1 / 26

Echogeleide blokken perioperatieve consequenties??

Drs. A.A.L. Eyssen Anesthesioloog Medisch Centrum Alkmaar. Echogeleide blokken perioperatieve consequenties??. Wat is echografie? Waarom echogeleide blokkades? Waarom niet altijd blokkades. Waar op te letten Toxiciteit Wat kunnen we blokkeren?. Wat is echografie.

redford
Download Presentation

Echogeleide blokken perioperatieve consequenties??

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Drs. A.A.L. Eyssen Anesthesioloog Medisch Centrum Alkmaar Echogeleide blokkenperioperatieve consequenties??

  2. Wat is echografie? • Waarom echogeleide blokkades? • Waarom niet altijd blokkades. • Waar op te letten • Toxiciteit • Wat kunnen we blokkeren?

  3. Wat is echografie • Probe of transducer met piezo-elektrisch kristal • Hoge frequentie geluidsgolven • Hogere frequenties, minder penetratie weefsel. • Geluidsgolven worden geabsorbeerd, gereflecteerd of doorgelaten

  4. Gereflecteerde geluidsgolven worden opgevangen door het piezo-elektrisch kristalVervolgens omgezet in zwakke stroom die via software in beeld wordt omgezet. • Vloeistof is donker (weinig reflectie) • Bot en lucht is witter (veel reflectie)

  5. Waarom echogeleide blokkades? • Creëren gevoelloosheid. • Creëren bewegingloze target. • Voordelen t.a.v. algehele narcose; • Minder fysiologische veranderingen • Minder anesthesiologisch gerelateerde complicaties • Goede postoperatieve pijnstilling • Minder misselijkheid • Minder cognitieve dysfunctie

  6. Aanvankelijk paraesthesie techniek • Anatomische oriëntatie • Met scherpe naald tot paraesthesie • Gevolgd door stimuplex • Anatomische oriëntatie • Met short bevel naald met stroompulsen • Indien 0,2-0,5 mA, correcte positie

  7. Nu echogeleide blokkades: • Anatomisch oriëntatie door kennis en visualisatie • Met short bevel naald a vue tot target • A vue zicht op verspreiding LA • Minder punctie pogingen • Minder failures • Differentiatie tussen intra- en extravasculaire injectie • Differentiatie tussen extra- en intraneurale injecties

  8. Waarom niet altijd blokkeren? • Wakkere patiënt of niet coöperatieve patiënt • Geen mogelijkheid tot testen zenuwfunctie postoperatief • Anticoagulantia • Allergie lokaal anesthetica • Infectie op plek van injectie • Complicaties • Hematoom • Neurale schade • Infectie

  9. Waar op te letten • Goede voorbereiding; • Steriele conditie • Lokaal anestheticum zonder lucht! • Tijdens punctie; • Altijd eerst aspireren (lucht, bloed) • Niet doorspuiten onder hoge druk (intraneuraal?) • Tekenen van intoxicatie • Na de punctie; • Vitale parameters • Conditie patiënt • Adequaat blok?

  10. Toxiciteit • Centrale zenuwstelsel • Excitatie; • Tintelingen mond/tong • Duizeligheid • Wazig zien • spiertrekkingen • Volledige CZS reactie • Gegeneraliseerde convulsie • Coma • Respiratoir arrest • Depressie vasomotore centrum

  11. Toxiciteit • Centrale zenuwstelsel • Excitatie; • Tintelingen mond/tong • Duizeligheid • Wazig zien • spiertrekkingen • Volledige CZS reactie • Gegeneraliseerde convulsie • Coma • Respiratoir arrest • Depressie vasomotore centrum Therapie; Voorkomen hypoxie en acidose; • 100% O2 • Veilig stellen ademweg • Couperen convulsie: • Barbituraat (Thiopental 50-100mg) • Benzodiazepine (Midazolam 1-2 mg) • Intralipid

  12. Toxiciteit • Cardiaal: • Ritmestoornissen • Myocardiale depressie • Resuscitatie resistentie

  13. Toxiciteit • Cardiaal: • Ritmestoornissen • Myocardiale depressie • Resuscitatie resistentie • Therapie: • 100% O2 • Veiligstellen ademweg • Intraveneuze vochttoediening • Adrenergica met alpha- als beta1 stimulantia • VT, VF of asystolie: volledige reanimatie • Intralipid

  14. Continue infusie 0,25 ml/kg/min Intralipid 20%: 1,5 ml/kg

  15. Wat kunnen we blokkeren? • Bovenste extremiteit: • Onderste extremiteit: • Romp en cutane blokken: • Neuraxiaal en perineuraxiaal:

  16. Bovenste extremiteit • Oppervlakkig cervicale plexus • Plexus Brachialis • Interscalenus • Supraclaviculair • Infraclaviculair • Axillair • Voorarm • Pols blokken

  17. Onderste Extremiteit • N. Femoralis • Fascia Iliaca • N. Obturatorius • N. Saphenous • Adductor kanaal blok • N. Ischiadicus • Anterieur • Transgluteaal • Subgluteaal • Poplitia • Enkelblok

  18. Romp en cutane blokken • Transversus Abdominis Block • Ilioinguinaal en iliohypogastrisch • Rectus sheath • N. Cutaneous lateralis femoralis

  19. Neuraxiaal en perineuraal • Spinaal • Epiduraal • Paravertebraal • Intercostaal • Lumbale plexus

  20. a.a.l.eijssen@mca.nl

  21. Indien filmpjes niet starten: • Slide 14: werking intralipid • Slide 20: supraclaviculair blok • Slide 21: femoralis blok • Slide 22: Trans Abdominis Plain blok • Slide 23: Axillair blok

More Related