590 likes | 845 Views
De 1ste slag bij Ieper. WO I 1914-1918. Bewerkt door Etienne Thieren. 27-09-2012. Brigade generaal Tuxford in gezelschap van zijn commandanten en het personeel van het hoofdkwartier van de 3 e Canadese infanteriebrigade in 1918. De Duitse bevelhebbers. Keizer Willem II °1859+1941.
E N D
De 1ste slag bij Ieper. WO I 1914-1918 Bewerkt door Etienne Thieren. 27-09-2012
Brigade generaal Tuxford in gezelschap van zijn commandanten en het personeel van het hoofdkwartier van de 3e Canadese infanteriebrigade in 1918.
De Duitse bevelhebbers. Keizer Willem II °1859+1941 Rupprecht van Beieren °1869+1955 Max von Fabeck °1854+1916 Berthold von Deimling °1853+1944 Albrecht von Württemberg °1865+1939
De Franse bevelhebbers. Generaal Ferdinand Foch °1851 +1929 Generaal Antoine de Mitry °1857 +1924 Generaal Victor d´Urbal °1858 +1943
De Britse bevelhebbers. Generaal Edmund Allenby °1861+1936 Generaal Henry Rawlinson °1864+1925 Generaal Douglas Haig °1861+1928 Generaal John French °1852+1925
De Belgische bevelhebbers. Koning Albert I ° 1875 + 1934 Generaal Wielemans ° 1863 + 1917 Generaal Dossin °1854 + 1936 Generaal Leman ° 1851 + 1920 Generaal Jacques ° 1858 +1928
Op 28 juni 1914 werd de Oostenrijkse troonopvolger Frans Ferdinand en zijn vrouw vermoord door de Servische nationalist Princip. Dit was de lont die het kruitvat deed ontploffen. De Oostenrijkse keizer Frans-Jozef stuurde een ultimatum aan Servië. Hij eiste dat de moordenaars zouden terechtstaan voor het Oostenrijkse gerecht. Servië weigerde en Oostenrijk verklaarde de oorlog. Oostenrijk en Duitsland waren bondgenoten, toen Rusland de Serviërs steunden verklaarde Duitsland de oorlog aan Rusland. Frankrijk had een alliantie met Rusland en Engeland.Toen de Duitsers de neutraliteit van België schonden verklaarde Engeland de oorlog aan Duitsland. België was eerst neutraal. De Duitsers wilden via België de Fransen omsingelen. De Belgische koning Albert I weigerde doortocht aan de Duitsers. Die trokken op 4 augustus 1914 ons land binnen. De Belgen trokken zich terug naar de laatste verdedigingslijn: de IJzer. De Duitsers wilden de Franse havensteden bereiken om de aanvoer van materiaal en manschappen uit Engeland te verhinderen. Toen de Duisters de IJzer overstaken, liet Albert de sluizen te Nieuwpoort openen (27 oktober 1914). Het water overstroomde het gebied en dwong de Duitsers tot stilstand. De slag aan de IIzer werd gewonnen. Door de onderwaterzetting van de IJzer vallei trachten de Duitsers een doorbraak te forceren via Ieper en het Heuvelland. Zonder zich te laten ontmoedigen door hun falen aan de IJzer, proberen de Duitsers een vernietigende slag toe te brengen. Met de kust in de rug is onze flank moeilijk inneembaar.De Duitsers proberen frontaal door te breken met brute kracht en krijgen zware verliezen.
De 18e October, Onze cavalerie had Roeselare en Kortemark bereikt. Terzelfde tijd, organiseerde de generaal Bidou, commandant van de 87e en de 89e territoriale divisie, te Ieper een tegenaanval om het Belgische leger een handje te helpen.
Ieper de oude middeleeuwse handelsstad zou het middelpunt en slachtoffer van een gevecht worden. De topografische situatie maakt het moeilijk om terug te trekken, want zij vormt de meest opvallende plaats met weinig beschutting en de buitenwijken zijn duidelijk omlijnd. Het vijandelijk commando heeft in deze regio 15 gewapende korpsen onder het bevel van kroonprins de Bavière, de hertog van Wurtenberg, de generaals von Fabeck en von Deimling. Twee van deze korpsen zijn voor het grootste deel samengesteld uit jonge universitaire vrijwilligers die dronken rondlopen in de zekerheid van hun overwinning. In het begin van de gevechten kunnen de geallieerden lang niet zoveel troepen ter beschikking stellen. Honderdduizend man worden geconfronteerd met vijfhonderdduizend Duitsers.
Later, tijdens de drie weken woedende en wanhopige durende gevechten kon zelfs met de versterkingen van generaal Foch de numerieke gelijkheid niet bereikt worden. • Wanneer de slag plaats vind zal gelukkig de broederschap van de wapens zich verenigen tussen het Franse leger van generaal d´Urbal met de Engelsen van maarschalk French en de generaals Douglas Haig, Rawlinson en Allenby. • Het zijn de Engelsen die de eerste schok opvangen. • Zij worden ondersteunt door Franse eenheden van het • 2e cavalerieregiment Mitry die men ter beschikking stelt.
De 19e oktober Veldmaarschalk French wilde het offensief te nemen in Brugge en Gent. Het 1e leger (Douglas Haig) marcheerde in die richting; maar de 21ste, werd hij gestopt te Sint Juliaan, zijn linkerflank, het 3e eBritse korps krijgt een ernstige nederlaag te Komen aan de Leie. De vijandelijke druk drong de territorialen van generaal Bidou en de cavalerie van generaal Mitry terug. Haig stelde zijn offensief uit en gedurende twee dagen kon hij moeilijk de verwoede aanvallen weerstaan die de verbinding met Diksmuide tot stand moesten brengen. Mitry vormde een hinderpaal naar het noorden. Foch en French geloven in een Noord offensief toen zij zagen dat de Duitsers langzaam vorderden en zonder munitie gingen vallen. Toen bleek dat in geval van terugtrekking, het ontzetten van Ieper moeilijk zou worden besloot men de strijd verder te strijden. Het 9e korps (generaal Dubois) vorderde naar Passendale en Mitry herovert Bikschoote (37e RI) De vijandelijke reactie was zo krachtig dat wij niet verder kwamen, de 24ste oktober vorderden we maar één km. Drie dagen later groeiden de vijandelijke rangen aan omdat de Duitsers opgejaagd werden door de overstroming aan de IJzer.
De 27e oktober Mitry vorderde een weinig naar het noorden van Langemark, maar de divisie van Rawlinson wordt geteisterd door massale infanterie aanvallen, hij wordt genoodzaakt het veroverde terrein prijs te geven. De vooruitgang van de geallieerden wordt gestopt, zelfs de Britten moeten terugplooien. De Duitse concentratie komt tot stand. Ieper is blijft bestand tegen de zwaarste aanvallen. Willem II heeft zijn soldaten belooft dat hij de strijd zou bijwonen, hij was van plan om een triomfantelijke intrede te doen in Ieper, in afwachting om later Calais te bereiken. Hij schreef ook een brief aan de kroonprins van Beieren te Douai om deze voor te lezen aan de troepen, dat « de beslissende slag zou uitgevoerd worden » De generaal Von Deimling, verkondigt dat de overwinning gemakkelijk zal zijn, omdat ze slechts vechten tegen Engelsen, Hindoes, Canadezen, Marokkanen en ander gespuis van dat soort.
De 29e Oktober. Acht legerkorpsen wierpen zich met volle overgave in de strijd. Ieper, waar onze troepen verplicht worden over te steken, wordt het doel van een hels bombardement. Een divisie van het 32e korps, die net aangekomen is per auto, houdt stand en het 32e korps slaagt erin vooruit te komen. De volgende dag, na afwisselend succes en nederlagen, is het 1e Engelse korps verplicht toe te geven aan de overmacht en het dorp Klein Zillebeke valt in handen van de Duitsers. Nog een zwaar verlies is de inname van het dorp Hollebeke, dit levert aan de vijand een mogelijke toegangsweg tot Ieper omdat ze zeer dicht de stad naderen. Generaal Dubois stuurde drie bataljons Zoeaven die het dorp terug innamen. Zij slaagden in hun opzet na een hevige tegenaanval.
De 31e oktober. De Franse divisie´s worden door Foch versterkt, de moedige Britten hervatten het offensief. Een Duitse aanval bezet Hollebeke, Zandvoorde en Geluveld en Mesen. Zo wordt ons front doorboord en het lijkt dat niets de Duitsers kan tegenhouden hun doorbraak naar Ieper te realiseren. Tussen Wijtschate en Sint Elooi vecht een Beierse colonne recht op Ieper af, achter Sint Elooi is men er niet in geslaagd de bres in de Britse linies te herstellen. Onze troepen die de voorste posten bezetten zijn afgesneden van hun terug route. Generaal Moussy, een krachtdadig man komt eraan. Hij was vrij van zijn taak bij generaal Haig. Moussy het gevaar inschattend wil ten koste van alles de Beierse colonne af weren voor ze kunnen terugtrekken, hij stuurde zijn escorte op zoek naar versterkingen. Zijn ruiters brengen verslag dat de naburige eenheden allemaal in zware gevechten zijn, generaal Moussy stuurde de escortes achter de linies om alle beschikbare mannen te verzamelen. Ieper in 1916 – WO I
In een korte tijd worden 250 mannen van alle mogelijke eenheden verzameld, specialisten, werknemers en militaire bedienden van iedere categorië: koks, kleermakers, schoenmakers, staf secretarissen, ordonansen, delvers, en allen die behoren tot de hulpdiensten: «Kinderen, zei de generaal, de situatie is kritiek. Wij zetten ons in om Belgie te redden.»
De escortekurasiers geven hun sabel of lans aan enkele van deze moedige strijders, want zij trekken praktisch ongewapend ten strijde. Aan het hoofd rent generaal Moussy. De kleine groep verplaatst zich achter de heuvels van het terrein, met sprongen naderen ze beetje bij beetje de Beierse eenheden. Plotseling, horen ze een hels lawaai en zien ze voor zich een hectisch gebarende bende en hadden ze niet de tijd om die te herkennen. Aldus ontstaat een ongelijke strijd tussen een ervaren goed uitgeruste bewapende vijand en de occasionele infanteristen die zwaaien met diverse wapens. Hun lef is zo onstuimig, de schok zo gewelddadig dat er een irrationele paniek ontstaat onder degenen die de stad bedreigden en rechts omkeer maakten, ze vluchten in volle snelheid terug naar hun linies. Deze heroïsche aanval zal beroemd blijven in het Belgische leger, in de avond van de 31ste zei men in de loopgraven dat generaal Moussy Ieper gered had.
Op het slagveld veroorzaken de gebeurtenissen grote twijfels. Er woedde een verschrikkelijk bombardement, een divisie van generaal Haig werd gedood en een andere verwond. De angst sloeg toe en maarschalk French dacht om de stad te verlaten. Hij ging naar het hoofdkwartier van d´Urbal te Vlamertinge om zijn beslissing voor te leggen en advies in te winnen. Hij sprak generaal Foch wiens optimisme hem oppepte. Foch stuurde nieuwe orders naar het Britse leger. Ondanks het gevaar en de ongunstige omstandigheden ging men door. De Britten deden de in de namiddag een dappere tegenaanval. Het 2e regiment van Worcestershire leverde een krachtige aanval en heroverde Geluveld. Aan hun zijde toonde onze 32e infanterie haar waardige oude reputatie. Het 4e Zouaven deed het ook bewonderens waardig. Haig schreef, die avond: "Britse en Franse troepen vochten zij aan zij onder het bevel van de hoogste officieren, volledig verenigd en vermengd onder elkaar". Het was de broederschap van wapens op zijn maximum. Al snel werd Mesen met de blote bajonetten terug ingenomen en onze linies voor Ieper werden terug intact.
In de nacht van de 31ste kwam een aanval van de Fransen tegen het kasteel van Hollebeke. Zij werd toegewezen aan de 9e en 16e brigade dragonders die oprukten. Maar de Duitsers lieten zich niet verrassen. Zij hadden rond het kasteel hindernissen opgeworpen die onze voorhoede met hevig geweervuur bestookten. Verborgen in kleine schuilplaatsen langs smalle sloten houden de dragonders stand in de meest barre omstandigheden tot de laatste uren in de ochtend. Het verschrikkelijk artillerievuur en de gewelddadige tegen aanvallen maakten het onmogelijk het kasteel te bestormen. De 16e brigade werd aangevallen door in aantal superieur Pruisische troepen, de mannen verdedigen zich met de kolf van hun geweer wanneer ze geen munitie meer hadden.
Op 1 november, verliezen de Engelsen Wijtschate, Mesen en de rand rond Ieper. Maar ons 91e korps verovert Wijtschate terug. Vervolgens ontplooien de korpsen Humbert, Dubois van Mittry en Conneau een offensief in het noorden en het zuiden van Ieper, die de stuwkracht van de vijand reduceert en zterugdringt. Willem II is ontgoocheld en keert terug naar Luxemburg.
Tot de 6e heerst er een rust. Dan kwam er een verschrikkelijke uitbarsting van artillerievuur. De Duitse elite probeerde de ultieme doorbraak, de Pruisische garde onder bevel van generaal von Plattenberg werd in stelling gebracht. Gedurende acht dagen probeerde een ware vloedgolf onze stellingen te overrompelen. Drie Franse divisie kwamen op tijd om de geallieerde troepen te versterken op de zwakste punten. In het Oosten van Ieper, ondersteunden de korpsen van Dubois, Balfourier en Haig zegevierend de schok. Het 9e korp, geholpen door de territoriale divisies van Bidou en de cavalerie van Mitry weerstonden moedig aan de inspanningen van de drie Duitse korpsen die een paar dagen eerder gelanceerd werd aan de IJzer, en verijdelde hun intentie om ons terug te dringen naar het Noorden. Tijdens deze genadeloze strijd ontstaat een sublieme episode die zal blijven herinnerd worden in het Franse geheugen als de tegenhanger van de heroïsche dood van Assas. Te “Drie Grachten” doet een Duitse colonne een aanval op een brug die verdedigd wordt door het 1e Zoeaven. De Duitsers drijven langzaam de gevangen genomen Zoeaven voor zich uit. Een kort ogenblik door dit gebeuren staken onze soldaten hun geweervuur. Maar plots schreeuwt er iemand uit de groep gevangenen: “Schiet dan toch verdomme, het zijn de Duitsers”. De verdedigers van de brug beantwoorden de aanval met een verwoede tegenaanval op de Duitsers. De heroïsche Zoeaven werden nooit bekend.
De dag van de 11e werd gekenmerkt door hevige gevechten. Aan onze frontlinie en onder de bescherming van een angstaanjagend spervuur van de 105 en150 mm kanonnen, werden de Duitse divisie´s gedecimeerd door onze tegenaanvallen en moesten ze zich terugtrekken met enorme verliezen.