1.47k likes | 1.74k Views
Geïntegreerd functieboek FOD Financiën. Inhoudstafel. Inleiding Doelstelling en scope Definities Structuur van het geïntegreerd functieboek Methodiek voor de definitie van de “To-Be” functies van de FOD Financiën Overzicht van de “To-Be” functies van de FOD Financiën Functiefiches
E N D
Geïntegreerd functieboek FOD Financiën
Inhoudstafel • Inleiding • Doelstelling en scope • Definities • Structuur van het geïntegreerd functieboek • Methodiek voor de definitie van de “To-Be” functies van de FOD Financiën • Overzicht van de “To-Be” functies van de FOD Financiën • Functiefiches • Bijlagen • Model voor de bepaling van de generieke competenties • Aanpak voor de bepaling en de scoring van de technische competenties
Inleiding Doelstelling en scope van het Functieboek • Het functieboek presenteert de resultaten van de definitie van de “To-Be” functies zoals deze werden geïdentificeerd uit de hertekening van de processen en de organisatiestructuur van de FOD Financiën. • De “To-Be” functies werden in eerste instantie gedefinieerd op basis van de resultaten van de hertekening van de processen van de FOD Financiën. Indien de lezer van dit functieboek de specifieke context en de details inzake taken, resultaatsgebieden en competenties van bepaalde, individuele functies beter wil begrijpen in hun proces-specifieke context, is het belangrijk dat hij of zij tevens de processchema’s (documenten T4-T5) bij de hand neemt. In deze documenten staat een detailbeschrijving van taken, resultaatsgebieden, competenties voor elke individuele functie in een specifieke procescontext. Voor meer details over de activiteiten en taken van de basisfuncties van de stafdiensten verwijzen we graag naar het “geïntegreerd procesboek” van Coperfin2. • De scope van dit geïntegreerd functieboek omvat alle functies die kunnen worden geïdentificeerd aan de hand van de hertekende processchema’s van de FOD Financiën. Hiertoe behoren zowel de functionele processen als de ondersteunende processen, de sturende processen, de processen voor specifieke verwerking en de processen inzake reglementering en werkprocedures (Coperfin1). Ze slaan op de organisatie van Belastingen en Invorderingen en Patrimonium Documentatie. Ook de functies van Thesaurie en de functies die hun oorsprong vinden in de zogenaamde horizontale stafdiensten (P&O, B&B, ICT, Secretariaat & Logistiek, PMO, Communicatie en Studie & Documentatie) worden in dit functieboek opgenomen (Coperfin2). Daarenboven zijn functies bepaald voor de leidinggevenden (afdelingshoofden en teamchefs van de lijndiensten evenals directeurs, afdelingshoofden en teamchefs stafdiensten). • De managementfuncties (N tot en met N-3) met hun secretariaat behoren niet tot de scope van dit functieboek.
Inleiding Definities • Een functie is een geheel van taken en verantwoordelijkheden die een bepaalde kennis en expertise vereisen binnen de Federale Overheid, met als doel een welomschreven functionele of operationele bijdrage (probleemoplossend of uitvoerend) te leveren ter ondersteuning van de doelstellingen van de Overheid*. • Het is belangrijk erop te wijzen dat er een verschil bestaat tussen een ‘functie’ en een ‘graad’. In de huidige situatie (“As-Is”) kan eenzelfde graad, bijvoorbeeld inspecteur, een veelheid van functies dekken die niet noodzakelijk eenzelfde niveau van vereisten stellen. Anderzijds kan eenzelfde functie, bijvoorbeeld dossierbehandelaar, uitgeoefend worden door ambtenaren met verschillende graden. In de nieuwe federale loopbaan zullen de functie en de daaraan verbonden vereisten meer centraal komen te staan. Er zal eveneens een meer eenduidige relatie bestaan tussen een functie en de bijbehorende loopbaan (niveau en graad)**. • In het kader van de BPR van de FOD Financiën hebben de verschillende werkgroepen “To-Be” functies gedefinieerd, geen graden of niveaus. De functies die specifiek zijn voor Thesaurie zijn gebaseerd op as is activiteiten vermits de BPR Thesaurie in volle ontwikkeling was ten tijde van de opmaak van dit geïntegreerd functieboek. • Competenties zijn het geheel van kennis, vaardigheden, waarden en attitudes die de ambtenaar toepast om goed te functioneren in zijn functie, d.w.z. om de van hem verwachte resultaten te realiseren. Er zijn twee soorten van competenties: • Generieke competenties: competenties die eerder betrekking hebben op de manier waarop de functie wordt uitgevoerd (b.v. samenwerken, klantgericht optreden, e.d.) • Technische competenties: de specifieke kennis en vaardigheden vereist voor een functie (b.v. kennis van een bepaalde wetgeving)** • In de context van dit functieboek is het tenslotte belangrijk te wijzen op het verschil tussen een functie en een job. Een job omvat de taken en verantwoordelijkheden die aan één persoon worden toegekend. Eenzelfde persoon kan met andere woorden meerdere functies vervullen. Deze invulling maakt deel uit van de implementatiefase en maakt deel uit van de vrijheidsgraden van de aangestelde manager. * Bron: FOD P&O, definitie gehanteerd bij de ontwikkeling van een competentiemodel voor de federale overheid ** Bron: De nieuwe federale loopbaan, FOD P&O, 29 november 2001
Inleiding Structuur van het functieboek • Het eerste hoofdstuk na deze inleiding geeft een overzicht van de methodiek die is gevolgd om de “To-Be” functies te definiëren. Dit hoofdstuk presenteert de manier waarop de basisfuncties tot stand zijn gekomen. • Daarna volgt een overzicht van de “To-Be” functies van de FOD Financiën. Dit overzicht presenteert alle functies die in het kader van Coperfin zijn ontwikkeld, omschreven in een informatiefiche per functie. Eerst komen de functiefiches van Coperfin1 (operationele diensten) aan bod, daarna de functies van Coperfin2 (Thesaurie en stafdiensten). • De bijlagen, tenslotte, presenteren het model dat is gebruikt voor de bepaling van de generieke competenties van deze functies. Daarnaast worden eveneens op summiere wijze de methodiek gepresenteerd ter bepaling van de technische competenties per “To-Be” functie.
Methodiek voor de definitie van de “To-Be” functies van de FOD Financiën
Methodiek Inleiding • De definitie van de “To-Be” functies voor de FOD Financiën, is verlopen in 3 fasen: • In een eerste fase zijn de taken van de “To-Be” processen gegroepeerd op basis van criteria zoals vergelijkbaarheid inzake de aard van de taken, inzake de vereiste interactie met de betrokken doelgroepen, inzake de nabijheid van het terrein, inzake de vereiste competenties, enz. Deze groepen van taken werden “swimlanes” genoemd, en ze kregen een functiebenaming (Bijvoorbeeld: inspecteur in het proces nazicht van de fiscale situatie, gegevensbeheerder in het proces beheren van fiscale gegevens, dossierbeheerder in het proces verwerven van onroerende goederen). • In een tweede fase werden al deze “swimlanes” onderling vergeleken naar taken en generieke competenties. “Swimlanes” met gelijkaardige taken en generieke competenties werden geconsolideerd tot basisfuncties. We verwijzen naar de benaming van deze basisfuncties als “familienaam”. Er zijn tijdens Coperfin1 voor de FOD Financiën een 50-tal basisfuncties gedefinieerd. Deze basisfuncties hebben dezelfde generieke taken en generieke competenties doorheen de FOD, ongeacht het proces of de organisatorische entiteit waarin ze voorkomen (Bijvoorbeeld: dossierbeheerder, analist, inspecteur, onderzoeker zijn basisfuncties). Tijdens Coperfin2 zijn daar zo’n 25 extra basisfuncties aan toegevoegd, vooral komende van de BPR van de ondersteunende stafdiensten en van de BPR Thesaurie. • Op deze manier wordt voor de FOD Financiën een set van “To-Be” functies gedefinieerd. Iedere functie heeft een ‘familienaam’, die verwijst naar het gemeenschappelijke gedeelte (taken en generieke competenties). Een aantal functies hebben ook een verwijzing naar een vereist niveau van technische competentie(s). • De methodiek voor de Fasen 1 en 2 wordt uiteengezet in het vervolg van dit hoofdstuk.
Methodiek Fase 2:Consolidatie tot basisfuncties Consolidatie van “swimlanes” tot “familienamen” • In ieder hertekend proces werden een aantal “swimlanes” gedefinieerd, die zijn benoemd als een functie. • In de tweede fase van de functiedefinitie werden op basis van gemeenschappelijke taken en gemeenschappelijke generieke competenties deze “swimlanes” geconsolideerd tot een beperkt aantal basisfuncties. Deze basisfuncties kregen tenslotte een “familienaam”. Deze familienaam is onafhankelijk van het proces en/of de organisatorische entiteit waarin de functie voorkomt. • Deze consolidatie is verlopen in 3 stappen: • ‘Swimlanes’ met gelijkaardige taken worden samengebracht tot functies. • Functies met vergelijkbare taken worden samengebracht onder eenzelfde familienaam. • Functies met eenzelfde familienaam worden vergeleken en geconsolideerd op basis van generieke competenties. De generieke competenties worden, indien nodig, aangepast. • Binnen elk van deze stappen werd er telkens vergeleken en geconsolideerd op 3 niveaus (zie ook volgende pagina): • Binnen één proces • Tussen processen die bij elkaar horen • Overheen alle processen
Methodiek Fase 2:Consolidatie tot basisfuncties Consolidatie van “swimlanes” tot “familienamen” Proces Gelijkaardige taken, generieke competenties en technische competenties AB1 Gelijkaardige taken en generieke competenties AB2 Dossierbeheerder goederenbeheer Gelijkaardige taken en generieke competenties AB3 • Dossierbeheerder • Dossierbeheerder goederenbeheer bij Opmetingen & Waarderingen • Dossierbeheerder immobiliën bij Opmetingen & Waarderingen • …. Proces Gelijkaardige taken, generieke competenties en technische competenties AB1 AB2 Dossier-beheerder Dossierbeheerder immobiliën AB3 Proces ………….. Andere groepen van processen
Methodiek Fase 2:Consolidatie tot basisfuncties Bepaling van “familienamen” op taken • In de eerste stap werden taken gedefinieerd voor iedere swimlane. • In de tweede stap werden functies met gelijkaardige taken gegroepeerd in één functiefamilienaam. • Hiertoe werden de 5 belangrijkste hoofdtaken van elke functie zoals bepaald vanuit de “swimlanes”, gedefinieerd en onderling vergeleken. Deze taken hebben voornamelijk betrekking op de functionele verantwoordelijkheden in de processen, en niet op eventuele leidinggevende of begeleidende activiteiten. Bij deze vergelijking hebben we steeds gewerkt met de 5 belangrijkste hoofdtaken. Het kan dus zijn dat een functie een aantal bijtaken uitoefent die verschillen van de bijtaken van een andere functie met dezelfde functiefamilienaam. • Voorbeeld: • In heel wat processen komen “swimlanes” voor met de volgende 5 hoofdtaken: • Invoeren van meer complexe gegevens / meer complex dossier aanmaken • Eerste analyse van gegevens en (her)oriëntatie van dossier • Opzoekingen en/of berekeningen uitvoeren en opstellen van documenten of attesten • Melden van ontvangst of beslissing aan de burger, opvragen van ontbrekende gegevens • Informatie uitwisselen met aangewezen personen • Deze “swimlanes” zijn daarom gegroepeerd tot de functiefamilienaam “Gegevensbeheerder”.
Methodiek Fase 2:Consolidatie tot basisfuncties Bepaling van “familienamen” op generieke competenties • In de derde en laatste stap werden de generieke competenties bepaald voor iedere functiefamilienaam. • De generieke competenties of intrinsieke vaardigheden van een functie situeren zich op 5 vlakken • Omgaan met informatie • Omgaan met taken • Leidinggeven • Interpersoonlijke relaties • Persoonlijk functioneren • Elk van deze 5 generieke competenties bestaat uit 8 competentieniveaus. Deze niveaus worden beschreven in een generieke competentie-matrix (zie Bijlagen voor deze beschrijving). • Nadat een aantal functiefamilienamen werden bepaald op basis van de vergelijking van taken, werd voor deze familienamen het aangepaste niveau van generieke competenties bepaald. Tijdens deze oefening werd ook nagegaan of deze niveaus van generieke competenties van toepassing kunnen zijn in alle processen en/of organisatorische entiteiten waarin deze familienaam voorkwam. • Bij het bepalen van de generieke competenties kon het zijn dat functies met gelijkaardige taken, die in de eerste stap in 1 functiefamilienaam werden ondergebracht, moesten wordenopgesplitst in meerdere functiefamilienamen. Zo gaf, bijvoorbeeld, de complexiteit van de te behandelen materie, te samen met een grotere mate van autonomie en aansturing, vaak aanleiding tot opsplitsing. Deze functiefamilienamen worden aangegeven door de gradatie ‘junior functiefamilienaam’ – ‘functiefamilienaam’ – ‘senior functiefamilienaam’.
Overzicht van de 50 operationele en 5 leidinggevende functiefamilienamen van Coperfin1 (1/2)* Administratief medewerker / Collaborateur administratif Junior Analist / Analyste Junior Analist / Analyste Senior Analist / Analyste Senior Applicatie-assistent / Assistant d'applications Applicatie-analist / Analyste d'applications Beheerder Planning / Gestionnaire de Planning Senior Beheerder Planning / Gestionnaire de Planning Senior Communicatie- en promotiedeskundige / Spécialiste de Communication et Promotion Coördinator / Coordinateur Coördinator bedrijfsrisico's / Coordinateur de risques d'entreprises Senior Coördinator bedrijfsrisico's / Coordinateur de risques d'entreprises Senior Documentalist / Documentaliste Senior Documentalist / Documentaliste Senior Junior Dossierbeheerder / Gestionnaire de dossiers Junior Dossierbeheerder / Gestionnaire de dossiers Senior Dossierbeheerder / Gestionnaire de dossiers Senior Economisch coördinator / Coordinateur Economique ExternCorrespondent / Correspondant Externe Gegevensanalist / Analyste de données Junior Gegevensbeheerder / Gestionnaire de données Junior Gegevensbeheerder / Gestionnaire de données Senior Gegevensbeheerder / Gestionnaire de données Senior Gegevensbeheerder Belastingplichtige / Gestionnaire de données Contribuable Junior Informatie-ambtenaar / Fonctionnaire d'information Junior Informatie-ambtenaar / Fonctionnaire d'information Senior Informatie-ambtenaar / Fonctionnaire d'information Senior Inlichtingenanalist/ Analyste d'informations * Een aantal van de hier voorgestelde functienamen kunnen tijdens de implementatiefase eventueel nog wijzigingen ondergaan
Overzicht van de 50 operationele en 5 leidinggevende functiefamilienamen van Coperfin1 (2/2)* Starterscoördinator / Coordinateur Nouvelles Entreprises Technisch medewerker / Collaborateur Technique Technisch deskundige / Spécialiste Technique Toezichtambtenaar / Fonctionnaire de la surveillance Vertaler / Traducteur Ontvanger / Receveur** Reglementair bemiddelaar / Conciliateur Réglementaire** Junior Inspecteur / Inspecteur Junior Inspecteur/ Inspecteur Senior Inspecteur / Inspecteur Senior Intern Correspondent / Correspondant Interne Junior Jurisconsulent / Juris Consultant Junior Jurisconsulent / Juris Consultant Senior Jurisconsulent / Juris Consultant Senior Junior Onderzoeker / Enquêteur Junior Onderzoeker / Enquêteur Senior Onderzoeker / Enquêteur Senior Junior Projectbeheerder / Gestionnaire de projet Junior Projectbeheerder / Gestionnaire de projet Senior Projectbeheerder/ Gestionnaire de projet Senior Sectorcoördinator / Coordinateur de Secteurs Specialist / Spécialiste Teamchef / Chef d’équipe Afdelingshoofd / Chef de division Teamchef Stafdienst / Chef d’équipe Staff Afdelingshoofd Stafdienst / Chef de division Staff Directeur Stafdienst / Directeur Staff * Een aantal van de hier voorgestelde functienamen kunnen tijdens de implementatiefase eventueel nog wijzigingen ondergaan. ** De functies ontvanger en reglementair bemiddelaar zullen steeds door een teamchef en afdelingshoofd worden uitgeoefend. Van deze functies is aldus tijdens Coperfin1 geen profiel ontwikkeld
Overzicht van de 25 operationele functiefamilienamen van Coperfin2* Financieel Adviseur / Conseiller Financier Senior Financieel Adviseur / Conseiller Financier Senior Rekenplichtige Thesaurie / Comptable Thesaurie Rekenplichtige** / Comptable Reglementair bemiddelaar** / Consiliateur réglementaire Onthaalbeambte / Fonctionnaire d’accueil Plan-deskundige / Expert-plan Sociaal overleg adviseur / Conseiller en concertation sociale Kennisbeheerder / Gestionnaire de connaissance Opleider / Formateur Economisch Consulent / Consultant économique Senior Economisch Consulent / Consultant économique Senior PMO-consultant / Consultant PMO Senior PMO Consultant / Consultant PMO Senior Veranderingspromotor / Promoteur de changement Account Manager / Account Manager Applicatie Designer / Designer d’Applications Infrastructuur Designer / Designer d’Infrastructure Systeembeheerder / Gestionnaire de Systèmes Senior Systeembeheerder / Gestionnaire de Systèmes Senior Programmeur / Programmeur Senior Programmeur / Programmeur Senior Senior Programmeur Infrastructuur / Programmeur d’Infrastructure Senior Tester / Testeur Communicatieadviseur / Conseiller de communication Juridisch adviseur Senior Juridisch Adviseur * Zowel de BPR van de Thesaurie als de BPR’s van de stafdiensten (B&B, P&O, PMO, COM, ICT, S&L, S&D) worden hier in rekenschap gebracht ** De basisfuncties “Ontvanger” en “Reglementair bemiddelaar” werden tijdens Coperfin1 bepaald, maar de functiefiches werden tijdens Coperfin2 opgemaakt, respectievelijk onder de noemer “Rekenplichtige” en “Reglementair bemiddelaar”
Groepering van de meest voorkomende functiefamilienamen Functionele processen Specifieke verwerking Dossierbeheerders Gegevensbeheerders Inspecteurs Gegevensbeheerders & Onderzoekers Specialisten : ad hoc advies Sturende & ondersteunende processen Analisten Gegevensbeheerders & Administratief medewerkers Projectbeheerders : leiden van project Coördinator : coördineren van proces
Overzicht van de functies per pijler, programma of stafdienst en proces Duiding • Op de volgende bladzijden wordt een overzicht gegeven van de functies die voorkomen per pijler of programma, en per proces. • Vooreerst worden de functies per pijler gepresenteerd, die als volgt zijn samengesteld : • De functies in de lijn : operationele functies en leidinggevende functies • De functies in de staf : management ondersteuning, doelgroepenstrategie en leidinggevende functies • Daarnaast worden de functies voor de programma’s CRM en risicobeheer geduid, die volgende delen omvatten : • De staffuncties N2 (zowel binnen doelgroepenstrategie als financiële expertise) • De lijnfuncties die taken uitvoeren voor CRM of risicobeheer • De staffuncties N1 uit de CDU van toepassing voor CRM • Opmerking: voor risicobeheer betreft het de processen 17, 18, 19, 27 en 28, voor CRM de processen 32 tot en met 35 • Tot slot wordt een overzicht gegeven van de functies die in elk van de 47 processen voorkomen.
Overzicht van de functiefamilienamen per pijler of programma (1/2)
Overzicht van de functiefamilienamen per pijler of programma (2/2)
Profiel van Gegevensbeheerders 8 7 6 5 Senior Gegevensbeheerder 4 Gegevensbeheerder 3 Junior Gegevensbeheerder 2 1
Profiel van Dossierbeheerders 8 7 Senior Dossierbeheerder 6 5 Dossierbeheerder 4 Junior Dossierbeheerder 3 2 1
Profiel van Inspecteurs 8 7 Senior Inspecteur 6 Inspecteur 5 4 3 Junior Inspecteur 2 1
Profiel van Analisten 8 7 Senior Analist 6 5 Analist 4 3 Junior Analist 2 1
Profiel van Projectbeheerders 8 Senior Projectbeheerder 7 6 Projectbeheerder 5 Junior Projectbeheerder 4 3 2 1
Vergelijking van de meest voorkomende profielen 8 7 6 5 Inspecteur Analist Dossierbeheerder 4 3 2 1
Administratief medewerkerCollaborateur administratif Hoofdtaken: Doel en bestaansreden: Uitvoeren van (vaak geïnformatiseerde) taken, volgens vaste procedures, teneinde de processen maximaal te ondersteunen • Invoeren van gegevens / dossier aanmaken • Standaard nazicht en controle van ontvangen gegevens (ontbrekende gegevens, juistheid, vormvereisten) • Melden van ontvangst / ontbrekende gegevens / beslissing aan de burger en/of interne klant • Doorspelen van informatie aan de juiste persoon en archiveren Generieke competenties: I.1. T.1. L.1. IR.2. PF.3.
Junior AnalistAnalyste Junior Hoofdtaken: Doel en bestaansreden: Analyseren en doorgronden van een gegeven (binnen een specifiek kennisdomein) en formuleren van conclusies en/of voorstellen teneinde bij te dragen tot de efficiënte en effectieve werking van de FOD Financiën • Zelfstandig bepalen van aanpak van een project/studieonderwerp/opdracht/analyse en nodige acties • Uitvoeren van grondige/structurele analyse • Opstellen van rapport, uiteenzetten van voorstel en geven van suggesties aan betrokkenen Generieke competenties: I.4. T.3. L.1. IR.4. PF.4.
AnalistAnalyste Hoofdtaken: Doel en bestaansreden: Analyseren en doorgronden van een complex gegeven (binnen een specifiek kennisdomein) en formuleren van conclusies en/of voorstellen en anderen ondersteunen, teneinde bij te dragen tot de efficiënte en effectieve werking van de FOD Financiën • Zelfstandig bepalen van aanpak van een project/studieonderwerp/opdracht en nodige actie • Uitwerken van een voorstel door studie en analyse, adviesinwinning bij experten en kennisgroepen, ... • Opstellen van rapport, uiteenzetten van voorstel en geven van suggesties aan betrokkenen • Bijsturen van modellen en processen op basis van gevoerde analyse • Testen van impact en doeltreffendheid van de ondernomen actie Generieke competenties: I.5. T.3. L.2. IR.4. PF.6.
Senior AnalistAnalyste Senior Hoofdtaken: Doel en bestaansreden: Analyseren en doorgronden van een complex gegeven (binnen een specifiek kennisdomein) en formuleren van conclusies en/of voorstellen en anderen ondersteunen, teneinde bij te dragen tot de efficiënte en effectieve werking van de FOD Financiën • Zelfstandig bepalen van aanpak van een complex project/studieonderwerp/opdracht en nodige acties • Uitwerken van een voorstel door studie en analyse, adviesinwinning bij experten en kennisgroepen, uitvoeren van enquêtes en testen, ... • Opstellen van rapport, uiteenzetten van voorstel en geven van suggesties aan betrokkenen • Bijsturen van modellen en processen op basis van gevoerde analyse • Testen van impact en doeltreffendheid van de ondernomen actie Generieke competenties: I.6. T.4. L.2. IR.5. PF.6.
Applicatie-assistentAssistant d‘applications Hoofdtaken: Doel en bestaansreden: Fungeren als aanspreekpunt voor vragen en ondersteunen van andere gebruikers van informaticatoepassingen teneinde een vlotte werking te garanderen • Opvolgen van de werking van applicaties • Nagaan van de behoefte aan nieuwe applicaties • Verlenen van ICT-ondersteuning voor business toepassingen Generieke competenties: I.3. T.3. L.2. IR.4. PF.4.
Applicatie-analistAnalyste d'applications Hoofdtaken: Doel en bestaansreden* : Vertalen van de behoeften van de gebruikers van informaticasystemen op basis van analyse van de business processen naar nieuwe of verbeterde applicaties in samenspraak met ICT, teneinde de gebruiksvriendelijkheid en efficiëntie van de systemen te garanderen en bij te dragen tot een efficiënte en effectieve ICT portfolio als ondersteuning van de werking van de FOD Financiën. • Opvolgen van de werking van applicaties en nagaan van behoefte aan nieuwe applicaties • Nieuwe functionaliteiten ontwerpen in samenspraak met ICT, en hierover beslissen in overleg met ICT en de gebruikers • Implementatie opvolgen en bijsturen Generieke competenties: I.5. T.4. L.2. IR.5. PF.6. * Basisfunctie uit Coperfin1 waarvoor een nieuw voorstel inzake “doel & bestaansreden” is geformuleerd, na de BPR van de stafdienst ICT
Beheerder PlanningGestionnaire de Planning Hoofdtaken: Doel en bestaansreden: Afstemmen van middelen en prioriteiten binnen een korte termijnplanning, teneinde een optimale toegevoegde waarde te genereren • Selecteren en prioritiseren van dossiers/controle opdrachten • Opstellen operationeel werkplan op korte termijn • Motiveren van selectie/deselectie van dossiers, uitgevoerde/niet-uitgevoerde controles Generieke competenties: I.3. T.4. L.1. IR.2. PF.4.
Senior Beheerder PlanningGestionnaire de Planning Senior Hoofdtaken: Doel en bestaansreden: Afstemmen van middelen en prioriteiten binnen een lange termijnplanning en anderen ondersteunen, teneinde een optimale toegevoegde waarde te genereren • Selecteren en prioritiseren van dossiers/controle opdrachten • Opstellen werkplan op lange termijn (prioriteiten in functie van risico - beleidsondersteunend) • Motiveren van selectie/deselectie van dossiers, uitgevoerde/niet-uitgevoerde controles Generieke competenties: I.4. T.5. L.2. IR.4. PF.6.
Communicatie- en promotiedeskundigeSpécialiste de Communication et Promotion Hoofdtaken: Doel en bestaansreden: Opstellen van een communicatie- of promotieplan, de uitvoering ervan opvolgen en waar nodig bijsturen, teneinde de informatieoverdracht naar de burger en/of interne klantoptimaal te laten verlopen • Uitvoeren van een strategische studie met het oog op het opstellen van eenvoorstel van communicatiestrategie • Opstellen communicatieplan • Uitwerken plan van aanpak communicatie/promotie • Implementatie/bijsturing communicatie/promotie Generieke competenties: I.5. T.5. L.1. IR.5. PF.6.
CoördinatorCoordinateur Hoofdtaken: Doel en bestaansreden: Inhoudelijk en strategisch coördineren van activiteiten en anderen motiveren, teneinde een vlotte werking en correcte resultaten te garanderen • Conceptueel schetsen van het inhoudelijk kader en bepalen van de strategische krijtlijnen met impact op de organisatie • Inschatten en prioritiseren van risico's en dienstverleningsbehoeften • Beheren van relaties met interagerende/betrokken instanties en coördineren over verschillende pijlers/ organisationele entiteiten heen, o.a. met het oog op coherentieverzekering • Valideren van de procesoutput • Opbouwen van relaties met verschillende organisatieniveaus Generieke competenties: I.7. T.6. L.3. IR.7. PF.7.
Coördinator bedrijfsrisico'sCoordinateur de risques d'entreprises Hoofdtaken: Doel en bestaansreden: Uittekenen van risicoprofielen voor een groep van ondernemingen binnen een specifieke sector teneinde gerichte controles binnen deze groep van ondernemingen te kunnen laten uitvoeren • Bestuderen van clusters van type vergunningen en betreffende klantendossiers • Inschatten, prioritiseren en opvolgen van risico's en dienstverleningsbehoeften van ondernemingen met type vergunningen • Beheren van relaties met interagerende/betrokken instanties en personen en signaleren van ontwikkelingen bij individuele ondernemingen aan de Senior Coördinator bedrijfsrisico's • Bepalen van standaard controle aanpak en nodige acties voor type vergunningen • Bewaken van de consistentie en uniformiteit van afdekking van de risico's gerelateerd aan type vergunningen Generieke competenties: I.4. T.5. L.1. IR.4. PF.6.
Senior Coördinator bedrijfsrisico'sCoordinateur de risques d'entreprises Senior Hoofdtaken: Doel en bestaansreden: Uittekenen van risicoprofielen voor een beperkt aantal grote en/of risicovolle ondernemingen, en ondersteunen van de coördinator bedrijfsrisico's, teneinde gerichte controles bij de betrokken ondernemingen te kunnen laten uitvoeren • Bestuderen van individuele klanten(-dossiers) • Inschatten, prioritiseren en opvolgen van risico's en dienstverleningsbehoeften voor specifieke ondernemingen • Beheren van relaties met interagerende/betrokken instanties en personen en coördineren over organisatorische entiteiten heen • Bepalen van individuele controle aanpak en nodige acties voor individuele ondernemingen • Bewaken van de afdekking van de risico's gerelateerd aan individuele ondernemingen Generieke competenties: I.6. T.5. L.2. IR.6. PF.6.