170 likes | 331 Views
ITP: immuun trombocytopenische purpura. Afdeling Hematologie UMC Groningen www.hematologiegroningen.nl. ITP: definitie. Verhoogde afbraak van trombocyten (bloedplaatjes) door antistoffen De verlaging van de trombocyten veroorzaakt een verhoogde kans op bloedingen:
E N D
ITP:immuun trombocytopenische purpura Afdeling Hematologie UMC Groningen www.hematologiegroningen.nl
ITP: definitie • Verhoogde afbraak van trombocyten (bloedplaatjes) door antistoffen • De verlaging van de trombocyten veroorzaakt een verhoogde kans op bloedingen: • Huidbloedingen (petechiën en blauwe plekken) • Bloedneuzen, bloedingen in de mond, bloed bij de ontlasting, te hevige menstruatie • Behalve een verhoogde afbraak zijn er soms ook problemen met de aanmaak • Per definitie zijn er geen andere afwijkingen in het bloed of beenmerg
Verschil tussen ITP bij kinderen en volwassenen • ITP bij kinderen (tot ongeveer de leeftijd van 10-15 jaar) is over het algemeen een onschuldige voorbijgaande aandoening; vaak gaat de ziekte zonder behandeling over. • ITP bij oudere kinderen en volwassenen is niet onschuldig en moet meestal wel behandeld worden.
Megakaryocyt, de reuze-voorlopercel van trombocyten Gekleurd uitstrijkpreparaat van normaal beenmerg
Trombocyten in het bloed Bloeduitstrijkjes met normaal aantal trombocyten; zie ook inzet voor detail (links) en van patiënt met ITP (rechts) Normaal ITP Trombocyten Witte bloedcellen Rode bloedcellen
Symptomen van ITP • Vaak jong volwassen patiënt • Plotseling begin met bloedingsneiging • Kleine en grotere huidbloedinkjes • Bloedingen in mond en neus • Heviger menstruatie • Bloed bij ontlasting of in urine • Meestal geen andere symptomen
Petechiën: puntvormige huidbloedinkjes Enkele voorbeelden van verschillende patiënten
Mechanisme van de ziekte ITP • Cellen in het lichaam (de B-cellen) maken antistoffen tegen de eigen trombocyten • De oorzaak hiervan is onbekend • Het maken van antistoffen tegen iets van onszelf heet: auto-immuunziekte (auto = zelf; immuun = afweer) • De trombocyten, beladen met antistoffen, worden vervolgens door de milt en andere cellen weggevangen
ITP: antistoffen gericht tegen de trombocyten (bloedplaatjes) Antistof gericht tegen oppervlak van de trombocyt Normale trombocyt
Twee antistoffen, gericht tegen de trombocyt antistof oppervlak van trombocyt
De milt Bevindt zich links- boven in de buik Bevat veel cellen die antistoffen maken Heeft receptoren om deeltjes (cellen, bacteriën) met antistoffen beladen weg te vangen
ITP: milt vangt de trombocyten beladen met antistoffen weg Receptor voor antistoffen Trombocyten beladen met antistoffen Milt
B-cel B-cellen maken auto-antistoffen Pijlers waarop ITP aangepakt kan worden: de B-cellen, de auto-antistoffen, de milt en de producenten van trombocyten Trombocyten beladen met antistoffen Receptor voor antistoffen Milt (vangt trombocyten met antistoffen beladen weg) TPO Megakaryocyt maakt trombocyten m.b.v. van TPO
Behandeling IPT • Prednison • Splenectomie (operatief verwijderen van de milt) • Immuunglobuline • Rituximab • Andere afweer onderdrukkende middelen • TPO-vervangers
Behandeling IPT • Prednison: • Remt de B-cellen, en dus de aanmaak van antistoffen • Remt de werking van de milt wat betreft het wegvangen van de bloedplaatjes (het blokkeert de antistofreceptoren) • Splenectomie (= operatief verwijderen van de milt): • De trombocyten kunnen niet meer weggevangen worden • Een groot deel van de B-cellen in de milt (verantwoordelijk voor de antistofproductie) wordt weggevangen
Behandeling ITP • Immuunglobuline • Remt tijdelijk (gedurende een paar dagen) de afbraak van de trombocyten door de miltreceptoren te blokkeren • Doet niets aan de oorzaak van de ziekte • Is erg duur • Rituximab • Doodt de B-cellen die verantwoordelijk zijn voor de auto-antistoffen
ITP: conclusie • Auto-immuunziekte veroorzaakt door antistoffen tegen de trombocyten • Therapie probeert hierop in te grijpen • Een deel van de patiënten geneest na de eerste behandeling met prednison • Een groter deel ontwikkelt een chronische ITP, waarbij therapienoodzaak afhangt van de hoogte van de trombocyten • Bij jonge kinderen en bij zwangere vrouwen wordt een aangepast beleid gevoerd