1 / 57

PRESENTATIE VOOR

PRESENTATIE VOOR . 14 Juni 2013 Mathijs Euwema. Het recht op een gezonde kindontwikkeling centraal in het Internationale Verdrag voor de Rechten van het Kind. Article 6: The right to life, survival and development ;

trinh
Download Presentation

PRESENTATIE VOOR

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. PRESENTATIEVOOR • 14 Juni 2013 • Mathijs Euwema

  2. Het recht op eengezondekindontwikkelingcentraal in het InternationaleVerdragvoor de Rechten van het Kind • Article 6: The right to life, survival and development; • Article 27: Adequate standards of living for children’s ‘physical, mental, spiritual, moral, and social development’; • Articles 28 and 29: Role of education in developing ‘çhild’s personality, talents, and mental and physical abilities to full potential’; • Article 31: Importance of play in children’s development.

  3. Inhoud • Ontwikkeling hersenen • Hechting en kindontwikkeling • Het begrip ‘veerkracht’ (resilience)

  4. ONTWIKKELINGVAN DE HERSENEN • Eenkorteintroductie

  5. Verschillen tussen hersenhelften

  6. Verschillenjongens - meisjes • -In hersenstructuur • -In hormonen • -In volgorde en • tijdsverloop van hersenontwikkeling • Maar…alsvolwassenenzijnhersenverschillentussenmannen en vrouwen heel klein!

  7. Wat we weten • Helesnellegroei van hersenen in eerste twee levensjaren; en opnieuw van allesgaande in de puberteit/adolescentie • Plasticiteit: hersenontwikkelingvindtplaats in interactietussengenen/biologie en omgeving • Kritischeperiodes

  8. http://fastfacts.nl/en/content/bernet-elzinga-brain-scars

  9. Om samen te vatten:

  10. HECHTING & ONTWIKKELING

  11. John Bowlby

  12. HECHTING: • De duurzame affectieve relatie tussen een kind en één of meer opvoeders. • Middels gehechtheidsgedrag probeert een baby al heel jong de mensen om zich heen nabij te houden. Onder dit gehechtheidsgedrag vallen huilen, lachen, brabbelen, grijpen, zuigen en volgen met de ogen. • Ontwikkeling van goeiehechting is ookbelangrijk op de langetermijn. Problemen in hechtingleidenvaak tot permanentepsychosocialeproblemen.

  13. Baby is rustig Baby speelt en maakt contact with carer Baby ervaartongemak of heeftietsnodig Baby kalmeert en vertrouwengroeit Baby protesteert, huilt Ouderreageert, pakt baby, maaktoogcontact, praat en troost baby CIRKEL VAN VEILIGE HECHTING

  14. De ouderzegt en straaltuit… • Jij bent heel speciaal! Ikbengeinteresseerd in jou! Ikdenkaltijdaanjou!

  15. Veiligehechting • Baby: kan al heel vroegonderscheidmakentussengezichten • 3 maanden: reageert op elk contact en zalrustigzijnbijeenvreemde. • Alseen baby je nietziet, besta je niet! – dusheeft het geenzinomtehuilenals je weggaat • 6-7 maanden: specifiekehechting met een of meerderepersonen. Kind zalongerustzijn tot vertrouwdepersoonterugkeert. • 10 tot 18 maanden: • - Intense hechting • - Scheidings angst • - Huilt tot persoonterugkeert • - Realiseertzichdatpersoonbestaatook al je die persoonnietziet – huilenheeftfunctie • 2½ tot 3 jaren: (als het goed is) veiliggehecht, kandusookveilig op onderzoekuit • 3 tot 5 jaren: kan steeds verder de “wereld” in omdathij/zijzichveiligvoelt

  16. GEZONDE ONTWIKKELING WORDT STERK BEINVLOED DOOR GOEDE HECHTING • VERSTANDELIJKE ONTWIKKELING MOTORISCHE ONTWIKKELING • SOCIAAL EMOTIONELE ONTWIKKELING

  17. Watgebeurterals de ouder het kind verontachtzaamt?

  18. Baby is rustigrests Baby speelt met zichzelf of wordtapathisch Baby ervaartongemak of heeftietsnodig Baby geeft het op. Vertrouwenontwikkeltzichniet. Welfrustratie. Baby protesteert, huilt Ouderreageertnog steeds niet (goed)– of wordtzelfskwaad Ouderreageertniet – of reageertinconsistenty Baby huilt harder = ONVEILIGE HECHTING

  19. Impact van verwaarlozing op de hersens • Baby’s breinontwikkeltzichalleenalserstimulatieplaatsvindt in liefdevolleinteractie met volwassenverzorgers • Neuronalenetwerkenwordennietgevormdalsdezeinteractieontbreekt. (‘use it or lose it’) • Veiligehechting is een van de belangrijkstevoorwaardenvoorgezondehersenontwikkeling in de eerste twee jaar • Verwaarlozing/misbruikbetekentdusdat de hersenontwikkelinggehinderd en beschadigdwordt

  20. 4 soortenhechting • Veilig • Angstig-vermijdend • Angstig-ambivalent • Ongeorganiseerd

  21. Onveiliggehecht • Het kind: • voelt zich van binnen onrustig en onveilig • heeft geen vertrouwen in zichzelf en in de mensen om zich heen • heeft het gevoel nergens bij te horen • heeft het gevoel waardeloos te zijn • heeft negatieve gedragspatronen ontwikkeld om zichzelf te handhaven

  22. Een kind dat onveilig gehecht is en dus een gevoel van basisveiligheid mist: • Vertoont zelfbepalend gedrag • Probeert alles in de gaten te houden • Maakt slecht contact • Doet vaak stoer • Is snel boos en verongelijkt • Vindt aanval de beste verdediging • Is druk en onrustig • Maakt een gespannen, soms zenuwachtige indruk • Heeft angstige fantasieën • Faalt vaak bij taakjes

  23. Onveiligehechtingkomtvakervoorbij : • Kinderen met ouders met psychiatrischeproblemen • Kinderen met ouders met verslavingsproblematiek • Kinderen met ouders die zelfals kind onveiliggehechtwaren • Kinderen die veelscheidingenhebbenmeegemaakt • Kinderenzonderouderlijkezorg (kinderen die opgroeien in weeshuizen, kinderen die opgroeien op straat)

  24. Resilience (veerkracht)

  25. Veerkracht (resilience) is de capaciteit van een systeem om veranderingen te ondergaan en toch zijn basisfunctie en struktuur te behouden. • Resilience is het vermogen om ook onder of na moeilijke omstandigheden goed te functioneren en te groeien.

  26. Risico en beschermendefactoren • MogelijkeRISICO factoren op kind niveau • Premature geboorte, geboorteafwijkingen; • Chronische of ernstigeziekte; • Eenmoeilijk temperament; • Verstandelijke handicap; • Traumatischeervaringen (met name in vroegekindheid); • Onveiligehechting.

  27. Mogelijke RISICOfactoren op familieniveau • Alleenstaandouderschap (met gebrekaansteun); • Liefdeloosouderschap, mishandeling; • Lagesociaal-economische status; • Sociaalisolement, gebrekaansteunvanuit de omgeving; • Alcohol/drugs gebruik van ouders; • Psychopathologie van ouders; • Dood van eenouder of familielid.

  28. Mogelijke RISICOfactoren op gemeenschapsniveau • Armoede; • Geentoegang tot voorzieningen(medischezorg, maatschappelijkwerk, etc.); • Blootstellingaangeweld in de gemeenschap, discriminatie; • Slechtescholen; • Asocialevriendengroep; • Blootstellingaangiftigestoffen;

More Related