ARBEIDSMARKT

1. ARBEIDSMARKT

2. Werkgelegenheid* BEROEPSBEVOLKING Vraag naar arbeid** Aanbod van arbeid werkloosheid Bedrijfsleven Werkenden Overheid Werklozen *Bezette arbeidsplaatsen **+vacatures

3. Definities Conjuncturelewerkloosheid Indeling De vraag op de goederenmarkt is kleiner dan de productiecapaciteit kan leveren

4. Onderbesteding OF : Conjuncturele werkloosheid Belasting laten dalen Overheidsbestedingen laten stijgen Besteedbaar inkomen stijgt Vraag op de goederenmarkt stijgt Consumptie gezinnen stijgt Productie bedrijven stijgt Nationaal inkomen stijgt

5. Het aantal arbeidsplaatsen is te klein in vergelijking met de beroepsbevolking. Betekent ook: Aanbod sluit niet aan op vraag Structuurwerkloosheid

6. Meer arbeidsplaatsen scheppen Structuurwerkloosheid Maatregelen van de overheid Arbeid relatief goedkoper Arbeidsjaar BIJ GELIJKBLIJVENDE KAPITAALKOSTEN • Loonkostensubsidie • Stimuleren van ATV • Bedrijfstijdverlenging stimuleren LOONKOSTEN PER ARBEIDER Loonkostensubsidie

7. Stimuleren ATV Minder uur werken per week Arbeidsjaar wordt korter Bij hetzelfde aantal uren werk per jaar Meer arbeidsjaren Structuurwerkloosheid Meer mensen nodig

8. Bedrijfstijdverlenging Aantal mensen en productie Bedrijf langer open Loonkosten per product Constant Machinekosten per product Structuurwerkloosheid Aantrekkelijk werkgevers En toch ..........

9. S c h o l i n g Structuurwerkloosheid Productiefactor arbeid verbetert Aanbod van arbeid sluit beter aan op vraag naar arbeid

10. Regionale werkloosheid

11. Vestigingssubsidie Verhuissubsidie Passende arbeid verruimen

12. Informatie over vacatures en werkzoekenden is niet voldoende bekend. Informatievoorziening verbeteren. Frictiewerkloosheid

13. Seizoenswerkgelegenheid 8 werklozen. Twee normaal ook maar werken nu aan het strand. Voor seizoensinvloeden gecorrigeerde werkloosheidscijfer is hoger dan het geregistreerde werkloosheidscijfer. Seizoenswerkgelegenheid In dit voorbeeld: seizoenswerkgelegenheid

14. Seizoenswerkloosheid 8 werklozen. Twee nu ook werkloos omdat de airco het niet doet. Het is te warm om te werken. Ze zijn voorlopig naar huis gestuurd. Voor seizoensinvloeden gecorrigeerde werkloosheidscijfer is lager dan het geregistreerde werkloosheidscijfer. In dit voorbeeld: seizoenswerkloosheid

15. Beroepsbevolking • Meer schoolverlaters • Migratieoverschot • VUT-leeftijd wordt hoger • Participatie van vrouwen stijgt

16. Beroepsbevolking • Leerplichtige leeftijd stijgt • Vergrijzing van de bevolking • Toename WAO'ers • Toename ATV in arbeidsjaren gemeten

17. REDENATIES

18. Structurele werkloosheid Uitstoot van arbeid Arbeid in verhouding met kapitaal duurder Loonkosten bedrijven stijgen Sociale premies stijgen Omslagstelsel Inactieve-actieve-ratio neemt toe Conjuncturele werklozen Vraag naar arbeid daalt Afzet bedrijven daalt Vraag op goederenmarkt daalt Export daalt Recessie in de wereld

19. Arbeidsproductiviteit laaggeschoolde Loonkosten meer in overeenstemming met arbeidsproductiviteit Bedrijven maken arbeidsplaatsen voor deze groep Sc h o l i n g

20. Het aantal arbeidsplaatsen is niet meer te klein in vergelijking met de beroepsbevolking. E INDE Structuurwerkloosheid verdwijnt