1 / 7

Present simple & continuous

Present simple & continuous. Tegenwoordige tijd. Present simple…. …wordt gebruikt wanneer je wilt zeggen dat iets een feit is of een gewoonte is of iets dat regelmatig gebeurt. In de zin komen dan vaak woorden zoals  sometimes, often, always, usually, never  voor.

temple
Download Presentation

Present simple & continuous

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Present simple & continuous Tegenwoordige tijd

  2. Present simple… …wordt gebruikt wanneer je wilt zeggen dat iets een feit is of een gewoonte is of iets dat regelmatig gebeurt. In de zin komen dan vaak woorden zoals sometimes, often, always, usually, never voor. • We alwayswalk to school.

  3. Present simple… … gebruik je ook om roosters of schema’s aan te duiden. • The train leaves at six from platform ten. • All schools in Utrecht start at 8.30am.

  4. Shit-rule He/she/it krijgen een extra -s achter het werkwoord. Dit geldt ook voor woorden die door he/she/it vervangen kunnen worden. • School (=it) startsearly. • My sister (=she) runs fast. • The project (=it) goes well.

  5. Let op! Eindigt het werkwoord op een s-klank, dan wordt –es toegevoegd. • To wash My friend washes his clothes. Go wordt goes en do wordt does. • To do My dad always does the dishes. Eindigt een woord op een medeklinker en -y, dan wordt dit vervangen door -ies. • To study The student studies very hard.

  6. Vragen en ontkenningen We love chocolate. Do we love chocolate? We don’t love chocolate. He runs fast. Does he run fast? He doesn’trun fast. Kijk voor vragen en ontkenningen op de A4-tje met de 4 tijden!

  7. Present continuous… … gebruik je om aan te geven dat iets nu aan de gang is. I am reading right now. … gebruik je om irritatie uit te drukken. You are always annoying people.

More Related