260 likes | 381 Views
Kennis en kracht voor jeugd in IJsselland. Jos Baecke en Jack de Swart, 6 maart 2014. Transitie en transformatie. http:// www.youtube.com/watch?v=l-CK6Hd1rLE&feature=youtu.be. Transitie en transformatie jeugdzorg. Twee thema’s (Jos) Waarom zo? Veranderen?.
E N D
Kennis en kracht voor jeugd in IJsselland Jos Baecke en Jack de Swart, 6 maart 2014
Transitie en transformatie • http://www.youtube.com/watch?v=l-CK6Hd1rLE&feature=youtu.be
Transitie en transformatie jeugdzorg • Twee thema’s (Jos) • Waarom zo? • Veranderen?
Transitie en transformatie jeugdzorg Waarom zo?
EvaluatieWet op de jeugdzorg (2009) • Knelpunten in wet • Recht op jeugdzorg sluit niet aan op ‘eigen kracht denken’ • Indicatiestelling werkt in jeugdzorg niet effectief • Geen (financiële) prikkels voor integrale aanpak> Vraagt om aanpassing wet • Knelpunten buiten wet • Beschikbare expertise • Ontbreken effectieve interventies • Cultuur niet gericht op samenwerking> Vraagt om transformatie
Mogelijke scenario’s • Aanpassen wet (2010) + transformerenOverzichtelijk proces (geleidelijk), klaar 2015 • Aanpassen wet (2010) + transformeren + evt. nieuw stelsel (2016)Stap voor stap, klaar 2018 • Nieuw stelsel (Jeugdwet) + transformatieTransitie en transformatie tegelijkComplex proces, klaar 2018 • Filmpje benadrukt verbinding transitie-transformatie. Waarom?Inhoudelijk prima, maar organisatorisch lastig.Zie ook actuele bevindingen van TSJ
Conclusie • 1 januari 2015 hooguit een ‘basisscenario’ • Overgangsperiode zeer gewenst (tot 2018?)
Transitie en transformatie jeugdzorg Veranderen?
Enkele constateringen • Troef is ‘preventie en vroegsignalering’ (onderbelicht) • Focus ligt op hulpverlening (veel geld en complex) • Nieuwe werkwijzen bevatten nog veel aannames • Professionaliseren vergt tijdEen hulpverlener is nog geen trajectbegeleider • Speerpunt ‘lokaal verbinden van domeinen’gaat niet vanzelf, zie bijvoorbeeld:- samenwerking onderwijs – jeugdhulp niet soepel- wijkteams in relatie tot preventie, CJG en inkopen hulp?
Efficiencywinst? • In potentie kan veel worden verbeterd in jeugddomein • Om te vernieuwen moet je eerst investerenVooraf opgelegde bezuinigingen bemoeilijken proces ernstig • Beleidsdoorwerking van preventie vergt tijd • Nieuwe loketten boren nieuwe doelgroepen aan • Gemeenten moeten ook leren in nieuwe rol
Conclusie • Partijen hebben elkaar hard nodig in veranderproces in de komende jaren (partnership) • In het verlengde hiervan:‘Aanbesteden is vooralsnog een brug te ver’
Twee thema’s (Jack) • Kenmerken en competenties voor de generalist in de zorg voor jeugd • Beschikbare kennis over interventies
1. Kenmerken en competenties voor de generalist in de zorg voor jeugd • Kennisoverzicht (Barnhoorn et al., 2013) • RMO, 2012 (Naar een sterke eerstelijnszorg jeugd- en gezinszorg) • SCP, 2012 (Kwetsbare gezinnen in Nederland ) • Cordus et al., 2011 (pilot Waroparound care) • Scholte, Sprinkhuizen en Zuithof, 2012 (De generalist) • NJi: (Kennispraktijknetwerk Generalistisch werken rondom jeugd en gezin)
RMO, 2012; SCP, 2012 • Vertrouwen opbouwen en gesprek aangaan, • Activeren en versterken eigen kracht van gezin en diens sociale omgeving • Ondersteunen bij (leren) oplossen van opvoedvraagstukken in het gezin • Signaleren en doorverwijzen naar zwaardere, gespecialiseerde hulpverlening
Wraparound care (Cordus et al., 2011) • De gezinsleden serieus nemen, als gelijkwaardige partners behandelen • Samenwerken aan een gezamenlijke omschrijving van vragen/problemen en hun aanpak, niet overnemen • Cultureel bekwaam zijn • Het sociale netwerk van de gezinsleden kunnen betrekken • Flexibel kunnen schakelen tussen de verschillende rollen
De generalist (Scholte, Sprinkhuizen en Zuithof, 2012) • Heeft kennis van meerdere kennisdomeinen, is domeinonafhankelijk; • Richt zich op individuen, systemen, groepen op diverse leefgebieden; • Voert een scala aan (lichte) interventies uit; • Schakelt tussen specialisten vanuit leefwereldenperspectief; • Heeft oog voor problemen en kansen; • Verbindt hulp- en dienstverlening met maatschappelijke participatie.
NJi • Heeft zowel brede kennis en ervaring in de jeugdsector • Werkt integraal, verbindt alle betrokkenen, is van begin tot eind • Werkt domein overstijgend, • Staat dichtbij het gezin, kent (de vragen van) het gezin • Stimuleert en versterkt pedagogische kwaliteit leefomgeving, netwerken van gezin, jeugd, medeopvoeders • Is in staat af te wegen wanneer specialistische zorg nodig is • Kan effectief en efficiënt werken, maakt gebruik van een sluitend aanbod
Kanttekeningen/conclusies • Geen coherente lijsten van benodigde competenties • Alleen de meest ervaren en deskundige professionals lijken deze nieuwe taken te kunnen vervullen. • Geen aandacht voor samenwerken in netwerken • Het ontbreekt aan een wetenschappelijke basis onder de lijstjes • Gesprekken met deskundigen • Beredeneerd vanuit takenpakket • Ideologisch gestuurd • Nog weinig relevante (inter)nationale wetenschappelijke studies beschikbaar
2. Beschikbare kennis over interventies • We horen nog te vaak dat: • de hulp een soort “black box” is • we nog te weinig weten over “wat werkt” • slechts 1 - 5 procent van de interventies in de jeugdzorg bewezen effectief is (Holsbrink, 2013) • dat er in de jeugdzorg maar wordt aangemodderd (Veerman, 2013)
Waarom aandacht voor interventies? • Interventies kosten geld en hebben legitimatie nodig. • Politiek en maatschappelijk, maar bovendien steeds meer wetenschappelijk.
Verdere professionalisering • Neuzen dezelfde kant op • Daar past bij: • aandacht besteden aan de eigen kracht en mogelijkheden van hulpvragers • het benutten van krachten en mogelijkheden van het sociale netwerk, • aandacht besteden aan een goede relatie met de cliënt • goede communicatieve vaardigheden • een professional die uit “het juiste hout” gesneden is. • Uiteindelijk moet professionele hulp zich baseren op EB-methoden. Dat is namelijk de legitimatie van iedere professional.
Conclusie • Er is veel in beweging rondom professionalisering van het beroep en de beroepsgroep • Er wordt steeds meer aandacht besteed aan het werken met EB-interventies (zie databanken en richtlijnen) • Ontwikkelen en toepassen • Het staat nog wel voor een belangrijk deel in de kinderschoenen • Is dat erg? Ja en Nee • Ja: de hulp moet veel effectiever (met aandacht voor efficiency) • Nee: we gaan de goede kant op, als de neuzen maar dezelfde kant op staan.