1 / 83

“Voor je kiezen” Keuzebegeleiding in het eindexamenjaar

“Voor je kiezen” Keuzebegeleiding in het eindexamenjaar. Programma Ouders VWO-examenkandidaten 11 oktober 2012. Wat komt aan de orde?. I Wat de valkuilen zijn in het keuzeproces en hoe wij uw zoon / dochter begeleiden

Download Presentation

“Voor je kiezen” Keuzebegeleiding in het eindexamenjaar

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. “Voor je kiezen”Keuzebegeleiding in het eindexamenjaar Programma Ouders VWO-examenkandidaten 11 oktober 2012

  2. Wat komt aan de orde? • I Wat de valkuilen zijn in het keuzeproces en hoe wij uw zoon / dochter begeleiden • II Wat je moet weten voor je kunt kiezen: een overzicht van trends en ontwikkelingen in het hoger onderwijs en op de arbeidsmarkt • III Wat studeren kost en hoe deze kosten gefinancierd (kunnen) worden

  3. I. Begeleiding bij beslissende keuzes • 1 Kiezen is een complexe aangelegenheid • 2 Veel onzekerheden zijn uit te sluiten • 3 Op tijd kiezen is heel belangrijk • 4 Kiezen als proces benaderen: inzicht- terugkoppeling-zekerheid

  4. I. 1 Kiezen is complex • Niveau: MBO+, HBO of WO? • Studierichting: alleen al honderden opleidingen in het hoger onderwijs (WO en HBO): Welke studierichting? • Inhoud: Met komst BaMa-stelsel: veel Engelse namen. Soms dezelfde namen voor verschillende studies of verschillende namen voor dezelfde studies. Onderzoek is nodig! • Vorm: Voltijd, deeltijd, duaal? • Plaats: Welke studieplaats/universiteit/hogeschool? Soms grote inhoudelijke en/of kwaliteitsverschillen bij dezelfde studies in verschillende plaatsen.

  5. I. 2 Onzekerheden uitsluiten • Het gaat om de aansluiting tussen jouw persoonlijkheid en een bepaald beroep / een bepaalde studie. • Aan beide kanten liggen onzekerheden

  6. I. 2.1 Onzekerheden bij jezelf: • Wat moet ik? Waar ligt mijn taak? (Roeping, bezinning) • Wie ben ik? (Persoon, karakter) • Wat kan ik? (Eigenschappen; sterke en zwakke punten • Wat wil ik? (Interesses, ambities) • Wat durf ik? (Moed, wilskracht) • Wat zouden anderen er van zeggen? (Reflectie / kritiek, zelfbeeld, reactie) Tests brengen dit enigszins in beeld. Vooral veel over in gesprek gaan!

  7. I. 2.2 Onzekerheden aan de kant van studie en beroep – met tips • Inhoud van het onderwijsprogramma (vakken, toelatingseisen) • Verschil tussen instellingen (kwaliteit, invulling en niveau) • Beroepsprofiel (competenties, arbeidsomstandigheden, arbeidsvoorwaarden). • Beroepsperspektief (kansen op de arbeidsmarkt)

  8. I. 2.3 Hoe ga je met onzekerheden om? • Inventariseer ze. Duw ze niet weg, maar zie ze onder ogen; zo mogelijk samen met je ouders / vrienden. • Je moet er alles aan doen om onzekerheden uit te sluiten: onderzoek verrichten, aan de slag gaan! Je moet er tijd en energie in steken. • Ga oordeel anderen (ouders/vrienden) niet uit de weg, maar laat je er ook niet geheel door leiden.

  9. I. 2.4 Keuzepsychologie: • Jonge adolescenten hebben nog relatief weinig reflectie-vermogen: dit hersengebied is nog in ontwikkeling tot de leeftijd van 22-25 jr. • Gevolg: voortgaande ontwikkeling van je persoonlijkheid en zelfbeeld leidt soms tot andere keuzes dan je op dit moment maakt. • Strategie: • Probeer zoveel mogelijk reflectie in te bouwen in je proces: eigen ervaringen spiegelen met mening van vrienden, ouders, docenten, etc. • Zorg ervoor dat je tenminste alle onzekerheden aan de kant van studie en beroep hebt uitgesloten: onderzoek, investeer en maak een weloverwogen keus.

  10. I. 3 Tijdpad • Trend: steeds meer scholieren stellen studiekeuze uit tot zomervakantie of zelfs daarna • Wens: Inschrijven voor januari = aan de laatste eindspurt (jan-mei 2013) beginnen met een gerust gevoel. • Must: Voor studies met numerus fixus (loting): voor 15 mei 2013. Decentrale selectie (zie onder): al begin-januari 2013.

  11. I. 4 Kiezen als proces benaderen Vier fasen: • Stap 1: Oriënteren • Stap 2: Verkennen • Stap 3: Verdiepen • Stap 4: De knoop doorhakken.

  12. I. 4.1 en I. 4.2 Stap 1 en 2 Oriënteren • Jezelf leren kennen en inzicht krijgen in de wereld van studie en beroep Verkennen • Schrappen wat afvalt • Welke sector(en)? (ook een optie in Keuzedossier) • MBO+, HBO of WO, andere opties? (straks meer!)

  13. I. 4.3 en 4.4 Stap 3 en 4 Verdiepen • De mogelijkheden en beperkingen van enkele specifieke opleidingen met elkaar vergelijken De knoop doorhakken • Aanmelden: streef naar 15 januari in het laatste examenjaar. • Aanmelden kan via www.studielink.nl. • Tevens apart aanmelden bij de instelling. • StuFi aanvragen: via studielink automatisch doorverwezen naar www.duo.nl (wel invullen!).

  14. I. 4.5 Waar staan de leerlingen op dit moment? • De meesten zijn aan het verdiepen. • Neem de juiste stappen die passen bij die fase in het proces • Inzicht in het proces (de vier fasen) en de plaats daarin geeft de mogelijkheid tot terugkoppeling: Je kunt altijd terug naar een eerdere fase als je niet vindt wat je zoekt. • Achteraf: Als je alle fasen doorlopen hebt, weet je zeker dat je niets mist. Het geeft een goed gevoel als je je keuze gefundeerd maakt.

  15. I. 4.6 De plaats van de decaan in het keuzeproces • Coach: geen antwoorden geven, maar helpen om de juiste vragen te stellen. • Procesbewaker: Ik neem de verantwoordelijk-heid niet over, maar wijs je op het juiste moment op je eigen verantwoordelijkheid. • Vraagbaak: Alle informatie is in principe via mij toegankelijk. Maak daar gerust gebruik van! Eventueel verwijs ik door.

  16. II Keuzemogelijkheden • WO (universiteit) • HBO (hogescholen, hoger beroepsonderwijs) • MBO / MBO+ (zgn. “Sprint-trajecten”) • Duale opleidingen • Particuliere opleidingen • Werkend leren / Werken en leren • Brugjaar / basisjaar / algemene propedeuse / oriëntatiejaar / jaar buitenland / jaar werken

  17. II.1 Ontwikkelingen in het WO • Sinds 2002 Ba-Ma structuur: brede bachelorsopleiding (3 jaar), aangevuld met verdieping in mastersopleiding (meestal 1, soms 2 jaar). Naar Europees model (Bologna-akkoord, 29 landen, 2001). • Flexibeler dan vroeger: werken na Bachelor; overstap naar andere universiteit of master bij andere studierichting. Praktijk: doorstroom slechts gering! Advies: Kijk daarom nu ook alvast naar Masters! • Decentrale toelating: universiteiten selecteren zelf. Vb.: EUR-geneeskunde: 100%! (loting vervalt) Aanmelden via gewone formulier op www.studielink.nlvóór 15 januari.

  18. II. 2 Ontwikkelingen in het WO • Utrecht gaat alle studenten selecteren op basis Van traject: open dag- meeloopdag- proefstuderen. Uitslag is niet bindend • Langstudeerboete lijkt door nieuw kabinet van de baan.

  19. II.2 Ontwikkelingen in het HBO: • HBO-Bachelor: navierjaar (met VWO vaak in 3 / 3,5 jaarmogelijk; vraagnaarverkorteprogramma’s) • Instroom in universitaire masters: • “Inmiddels is er een breed scala aan deficiëntievoorzieningen voor hbo-bachelorstudenten. Deze voorzieningen vormen een goede voorbereiding op de betreffende masteropleidingen en de interne kwaliteitszorg ervan is geregeld. Doorstroom van hbo-bachelorstudenten naar een wetenschappelijke masteropleiding is goed op gang gekomen. 40% van de WO-Masterstudenten komt uit HBO.” [Inspectierapport Hoger Onderwijs, 2007] • Knelpunten: instroomeisen Masters, selectie door Masteropleidingen; financiering deficiëntievoorzieningen

  20. HBO WO

  21. II.3 Ontwikkelingen rond duaal onderwijs • Combi van betaald werk en studeren, via contract werkgever en hogeschool. Studie en praktijk zijn op elkaar afgestemd. • Heel verschillend georganiseerd. • Pittig: vraagt veel doorzettingsvermogen. • Positief: koppeling theorie en praktijk is beter. Je verdient vrijwel gelijk salaris. • ‘Nieuw’: duale lerarenopleidingen via Hogeschool De Driestar / afd. LVO

  22. II.4 De optie ‘particulier’: • Particulier onderwijs: vaak wel erkend (check dit!), niet gefinancieerd door de overheid • Voordeel: vaak hoge kwaliteit, kleine groepjes studenten. Een goede naam op de arbeidsmarkt. • Nadeel: hoge kosten! Je kunt hiervoor geld lenen (studielening). • Evaluatie: Zet de kosten (korte termijn) af tegen de baten (lange termijn).

  23. II.5 Werkend leren / werken en leren • Werkend leren: trajecten waarbij je (bijvoorbeeld) vier dagen werkt en een dag naar school gaat. Vb.: de accountancy. NB: Geen duaal traject! • Werken en leren: Je studeert alleen tijdens avonduren en doet alles in je vrije tijd: NTI, LOI, etc. • Evaluatie: Werkend leren vraagt doorzettingsvermogen. Bovendien ben je vaak beperkter opgeleid. Werken en leren is een traject dat ik VWO-ers niet aanbeveel.

  24. II.6 MBO+ trajecten • Korte, vaak eenjarige MBO-opleidingen die opleiden voor een gevraagd beroep. Vb.: (internationaal) secretariaat, magament-ondersteuning, office-management.

  25. II.7.1 Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt • Bevindingen ROA-rapport dec. 2011 over economische malaise en gevolgen voor arbeidsmarkt: • Lager opgeleiden zwaarder getroffen dan HBO- / WO-ers • Door vergrijzing blijft er vraag naar hoogopgeleide professionals • Regio West nu zwaarder getroffen dan N / O / Z • De werkgelegenheid neemt de komende jaren af in alle sectoren, behalve in zorg, handel en zakelijke dienstverlening.(Bron: www.roa.unimaas.nl)

  26. II.7.2 Trends in enkele sectoren • Tot 2016 in medische en paramedische beroepen (alle niveaus) groei van de werkgelegenheid, o.a. door vergrijzing vd bevolking. • Door bezuinigingen komt er krapte in beroepen bij de overheid en in het lager onderwijs. (‘varkenscyclus’…) • In de sector bèta-techniek is op HBO en WO-niveau een grote vraag naar nieuwe werknemers.

  27. II.7.3 Advies ROA n.a.v. conclusies: • Scholieren kunnen zich meer ‘recessie-proof’ maken door • grondige oriëntatie op studie en beroep, waardoor foute studiekeuze voorkomen kan worden • goede cijfers te halen voor examen VWO en tijdens studie

  28. II.8 Een knoop doorhakken? • Overweeg altijd minstens een tweede optie. • Bedenk nog een keer goed: MBO+ , HBO of WO? • Duaal, particulier of werkend leren? • Vergelijk onderwijsprogramma’s van verschillende universiteiten / hogescholen. Let op kwaliteitscijfers. • Open dagen: Doe er meer dan één. Organiseer meeloopdag of volg module proefstuderen. Neem vragenlijst mee. Bekijk studieboeken. • Vaak mogelijk: open dag op zaterdag samen met je ouders bezoeken.

  29. III Wat studeren kost en wat de studiefinanciering biedt • De kosten op een rij: cijfers NIBUD zijn slechts gemiddelden. Individueel bij te stellen. • Inkomsten: studiefinanciering en OV-kaart • Aanvragen

  30. III.1.1 Doorsnee-budget studerende jongere: / (cijfers vorig jaar) • Collegegeld (€1713,- / €1672,-): € 143,- / € 139,- / maand • Studieboeken: € 84,- / € 37,- / maand • Boodschappen € 152,- / € 231,- / maand • Vervoer (naast OV-kaart!) € 48,- / € 82,- / maand • Uitgaan € 130,- / € 111,- / maand • Kleding / pers. verz.: € 58,- / € 102,- / maand • Verzekeringen € 106,- / € 91 / maand • [Kamerhuur € 341, / € 308,- / maand] Totaal nodig: -thuiswonend: gemiddeld € 721,- / maand -Uitwonend: gemiddeld € 1062,- / maand Bron: Nibud – sept.. 2012 / wwww.nibud.nl

  31. III.2 Wat krijg je straks? • Afhankelijk van je keuze • Afhankelijk van het inkomen van je ouders • Afhankelijk van uitwonend/thuiswonend • Afhankelijk van aantal studerende kinderen HBO/WO/vo • Situatie uit te rekenen op www.ib-groep.nl (rekenvenster). NB: vanaf 18+ zelf alles regelen!

  32. III.3 Overzicht StuFi: • Basisbeurs • Aanvullende beurs • Lening • OV-kaart Basisgedachte: studiefinanciering is tegemoetkoming van de overheid. Daarnaast ouderlijke verantwoordelijkheid; als ouders niet (voldoende) kunnen bijdragen, dan evt. extra beurs. Student verdient bij en kan evt. extra lenen.

  33. III.4 Basisbeurs • Uitwonend: € 272,46 / maand • Thuiswonend: € 97,85 / maand • Maximaal voor de duur van je opleiding (Meestal 4 jaar, soms 5-6 jaar). • NB: onafhankelijk van inkomen ouders. Zelf mag je niet meer dan € 13.362,53 / jaar netto bijverdienen. • Prestatiebeurs: binnen tien jaar diploma, anders omgezet in lening die je moet terugbetalen.

  34. III.5 Aanvullende beurs • Maximaal € 250,33 / maand (uitwonend) • Maximaal € 229,94 / maand (thuiswonend) • Prestatiebeurs: wordt gift als je binnen tien jaar je diploma in bezit hebt. Anders lening. • Hoogte afhankelijk van: • Inkomen ouders • Eigen bijverdiensten boven € 13.362,53 netto • Aantal studerende/schoolgaande kinderen

  35. III.6 Lening • Maximaal € 290,50 / maand, tegen 1,39 % • Terugbetalen pas na je studie, in max. 15 jaar. • Je kunt ook bij banken lenen. Informeer naar voorwaarden ‘studieleningen’. Handig bijv. bij particuliere opleiding. • Na vier jaar prestatiebeurs niet klaar? Evt. nog drie jaar aanvullend lenen: in 2013 max. € 853,16 / maand.

  36. III.7 OV-chipkaart • Kiezen voor weekend- of weekkaart. • Wordt gegeven als ‘prestatie-kaart’: als je niet binnen tien jaar je diploma bezit, moet je er achteraf terugbetalen. • Bijverdienen boven € 13.362,53? Dan geen recht meer op basisbeurs en OV-chipkaart.

  37. III.8 Collegegeldkrediet • Vanaf 1 sept. 2011 kun je maximaal 147,58 / maand extra lenen voor betaling van je collegegeld (nu: € 1771,-). Moet worden terugbetaald na je studie (rente nu 1,39 % / jaar) • Dit collegegeldkrediet wordt per maand uitgekeerd. • Collegegeld kun je in maandelijkse termijnen betalen. Bij switch na 1-9: deel collegegeld kwijt!

  38. III.9 Aanvragen StuFi • Op tijd aanmelden via www.studielink.nl. Voor StuFi doorklikken naar www.ib-groep.nl. • StuFi drie maanden van tevoren regelen om tijdig geld en OV-kaart te hebben! • Voor 1 april a.s. 18 jaar? Dan stopt kinderbijslag en krijg je tegemoetkoming studiekosten VO 18+. N.B.: drie maanden aanvraagtermijn. • Tussen 1 april en 1 juli 18 jaar: overbruggingsregeling

  39. “Voor je kiezen”Keuzebegeleiding in het eindexamenjaar Programma VWO-examenkandidaten 3 oktober 2012

  40. Begeleiding bij beslissende keuzes • 1 Kiezen is een complexe aangelegenheid • 2 Veel onzekerheden zijn uit te sluiten • 3 Op tijd kiezen is heel belangrijk • 4 Kiezen als proces benaderen: inzicht- terugkoppeling-zekerheid

  41. 1 Kiezen is complex • Niveau: MBO+, HBO of WO? • Studierichting: alleen al honderden opleidingen in het hoger onderwijs (WO en HBO): Welke studierichting? • Inhoud: Met komst BaMa-stelsel: veel Engelse namen. Soms dezelfde namen voor verschillende studies of verschillende namen voor dezelfde studies. Onderzoek is nodig! • Vorm: Voltijd, deeltijd, duaal? • Plaats: Welke studieplaats/universiteit/hogeschool? Soms grote inhoudelijke en/of kwaliteitsverschillen bij dezelfde studies in verschillende plaatsen.

  42. 2 Onzekerheden uitsluiten • Het gaat om de aansluiting tussen jouw persoonlijkheid en een bepaald beroep / een bepaalde studie. • Aan beide kanten liggen onzekerheden

  43. 2.1 Onzekerheden bij jezelf: • Wat moet ik? Waar ligt mijn taak? (Roeping, bezinning) • Wie ben ik? (Persoon, karakter) • Wat kan ik? (Eigenschappen; sterke en zwakke punten • Wat wil ik? (Interesses, ambities) • Wat durf ik? (Moed, wilskracht) • Wat zouden anderen er van zeggen? (Reflectie / kritiek, zelfbeeld, reactie) Tests brengen dit enigszins in beeld. Vooral veel over in gesprek gaan!

  44. 2.2 Onzekerheden aan de kant van studie en beroep – met tips • Inhoud van het onderwijsprogramma (vakken, toelatingseisen) – “Studiewegen” (WO) / “Selectie” (HBO); Studieboeken: vraag om deze in te zien tijdens open dagen / proefstuderen. • Verschil tussen instellingen (kwaliteit, invulling en niveau) – “Keuzegids Hoger Onderwijs”; bijlage “Thema Studeren”, Elsevier Magazine; “Studiewegen”. • Beroepsprofiel (competenties, arbeidsomstandigheden, arbeidsvoorwaarden) – advertenties. • Beroepsperspektief (kansen op de arbeidsmarkt) – advertenties; arbeidsmarktanalyses ROA en RWI)

  45. 2.3 Hoe ga je met onzekerheden om? • Inventariseer ze. Duw ze niet weg, maar zie ze onder ogen; zo mogelijk samen met je ouders / vrienden. • Je moet er alles aan doen om onzekerheden uit te sluiten: onderzoek verrichten, aan de slag gaan! Je moet er tijd en energie in steken. • Ga oordeel anderen (ouders/vrienden) niet uit de weg, maar laat je er ook niet geheel door leiden.

  46. 2.4 Keuzepsychologie: • Jonge adolescenten hebben nog relatief weinig reflectie-vermogen: dit hersengebied is nog in ontwikkeling tot de leeftijd van 22-25 jr. • Gevolg: voortgaande ontwikkeling van je persoonlijkheid en zelfbeeld leidt soms tot andere keuzes dan je op dit moment maakt. • Strategie: • Probeer zoveel mogelijk reflectie in te bouwen in je proces: eigen ervaringen spiegelen met mening van vrienden, ouders, docenten, etc. • Zorg ervoor dat je tenminste alle onzekerheden aan de kant van studie en beroep hebt uitgesloten: onderzoek, investeer en maak een weloverwogen keus.

  47. 3 Tijdpad • Trend: steeds meer scholieren stellen studiekeuze uit tot zomervakantie of zelfs daarna! (Tot 1 oktober 2013 kun je inschrijven voor cursusjaar 2013-14). • Wens: Inschrijven voor januari = aan de laatste eindspurt (jan-mei 2013) beginnen met een gerust gevoel. • Must: Voor studies met numerus fixus (loting): voor 15 mei 2013. Decentrale selectie (zie onder): al begin-januari 2013. (Meer over inschrijven komt straks).

  48. 4 Kiezen als proces benaderen Vier fasen: • Stap 1: Oriënteren • Stap 2: Verkennen • Stap 3: Verdiepen • Stap 4: De knoop doorhakken.

  49. 4.1 Stap 1: oriënteren • Jezelf leren kennen en inzicht krijgen in de wereld van studie en beroep • Instrumenten: • PZO-test in Keuzedossier. Evt. andere tests via internet • Test extern adviesbureau • Ervaringen en gesprekken • Folders, websites, magazines, etc.

  50. 4.2 Stap 2: verkennen • Schrappen wat afvalt • Welke sector(en)? (ook een optie in Keuzedossier) • MBO+, HBO of WO, andere opties? (straks meer!) • Instrumenten: - Folders, websites, etc. - Open dagen (m.n. in 5/6 VWO) - Stage (5 VWO)

More Related