60 likes | 291 Views
Opstellen van zuur-base reacties. 5 Havo. Zuur-base reactie. Zuur= deeltje dat een H + afstaat Base = deeltje dat een H + opneemt Reactie waarbij een H + overgedragen wordt van het zuur naar de base. Stap 1. Schrijf de deeltjes op die je hebt, en sorteer ze op zuur/base.
E N D
Zuur-base reactie • Zuur= deeltje dat een H+ afstaat • Base = deeltje dat een H+ opneemt • Reactie waarbij een H+ overgedragen wordt van het zuur naar de base.
Stap 1 • Schrijf de deeltjes op die je hebt, en sorteer ze op zuur/base. • Gebruik Binas 49 om uit te vinden of het zuur of base is! • Let op: • Zwakke zuren/basen worden niet gesplitst en schrijf je dus aan elkaar (Bv HAcipv H+ en Ac-) • Sterke zuren/basen worden volledig gesplits en schrijf je dus als ionen: H+ en Cl- • Onoplosbare zouten zijn niet geïoniseerd, schrijf ze dus aan elkaar, bv AgCl
Stap 2 • Zoek het sterkste zuur en de sterkste base. Deze twee reageren met elkaar. • Gebruik ook hierbij Binas 49! • Let op! • Een base kan ín een zout zitten. Bv BaCO3. CO3 is hier de base, maar omdat het onoplosbaar is moet je in de reactievergelijking BaCO3 gebruiken. Er onstaatdus een Ba2+ ion, naast de HCO3-
Stap 3 • Stel de vergelijking op. Zet hierbij het sterkste zuur en de sterkste base aan de linker kant van de pijl. • Aan de rechterkant van de pijl komen de stoffen die in Binas rechts van het zuur en links van de base staan. • Deze stoffen heten “geconjugeerd zuur/geconjugeerde base”
Stap 4 • Er zijn bij zuur-base reacties een aantal opties, die de stoffen aan de rechterkant van de pijl beïnvloedden: • Er zijn geen gegevens je gaat er vanuit dat per mol zuur 1 mol base reageert. • Er is een overmaat zuur de basen nemen zo veel mogelijk H+ op • Bv: NH3 kan één H+ opnemen en wordt NH4+, maar CO32- kan 2 H+ opnemen en wordt dus H2CO3 • Er zijn gegeven hoeveelheden er worden zo veel H+ opgenomen als aanwezig zijn. Hierbij moet je dus rekenen met de mol verhoudingen.