550 likes | 908 Views
Economie, een Inleiding. Hoofdstuk 10: Onvolmaakte Mededinging en Productdifferentiatie. Onvolmaakte Mededinging en Productdifferentiatie. Onvolmaakte mededinging: Tussen perfecte mededinging en monopolie Enerzijds: voorwaarden voor volmaakte mededinging niet voldaan
E N D
Economie, een Inleiding Hoofdstuk 10:Onvolmaakte Mededinging en Productdifferentiatie
Onvolmaakte Mededinging en Productdifferentiatie • Onvolmaakte mededinging: • Tussen perfecte mededinging en monopolie • Enerzijds: voorwaarden voor volmaakte mededinging niet voldaan • Voorbeeld geen homogeen product • Voorbeeld imperfecte informatie • Anderzijds: geen monopolie
Onvolmaakte Mededinging en Productdifferentiatie - Inhoudstafel • Oligopolie met homogene producten • Oligopolie en speltheorie • Productdifferentiatie • Zoekkosten en asymmetrische informatie
Onvolmaakte Mededinging en Productdifferentiatie - Inhoudstafel • Oligopolie met homogene producten • Oligopolie en speltheorie • Productdifferentiatie • Zoekkosten en asymmetrische informatie
1. Oligopolie met homogene producten • Oligopolie • Beperkt aantal aanbieders • Enerzijds: aanbieders zijn geen prijsnemers • Anderzijds: aanbieders kunnen rivalen niet over hoofd zien • Hoeveelheid die producent kan aanbieden hangt af van aangeboden hoeveelheden van concurrenten
1. Oligopolie met homogene producten • Homogeen oligopolie versus heterogeen oligopolie: • Homogeen oligopolie: goederen volledig vervangbaar in ogen van afnemers (perfecte substituten) • Heterogeen oligopolie: goederen onderscheiden van ri-valen via productdifferentiatie • Eigen vraagfunctie • Eigen prijs • Beschouw een (homogeen) duopolie (= 2 aanbieders)
1. Oligopolie met homogene producten • Beschouw een (homogeen) duopolie (= 2 aanbieders) • Inverse marktvraag naar broodjes: • Bijhorende totale ontvangstenfunctie: • Marginale ontvangsten: • Vertrek van situatie van slechts één aanbieder, totale kosten: • Marginale en gemiddelde kosten = €2
1. Oligopolie met homogene producten • Optimaal productieniveau voor monopolist • MO = MK = €4 per stuk • Output = 200 broodjes • Winst monopolist = €400 • Veronderstel: tweede aanbieder treedt toe (met zelfde kostenstructuur als eerste aanbieder) • Nieuwe situatie: homogeen duopolie
Onvolmaakte Mededinging en Productdifferentiatie - Inhoudstafel • Oligopolie met homogene producten 1. De karteloplossing 2. De prikkel om een afspraak te breken 3. De reactiefunctie en het Cournot-evenwicht • Oligopolie en speltheorie • Productdifferentiatie • Zoekkosten en asymmetrische informatie
1.1. De karteloplossing • Eerste mogelijkheid: de karteloplossing • Akkoordje tussen beide ondernemers • Opnieuw monopoliesituatie • Winstmaximaliserende gezamenlijke output: identiek aan die van monopolie • Tenslotte: verdeling winst over beide spelers • Dit is coöperatieve oplossing of karteloplossing • Garandeert maximale winst voor beide ondernemingen samen
Onvolmaakte Mededinging en Productdifferentiatie - Inhoudstafel • Oligopolie met homogene producten 1. De karteloplossing 2. De prikkel om een afspraak te breken 3. De reactiefunctie en het Cournot-evenwicht • Oligopolie en speltheorie • Productdifferentiatie • Zoekkosten en asymmetrische informatie
1.2. De prikkel om een afspraak te breken • Tweede mogelijkheid: Individuele monopolist heeft er belang bij zich niet aan afspraak te houden • Residuele vraag • Vraagfunctie voor onderneming A gegeven output die onderneming B afzet • Onderneming B houdt zich aan de afspraak • Inverse residuele vraagfunctie:
1.2. De prikkel om een afspraak te breken • Winstmaximaliserende output voor duopolist A: • Merk op: qA = 150 • Door meer te produceren behaalt duopolist A een grotere winst (€225 i.p.v. €200) • Weliswaar lagere winstmarge (€1,5 i.p.v. €2) • Maar ook (en vooral) meer afzet (150 i.p.v. 100) • Duopolist B is slechter af
1.2. De prikkel om een afspraak te breken • Belangrijk: • Wederzijdse afhankelijkheid of ‘reactie’ van ene duopolist op keuze van andere • Evenwicht vereist situatie waarbij veronderstelling die A maakt over gedrag van B, tezelfdertijd optimale keuze is voor B, én vice versa
Onvolmaakte Mededinging en Productdifferentiatie - Inhoudstafel • Oligopolie met homogene producten 1. De karteloplossing 2. De prikkel om een afspraak te breken 3. De reactiefunctie en het Cournot-evenwicht • Oligopolie en speltheorie • Productdifferentiatie • Zoekkosten en asymmetrische informatie
1.3. De reactiefunctie en het Cournot-evenwicht • Inverse vraagfunctie voor duopolist A voor elke mogelijke waarde van qB: • Winstmaximaliserende output voor A:
1.3. De reactiefunctie en het Cournot-evenwicht • Analoog: • Drukt winstmaximaliserende outputniveau van verkoper B uit als functie van output verkoper A • Dit zijn reactiefuncties • Cournot-evenwicht grafisch: beschouw Figuur 10.2.: • Punt E: wederzijdse consistentie van veronderstellingen • Dit is snijpunt van reactiecurven • Cournot-evenwicht:niet-coöperatieve oplossing voor homogeen duopolie
1.3. De reactiefunctie en het Cournot-evenwicht • Cournot-evenwicht algebraïsch: • Marktaanbod = 266 broodjes (A en B identiek) • Prijs = €3,34 per stuk • Totale winst per onderneming = €178,22 • Dit is lager dan €200 (karteloplossing)
1.3. De reactiefunctie en het Cournot-evenwicht • In realiteit: twee scenario’s • Duopolisten kiezen hun outputniveau simultaan Cournot-evenwicht • Duopolisten kiezen hun outputniveau sequentieel Stackelberg-evenwicht • Leider-volgermodel • Eén duopolist heeft meer marktmacht dan andere
Onvolmaakte Mededinging en Productdifferentiatie - Inhoudstafel • Oligopolie met homogene producten • Oligopolie en speltheorie • Productdifferentiatie • Zoekkosten en asymmetrische informatie
2. Oligopolie en speltheorie • Homogeen duopolie in speltheoretisch kader • Spelers: duopolisten • Strategie: keuze van winstmaximaliserende output • Cel: winst voor elke duopolist • Niet-coöperatieve oplossing van Cournot = Nash-evenwicht
Onvolmaakte Mededinging en Productdifferentiatie - Inhoudstafel • Oligopolie met homogene producten • Oligopolie en speltheorie 1. De resultatenmatrix van het homogeen duopolie 2. Is er een dominante strategie voor de duopolisten? 3. De paradox van Bertrand 4. Het Nash-evenwicht bij het homogeen duopolie • Productdifferentiatie • Zoekkosten en asymmetrische informatie
2.1. De resultatenmatrix van het homogeen duopolie • Resultatenmatrix is symmetrisch • Observaties: • Kartelafspraak: cel (s2,t2) • Deze oplossing is echter niet stabiel
Onvolmaakte Mededinging en Productdifferentiatie - Inhoudstafel • Oligopolie met homogene producten • Oligopolie en speltheorie 1. De resultatenmatrix van het homogeen duopolie 2. Is er een dominante strategie voor de duopolisten? 3. De paradox van Bertrand 4. Het Nash-evenwicht bij het homogeen duopolie • Productdifferentiatie • Zoekkosten en asymmetrische informatie
2.2. Is er een dominante strategie voor de duopolisten? • Dominante strategie levert beste resultaat op ongeacht strategie van andere speler • Beschouw Tabel 10.1.: • Geen dominante strategieën
Onvolmaakte Mededinging en Productdifferentiatie - Inhoudstafel • Oligopolie met homogene producten • Oligopolie en speltheorie 1. De resultatenmatrix van het homogeen duopolie 2. Is er een dominante strategie voor de duopolisten? 3. De paradox van Bertrand 4. Het Nash-evenwicht bij het homogeen duopolie • Productdifferentiatie • Zoekkosten en asymmetrische informatie
2.3. De paradox van Bertrand • Nieuw uitgangspunt: • Concurrentie via prijs i.p.v. hoeveelheid • Gevolgen voor prijszetting: • Lage prijs zetten is dominante strategie • Beste strategie ongeacht gedrag van concurrent • Finaal leidt dit proces ertoe dat beide ondernemingen prijs laten dalen tot prijs = minimum van gemiddelde kosten • Poging om markt te veroveren
2.3. De paradox van Bertrand • Indien ondernemingen in homogeen duopolie elkaar beconcurreren via prijs zelfde uitkomst als perfecte mededinging • Bertrand-paradox:resultaat van perfecte mededinging wordt bereikt terwijl slechts twee ondernemingen aanbieden
Onvolmaakte Mededinging en Productdifferentiatie - Inhoudstafel • Oligopolie met homogene producten • Oligopolie en speltheorie 1. De resultatenmatrix van het homogeen duopolie 2. Is er een dominante strategie voor de duopolisten? 3. De paradox van Bertrand 4. Het Nash-evenwicht bij het homogeen duopolie • Productdifferentiatie • Zoekkosten en asymmetrische informatie
2.4. Het Nash-evenwicht bij het homogeen duopolie • Nash-evenwicht: combinatie van strategieën waarbij geen enkele speler zijn strategie wenst te wijzigen, gegeven verwachte strategie van andere spelers • Karteluitkomst (s2,t2) is geen Nash-evenwicht • Speler A wil veranderen gegeven t2 • Speler B wil veranderen gegeven s2 • Combinatie (s3,t3) is een Nash-evenwicht
Onvolmaakte Mededinging en Productdifferentiatie - Inhoudstafel • Oligopolie met homogene producten • Oligopolie en speltheorie • Productdifferentiatie • Zoekkosten en asymmetrische informatie
3. Productdifferentiatie • Paragrafen 1 en 2: • Marktmacht • Criterium: aantal aanbieders • Merk op: Bertrand-paradox: zelfs met slechts twee spelers uitkomst van perfecte mededinging • Paragraaf 3: • Marktmacht • Criterium: heterogene versus homogene goederen • Productdifferentiatie: heterogene goederen • Bevredigen dezelfde behoefte maar zijn toch verschillend • Verschillen van allerlei aard zijn relevant
3. Productdifferentiatie • Monopolistische mededinging • Marktvorm met productdifferentiatie • Vrije toe- en uittreding: veel ondernemingen actief
Onvolmaakte Mededinging en Productdifferentiatie - Inhoudstafel • Oligopolie met homogene producten • Oligopolie en speltheorie • Productdifferentiatie 1. Monopolistische mededinging 2. Het Hotelling model • Zoekkosten en asymmetrische informatie
3.1. Monopolistische mededinging • Enerzijds heeft iedere aanbieder eigen deelmarkt voor afzet van zijn product • Productdifferentiatie • Anderzijds vertoont deze marktvorm ook kenmerken van volmaakte mededinging • Veel aanbieders • Weinig invloed op marktgebeuren • Vrije toe- en uittreding
3.1. Monopolistische mededinging • Korte termijn: • De winstmaximaliserende output q*: MO = MK • MO ≠ GO Prijs > Marginale kosten bij output q* • ~ Winstmaximalisatie door monopolist • Echter: ondernemingsvraag heeft betrekking op één variant van goed
3.1. Monopolistische mededinging • Lange termijn: • Toetreding • Bij monopolistische mededinging lokt winst toe-treding van nieuwe ondernemingen uit • Individuelevraagcurve naar links • Individuelevraagcurve prijselastischer • Groot verschil met monopolie • Markt van monopolistische mededinging komt tot rust onder volgende voorwaarden: • (a) iedere onderneming maximaliseert haar winst; • (b) winst van iedere onderneming is nul zodat er geen toe- of uittreding meer is
3.1. Monopolistische mededinging • Opmerkingen • Prijs • Volmaakte mededinging: P = min (GK) = MK • Monopolistische mededinging: hogere prijs • Productvariëteiten • Grotere keuzemogelijkheid bij monopolistische mededinging
Onvolmaakte Mededinging en Productdifferentiatie - Inhoudstafel • Oligopolie met homogene producten • Oligopolie en speltheorie • Productdifferentiatie 1. Monopolistische mededinging 2. Het Hotelling model • Zoekkosten en asymmetrische informatie
3.2. Het Hotelling model • Monopolistische mededinging • Geen strategisch gedrag van aanbieders • Aanbieder is te klein om markt te beïnvloeden • Productdifferentiatie in oligopolistische markten • Strategisch gedrag van aanbieders (rekening houden met prijszetting, positionering, …) • Weinig aanbieders • Het Hotelling model
3.2. Het Hotelling model • Model van Hotelling • Gaat uit van prijsconcurrentie • Paradox van Bertrand? • Nee, omwille van productdifferentiatie • Beschouw Figuur 10.5.: • Twee verkopers van roomijs • Eerste staat op 500 meter van linkerzijde • Tweede staat op 500 meter van rechterzijde
3.2. Het Hotelling model • Stel: afwezigheid van verplaatsingskosten • Zonder verplaatsingskosten kijken consumenten enkel naar prijs • Bertrand-uitkomst • Meer realistisch: aanwezigheid van verplaatsingkosten • Productdifferentiatie: afstand • Tegengewicht voor prijsconcurrentie • Elke ijsventer bezit eigen cliënteel (niche) en kan winst realiseren
3.2. Het Hotelling model • Let wel: • Lagere prijs betekent nog steeds uitbreiding van markt- aandeel t.o.v. concurrent • Voorbeeld: consument op punt M is indifferent tussen ijsje aan linker- of rechterzijde • Nash-evenwichtsconcept blijft dus relevant
3.2. Het Hotelling model • Positionering is (naast prijszetting) ook strategische beslissingsvariabele • Prijs én positionering verklaren • Bij afwezigheid van prijsconcurrentie is er tendens tot minimale differentiatie (punt M) • Product wordt weer homogeen • De ijsventers gaan naar elkaar toe om klanten te winnen • Bij prijsconcurrentie is er tendens tot maximale differentiatie • Bertrand uitkomst vermijden