1 / 30

anatomy botten

ppt anatomy fysiology and psychology

violent80
Download Presentation

anatomy botten

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. anatomie Botten en gewrichten

  2. Bewegingsapparaat Skelet • Bewegingsappraat Gewrichten Spieren en pezen

  3. Kraakbeen 4 algemene functies van het kraakbeen • 1. soepel verloop van bewegingen in de gewrichten (is dus tevens bescherming) • 2. speelt een rol bij de lengtegroei van botten (kraakbeenschijven) • 3. vormt een soepele verbinding tussen sommige botstukken, bijvoorbeeld ribben en borstbeen • 4. geeft vorm aan bepaalde lichaamsdelen (oor, neus)

  4. Botten: functies • Bescherming van belangrijke organen of structuren: • schedel beschermt de hersenen • borstkas beschermt hart en longen • wervelkolom beschermt het ruggenmerg

  5. Botten: functies • bewegen: • aan de botten zitten pezen en spieren vast waardoor bewegen mogelijk wordt

  6. Botten: functies • stevigheid / vorm: • zonder botten zijn we een zak met weefsels • samen met de spieren geven de botten vorm aan het lichaam

  7. Botten: functies • aanmaak bloedcellen: • in de platte beenderen: • schouderblad • ribben/ borstbeen • bekken

  8. Botten: de bouw • botten moeten aan drie eisen voldoen: • ze moeten niet zwaar zijn • ze moeten sterk zijn • ze moeten niet direct breken

  9. Botten: de binnenkant • de binnenkant van het bot is: • sponsachtig:

  10. Botten: de binnenkant • dit biedt ruimte aan het beenmerg • maar geeft door de opbouw ook veel stevigheid

  11. Botten: de buitenkant • De buitenkant moet: • stevig / hard zijn • overgang bieden voor: • verbindingen met: • pezen / spieren • andere botten

  12. Botten: de bekleding • de buitenbekleding bestaat uit een vlies: het periost • dit zit overal om het bot, behalve waar een gewrichtsvlak zit • bevat bloedvaten, lymfevaten en zenuwen • deze zenuwen zorgen dat je pijn voelt zoals bij het stoten van je scheen

  13. Botten: de bekleding • de binnenlaag van het periost kan botcellen vormen • de aangroei van een nieuw bot, na een botbreuk, begint hier

  14. Botten: soorten • er zijn 3 soorten botten: • platte botten • schouderblad • ribben • groeien in lengte en breedte

  15. Botten: soorten • pijpbeenderen: • dijbeen • bovenarmbeen • groeit in lengterichting

  16. Botten: soorten • Onregelmatige botten: • Handwortelbeentjes • Ruggenwervels • groeien in 3 richtingen • lengte / breedte / dikte

  17. Botten: de groei • botten kunnen groeien omdat het een levend weefsel is • hierdoor kan je lijf / skelet zich aanpassen aan veranderingen: • groeien • sport • werk • afvallen

  18. Botten: de groei

  19. Botten: verbindingen • onbeweeglijk: • bijvoorbeeld de naden van de botten van de schedel

  20. Botten: verbindingen • kraakbeen voordelen: • beweeglijk • elastisch • kan veel druk / kracht opvangen • sterk • kraakbeen nadelen: • bevat geen/ weinig bloedvaten, dit is een nadeel bij beschadiging

  21. Botten: verbindingen • beweeglijk via gewricht: • voordeel: • maakt bewegen mogelijk in één of meerdere bewegingsassen • bewegen kan door: • gladde laag (kraakbeen) • smeermiddel (synovia) • verpakking (kapsel met synoviaalvlies) • bescherming voor te grote beweging door banden en spieren

  22. scharniergewricht • bijvoorbeeld het ellebooggewricht en het kniegewricht

  23. kogelgewricht • bijvoorbeeld het schoudergewricht en het heupgewricht

  24. Rolgewricht • Het gewricht waarmee het spaakbeen en de ellepijp om elkaar heen kunnen draaien

  25. ellipsvormig of eigewricht • bijvoorbeeld het bovenste polsgewricht

  26. zadelgewricht • bijvoorbeeld het gewricht tussen handpalm en duim

  27. draaigewricht • bijvoorbeeld de twee bovenste nekwervels: de atlas en de draaier

More Related