1 / 104

De inhoud van dit thema:

De inhoud van dit thema:. 1.2 Een parlementaire democratie 1.3 De rechtsstaat 1.4 Verkiezingen 1.5 Politieke partijen en stromingen. 1-1. Parlementaire democratie in Nederland:. • een parlement • een regering • een staatshoofd. 1-2. Kenmerken van een rechtsstaat:. de grondwet

ilar
Download Presentation

De inhoud van dit thema:

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. De inhoud van dit thema: 1.2 Een parlementaire democratie 1.3 De rechtsstaat 1.4 Verkiezingen 1.5 Politieke partijen en stromingen 1-1

  2. Parlementaire democratie in Nederland: • een parlement • een regering • een staatshoofd 1-2

  3. Kenmerken van een rechtsstaat: • de grondwet • grondrechten • scheiding van machten • het legaliteitsbeginsel • openbaarheid van bestuur • de overheid moet zich aan wetten houden 1-3

  4. Politieke stroming: het totaal van mensen die op een zelfde manier denken Politieke partij: een groep mensen die zich inzet voor een bepaald doel 1-4

  5. Politieke partijen: • links of rechts • conservatief of progressief • confessioneel of niet-confessioneel • pragmatisch of ideologisch 1-5

  6. De hoofdstromingen in Nederland zijn: • liberalisme • christen-democratie • sociaal-democratie Daarnaast is het populisme een nieuwe stroming 1-6

  7. De inhoud van dit thema: 2.2 Begrippen en uitgangspunten 2.3 Van voorstel tot besluit 2.4 Politieke functies 2.5 De gemeentelijke overheid 2.6 De provinciale overheid 2.7 De landelijke overheid 2.8 De Europese overheid 2-1

  8. Stappen bij politieke besluitvorming: • signalering van problemen • analyse van het probleem en oplossingen bedenken • bespreken, beoordeling en verbeterpunten aandragen • besluit • uitvoering van het besluit 2-2

  9. Gemeentelijk niveau: • zaken die binnen de gemeente geregeld worden • gemeentelijke besluitvorming • gemeentelijke financiën 2-3

  10. De provinciale overheid: • zaken die provinciaal geregeld worden • besluitvorming • financiën 2-4

  11. De landelijke overheid: • zaken die landelijk geregeld worden • besluitvorming • financiën 2-5

  12. Europa: • lidstaten • zaken die Europees geregeld worden • bestuursorganen en besluitvorming in Europa • financiën • de betekenis van Europa in je leven 2-6

  13. Bestuursorganen en besluitvorming in Europa: • De Europese Raad • De bestuurlijke driehoek: - de Europese Commissie - de Raad van de Europese Unie - het Europees Parlement • Het Europese Hof van Justitie • De Europese Monetaire Unie • Inspraak 2-7

  14. De inhoud van dit thema: 3.2 Belangengroepen en vrijwilligerswerk 3.3 Gebruik maken van de media 3.4 Lid worden van een politieke partij 3.5 Lid worden van een vakbond 3.6 Burgerinitiatief 3.7 Politieke vergaderingen bijwonen 3.8 Handtekeningenactie 3.9 Deelnemen aan de verkiezingen 3-1

  15. Gebruik maken van de media: • ingezonden brief • deelname aan discussie op de radio • deelname aan discussie op de televisie • bijdragen plaatsen op het internet 3-2

  16. De inhoud van dit thema: 4.2 Injectienaaldtheorie 4.3 Opinieleidertheorie 4.4 Selectieve perceptietheorie 4.5 Agendasettingtheorie 4-1

  17. De inhoud van dit thema: 5.2 Kenmerken van de Arbowet 5.3 Aanpassingen binnen de organisatie 5.4 Werkklimaat 5.5 Rechten en plichten van de werknemer 5-1

  18. Wat wil de Arbowet bereiken: • iedere organisatie heeft haar eigen risico’s • de wet geeft de kaders aan • de wet stelt alleen de doelen vast 5-2

  19. De Arbowet geeft de kaders aan: • hij geldt voor elke werknemer • werkgever en werknemer hebben beiden verantwoordelijkheid • er is controle op de uitvoering van de wet 5-3

  20. Organisatorische maatregelen om knelpunten op te lossen: • risico-inventarisatie opstellen • arbocoördinator aanstellen • bedrijfshulpverlener aanstellen • taken verdelen • knelpunten bij de bron aanpakken 5-4

  21. Aspecten die invloed hebben op het werkklimaat: • werkdruk • gedragsregels • welzijn 5-5

  22. De inhoud van dit thema: 6.2 Collectieve arbeidsovereenkomst 6.3 Individuele arbeidsovereenkomst 6-1

  23. Cao: • kenmerken van een cao • inhoud van een cao 6-2

  24. Een cao: • komt tot stand door overleg tussen de sociale partners • geldt voor de hele beroepsgroep • kun je niet individueel afsluiten • wordt afgesloten voor een periode van één of twee jaar • mag niet strijdig zijn met de wet • bevat grote lijnen en randvoorwaarden • laat ruimte voor onderhandelingen • is niet verplicht 6-3

  25. Onderwerpen voor een cao: • salaris en toeslagen • opbouw salaris door de jaren heen • arbeidsduur en ploegendiensten • vakantie en bijzondere vrije dagen • werkgever is verplicht cao uit te reiken 6-4

  26. Individuele arbeidsovereenkomst: • Gal-formule • arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd • arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd • verplichtingen aan beide zijden 6-5

  27. De inhoud van dit thema: 7.2 Rechten en plichten van de OR 7.3 Verkiezingen 7.4 Statuten 7-1

  28. Rechten en plichten van de OR: • recht op informatie (informatieplicht werkgever) • adviesrecht • het instemmingsrecht • initiatiefrecht • het recht een adviseur in te schakelen 7-2

  29. Verkiezingen OR: • kandidaatstelling • de verkiezing 7-3

  30. De inhoud van dit thema: 8.2 Werknemersorganisaties: vakbonden 8.3 Werkgeversorganisaties 8-1

  31. Vakbonden: • verdeling naar sector of godsdienstige achtergrond • doel van de vakbonden • hoe werkt een vakbond? • stakingskas • scholing, training, informatie 8-2

  32. Werkgeversorganisaties: • alle sectoren samen in één organisatie behalve onderwijs • doel van werkgeversorganisatie 8-3

  33. De inhoud van dit thema: 9.2 Wat is consumentschap? 9.3 Kiezen wordt ingewikkelder 9.4 Ondersteuning 9.5 Consumentenrecht 9.6 Klachtenprocedures 9-1

  34. Kritisch consumentschap: verantwoord kiezen tussen verschillende producten en diensten zodat je je eigen belangen dient 9-2

  35. Factoren die je keuze voor een product bepalen: • prijs-kwaliteitverhouding • gebruikersgemak • milieueffecten en gezondheidseffecten • gevolgen voor je eigen leven • morele aspecten bij kiezen 9-3

  36. Ondersteunende initiatieven voor consumenten: • Consumentenbond • consumentenprogramma’s 9-4

  37. Enkele rechten en plichten als consument: • ruilen is geen recht • deugdelijkheid • aansprakelijkheid • onderzoeksplicht • informatieplicht 9-5

  38. Klachtenprocedure: • teruggaan naar de winkel • de geschillencommissie 9-6

  39. De inhoud van dit thema: 10.2 Koopkracht 10.3 Budgetteren 10.4 Reclame 10.5 Geld te kort 10-1

  40. Koopkracht: de hoeveelheid geld die iemand heeft om goederen en diensten te kopen 10-2

  41. Budgetteren is: • wat komt binnen, wat gaat eruit • zo nodig aanpassingen bedenken • het uiterste halen uit je eigen situatie 10-3

  42. De inhoud van dit thema: • de sluipende verleider • de ‘objectieve’ informatie 10-4

  43. Schulden en schuldhulpverlening: • schulden opbouwen • schuldhulpverlening 10-5

  44. Schulden opbouwen: • lenen • kopen op afbetaling • ondersteuning 10-6

  45. Schuldhulpverlening: • zelf de schulden afbetalen • BKR 10-7

  46. De inhoud van dit thema: 11.2 Wat is duurzame ontwikkeling? 11.3 Duurzaam consumeren 11.4 Duurzaam produceren en ondernemen 11-1

  47. Duurzame ontwikkeling: een ontwikkeling die aansluit op de behoeften van het heden zonder het vermogen van toekomstige generaties om in hun eigen behoeften te voorzien in gevaar te brengen 11-2

  48. De inhoud van dit thema: 12.2 Wetgeving over vrijheid van meningsuiting 12.3 Vrijheid van meningsuiting in de praktijk 12-1

  49. De inhoud van dit thema: 13.2 Een leefbare openbare ruimte 13.3 Risicofactoren voor leefbaarheid 13.4 Succesfactoren voor leefbaarheid 13-1

  50. Openbare ruimten: • soorten openbare ruimten • iedere openbare ruimte kent zijn eigen gedragsregels • leefbaarheid 13-2

More Related