1 / 44

THEORIE VAN HET VLIEGEN

VRAGEN. Wat is langs-stabiliteit en beschrijf hoe dit werkt. THEORIE VAN HET VLIEGEN. VRAGEN. Wat gebeurt met de snelheid van een zweefvliegtuig bij het invliegen van thermiek en verklaar dit verschijnsel. THEORIE VAN HET VLIEGEN. VRAGEN. Teken de snelheids-polaire van een zweefvliegtuig.

kaelem
Download Presentation

THEORIE VAN HET VLIEGEN

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. VRAGEN Wat is langs-stabiliteit en beschrijf hoe dit werkt. THEORIE VAN HET VLIEGEN

  2. VRAGEN Wat gebeurt met de snelheid van een zweefvliegtuig bij het invliegen van thermiek en verklaar dit verschijnsel THEORIE VAN HET VLIEGEN

  3. VRAGEN Teken de snelheids-polaire van een zweefvliegtuig. Welke vier snelheden hebben hierbij een bijzondere betekenis en teken deze in. Hoe verschuift de polaire met toenemende vleugelbelasting? Laat zien hoe men de vliegsnelheid voor de beste glijhoek bij mee- en tegenwind bepaald. Waarom neemt de daalsnelheid toe bij zowel een afname als een toename van de snelheid t.o.v. de snelheid voor minimum dalen? THEORIE VAN HET VLIEGEN

  4. VRAGEN Teken een vleugelprofiel met daarbij de omstroming door de lucht. THEORIE VAN HET VLIEGEN

  5. VRAGEN Welke factoren zijn van invloed op de lift? THEORIE VAN HET VLIEGEN

  6. VRAGEN Wat is de definitie van invalshoek en illustreer dit met een tekening. THEORIE VAN HET VLIEGEN

  7. VRAGEN Wat is de definitie van invalshoek en illustreer dit met een tekening. Idem voor instelhoek. THEORIE VAN HET VLIEGEN

  8. VRAGEN Wat is flutter en hoe kan het ontstaan? THEORIE VAN HET VLIEGEN

  9. VRAGEN Wat is flutter en hoe kan het ontstaan? En hoe kan het voorkmen worden? • Massa balancering • Vergroten van buig- en torsiestijfheid van de vleugel • Stijve stuurstangen i.p.v. kabels • Geringe vrije speling in de stuurorganen • Gebruik van dempers in het stuursysteem THEORIE VAN HET VLIEGEN

  10. VRAGEN Verklaar het neveneffect van gieren en rollen. THEORIE VAN HET VLIEGEN

  11. VRAGEN Wat is de eenheid van kracht? THEORIE VAN HET VLIEGEN

  12. VRAGEN Hoe heet het punt waar de laminaire grenslaag turbulent wordt? THEORIE VAN HET VLIEGEN

  13. VRAGEN In een normale bocht tijdens een sleepvlucht met een sleepvliegtuig van 800 kg en een zweefvliegtuig van 400 kg, is dan de helling van het zweefvliegtuig kleiner, groter of gelijk aan die van het sleepvliegtuig? THEORIE VAN HET VLIEGEN

  14. VRAGEN Hoe ontstaat geïnduceerde weerstand? THEORIE VAN HET VLIEGEN

  15. VRAGEN Welke kracht is bij een glijvlucht gelijk aan het gewicht van het zweefvliegtuig? De verticale component van de totale luchtkracht. THEORIE VAN HET VLIEGEN

  16. VRAGEN Waar hangt de liftcoëfficiënt van af? Invalshoek en vorm van de vleugel (profiel). THEORIE VAN HET VLIEGEN

  17. VRAGEN Hoe verloopt het drukpunt bij toename van de invalshoek? THEORIE VAN HET VLIEGEN

  18. VRAGEN Hoe verandert de stuwdruk bij een vliegtuig bij verdubbeling van de snelheid? THEORIE VAN HET VLIEGEN

  19. VRAGEN Wat is de invloed van de remkleppen? Deze maken dat de stroming aan een deel van de vleugel turbulent wordt, waardoor extra weerstand opgewekt wordt en de daalsnelheid wordt vergroot. THEORIE VAN HET VLIEGEN

  20. VRAGEN Wat verstaan we onder vleugelslankheid? Spanwijdte gedeeld door gemiddelde koorde. THEORIE VAN HET VLIEGEN

  21. VRAGEN Waar laat in een te langzaam gevlogen horizontale bocht de stroming het eerst los? En wat kan hier het gevolg van zijn? THEORIE VAN HET VLIEGEN

  22. VRAGEN In welke richting werkt de luchtweerstand? In de stromingsrichting. THEORIE VAN HET VLIEGEN

  23. VRAGEN Welke vliegtuigdelen beïnvloeden de stabiliteit om de topas? • Kielvlak • Richtingsroer • Rompvorm THEORIE VAN HET VLIEGEN

  24. VRAGEN Hoe luidt de continuïteits wet? THEORIE VAN HET VLIEGEN

  25. VRAGEN Waardoor kan tijdens de vlucht onder meer de draagkracht van de vleugel direct worden veranderd? THEORIE VAN HET VLIEGEN

  26. VRAGEN Wat verstaan we onder een laminaire stroming? THEORIE VAN HET VLIEGEN

  27. VRAGEN Wat verstaan we onder haakeffect? THEORIE VAN HET VLIEGEN

  28. VRAGEN Wat verstaan we onder vleugelbelasting? THEORIE VAN HET VLIEGEN

  29. VRAGEN Welke zwaartepuntsligging is t.o.v. de langsstabiliteit het gevaarlijkst? THEORIE VAN HET VLIEGEN

  30. VRAGEN Het trimvlakje aan het hoogteroer is, bij centrale stand van de stuurknuppel, naar boven uitgeslagen. Hoe staat de trimhandle? THEORIE VAN HET VLIEGEN

  31. VRAGEN Door waterballast wordt de vleugelbelasting 40% verhoogd. Met hoeveel procent vermeerdert de overtreksnelheid? Bij een variatie van de vleugelbelasting kan de nieuwe polaire worden verkregen door de oude vanuit de oorsprong te vermenigvuldigen met nieuw gewicht / oud gewicht THEORIE VAN HET VLIEGEN

  32. VRAGEN Hoe verandert de overtreksnelheid van een zweefvliegtuig als de welvingskleppen in een positieve stand worden gezet? Blz 80: Een positieve uitslag van de welvingsklep geeft een verhoging van de draagkracht en derhalve een verlaging van de minimale snelheid. THEORIE VAN HET VLIEGEN

  33. VRAGEN Wat is geïnduceerde weerstand? Hoe verhouden zich geïnduceerde weerstand en vleugelslankheid? Geef twee manieren om geïnduceerde weerstand te verkleinen. THEORIE VAN HET VLIEGEN

  34. VRAGEN Wat is een grenslaag? Wat gebeurt er bij het omslagpunt van een grenslaag? Hoe verandert de ligging van dit omslagpunt bij gelijkblijvende invalshoek, nadat de oppervlakte ruwheid van de vleugelneus door insecten is toegenomen? Wat is het gevolg hiervan voor de weerstand en de lift van een laminair profiel? THEORIE VAN HET VLIEGEN

  35. VRAGEN Waarom neemt in een bocht bij gelijkblijvende vliegsnelheid in rustige lucht de daalsnelheid toe met de dwarshelling van de bocht? THEORIE VAN HET VLIEGEN

  36. VRAGEN • Schets de drukverdeling om een vleugelprofiel: • Bij en kleine invalshoek • Vlak voor een overtrek • Na overtrek THEORIE VAN HET VLIEGEN

  37. VRAGEN • Geef een definitie of een korte omschrijving van de volgende begrippen: • Drukpunt • Invalshoek • Slippende vlucht • Geïnduceerde weerstand • Wrong • Vleugelbelasting THEORIE VAN HET VLIEGEN

  38. VRAGEN Schets de grafiek die het verband aangeeft tussen de invalshoek en en de draagkracht coëfficiënt. Hoe verandert deze grafiek bij een positieve uitslag van de welvings kleppen? En bij het gebruik van slats? THEORIE VAN HET VLIEGEN

  39. VRAGEN Is de ligging van het zwaartepunt t.a.v. de overtreksnelheid belangrijk? Noem tenminste drie factoren die de overtreksnelheid kunnen beïnvloeden. • Vleugelbelasting • Dwarshelling • Stand v.d. flaps THEORIE VAN HET VLIEGEN

  40. VRAGEN • Geef in onderstaande figuur aan wat men verstaat onder: • Baan- of glijhoek • Instelhoek • Invalshoek • Standhoek • Vliegbaan THEORIE VAN HET VLIEGEN

  41. VRAGEN Waarom wordt doorgaans een vleugel zo gebouwd dat in spanwijdte richting naar de tippen toe de instelhoek geleidelijk afneemt? THEORIE VAN HET VLIEGEN

  42. VRAGEN Wat is het voordeel van het meenemen van water als ballast tijdens de vlucht? Wat is het nadeel? Hoe veranderd de minimale glijhoek van het zweefvliegtuig door het meenemen van waterballast? THEORIE VAN HET VLIEGEN

  43. VRAGEN Welk staartvlak bepaalt voor een belangrijk deel de statische richtingsstabliteit? Wat kan de consequentie van richtingsstabiliteit zijn op de landings uitloop bij forse zijwind? THEORIE VAN HET VLIEGEN

  44. VRAGEN THEORIE VAN HET VLIEGEN

More Related