110 likes | 225 Views
Thema : Betrek je doop in je dagelijks leven met God 1) De doop bevrijdt je van de angst voor de ondergang vanwege je zonden Want Christus is vóór mij. De zondvloed: een voorafbeelding van de doop Een ‘contrast’-beeld: In beide gevallen: Gods trouw redt.
E N D
Thema: Betrek je doop • in je dagelijks leven met God • 1) De doop bevrijdt je • van de angst voor de ondergang • vanwege je zonden • Want Christus is vóór mij
De zondvloed: een voorafbeelding • van de doop • Een ‘contrast’-beeld: • In beide gevallen: Gods trouw redt.
Tegenstanders van de kinderdoop zeggen: • Je moet eerst God kunnen vragen om een zuiver goed geweten en dan pas kun je gedoopt worden. • Petrus bedoelt iets anders. • Hij wijst niet op de funderingvan de doop. • Het gaat hem om de uitwerking van de doop. • De vraag is niet: wanneer mag ik gedoopt worden. • De vraag is: Wat betekent jouw doop vandaag voor jou?
Thema: Betrek je doop • in je dagelijks leven met God • 1) De doop bevrijdt je van de angst • voor de ondergang vanwege je zonden • 2) De doop geeft je • een goed geweten • in de strijd van het geloof • Want Christus is ín mij
De doop wast niet het vuil van je lichaam weg • Het water wast geen erfzonde weg (H.C. Zd. 25)
De doop wast niet het vuil van je lichaam weg • Het water wast geen erfzonde weg (H.C. Zd. 25) • Petrus gebruikt voor ‘lichaam’ niet het positieve woord sooma, maar het nega-tieve woord sarks(sterfelijk en zondig)
De doop wast niet het vuil van je lichaam weg • Het water wast geen erfzonde weg (H.C. Zd. 25) • Petrus gebruikt voor ‘lichaam’ niet het positieve woord sooma, maar het nega-tieve woord sarks(sterfelijk en zondig) • Petrus bedoelt: zelfs na je doop blijf je als christen een zondig mens.
De doop is geen teken van mijn geloof. • Omdat je gedoopt bent, mag je jezelf én God • steeds weer herinneren aan zijn trouw. • Want “door het water van de doop • (eens ontvangen) wordt u NU gered “ • zegt Petrus in vers 21.
Jouw eigen doop zegt alles • over de liefde van Jezus voor jou. • Bij jouw eigen doop zei Jezus tegen je: • ‘Je bent niet langer een probleem voor God, • maar een geaccepteerd mens. • Hij stierf voor jouw zonden • – Christus vóór mij • Hij vult jou met zijn opstandingskracht • – Christus ín mij
‘Christus vóór mij’ is niet genoeg. • Christus ín mij’ is de bedoeling. • Petrus zegt: ‘Erken Christus als Heer • en eer Hem met heel je hart.’ • Waar deed Jezus het allemaal voor? • Petrus zegt: • Om jou zo bij God te brengen!
Zo weet ik mij veilig, • want uw hand laat mij nooit los. • Van wat ik misdaan heb, • hebt U mij bevrijd, • en in uw vergeving leef ik NU.