140 likes | 429 Views
Carpe Diem (Carmen 5 p. 71). Vivamus, mea Lesbia, atque amemus, 1. vivamus, amemus, aestimemus – verklaar de coni. conjunctivus adhortativus ( am e mus van am a re ). Vivamus, mea Lesbia, atque amemus, 1 Laten wij leven, mijn Lesbia, en laten wij beminnen,.
E N D
Vivamus, mea Lesbia, atque amemus, 1 • vivamus, amemus, aestimemus – verklaar de coni. conjunctivus adhortativus (amemus van amare)
Vivamus, mea Lesbia, atque amemus, 1Laten wij leven, mijn Lesbia, en laten wij beminnen, • Mea Lesbia: was begin van relatie. Catullus was nog niet zeker van zijn zaak. Koos voor pseudoniem voor geliefde Clodia (zodat hij zijn gedichten toch in de kring kon voorlezen en wellicht haar reactie kon peilen).
Koos voor het pseudoniem Lesbia= bijvoeglijk naamwoord, dat ‘afkomstig van Lesbos’ betekent (een Grieks eiland). Catullus liet zich in zijn poëzie namelijk vaak inspireren door de Griekse lyrische dichters, zoals de dichteres Sappho (zie ook Carmen 51 p. 73). Zij was afkomstig van Lesbos en daar heeft hij dit pseudoniem aan ontleend.
rumoresque senum severiorum 2omnes unius aestimemus assis. 2. senum – welk vorm? gen mv van senex severiorum – gen mv van de comparativus Let op de vertaalmogelijkheden van comparativus en superlativus: longus – lang longior – 1. langer; 2. nogal / vrij lang; 3. de langste (van twee) longissimus – 1. de langste; 2. zeer lang 3 aestimemus – coni praes van aestimare nog steeds adhortativus
rumoresque senum severiorum 2omnes unius aestimemus assis.en laten wij alle roddels van al te strenge oude mannen één as (geen cent) waard achten. 3 as – koperen munt met weinig waarde
soles occidere et redire possunt: 4nobis cum semel occidit brevis lux,nox est perpetua una dormienda. 6 4. soles – meervoud van …? sol Er is natuurlijk maar één zon; het meervoud geeft de herhaling aan (telkens weer kan de zon…). Tegenstelling met semel. 6 nobis est dormienda – welke vorm? gerundivum van verplichting, nobis = dativus auctoris (door …)
soles occidere et redire possunt: 4nobis cum semel occidit brevis lux,nox est perpetua una dormienda. 6Zonnen kunnen ondergaan en terugkeren: wanneer ‘t korte licht eenmaal voor ons ondergaat, moet er door ons één eeuwige nacht geslapen worden. 5. lux – (zon)licht; staat ook voor: het leven Ook het praesens geeft de herhaling / algemeenheid aan. 6. nox, dormire – staat voor de dood. Oftewel: het leven is kort, de dood daarna lang ( geniet er nu van).
da mi basia mille, deinde centum, 7dein mille altera, dein secunda centum,deinde usque altera mille, deinde centum; 9Geef mij duizend kussen, daarna honderd, daarna een tweede duizend, dan een volgende honderd, daarna aldoor weer/nog duizend, daarna honderd. 7. da – imper van dare 7-9. 1000+100+1000+100+1000+ 100=3300, maar… in de volgende regels blijkt dat het niet de bedoeling is om ze te tellen (r. 11-13)
dein, cum milia multa fecerimus, 10conturbabimus illa, Vervolgens, wanneer wij vele duizenden zullen hebben gegeven, zullen wij die overhoop gooien, 10. fecerimus – indic fut ex. 11. conturbabimus – futurum; conturbare wordt vaak gebruikt in de context van sjoemelen met de boekhouding metafoor 11. illa – verwijst naar? basia (6) of milia multa (10)
ne sciamus, 11aut ne quis malus invidere possit,cum tantum sciat esse basiorum. 13 11. sciamus – coni praes. Wat voor coni is dit (na ne..!)? prohibitivus 12. quis malus – quis = aliquis (een of andere) Onthoud het ezelsbruggetje: na si, nisi, num en ne gaat ali- niet met quisjemee. 13. sciat – conj. in bijzin na indir. rede
ne sciamus, 11aut ne quis malus invidere possit,cum tantum sciat esse basiorum. 13om niet te weten, (hoeveel het er zijn) of opdat niet een kwaadaardige jaloers kan zijn, wanneer hij weet hoeveel kussen het zijn. 12. quis malus –Bedoeld is misschien een van de senum severiorum in-videre – lett. ‘met het kwade oog aankijken’, dus als een heks, die je kwaad kan doen.