720 likes | 842 Views
Feestelijke bijeenkomst donderdag 7 juni 2012 bij het afscheid van. KO BREVET. Mies was vanavond helaas verhinderd. Maar : v anavond toch een aflevering van:. In de hoofdrol. Maar wie is Ko Brevet?. V Heeft wel wat met het jodendom …. V
E N D
Feestelijkebijeenkomstdonderdag 7 juni 2012bij het afscheid van KO BREVET
V Heeftwelwat met het jodendom…
V Vindt humor belangrijk en nietalleen van Sam en Moos
V Reed tot voorkort in de lelijkste auto van het noordelijkhalfrond
V Heefteen Brevet van vermogen in de keuken
V Houdt van de goededingen in het leven
V en weetdatsomshandigteverpakken….
V houdt van mensen en dierenmaarheeftz’nvoorkeuren…
V Houdt van muziek in de dienst
V Maarlaat het muziekmaken al heel langnietalleenaananderen over….
V Houdtook van netjes..
V en gaat nu de ‘jurk’ in de wilgenhangen
De Cantorij zingt Lofzang ter ere van de H. GudulaMelodie en tekst uit Moorsel 1912 – Muzikale bewerking G. van Poppel 2012 I Wij groeten U Gudula, edele maagd, Die voor twaalefmaalhonderde jaren Bij Moorsel het licht van het leven zaagt, Waar onze Oudren ook wonende waren. Refrein: Moeten wij tot U nog vluchten Blijf uw volk ter zijde staan Komt een pelgrim hier al zuchten Laat hem zonder troost niet gaan.
II De weg naar ons kerk scheen U effen en kort En Gij kwaamt eer de deur was ontsloten. Gij hebt er zo menige bede gestort En zoo menige vreugde genoten. Refrein: Moeten wij tot U nog vluchten Blijf uw volk ter zijde staan Komt een pelgrim hier al zuchten Laat hem zonder troost niet gaan.
III Men zegt dat een bloem in den winter ontsproot, Waar uw bloedige voetstappen stonden; Maar beter dan bloemen nog heeft in den nood Hier het volk in uw handen gevonden. Refrein: Moeten wij tot U nog vluchten Blijf uw volk ter zijde staan Komt een pelgrim hier al zuchten Laat hem zonder troost niet gaan.
IV O Gudula diep in uw herte nog steeds Staat de naam van stad Moorsel te lezen; Dat hebt Gij door allerlei wonderen reeds In een twaaleftaleeuwen bewezen Refrein: Moeten wij tot U nog vluchten Blijf uw volk ter zijde staan Komt een pelgrim hier al zuchten Laat hem zonder troost niet gaan.
V Om U te vereren, haast iederendag Komt er volk naar stad Moorsel getogen; Maak dat U niemand beschuldigen mag Dat hij eens in zijn hoop was bedrogen. Refrein: Moeten wij tot U nog vluchten Blijf uw volk ter zijde staan Komt een pelgrim hier al zuchten Laat hem zonder troost niet gaan.
VI Nu zijt Gij in Lochem al lange tijd Bescheiden en dienstbaar uw leven Ook Lochem heeft ooit u een plek bereid Om de mensen troost te geven Refrein: Moeten wij tot U nog vluchten Blijf uw volk ter zijde staan Komt een pelgrim hier al zuchten Laat hem zonder troost niet gaan. - - - - -
De Cantorij zingt een lied voor KoMelodie: ‘Westminster Abbey’ – Tekst: TjitskeFrenkel 1. Beste Ko, al vele malen zongen wij op deze wijs teksten door jou uitgeschreven, verzen door jouw hand gemaakt. Klare taal in alle eenvoud, woorden voor ons allemaal.
2. Beste Ko, je bent al jaren één van onze trouwste fans, altijd blij als wij er waren, altijd ook een woord van dank. Ja ook zonder toga zijn wij blij met jouw aanwezigheid.
3. Mocht je leeftijd je bezwaren, kijk dan eens naar onze club. Niks geen suffe senioren, wij vergrijzen hier met pret. Kom eens langs op dinsdagavond, proef de sfeer en wordt ook lid. - - - - - - -
Het Leerhuis zingt een afscheidsliedMelodie: ‘Als je geen liefde hebt voor elkaar’ – Tekst: het Leerhuis Op het leerhuis van dominee Ko Viel er ook humor te halen. Sammie en Moos, die hielpen hem zo, De club te laten stralen. Refrein: Maar niet altijd snapten wij het echt Van wat Ko nu weer had beweerd. Pas als hij het ons had uitgelegd, Had-den wij toch nog wat geleerd.
Hij onderrichtte ons in Tora, En nog meer Bijbelse zaken. Maar dan wel zonder enig dogma, Hij mocht’t niet moeilijk maken. Refrein: Want niet altijd snapten wij het echt Van wat Ko nu weer had beweerd. Pas als hij het ons had uitgelegd, Had-den wij toch nog wat geleerd.
Wij kregen daar een groot vel papier. Teksten zijn moeilijke dingen. Soms snapten wij ook dan nog geen zier. Ko schreef veel afkortingen. Refrein: Dus niet altijd snapten wij het echt. Van wat Ko nu weer had beweerd. Pas als hij het ons had uitgelegd, Had-den wij toch nog wat geleerd.
V VVis niet wat je dan dacht. Vers voor vers moest je dan lezen. En CTR werd ook vaak gebracht, Commentaar moest dat wezen. Refrein: Maar niet altijd snapten wij het echt. Van wat Ko nu weer had beweerd. Pas als hij het ons had uitgelegd, Had-den wij toch nog wat geleerd.
Er was veel lol, wij praatten wat af. Ko vond het allemaal prachtig. “Fijn dat je’tzegt” al was nog zo maf. Zijn compliment was krachtig. Refrein: Maar niet altijd snapten wij het echt. Van wat Ko nu weer had beweerd. Pas als hij het ons had uitgelegd, Had-den wij toch nog wat geleerd.
“Goed dat je’tvraagt” lag voor in zijn mond’ Als wij soms iets wilden weten. Als hij dan aangaf waar het voor stond Dacht hij dat wij’t begrepen. Refrein: Maar niet altijd snapten wij het echt. Van wat Ko nu weer had beweerd. Pas als hij het ons had uitgelegd, Had-den wij toch nog wat geleerd.
De waarde vaneen Bijbels getal Probeerde Ko vaak te duiden. Waarna wij danin’t beste geval De klokken hoorden luiden . Refrein: Want niet altijd snapten wij het echt. Van wat Ko nu weer had beweerd. Pas als hij het ons had uitgelegd, Had-den wij toch nog wat geleerd.
Hij sprak het liefst van Abram en Saar, Oudtestamentische mensen. En gaf daarbij een Joods commentaar, De Rabbi zou’t zo wensen. Refrein: Maar niet altijd snapten wij het echt. Van wat Ko nu weer had beweerd. Pas als hij het ons had uitgelegd, Had-den wij toch nog wat geleerd.
En nu past ons een groot woord van dank, Aan ons echt supereKootje. Hij speelde wijnstok en wij de rank, Ons Zeeuws-belgischejoodje. Refrein: Want wij begrijpen het toch echt wel, Dat Ko ons nu toch heus verlaat. En daarom wensen wij hem dus snel: Dat het hem verder goedvergaat. - - - - -
De gemeente zingt een lied voor KoMelodie: ‘Blijf niet staren op wat vroeger was’ – Tekst: Johan Luiten Blijf niet staren op wat vroeger was. Sta niet stil in het verleden. Ik zeg Ko ga iets nieuws beginnen. Vandaag is’tbegonnen, dat je’t maar weet. (3x) - - - - -
De gemeente zingt een lied voor KoMelodie: Psalm 89 – Tekst: Andries Hardenbol 1. Gelukkig is het volk dat naar Ko’s woorden hoort, zij zijn het zeker waard en altijd goed verwoord. Ze stonden wel op schrift maar dat was overbodig, hij kon ’t best uit zijn hoofd en had geen blaadje nodig. Voor alle zekerheid nam hij zijn werkstuk mede, ’t geraakte onverhoopt dan niet in ’t ongerede.
2. Ko kon het desgewenst thuis nog eens goed bezien, ’t was meestal voor mekaar; ’t verdiende haast een tien! Maar kritisch is het volk dat naar zijn woorden hoorde, hij vond het prima als men zich er niet aan stoorde. De blijde boodschap stond voorop in al zijn preken, bij ’t kerkvolk kon hij dan ook best een potje breken.
3. De kind’ren in de kerk, zij zaten vaak vooraan, waren bij Ko op ’t kleed veelal niet weg te slaan! Als hij met veel plezier verhalen ging vertellen, was ’t luistrend volk muisstil en vast niet uit op rellen. Zij kregen vaak gelijk, Ko voelde met hen mede, “daar zit echt wel wat in”, het kind dat was tevreden!