250 likes | 434 Views
Remedial stijl College 4. Herhaling boek. Echter en immers. a. *Ik ga er niet aan beginnen, immers het leidt nergens toe. b. *Ik dacht dat we dat zo hadden afgesproken, echter de commissie denkt er anders over. Ik ga er niet aan beginnen. Immers, het leidt nergens toe.
E N D
Remedial stijlCollege 4 Herhaling boek
Echter en immers a. *Ik ga er niet aan beginnen, immers het leidt nergens toe. b. *Ik dacht dat we dat zo hadden afgesproken, echter de commissie denkt er anders over. Ik ga er niet aan beginnen. Immers, het leidt nergens toe. Ik ga er niet aan beginnen, het leidt immers nergens toe.
Inversie Inversie = omdraaien van ond-pv Goed: • In vraagzinnen • In zinnen die met een ander zinsdeel beginnen (gisteren, morgen etc.)
Foutieve inversie a. *Precies om één uur is Sinterklaas een Drents meer opgevaren en is hij snel terug gezwommen nadat de boot zonk. Precies om één uur is Sinterklaas een Drents meer opgevaren en hij is snel terug gezwommen nadat de boot zonk.
Anakoloet • Ontsporende zin • De ‘anakoloet’ is de zin die niet op de juiste manier hoewel hij aantoont dat de regels niet in alle gevallen voorzien en er eentje op te schrijven niet meevalt hoewel je ze ik tenminste voortdurend uitspreek. (Battus)
Foute beknopte bijzin • Denkend aan Holland trekken brede rivieren traag door oneindig laagland. • Denkend aan Holland zie ik brede rivieren traag door oneindig laagland gaan. • Onderwerp moet in de bijzin gelijk zijn als in de hoofdzin.
Zwevende bijzin • Ik heb het toch maar niet gezegd. Omdat het me eigenlijk met een verzoek tot geheimhouding was verteld. • Een zin met een onderschikkend voegwoord kan nooit op zichzelf staan, maar moet aan een hoofdzin vastzitten.
Incongruentie • Een van het groepje die het kan weten, is Peter. • Een van het groepje die het kunnen weten, is Peter. • Dat is een van de vier mensen die klaar zijn voor de vlucht naar Japan. • Dat is een van de vier mensen die klaar is voor de vlucht naar Japan. • Persoonsvorm en onderwerp moeten hetzelfde getal hebben.
Foutieve samentrekking • Wat weggelaten is moet dezelfde vorm, betekenis en grammaticale functie hebben als het eerder genoemde zinsdeel. • Ik denk er nu genuanceerd over, maar vroeger niet. Het is niet dezelfde vorm die weggelaten is: denk/dacht.
Dubbele ontkenning • Ik heb dat bij mijn weten niet gezien, nee, helemaal nooit niet!
Tangconstructie • De door vele partijen van plagiaat beschuldigde Duitse minister zal volgende week op de Amerikaanse televisie verschijnen. - De Duitse minister die van plagiaat beschuldigd is, zal volgende week op de Amerikaanse televisie verschijnen.
Tangconstructie • Hij heeft vanwege zijn tomeloze inzet en grondige voorbereiding eigenlijk toch wel een goed cijfer verdiend. - Hij heeft eigenlijk toch wel een goed cijfer verdiend vanwege zijn tomeloze inzet en grondige voorbereiding.
Langeaanloopzin • De belangrijkste informatie wordt na een (lange) bijzin pas gegeven. • Om u te overtuigen dat het beter is om een duurder abonnementsvorm af te sluiten, hebben wij de inhoud van de abonnementen voor u op een rijtje gezet.
Pleonasme/tautologie • Overeenkomst: overbodig dubbel taalgebruik • Verschil: kijken naar de woordsoorten
Pleonasme • De hond viel naar beneden in het natte water. • Er ontstond een ongeordende chaos toen er overal een meter witte sneeuw lag.
Pleonasme • De hond viel naar beneden in het natte water. • Er ontstond een ongeordende chaos toen er overal een meter witte sneeuw lag. • Overbodige woorden toegevoegd. De toevoeging zit al in de betekenis van het eerste woord.
Tautologie • Ik ben best bereid om morgen opnieuw de brief te willen schrijven, maar ik heb dan echter geen tijd om hem op de post te doen. • Het is niet mogelijk om het kopieerapparaat opnieuw te kunnen opstarten.
Tautologie • Ik ben best bereid om morgen opnieuw de brief te willen schrijven, maar ik heb dan echter geen tijd om hem op de post te doen. • Het is niet mogelijk om het kopieerapparaat opnieuw te kunnen opstarten. • Je herhaalt de betekenis van het woord volledig: je zegt dus twee keer precies hetzelfde.
Pleonasme/tautologie • Bij pleonasme 2 verschillende woordsoorten. • Je kunt snel zien welke overbodige toevoeging je weg kunt laten. • Bij tautologie 2 dezelfde woordsoorten. • Tautologieën zijn soms wel goed: nooit ofte nimmer, glitter en glamour, etc.
Contaminatie • Jeetje, die Apple kost best duur! • Vergeet niet uit het oog dat je Annika moet ophalen. • Erik kan oneindeloos praten over onopgeloste moordzaken. • Verkeerde combinatie van woorden/uitdrukkingen
Als/dan • Dan: bij vergrotende trap • Hij is groter dan zijn zus. Als: bij een vergelijking - Hij is even groot als zijn zus.
Hen/hun • Hen: - lijdend voorwerp - na voorzetsel 1. Ik heb hen opgebeld, maar ze namen niet op. 2. Ik heb daarom een mailtje naar hen gestuurd.
Hen/hun • Hun: - meewerkend voorwerp - maar zonder voorzetsel Goed: Ik geef hun een grote bos bloemen als bedankje. Fout: Ik geef aan hun een grote bos… Goed: Ik geef aan hen een grote bos…
Beide/beiden • Beide: bij dieren, dingen en zaken • Er waren twee kittens geboren, beide met de ogen dicht. • Beiden: bij mensen - Leo en Angela waren beiden dolgelukkig toen de nieuwe bank naar binnen werd getild.