1 / 32

Prof. dr. Michel Walrave & Wannes Heirman Onderzoeksgroep Strategische Communicatie

Studiedag OSBJ VZW: ‘Nieuwe media: een uitdaging voor jongeren en begeleiders ’ Cyberpesten: stand van zaken & advies. Prof. dr. Michel Walrave & Wannes Heirman Onderzoeksgroep Strategische Communicatie (OSC) – Universiteit Antwerpen. In de media.

brygid
Download Presentation

Prof. dr. Michel Walrave & Wannes Heirman Onderzoeksgroep Strategische Communicatie

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Studiedag OSBJ VZW: ‘Nieuwe media: een uitdaging voor jongeren en begeleiders’ Cyberpesten: stand van zaken & advies Prof. dr. Michel Walrave & Wannes Heirman Onderzoeksgroep Strategische Communicatie (OSC) – Universiteit Antwerpen

  2. In de media Helft twaalfjarigen is cyberpester(De Morgen 28-04-2006) Cyberpesten wordt plaag onder kinderen(De Morgen 28-02-2006) Pesten gaat door op Cyberspace (De Standaard 25-01-2008) Pestkoppen gebruiken nieuwe technologieën(GVA 28-04-2006) Pestkoppen ontdekken gsm en pc(Het Volk 16-02-2006) Politie pakt cyberpesten aan(HBVL 09-02-2008) Scholen in strijd tegen cyberpesten(Het Nieuwsblad 28-02-2006)

  3. Overzicht onderzoek naar cyberpesten Concrete tips voor praktijk Vragenronde Agenda

  4. OSC – Universiteit Antwerpen Ontstaan: 2004 Prof. dr. Michel Walrave & prof. dr. Heidi Vandebosch 5 leden binnen dep. CW 40 leden Missie: onderzoek over het strategisch inzetten van ICT en massamedia voor interne en externe communicatieprocessen en evaluatie van de beoogde effecten op de doelgroepen Cyberpesten

  5. OSC – Universiteit Antwerpen Projecten: Digitale kloof (viWTA) Cyberpesten (viWTA) Kids’ & teens’ e-privacy (UA) E-government, Identity management & privacy (IBBT) E-Werken (EU / ESF) TIRO (BELSPO) Internetobservatorium: wetenschappelijke ondersteuning Cyberpesten

  6. 1 Cyberpesten – Overzicht

  7. TYPOLOGIE A. Cyberpesten: 5 criteria: 1. Intentie om te kwetsen (aard elektronische boodschappen) 2. Repetitief patroon online en/of offline acties (verspreiding) 3. Machtsverschil (fysiek, technologisch, psychologisch) 4. Binnen bestaande sociale groepen 5. Gericht tegen 1 individu B. ‘Cyber teasing’: Plagen via internet of gsm C. ‘Cyber arguing’: Ruzie via internet of gsm D. ‘Cyber attacking’: Eenmalig (ernstig) incident Cyberpesten

  8. Cyberpestvormen (1): Direct (‘in-the-face’) cyberpesten Fysiek cyberpesten (bv. virussen, virtuele inbraak) Verbaal online pesten (bv. ‘flaming’) Non-verbaal online pesten (bv. ‘happy slapping’) Sociaal online pesten (bv.uitsluiting) Indirect (‘behind-the-back’) cyberpesten Outing (bv. vertrouwelijke, persoonlijk informatie) Masquerade (bv. identiteitsdiefstal, ‘identity fluidity’) ‘Denigration’ (bv. geruchten, beschuldigingen) Haatwebsites (bv. negatieve commentaar op gastenboek) Cyberpesten

  9. Cyberpestvormen (2): Meest voorkomend: Beledigen en bedreigen via gsm/internet (‘flaming’) Roddelen via internet (‘sociaal online pesten’) Inbreken in mailbox (‘fysiek cyberpesten’) Minder voorkomend: Vormen waar meer expertise voor vereist is (haatwebsites of populariteitstesten) Cyberpesten

  10. Omvang van het probleem in België Persaandacht sinds 2001 Gesprekken met CLB en leerkrachten bevestigen ernst van het probleem (TIRO, viWTA, Kowalski) Cijfers België (TIRO): Expliciete bevraging (ben je al gepest via gsm of internet?) - 1 op 3 (34,3%) al eens slachtoffer - 1 op 5 (21,2%) al eens dader Impliciete bevraging (lijst met vormen ‘deviant’ gsm- of internetgedrag) - 6 op 10 (W: 66,7%; VL: 62,3%) al eens slachtoffer van één of meerdere vormen - 4 op 10 (W: 41,2%; VL: 38,7%) al eens dader van 1 of meerdere vormen Cyberpesten

  11. Cyberpesten • Cijfers (TIRO) • 34,3% al gepest via internet of gsm (21,2% dader) • 43,7% heeft al e-mail/MSN-paswoord meegedeeld

  12. Rollen en Profielen (1) Pesten is een sociaal proces met verschillende rollen: Dader Slachtoffer Participant - Assistenten - Versterkers - Outsiders - Verdedigers Aan rollen kunnen profielen worden gekoppeld: bij cyberpesten enkel gegevens over profiel dader en slachtoffer Cyberpesten

  13. Cyberpesten

  14. Rollen en profielen (2): Verwevenheid van pestrollen Traditionele pesters meer kans om gepest te worden via internet of gsm (‘revenge of the nerds’- hypothese) Cyberpester zelf vaak ooit slachtoffer geweest van traditioneel pesten (cf. supra) Slachtoffers traditioneel pesten maken meer kans om ook slachtofferrol aan te nemen in cyberspace (‘global victims’) Cyberpesters maken meer kans om gecyberpest te worden (kettingreactie van cyberpesten > ‘cyberpestcultuur’) Cyberpesten

  15. Gevolgen cyberpesten (1) Erger dan traditioneel pesten? Ja, want: Anonimiteit dader niet aanspreekbaar Tijd-Plaatsonafhankelijk (24/7) geen rust Beperkte supervisie mogelijk dader kan ongestoord verder doen Publiek karakter nieuwe media vernedering met grote reikwijdte – “It’s up there for 6 billion people to see” (deelnemer buitenlands focusgesprek) Cyberpesten

  16. Cyberpesten Gevolgen van Cyberpesten (1)

  17. Gevolgen van cyberpesten (2): Rechtstreeks voelbaar in de klascontext Schadelijk voor alle partijen Weekt kettingreacties los (‘Cyberpestcultuur’) Perceptie van cyberpesten: Enorm verschil tussen perceptie slachtoffer en dader: wat dader als grappig bedoelt, heeft een eerder kwetsende uitwerking op het slachtoffer Reactie op cyberpesten? Slachtoffers (en andere partijen) zwijgen vaak uit schaamte of angst (VL: 55,1% slachtoffers vertelt het tegen niemand) Meerderheid onderneemt wel één of andere vorm van actie (VL: Blokkeren (67,4%), Verzoek aan dader om te stoppen (57,6%), Terugpesten (50,6%), Hoop dat probleem vanzelf overwaait (57,3%)) Cyberpesten

  18. 2 Cyberpesten – tips voor de praktijk

  19. ‘Triggers’ voor cyberpesten: Anonimiteit 24/7 –effect Cock-pit –effect Beperkte mogelijkheid tot supervisie Mogelijkheid tot enorme schade ‘Digital knowledge’-gap Zeven tips Cyberpesten

  20. Perceptieverschil: dat wat daders van cyberpesten als grappig bedoelen, heeft vaak een kwetsende uitwerking op slachtoffers Het ontbreken van emotionele feed-back door slachtoffers leidt tot ‘cock-pit’-effect bij de dader Kinderen kunnen de gevolgen van hun online gedragingen niet altijd even goed inschatten. Dit heeft in het verleden al geleid tot voorbeelden van cyberpesten die de hele wereld zijn rondgegaan Mogelijke oplossingen: - Programma’s rond mediageletterdheid (meer dan ICT-vaardigheden…) - Praten met kinderen over ICT en risico’s (o.a. cyberpesten...) - Reflectie stimuleren over gevolgen online gedrag Cyberpesten Tip 1: Bewustmaking

  21. ‘Digital knowledge gap’ Jongeren zelf ook vaak overtuigd dat ze meer van ICT afweten dan hun ouders Kennis nochtans voorwaarde voor aanpak cyberpesten Mogelijke oplossingen: - Zelf vertrouwd maken met technologie - Oudersaanmoedigen om zich te informeren alvorens nieuw mediaproduct aan te kopen Cyberpesten Tip 2: Technologische bijscholing

  22. Slachtoffers van cyberpesten kampen met verlaagd zelfbeeld en depressieve gevoelens (cf. slide gevolgen cyberpesten) Getroffen op internet of per gsm, media die cruciaal zijn bij identiteitsvorming jongeren (=zeer belangrijk proces) Littekens kunnen voor het leven zijn Mogelijke oplossingen: - Jongeren duidelijk maken dat ze als slachtoffer van cyberpesten geen alleenstaand geval zijn - Jongeren aanmoedigen om over hun gevoelens te praten - Bij verdere gesprekken anticiperen op die gevoelens door bijvoorbeeld complimenten te geven en positieve eigenschappen te benadrukken Cyberpesten Tip 3: Gevoel van eigenwaarde opbouwen

  23. Kinderen weten niet altijd hoe ze moeten reageren op pestgedrag Enerzijds: blijven zwijgen en niets doen kan het probleem uit de hand doen lopen. Anderzijds: te snel en woedend reageren kan verder pestgedrag aanwakkeren Mogelijke oplossingen: - Bewustmaken dat niet reageren kan helpen bij beginnend pestgedrag - Duidelijk maken dat driftbuien het pesten verder aanwakkeren - Aanmoedigen om te praten als het pestgedrag al een tijd bezig is - Via rolspel laten zien hoe kinderen best reageren op pestsituaties Cyberpesten Tip 4: Prosociale rolmodellen inbouwen

  24. Slachtoffers (en andere partijen) zwijgen vaak uit schaamte of angst (vb. voor boze reactie ouders; voor afname internetprivileges...) Neiging om te zwijgen groter in de puberteit (door toenemend belang ‘peer pressure’) Jongeren niet altijd gehoord Mogelijke oplossingen: - Vertrouwenspersoon - Centraal meldpunt - Oren spitsen wanneer kinderen/tieners over negatieve online ervaringen vertellen Cyberpesten Tip 5: Drempels verlagen en luisteren

  25. Ouderlijk toezicht neigt naar de minimale kant bij cyberpesten Daders hebben vaak een eigen goed voorziene mediakamer Deze mediakamer is ‘een private geconnecteerde ruimte’. Ver buiten het zicht van ouders hebben kinderen een (te?) grote vrijheid om te bepalen wat ze met het internet of gsm doen... Mogelijke oplossingen: - Verhoging toezicht door leerkrachten en begeleiders - Ouders bewustmaken dat plaats van pc in het gezin een weloverwogen keuze moet zijn Cyberpesten Tip 6: Verhoogde supervisie

  26. “Bullies are made, not born” Pestgedrag is er vaak niet zo maar gekomen: Cyberpesters liggen vaak in de knoop met zichzelf De emotionele band met de ouders is vaak slecht Mogelijke oplossingen: NIET: een pleidooi voor ‘soft policy’ of grenzeloos begrip voor de dader WEL: preventief werken om pesten te voorkomen of tegen te gaan blijkt efficiënter dan een repressief schoolbeleid inzake pesten MAAR: In ernstige gevallen kunnen zware sancties conform het reglement worden toegepast. Daarbij moet men steeds overwegen: - wat achterliggende redenen zijn van het pestgedrag - of de pester zelf niet problemen kampt In dergelijke omstandigheden al te zware straffen opleggen, kan op lange termijn nog ernstigere problemen veroorzaken Cyberpesten Tip 7: Niet te snel te zwaar straffen

  27. Deze tips integreren in een holistische schoolaanpak (‘Whole School Policy’) De gehele schoolgemeenschap wordt betrokken bij het pestprobleem (directie, leerkrachten, leerlingen, ouders) Integrale aanpak in 4 fasen: - Bewustmakingsfase (correct informeren, afnemen survey) - Consultatiefase (participatieve structuren,pestpreventie-initiatieven, duidelijk normatief kader) - Trainingsfase (netiquette, assertiviteitstechnieken) - Continuïteit van het programma (op lange termijn ondersteunen) Cyberpesten

  28. Voorbeeld van goede praktijk in Australië (1) Zeer intensieve implementatie van een holistische schoolaanpak Aanleiding was een zeer ernstig pestincident, dat voor opschudding zorgde bij ouders en leerkrachten Er was overeenstemming dat pestpreventiebeleid niet alleen van het schoolpersoneel mocht uitgaan, maar dat ook de input van ouders én leerlingen essentieel was Implementatie van holistische aanpak was groot succes: -verminderd aandeel gepeste leerlingen -positievere houding tegenover pestpreventiebeleid -perceptie van een veiligere schoolomgeving -meer vertrouwen in onderwijzend personeel Cyberpesten

  29. Voorbeeld van goede praktijk in Australië (2) PRQ (gestandardiseerde vragenlijst om de omvang van het pestprobleem in te schatten) Leerkrachten in training (voor curriculum-initiatieven en conflictoplossing) Pestpreventie-initiatieven (met input leerlingen) De Anti-Pestcommissie: plannen en organiseren van anti-pestactiviteiten De Hulpgroep: leerlingen als vertrouwenspersoon voor slachtoffers van pesten De Sprekersgroep: leden van de Anti-Pestcommissie houden toespraak op schoolvergaderingen en stafbijeenkomsten De Affichegroep: aanwending van creatief talent om posters tegen pesten te ontwerpen De Toneelgroep: aanwending van creatief talent om prosociale rolmodellen inzake pesten uit te beelden Andere activiteiten: niet specifiek bedoeld tegen pestgedrag Welkomstgroep: voor nieuwe leerlingen (sociaal isolement is “trigger” van pestgedrag) Steungroep: voor leerlingen die zich niet goed voelen PRQ (opnieuw, nu als evaluatie-instrument) Cyberpesten

  30. Besluit: drie kerngedachten Probleem onderkennen en ernstig nemen Combinatie van luisteren, controle en sanctioneren Gedeelde verantwoordelijkheid van tieners, leerkrachten en ouders Cyberpesten

  31. Dank voor uw aandacht! Vragen?

  32. Interessante links: www.internet-observatory.be (praktijkfiches) www.ua.ac.be/tiro www.ua.ac.be/strategischecommunicatie www.saferinternet.be www.web4me.be www.cyberpesten.be Cyberpesten

More Related