290 likes | 686 Views
Borderline persoonlijkheidsstoornis bij adolescenten. Dineke Feenstra PTC De Viersprong 7 o ktober 2008. Inhoud presentatie. Borderline persoonlijkheidsstoornis bij adolescenten? Borderline PS bij adolescenten: diagnostiek Borderline PS bij adolescenten: behandeling.
E N D
Borderline persoonlijkheidsstoornisbij adolescenten Dineke Feenstra PTC De Viersprong 7 oktober 2008
Inhoud presentatie • Borderline persoonlijkheidsstoornis bij adolescenten? • Borderline PS bij adolescenten: diagnostiek • Borderline PS bij adolescenten: behandeling
Algemene criteria persoonlijkheidsstoornis • Een duurzaam patroon van innerlijke ervaringen en gedrag dat duidelijk afwijkt van de verwachting binnen de cultuur van het individu. • Het duurzame patroon is star (inflexibel) en pervasief in de meeste persoonlijke en sociale situaties. • Het blijvend patroon leidt tot klinisch significant lijden of beperkingen in sociale beroepsmatige, of andere belangrijke gebieden van functioneren. • Het patroon is stabiel en van lange duur, en het begin kan ten minste teruggevoerd worden naar de adolescentie of de vroege volwassenheid. • Het duurzame patroon is niet beter toe te schrijven aan een uiting of consequentie van een andere psychische stoornis. • Het blijvend patroon is niet te wijten aan de directe fysiologische effecten van een middel of aan een algemene medische toestand.
Persoonlijkheidsstoornissen • Cluster A: • Paranoïde persoonlijkheidsstoornis • Schizotypische persoonlijkheidsstoornis • Schizoïde persoonlijkheidsstoornis • Cluster B: • Theatrale persoonlijkheidsstoornis • Narcistische persoonlijkheidsstoornis • Borderline persoonlijkheidsstoornis • Antisociale persoonlijkheidsstoornis • Cluster C: • Ontwijkende persoonlijkheidsstoornis • Afhankelijke persoonlijkheidsstoornis • Obsessief-compulsieve persoonlijkheidsstoornis
Borderline persoonlijkheidsstoornis (BPS) Criteria BPS volgens DSM-IV-TR (minimaal 5 van de 9): • Krampachtig proberen te voorkomen om feitelijk of vermeend in de steek gelaten te worden • Een patroon van instabiele en intense intermenselijke relaties • Identiteitsstoornis • Impulsiviteit • Recidiverende suïcidale gedragingen, gestes of dreigingen, of automutilatie • Affectlabiliteit • Chronisch gevoel van leegte • Inadequate, intense woede of moeite kwaadheid te beheersen • Voorbijgaande, aan stress gebonden paranoïde ideeën of ernstige dissociatieve verschijnselen
Borderline PS bij adolescenten? • PS in de kindertijd en adolescentie mogen gesteld worden (DSM-IV-TR, p. 687): • Wees voorzichtig • Sluit uit dat de symptomen te herleiden zijn tot as I stoornissen of ontwikkelingsfenomenen • Het volstaat dat er gedurende 1 jaar aan de criteria van de PS voldaan werd • Uitzondering: stel geen diagnose van antisociale PS voor de leeftijd van 18 jaar (wel gedragsstoornis)
Borderline PS bij adolescenten? • Toch wordt de diagnose vaak niet gesteld: • Men weet vaak niet dat de diagnose gesteld mag worden. • Men denkt dat persoonlijkheidsstoornissen bij jongeren niet voorkomen, want persoonlijkheid zou nog veranderlijk zijn. • De trekken zijn normaal in de adolescentiefase (vb. Identiteitsverstoring). • Uit niet-wetenschappelijk kleinschalig onderzoek: Slechts 2% van de psychiaters geeft aan wel eens de diagnose vast te stellen bij personen onder de 18. • Bij de laatste 20 aanmeldingen was geen enkele PS vastgesteld voor aanmelding. Na de intake werden 12 jongeren gediagnosticeerd met een PS.
Borderline PS bij adolescenten? • Persoonlijkheidsstoornissen kunnen op een betrouwbare manier worden vastgesteld bij adolescenten. • Persoonlijkheidsstoornissen komen in gelijke mate voor bij adolescenten als volwassenen. 10-15% van de adolescenten (uit de normale populatie) lijdt aan een persoonlijkheidsstoornis • Bijna alle specifieke PS komen in dezelfde frequentie voor bij adolescenten als volwassenen. • Men ziet eenzelfde patroon van co-morbiditeit bij deze persoonlijkheidsgestoorde adolescenten als bij volwassenen.
Borderline PS bij adolescenten? • Persoonlijkheidsstoornissen kunnen op een valide manier worden vastgesteld bij adolescenten. • Persoonlijkheidspathologie bij adolescenten laat eenzelfde structuur zien als persoonlijkheidspathologie bij volwassenen. • Adolescenten met een PS hebben beduidend meer kans op een heel cluster van ernstige problemen, dan jongeren zonder PS. • In vergelijking met jongeren zonder stoornis of alleen een as I stoornis, hebben jongeren met een PS meer kans om als volwassene verschillende problemen te krijgen. • Diagnostische stabiliteit = laag voor specifieke PS, maar hoog voor algemene PS.
Adolescentie algemeen • Verschillende veranderingen: biologisch, cognitief, emotioneel, sociaal • Deze veranderingen zorgen voor uitdagingen: • Opnieuw vormgeven van relaties met ouders en broers/ zussen • Zorg dragen voor eigen gezondheid en uiterlijk • Vrije tijd zinnig besteden • Intimiteit en seksualiteit • Contacten met vrienden • Deze veranderingen hebben ook invloed op de omgeving van de adolescent
Adolescentie: wanneer gaat het fout? • Veranderingen komen te snel • Er is een opeenstapeling van ontwikkelingstaken • Er is geen veilige haven • Familiepatronen raken verstard • Er is een interactie tussen ontwikkelingstaken en persoonlijkheidstrekken (in de adolescent of met de ouder)
Adolescentie en PS • Adolescentie verklaart niet de PS, maar werkt als een katalysator voor de escalatie van maladaptieve persoonlijkheidstrekken naar een (full blown) persoonlijkheidsstoornis.
Wanneer denk je aan een PS bij een adolescent? • Pathologie: • er is sprake van een afwijkend patroon van gedragingen, gedachtes en gevoelens. Vaak zowel internaliserende als externaliserende problematiek. • Pervasief: • klachten komen op verschillende terreinen van het leven voor: zowel thuis, op school als in relaties en vriendschappen. • Persistent: • de klachten bestaan al langere tijd, meer dan 1 jaar.
Een casus Vanwege privacy redenen is deze informatie uit de presentatie gehaald.
Diagnostiek van PS bij adolescenten • Bij vermoeden van persoonlijkheidsproblematiek: grondige assessment! • Ontwikkelingsgeschiedenis • Meerdere informanten (adolescent, ouders, broers/zussen, leraren) • (Semi)-gestructureerd interview (SCID-I/ SCID-II) • Persoonlijkheidsvragenlijsten (MMPI-A, SIPP, …) • Projectief materiaal (Rorschach, TAT, Tekeningen)
Diagnostiek van PS bij adolescenten • Vanuit diagnostiek: • Komen tot dynamische formulering • Behandeldoelen opstellen • Valkuilen opstellen • Psycho-educatie
Dynamische formulering Casus Vanwege privacy redenen is deze informatie uit de presentatie gehaald.
Behandeldoelen • Commitment • Vermindering van psychiatrische klachten • Vermindering van zelfdestructief gedrag • Verbeteren van interpersoonlijke relaties • Werken aan ontwikkelingstaken
Behandeling van BPS bij adolescenten • Hier weten we eigenlijk weinig over. • Weinig adolescent specifieke behandelmodellen. (uit review blijkt slechts 1 van 25 behandelmodellen is specifiek voor adolescenten) • Geen evidence based behandelmodel voor de behandeling van persoonlijkheidsgestoorde adolescenten. • Persoonlijkheidsgestoorde adolescenten is een groep waarnaar weinig onderzoek gedaan is. • In de richtlijnen worden adolescenten buiten beschouwing gelaten, zowel in Nederland als internationaal gezien. • Wel zijn er enkele boeken: Bleiberg, 2001; Miller et al, 2007; Freeman & Reinecke, 2007.
Behandeling van BPS bij volwassenen Uit: Multidisciplinaire Richtlijn Persoonlijkheidsstoornissen (2008) • Psychotherapie • Ambulant individueel (+ groep): DGT, SGT • Dagklinisch: MBT • (+ Farmacotherapie)
Behandeling van BPS bij volwassenen Uit: Cochrane review, 2006 • Dialectische gedragstherapie (Linehan, 1991) • Mentalization based treatment (Bateman & Fonagy, 1999, 2004, 2006)
Dialectische gedragstherapie (DGT) • Grootste probleem: emotieregulatie • Gebaseerd op cognitieve gedragstherapie • Verschillende modules: • Oplettendheid: vat krijgen op je geest • Intermenselijke effectiviteit • Emotieregulatie • Verdragen van crises • Ambulant individueel, + groep • Empirische evidentie voor effectiviteit van DGT (Koons, 2001; Linehan, 1991, 1999, 2001; Turner, 2000; van den Bosch, 2002) • Aangepaste versie voor adolescenten.
DGT voor adolescenten Uit: Miller, Rathus en Linehan, 2007 • Ouders nemen deel in vaardigheidsgroepen • Kortere behandeling • Simpelere hand-outs • Simpeler dagboek • Systeemtherapie (zo nodig) • Extra vaardigheden die relevant zijn voor ouders en broers/ zussen • Telefonische consulten voor ouders • Nieuwe module: ‘walking the middle path’
Mentalization based treatment (MBT) • Grootste probleem: beperkt mentaliserend vermogen • Psychodynamisch georiënteerde behandeling • Gebaseerd op hechtingstheorie • Doel: verbeteren van vermogen tot mentalisatie • Dagklinische behandeling (18 maanden) • Empirische evidentie voor effectiviteit van MBT (Bateman, 1999) • Aangepaste versie voor adolescenten: MBT-A
MBT voor adolescenten • Kan een adolescent mentaliseren? • Systeemtherapie; ook gezin, school, justitie, politie, vrienden worden bij de behandeling betrokken • Ontwikkelingstaken worden bij de behandeling betrokken
Samengevat • BPS bij adolescenten kan voorkomen. • Goede diagnostiek is belangrijk. • Zet de PS in het perspectief van de ontwikkelingsfase. • Behandeling is mogelijk, denk o.a. aan DGT en MBT.
Contact • Email: • dinekefeenstra@deviersprong.nl • Website: • www.deviersprong.nl • www.vispd.nl