem pour les as-pigeons. • Pour LES PIGEONNEAUX (Petit ½ Fond): les championnats courent jusqu’au week-end précédent le dernier concours national. Idem pour les as-pigeons. • YEARLINGS, tant pour le championnat national que pour les as-pigeons, scission en un championnat FOND et GRAND FOND. Pour lechampionnat national, 3 concours parmi un choix de 4 concours. Pour les as-pigeons, 2 résultats sur 4 concours. • GENERAL: compte tenu de la modification reprise au point 3 : 2 concours pour les YEARLINGS FOND ou GRAND FOND.

  34. Nationale Algemene Vergadering 26.02.2014Sportieve PuntenAssemblée Générale Nationale 26.02.2014Points Sportifs 17. Problematiek veroorzaakt door het al dan niet onderbrengen van de reisduiven in de voedselketen Voor- en nadelen van de reisduif IN en UIT de voedselketen: IN • Iedere duivenliefhebber moet een register bijhouden met vermelding per duif: de datum van geboorte, de datum van inenting, enz….. • Geen toediening meer van antibiotica, inentingen,….. • Medicatie mag maximum 5 dagen worden bijgehouden, daarna indiening bij apotheker of vernietigd worden. • Indien bij een controle medicatie wordt gevonden, voorgeschreven voor de kinderen, familieleden,…. moet een medisch dossier kunnen worden voorgelegd waaruit blijkt dat deze medicatie voor hen werd voorgeschreven. UIT • 21% BTW i.p.v. 6% voor o.a. het eten van de duiven, het vervoer, …… • Doping: overtreder gaat kunnen worden gestraft via het intern KBDB-reglement.

  35. Nationale Algemene Vergadering 26.02.2014Sportieve PuntenAssemblée Générale Nationale 26.02.2014Points Sportifs 17. Problématique causée par l’appartenance ou pas du pigeon voayageur à la chaîne alimentaire Les avantages et les inconvénients quant au pigeon voyageur DANS et HORS de la chaine alimentaire: DANS • Chaque amateur doit tenir un registre avec annotation par pigeon de la date de naissance, de la date de vaccination, etc….. • Plus d’utilisation d’antibiotiques, de vaccination, ….. • Les médicaments sont conservés maximum 5 jours, pour ensuite être remis au pharmacien ou détruits. • Lors d’un contrôle, des médicaments sont trouvés, prescrits pour les enfants, les membres de la famille,…. Un dossier médical doit pouvoir être présenté, duquel il ressort que les médicaments sont prescrits à leur intention. HORS • 21% TVA au lieu de 6% pour e.a. la nourriture, le transport, … • Doping : le contrevenant peut être sanctionné par le règlement interne de la RFCB.

More Related