250 likes | 506 Views
Begaafde leerlingen . Maartje Wijnekus Marianne Pluymakers. Begripsomschrijving. aangeboren (Gagné; Heller; Lens) versus aangeleerd (Span; Sternberg; Ericsson) . Definitie. capaciteiten versus gedrag. M ö nks model . Aptitude Treatment Interaction (ATI). Prestaties moeilijk
E N D
Begaafde leerlingen Maartje Wijnekus Marianne Pluymakers
Begripsomschrijving aangeboren (Gagné; Heller; Lens) versus aangeleerd (Span; Sternberg; Ericsson)
Definitie capaciteiten versus gedrag
Aptitude Treatment Interaction (ATI) Prestaties moeilijk zelfregulatie intelligentie zelfregulatie
Begaafdheid ontwikkelt zich niet vanzelf ! Van ontwikkelingsvoorsprong naar expertise. Begeleiding (onderwijs) is nodig om begaafd te worden.
Begaafdheid in ontwikkeling • Bij het jonge kind: een potentieel, dat zich manifesteert in voorlijke prestaties. • Bij het schoolkind: hoge prestaties op school en/of daarbuiten. • Bij een volwassene: expertise op één terrein.
Kenmerken en signalen • snel van begrip • een groot kennisbestand • leergierig en prestatiegericht • meer behoefte aan autonomie • metacognitieve vaardigheden • gemotiveerd • ruime spanningsboog • een hoog leer- en werktempo
Definitie begaafde leerlingen Leerlingen die wat betreft intelligentie én schoolprestaties behoren tot de top van hun leeftijdsgroep.
Definitie begaafde onderpresteerders Leerlingen die wat betreft intelligentie behoren tot de top van hun leeftijdsgroep, maar niet wat betreft leerprestaties.
Aan bod komen • Typen diagnostiek • Gerelateerd aan de fasen van HGD • Fasen en instrumenten • Enkele stellingen
Theoretisch uitgangspunt Een begaafde leerling behoort qua gedrag (prestaties; soft signs) en potentieel (intelligentie) tot de top van zijn leeftijdgenoten
Vraagstellingen en typen en diagnostiek bij begaafde leerlingen • Screening: groep/individu? • Verheldering: klachten/belevingen? • Onderkenning: Wat is er aan de hand? • Verklaring: Wat is de oorzaak? • Indicering: Wat moeten we doen?
HGD-fasen • Intakefase: screening/verheldering • Strategiefase: onderkenning/niveaubepaling • Indien geen problemen • Indien wel problemen • Optionele onderzoeksfase: verklaring • Indiceringsfase: indicering
Fasen en instrumenten Intakefase: • Screeningsvragenlijsten • Nominatie/gesprek/observatie • Schoolprestaties
Fasen en instrumenten Strategiefase: • Niveaubepaling d.m.v. intelligentietests • Eventueel: onderkenning van sociaal-emotionele problematiek middels vragenlijsten
Fasen en instrumenten Onderzoeksfase: Onderzoek van transactionele processen tussen • niet-cognitieve kindkenmerken (gesprek, observatie en vragenlijsten) • de omgevingskenmerken (gesprek, observatie en vragenlijsten) • De thuissituatie • De onderwijsleersituatie
Stellingen (naar Meijer, K & AP september 2007) • Hoogbegaafdheid # probleem of een soort ziekte • Hoogbegaafdheid # de exclusieve verklaring voor het ontstaan van onderwijsproblemen • Hoogbegaafdheid leidt niet per definitie tot onderwijsleerproblemen • Onderwijsproblemen ontstaan pas als er een misinteractie is tussen factoren in de onderwijsomgeving en factoren in het kind
Indiceringsfase Rol van orthopedagoog/ schoolpsycholoog is niet: “ Enkel het nauwkeurig vaststellen van de hoogte van de intelligentie of een minutieuze beschrijving van het intelligentieprofiel. ”
Rol van orthopedagoog / schoolpsycholoog is wel “ Het weer overzichtelijk maken van de situatie. ” Middel: participatie in het overleg tussen alle betrokken over concrete maatregelen om de gewenste onderwijsleersituatie te creëren. (Meijer, 2007)