120 likes | 308 Views
In deze powerpoint vind je basis-grammatica : zaken die je na 3 onderbouwjaren eigenlijk niet onbekend voor mogen komen. Klik op een van onderstaande onderwerpen (of geef de muis een klik om alles door te lopen): * Werkwoorden : ( on )regelmatig, hele ww . volt.dw * Hulpwerkwoorden
E N D
In deze powerpoint vind je basis-grammatica: zaken die je na 3 onderbouwjaren eigenlijk niet onbekend voor mogen komen. Klik op een van onderstaande onderwerpen (of geef de muis een klik om alles door te lopen): *Werkwoorden: (on)regelmatig, hele ww. volt.dw *Hulpwerkwoorden *Vragende en ontkennende zinnen *Afkortingen (haven’twon’t enz.) Onderstaande is niet verplicht, meer voor gram.fans: *Begrippen zoals ‘past’ ‘continuous’, etc.
Er zijn regelmatige werkwoorden en onregelmatige Regelmatig: hele ww. - verl.tijd - voltooid deelw. to work - worked - h. worked Een regelmatig ww. eindigt op –ed in de verleden tijd en bij volt.d. Onregelmatig: to go - went - h. gone To sleep - slept - h. slept De vormen van de onregelmatige ww. moet je uit je hoofd leren (doen!!) Bij he/she/it (‘shit’-zinnen) eindigt het 1eww. in de tegenw. tijd op een –s I sleep -hesleeps We go -Shegoes They have -It has Youhurry -He hurries
Have/has/had en voltooid deelwoord staan altijd bij elkaar: voor een voltooid d. staat have/has/had, na have/has/had komt altijd een voltooid deelw. (he has done, we have gone: in het nederlands moet je soms ‘zijn’ gebruiken met een volt.d. (zie laatste voorbeeld, in het Engels niet!!) Ik ben geweest. = I have been. Zij zijn gebleven.= Theyhavestayed.
Dus altijd have/has/had+voltooid deelw.(de 3e vorm) Na alle andere hulpww. volgt het hele ww.(=de 1e vorm) (hulpww. zijn ww. waar altijd nog andere werkwoorden achter staan) He may* go. Theycanstay. She must* come. I willseehim. Itcouldswim. We have to fly.** Uit de zinnen hierboven kun je nog meer afleiden: *hulpww. krijgen geen –s bij he/she/it ** na ‘have to’ (=moeten) komt geen volt.d. maar het hele ww. Terug naar het hoofdmenu? klik hier
Hulpwerkwoorden zijn werkwoorden waar altijd nog 1 of meerdere andere werkwoorden na komen. I must go. Theyhave been sleeping. He mightstay. He could have helpedyou. Shewillswim. We must have been sleeping. You are sleeping. Theywouldnothave been playing Alle groeneww. zijn hulpww.: ze worden gevolgd door andere ww. Hulpww. zijn apart………………………zoz.
Hulpww. zijn apart: *Ze krijgen geen –s bij he/she/itzinnen (andere ww. wel) He plays. Itgoes. Maar: He will go. Shemayswim. *In vragende/ontk. zinnen krijgen ze niet extra do Canheplay? He must notgo.Doesheplay? *Hulpww. hebben vaak veel betekenissen: Can= kan, mag (Can I go out?) May= mag, misschien(He maybe late againtonight) enz. meer info in een andere powerpoint: klik hierTerug naar het hoofdmenu? klik hier
Vragende en Ontkennende (=met ‘not’) zinnen… hebben in het Engels altijd 2 ww., als er nog maar 1 ww. is, dan haal je er do/does bij: vragend ontkennend I go. Do I go? I don’t go. He sleeps. Doeshe sleep? He doesn’t sleep. (let op alleen het 1eww. krijgt een –s bij he/she/it, nooit het 2eww.) We will go. Will we go? We willnot go. He can run. Canhe run? He cannot run. In deze onderste 2 zinnen geen extra do/does er zijn al 2 ww
Je kunt veel werkwoordvormen afkorten door een apostrof ( ‘ ) te gebruiken. De ‘ geeft aan dat er op die plek iets is weggelaten. have not = haven’t (de ‘o’ is weggelaten) do not = don’t didnot = didn’t must not = mustn’t (t middenin hoor je niet) cannot = can’t (‘cannot’ bestaat niet!!) willnot = won’t wouldnot = wouldn’t is not = isn’t Terug naar het hoofdmenu? klik hier
Onderstaande is niet verplicht, meer voor gram.fans: Of een zin present (tegenw.t) past(verl.tijd) of future (toek.tijd) is kun je zien aan het 1e ww.: Onderstaande zinnen zijn allemaal present (zie 1eww.) He sleeps here. He has slept here. He is sleeping here. De volgendezinnenzijnpast (zie 1e ww.) He slept here. He had slept here. He was sleeping here. Eenzinfuture als ‘zullen’ (will/shall/would/should) het 1e ww. Is He will sleep here. He would sleep here.
Naast present/past/future is elke zin ook simple of continuous: Met be+ing = continuous Zonder be+ing = simple Onderstaande zinnen zijn allemaal Simple: He sleeps. He slept. He has slept. He will sleep. En de volgendezinnenzijncontinuous (=zehebbenbe+ing): He is sleeping. He was sleeping. He has been sleeping. He will be sleeping.
Naast present/past/future en simple of continuous is elke zin ook perfect (voltooid) of niet. Perfect = voltooid = met have/has/had+voltd.) Onderstaande zinnen zijn allemaal perfect: He has slept. He has been sleeping. He will have been sleeping. (dezezinnenhebbenallenhave/has/had+voltd.) En de volgendezinnenzijnniet perfect: He slept. He was sleeping. He will be sleeping.
Benoem de tijd; beantwoordtelkens 3 vragen: *1e ww is present/past future? *Staaterbe+ingin? (zoja, dan continuous) *Staaterhave+voltdeelwin? (zoja, dan perfect) He is sleeping. =present continuous(nietperfect; dathoef je danniettevermelden) He will sleep. =future simple He will have been sleeping. =future continuous perfect He had been sleeping. =past continuous perfect He has slept. Present (jaecht: tegenw.tijd) simple perfect Terug naar het hoofdmenu? klik hier