60 likes | 294 Views
Methodisch werken. Als hulpverlener kom je in een gezin. Bij de kennismaking vertellen de ouders dat zij twee kinderen hebben. E é n kind is een jongen. Hoe groot is de kans dat het andere kind een dochter is?. A 25% B 33% C 50% D 66% E 100%.
E N D
Methodisch werken Als hulpverlener kom je in een gezin. Bij de kennismaking vertellen de ouders dat zij twee kinderen hebben. Eén kind is een jongen. Hoe groot is de kans dat het andere kind een dochter is? A 25% B 33% C 50% D 66% E 100% Maak een beredeneerde keuze en schrijf deze op een papiertje.
Heb je gekozen? Klik voor het goede antwoord. A 25% B 33% C 50% D 66% E 100% De meesten zullen antwoord C (50%) gekozen hebben. Het juiste antwoord D (66%) gaat tegen onze intuïtie en logica in.
Hoe kan dit? Als hulpverlener kom je in een gezin. Bij de kennismaking vertellen de ouders dat zij twee kinderen hebben. Eén kind is een jongen. Hoe groot is de kans dat het andere kind een dochter is? In schema zijn de volgende 4 combinaties mogelijk:
Hoe kan dit? Als hulpverlener kom je in een gezin. Bij de kennismaking vertellen de ouders dat zij twee kinderen hebben. Eén kind is een jongen. Hoe groot is de kans dat het andere kind een dochter is? De combinatie van 2 dochters is niet mogelijk: (er is verteld dat: “één een jongen is”)
Hoe kan dit? Als hulpverlener kom je in een gezin. Bij de kennismaking vertellen de ouders dat zij twee kinderen hebben. Eén kind is een jongen. Hoe groot is de kans dat het andere kind een dochter is? We strepen de benoemde zoon: (in de overgebleven mogelijkheden)
Hoe kan dit? Als hulpverlener kom je in een gezin. Bij de kennismaking vertellen de ouders dat zij twee kinderen hebben. Eén kind is een jongen. Hoe groot is de kans dat het andere kind een dochter is? Dus 66 procent kans op een dochter!