190 likes | 351 Views
Oostenrijk - politieke gesch. 1. Vorstendommen ihv huis Habsburg V.a. Xve : Habsburgers keizers HRR Duitse natie Versnippering Rijk; contrareformatie; grote uitbreiding Habsburgse landen in Oost-Europa Jozef II verlicht despoot - Toleranzpatent 1781, kerkhervormingen, e.d.
E N D
Oostenrijk - politieke gesch. 1 • Vorstendommen ihv huis Habsburg • V.a. Xve : Habsburgers keizers HRR Duitse natie • Versnippering Rijk; contrareformatie; grote uitbreiding Habsburgse landen in Oost-Europa • Jozef II verlicht despoot - Toleranzpatent 1781, kerkhervormingen, e.d. • 1806 keizer v. Oostenrijk ipv HRR - Restauratie • Revolutie 1848; grondwet; afschaffing horigheid • 1849 keizer Franz Joseph neemt terug de macht; grondwetten met standenstructuur
Oostenrijk - politieke gesch. 2 • 1867: • dubbelmonarchie - Hongarije onafhankelijk • Oostenrijks Staatsgrundgesetz; Reichsgericht • Algemeen mannenstemrecht (1869) • Groeiend nationaliteitenprobleem • 1918: • KuK monarchie door geallieerden geliquideerd • Republik Deutschösterreich • 1920: • Verdrag van Saint-Germain • Bundesverfassungsgesetz (huidige grondwet): • Parlementaire democratie, federalisme, • Verfassungsgerichtshof (1e apart GW Hof)
Oostenrijk - politieke gesch. 3 • 1933 autoritair regime • 1938 Anschluss • Na WO II (1945): grondwet 1920 terug in werking • 1955 Staatsvertrag: einde bezetting
Oostenrijk - gesch. Privaatrecht 1 • XVIIIe : hervormingen Maria Theresia: • centralisering gerecht 1749 • Kompilationskommission 1753 • Jozef II: wetboek personen- en familierecht ingevoerd 1787 • 1798 Martini-code ingeveord in West-Galicië (experimenteel) • Uiteindelijk als ABGB in 1811 • structuur : personae; res (vermogensrecht); actiones (algemeen deel) • stijl: wijdlopiger, casuïstischer, • inhoud: bewust onvolledig (alleen « algemeen » burgerlijk recht, niet bijzonder burgerlijk recht voor bepaalde sectoren) (tot 1848 nog horigheid !)
Oostenrijk - gesch. Privaatrecht 2 • Na 1811 periode van exegese door circulaires (bureaucratie) • 1855 universiteitshervorming; historische school; « pandectificatie » • 1863 Handelswetboek naar Duits model • 1867: liberalen zeggen concordaat op; burgerlijk huwelijk; staatsonderwijs • Teilnovellen ABGB 1914-1916 • Bijzondere wetten bijna altijd in het ABGB, bv. Consumentenrecht 1979 • Invloedrijke hervorming procesrecht (Franz Klein) 1898 (zie verder)
Oostenrijk - politieke instellingen • Federalisme: • residuaire bevoegheid bij Länder (maar erg beperkt) • Länder eigen grondwet • In theorie verdragsbevoegdheid Länder • Gemeentelijke autonomie • Minderheidsrechten (internationaal gewaarborgd) • Federale machten: • wetgevende macht: Nationalrat / Bundesrat (verkozen door deelstaatparlementen) met beperkte bevoegdheid • Regering geen wetgevende bevoegdheid (legalliteitsbeginsel) • Maar onwettigheid verordeningen enkel door GW Hof
Oostenrijk - grondwet • Naast BVG vele teksten met GW rang (o.m. inzake grondrechten); zeer veel in GW vastgeschreven • GW toetsing: door Verfassungsgerichtshof: • vernietiging op verzoek van rechtstreeks getroffen burger • prejudiciële procedure • Beschwerde na uitputting rechtsmiddelen
Oostenrijk - gerecht • Verfassungsgerichtshof ook bevoegd voor o.m.: • bevoegdheidsconflicten staatsorganen • bevoegdheidsconflicten gewone / administratieve rechtbanken • onwettigheid verordeningen • Verkiezingszaken • verdere gerechtelijke organisatie: • gewone rechtbanken o.l.v. Oberste Gerichtshof • administratieve rechtbanken o.l.v. Verwaltungsgerichtshof
Oostenrijk - rechtsbronnen • Wet, gewoonte, algemene rechtsbeginselen volkenrecht, « natürliche Rechtsgrundsätze » • Gerichtsgebrauch = gewoonterecht • Bijzonder gezag van arresten in het Spruchrepertorium en Judikatenbuch
Oostenrijk - procesrecht / privR • Invloedrijke hervorming door Klein 1898: Sozial- of Wohlfahrtsfunktion procesrecht - Ambtsbetrieb - Konzentrationsgrundsatz - Unmittelbarkeitsgrundsatz - Neuerungsverbot hoger beroep • Kenmerken burgerlijk recht • zakenrecht: Trennung (titulus/modus), geen Abstraktion • algemene norm inzake onrechtmatige daad • Kerk en staat: coöperatief model (concordaat 1933)
Zwitserland - pol. geschiedenis • Eedverbond van de 3 Waldstätte (cantons) XIe eeuw / 1291: • verdrag; militair bondgenootschap • Vrij verkeer e.d. • Toetreding reeks andere kantons • het Eedverbond (Confoederatio) - onafhankelijkheid erkend 1648 - centrale instellingen: enkel een Tagsatzung (diplomatieke conferentie); beslissingen voorgelegd « ad referendum » - kantonaal: vaak Landsgemeinde • 1798 Franse bezetting; • Helvetische republiek une et indivisible • la liberté v. nos libertés • Geen meerderheid voor Napoleons grondwet (vervalsing referendum) • Compromis 1803: Mediationsverfassung: autonome kantons, Franse voogdij
Zwitserland - pol. geschiedenis 2 • 1815 val Napoleon; nieuw Bundesvertrag • zuiver confederaal • Vanaf 1830 ijveren liberalen voor hervormingen • In kantons neemt volksinitiatiefrecht toe • Antiklerikale wetten 1845-1847 • 1848: • Afscheuring Sonderbund 1848; Sonderbundkrieg 1848 • Omvorming tot federatie - grondwet 1848 (± amerikaans) • Sterke scheiding der machten: tweekamerparlement; onafzetbare regering (college van 7 = Bundesrat) • Na 1848: • stap voor stap toename directe democratie (1874 voor wet, 1891 grondwet) • meermaals bevoegdheden overgeheveld naar federatie
Zwitserland - geschiedenis privR • Middeleeuwen: verzet tegen Kaiserrecht; receptie romeins recht beperkt • Ook XIXe: minder professorenrecht (dan Dui.) • Codificatie op kantonaal vlak: • uiteenlopende modellen • PGB Zürich 1853-1855 Bluntschli • Langzame eenmaking • 1854 Wechselkonkordat • 1862 opdracht aan Münzinger voor handels- en verbintenissenrecht • 1874 federale bevoegdheid geworden: Ehegesetz 1874, Obligationenrecht 1881; Konkursgezetz 1889 • 1898 federale bevoegdheid privaatrecht algemeen; opdracht aan Huber • Zivilgesetzbuch van Huber 1907/1912 (+ herziening OR) • Kenmerken ZGB: eenheid van stijl, aanschouwelijk en begrijpelijk, grootmazig; met Titels en Marginalien • Na ZGB: nieuwe wetten bijna steeds geïntegreerd in ZGB
Zwitserland - federalisme • Kenmerken Zwitsers federalisme: • Bund & Kantone allebei « soeverein », Staatsqualität • elk kanton zijn grondwet • residuaire bevoegdheid bij kantons • in beginsel symmetrisch • verdeling wetgevende bevoegdheid uitvoerig geregeld; 2003 subsidiariteitsbeginsel ingeschreven • uitvoerende bevoegdheid in beginsel bij kantons • beperkte verdragsbevoegdheid kantons • sterke gemeentelijke autonomie • voorbeeld: naturalisatie
Zwitserland - machten (federaal) • Algemeen (federaal & kantonaal): • geen grondwetsherziening zonder referendum • correctief referendum voor wetten (federaal: 50.000) • volksinitiatief grondwetswijziging (federaal 50.000) • kantonaal soms nog Landsgemeinden • Federale instellingen: sterke scheiding der machten • Bundesversammlung met 2 gelijkwaardige kamers • Bundesrat onafzetbaar, geen enkele wetgevende bevoegdheid; onderworpen aan parlement • géén staatshoofd !
Zwitserland - grondwet • Grondwet: • Bevat vele bepalingen afkomstig uit referenda • Geen wijziging zonder referendum • Volksinitiatief; tegenvoorstel mogelijk; dubbele ja mogelijk • Grondwettigheidscontrole: • in beginsel volkscontrole, geen rechterlijke controle • wel rechterlijke beslissing van bevoegdheidsconflicten
Zwitserland: gerecht /grondrechten • Procesrecht: wordt federaal (Justizreform) • Gerechtelijke organisatie • in beginsel kantonaal; rechters meestal verkozen • enkele Bundesgerichte; verkozen door parlement • geen apart grondwettelijk Hof (vgl. VS) • Grondrechten: Zwitsers gezond verstand • staatsdoel • rechtsstatelijke beginselen • zelfverantwoordelijkheid • vrijheidsrechten • Sozialziele
Zwitserland: rechtsbronnen • Verhouding wet / rechter - zie art. 1 ZGB: wet; gewoonte; rechterlijke regel (doctrine en traditie) • Grootmazigheid; blanconormen en rechterlijke bevoegdheden • Terughoudend op politiek vlak • Stijl rechtspraak: uitvoerig gemotiveerd • Structuur ZGB: 5 boeken (P, F, E, Z, OR) • Inhoud ZGB: • zakenrecht: Trennung, geen Abstraktion • algemeen: pragmatisme • ruimte voor kantonaal recht