310 likes | 572 Views
persoonlijke motivatie. zelfsturing is ?in'zelfsturing: vaag begripzelfsturing: (te ?) positief uitgangspunt. achtergrond. zelfsturend leren is (in het kader van levenslang leren) een belangrijk vraagstuk voor het onderwijszelfsturing veronderstelt dat studenten en docenten hun houding ten opzic
E N D
1. Zelfsturing gaat niet vanzelf. Bevordering van zelfsturing
met betrekking tot de stage bij studenten van de PABO.
Tonnis Bolks MSc
2. persoonlijke motivatie zelfsturing is ‘in’
zelfsturing: vaag begrip
zelfsturing: (te ?) positief uitgangspunt
3. achtergrond zelfsturend leren is (in het kader van levenslang leren) een belangrijk vraagstuk voor het onderwijs
zelfsturing veronderstelt dat studenten en docenten hun houding ten opzichte van het leren veranderen
zelfsturing vereist een behoorlijk complexe onderwijsinnovatie
4. doel van het onderzoek het onderzoek moet leiden tot aanbevelingen voor de implementatie van zelfsturing in het curriculum van onze PABO
de volgende vragen stonden in het onderzoek centraal:
In welke mate passen studenten zelfsturing toe?
Verschillen studenten in hun zelfsturing?
Welke sturingsactiviteiten voeren lerarenopleiders uit?
Wat zijn de opvattingen van de lerarenopleiders met betrekking tot zelfsturing van hun studenten?
5. theorie In Engelstalige literatuur wordt met betrekking tot zelfsturing onderscheid gemaakt tussen:
self-directed learning (SDL)
en self-regulated learning (SRL).
6. self-directed learning Knowles (1975): “self-directed learning is a process in which individuals take the initiative, with or without the help of others, in diagnosing their learning needs, formulating learning goals, identifying human and material resources for learning, choosing and implementing appropriate learning strategies, and evaluating learning outcomes (p. 18).”
7. self-regulated learning Boekaerts (1999): drielagenmodel
8. SDL en SRL verhouding tussen self-directed learning en self-regulated learning
9. werkdefinitie van zelfsturing Zelfsturing is het proces waarin de student, met of zonder hulp van anderen, het initiatief neemt, zich op zijn eigen leerproces oriënteert en het leerproces vervolgens plant, uitvoert (het leerproces bewaakt, toetst, diagnosticeert en eventueel bijstelt), evalueert en erop reflecteert.
10. sturingsactiviteiten
11. interne en externe factoren
interne factoren: leeftijd, geslacht, opleiding en motivatie
externe factoren: leeromgeving (curricculum, docenten)
12. rol van de docent de docent begeleidt actief en interactief de sturingsactiviteiten van de studenten;
de docent draagt een deel van de verantwoordelijkheid voor het behalen van de doelen en voor de planning en organisatie van het leerproces over aan de student
13. afstemming op de student
14. centrale onderzoeksvraag
Welke sturingsactiviteiten voeren studenten uit en wat doen lerarenopleiders om de zelfsturing van studenten te bevorderen?
15. onderzoeksvragen Welke sturingactiviteiten voeren de studenten uit?
Welke invloed hebben geslacht, vooropleiding en motivatie op het uitvoeren van de sturingactiviteiten?
Welke sturingsactiviteiten voeren de lerarenopleiders uit?
Welke sturingsactiviteiten van lerarenopleiders nemen de studenten waar?
Welke opvattingen hebben de lerarenopleiders over zelfsturing van studenten?
16. meetinstrumenten vragenlijst
eerstejaars voltijdstudenten
observatie
studieloopbaanbegeleiders tijdens eerste portfoliogesprekken
interview met focusgroepen
studieloopbaanbegeleiders en tutoren
17. resultaten en conclusies vragenlijst
81 ingevulde vragenlijsten (68 vrouwen 13 mannen); respons: 89 %
observatie
bij 10 studieloopbaanbegeleiders; vanuit elke vakgroep twee (4 vrouwen en 6 mannen)
interview met focusgroepen
studieloopbaanbegeleiders en tutoren (in totaal 14 lerarenopleiders)
18. sturingactiviteiten van studenten
19. invloed van interne factoren invloed van het geslacht:
vrouwelijke studenten laten gemiddeld meer zelfsturing zien, maar de verschillen zijn niet significant (met uitzondering van de sturingsactiviteit bijstellen)
invloed van de vooropleiding:
mbo-oa-studenten scoren gemiddeld het laagst en de vwo-ers vaak het hoogst, maar de verschillen zijn niet significant
invloed van motivatie:
zelfsturing neemt toe bij een grotere motivatie; alleen de samenhang tussen motivatie en plannen is significant; bij motivatie en proces bewaken is sprake van een waarneembare trend
20. sturingsactiviteiten van docenten
21. sturingsactiviteiten van docenten
22. sturingsactiviteiten van docenten studieloopbaanbegeleiders besteden veel aandacht aan oriënteren en evalueren en in mindere mate aan plannen en reflecteren
sturingsactiviteiten die betrekking hebben op de uitvoerende fase van de stage komen tijdens de gesprekken van de studieloopbaanbegeleiders nauwelijks aan de orde en de sturingsactiviteit bijstellen wordt in het geheel niet uitgevoerd
de mate van sturing:
grafiek op volgende dia
23. sturingsactiviteiten van docenten
24. door studenten waargenomen sturingsactiviteiten
25. opvattingen van docenten De lerarenopleiders zien een grote uitdaging in het afstemmen op de student en zijn in hun activiteiten telkens op zoek naar de balans tussen proactief en reactief optreden.
De focusgroepen leverden geen eenduidige opvatting op met betrekking tot de verwachtingen en de aanpak van zelfsturing van studenten.
Ook verschillen lerarenopleiders in hun oordeel over de mate waarin zij zelf in staat zijn het zelfsturend leren van hun studenten te bevorderen.
26. opvattingen van docenten De studieloopbaanbegeleiders ervaren:
spanning tussen begeleiden en beoordelen van de studenten;
spanning tussen het focussen op de doelen van de opleiding en de persoonlijke leerdoelen van de studenten;
spanning tussen ideaal en werkelijkheid.
27. antwoorden op centrale vraag
studenten zijn zelfsturend m.b.t. oriënteren, plannen, proces bewaken, toetsen, diagnosticeren en reflecteren; bijstellen en evalueren vindt plaats via gedeelde sturing
lerarenopleiders helpen met name bij oriënteren (vooral de tutor), evalueren en reflecteren (vooral de slb-er)
de studieloopbaanbegeleider bevordert zelfsturing vooral door het stellen van vragen
28. aanbevelingen - 1 na discussie binnen docententeam komen tot een eenduidige omschrijving, een gedeelde opvatting en een consistent beleid rond het concept zelfsturing
29. aanbevelingen - 2 zelfsturing beschouwen als een aan te leren complexe vaardigheid (met leertaken, ondersteunende informatie, just-in-time-informatie en deeltaakoefening)
30. aanbevelingen - 3 komen tot een opbouw van zelfsturing in het curriculum van de opleiding
opstellen van leer- en toetsdoelen
met bijbehorende leeractiviteiten, taken en opdrachten
te verdelen over de opeenvolgende studiejaren
waarbij geleidelijk een steeds groter beroep wordt gedaan op het uitvoeren van sturingsactiviteiten door de studenten
31. discussiethema’s
wenselijkheid van zelfsturing
haalbaarheid van zelfsturing