250 likes | 466 Views
INDISCH – NEDERLANDS. OVERZICHT. Indische – Nederlanders positie Nederlands voorgeschiedenis en ontwikkeling kenmerken Indisch- Nederlands Petjoh Indi ë is niet meer. Indische – Nederlanders. Indische ‘ totoks ’ Indische meisjes/jongens Indo – Europeanen ( Indo’s)
E N D
OVERZICHT • Indische – Nederlanders • positie Nederlands • voorgeschiedenis en ontwikkeling • kenmerken Indisch- Nederlands • Petjoh • Indië is niet meer
Indische – Nederlanders • Indische ‘ totoks ’ • Indische meisjes/jongens • Indo – Europeanen ( Indo’s) • Kenmerk : wortels in Indië en hun Nederlands beïnvloed door de • inheemse talen van Indonesie, vooral door het Maleis
Positie Nederlands • Nederlands geen wereldtaal: a. lingua franca’s Portugees en Maleis b. winst belangrijker dan verspreiden cultuur • Portugees met maleise elementen • einde 16e eeuw lingua franca archipel • voertaal Bataviase gezinnen • in kerk naast Nederlands en Maleis • Na 1750 Maleis meer aanzien • Maleis dialectisch rijk geschakeerde moedertaal bewoners rond straat Malakka • voor 1600 al lingua franca in archipel • Contacttaal Portugezen en Nederlanders • basis latere Bahasa Indonesia
Voorgeschiedenis • 1595 Cornelis Houtman >Sumatra,Java,Molukken • 1602 VOC • 1611 Handelspost Jakarta ( fort Jacatra ) • 1618 Jan Pieterszoon Coen sticht Batavia • 1629 fundament handelsimperium. VOC monopolie op handelsverkeer; Batavia administratief centrum en stapelmarkt
17e eeuw • serieuze pogingen bevordering van het Nederlands ; privileges • in opdracht Staten – Generaal oprichting enkele scholen • Batavia: voertaal Nederlands ; Molukken: Maleis • 5000 Nederlanders in dienst VOC, merendeel in Batavia • ambtenaren met beperkt dienstverband • afgezwaaide soldaten en handelaren blijven, trouwen inheemse vrouwen
18e eeuw • meeste scholen op de Molukken • voertaal Maleis > Maleise bijbelvertaling Leydekker • Batavia: scholen voornamelijk voor kinderen VOC ambtenaren • op school: Nederlands ; thuis: Portugees of Maleis
19e eeuw • na Franse revolutie veranderen opvattingen over onderwijs en opvoeding: onderwijs voor iedereen • gebrek aan geld en goed gekwalificeerd personeel: alleen scholen voor Europeanen • binnen kazerne : Tangsi-Maleis • kazerne omstandigheden > groeiende kloof binnen Indische samenleving • toename aantal blijvers en trekkers. Vanaf jaren ’70 komen vrouwen mee • Inlanders van adel op beperkte schaal naar school • geen verbetering van het Nederlands; bezorgdheid (Huet)
20e eeuw • blijvers bepalen niet meer aanzien koloniale maatschappij • veranderingen door: 1.economische vooruitgang 2.stroom nieuwe migranten 3.gewijzigde opvattingen over de koloniale samenleving • harmoniegedachte verstoord • Maleis steeds belangrijker • 1942 Japanse bezetting: Nederlands verboden • 1945 Hatta en Soekarno : Indonesie onafhankelijk • ruim 200.000 Nederlanders,waaronder Indische – Nederlanders vertrekken. Honderdduizenden met een goede beheersing van de Nederlandse taal blijven
Kenmerken Indisch- Nederlands • 1. Uitspraak • 2. Grammatica • 3. Klemtoon en Zinsmelodie • 4. Woordenschat
1. Uitspraak • Medeklinkers d,b>dd,bb r>rollende r v,z>f,s g>als in het engels k>op einde woord of lettergreep vaak zwak t>vaak aan het einde van een woord weglaten: mond>mon w>dik aangezet (eng. when ,why) ● klinkers ui>eu ei/ij>eu/e : uit>eut, ijs>es ● uitspraak is formeel: klameniebuhdonduhruh > ik-laat-me-niet-bedonderen voornaamwoorden worden meestal nadrukkelijk gearticuleerd: we>wij, ze>zij d’r> haar wederkerend werkwoord: je vergist je > jij fergist jou
2. Grammatica • zelfstandig naamwoord kan van geslacht veranderen; het-woorden worden de-woorden:de varken, de kantor • verbuiging bijvoeglijk naamwoord samen met het gebruik lidwoord een: een mooie boek • verleden tijd regelmatig vervangen door voltooid tegenwoordige tijd en zelfs door tegenwoordige tijd: gisteren hebben wij die jongen nog gezien toen wij naar school gaan • gebruik deelwoord geworden in lijdende zinnen: ik ben geslagen geworden • regelmatig weglaten koppelwerkwoord: die jongen pienter, seg • voornaamwoord het wordt vaak weggelaten: trek jou niet aan, seg • het en er zijn samen weggelaten: ik heb niet voor over • wederkerend werkwoord vaak zonder wederkerend voornaamwoord:zij vergissen vaak, ik scheer altijd • voornaamwoorden die naar vrouwen verwijzen worden vervangen door voornaamwoorden die nietnaar vrouwen verwijzen: mijn sus, hij so pienter, want sijn rapport so mooi • omkering onderwerp en het verbogen werkwoord vaak niet: straks hij gaat naar de pasar. Jij lust geen doerian? • vaak zelfstandig naamwoord voorop, pauze en dan herhalend voornaamwoord: mijn sus, hij so pienter • achtervoegsel isatie wordt Indisch- Nederlands isasi: komputerisasi
3. Klemtoon en Zinsmelodie • Klemtoon van een woord minder belangrijk dan in het Nederlands • Wanneer toch klemtoon, dan op de laatste lettergreep in een woord bestaande uit twee lettergrepen, vooral wanneer de voorlaatste lettergreep een stomme e is: besár, telór • Met stopwoorden als toch en ja wordt een uitroepende en vragende zinsmelodie versterkt; vervelend toch en jij gaat weg, ja? • In bovenstaande gevallen gaat de toon wat omhoog en wordt het laatste woord langer aangehouden
4. Woordenschat • Woorden van Maleise oorsprong en soms Javaanse oorsprong • Woorden, uitdrukkingen van Nederlandse oorsprong maar die alleen in het Indisch- Nederlands voorkomen • Nederlandse woorden en uitdrukkingen die in het Indisch- Nederlands iets anders betekenen • Ongeveer 5000 Nederlandse leenwoorden
Woorden van Maleise oorsprong en soms Javaanse oorsprong • Soesa • Pidjetten/ pidjitten • Gladak • Klapper • Goena- goena • Tjitjak • Mata gelap • Obat • Barang- bagage • Baboe- huisbediende • Kaki- voet, poot, been (kaki telandjang) • Pedis- scherp gekruid
Woorden, uitdrukkingen van Nederlandse oorsprong maar die alleen in het Indisch- Nederlands voorkomen • leestrommel • bultzak • naar boven gaan • een muskietenvestje aantrekken
Nederlandse woorden en uitdrukkingen die in het Indisch-Nederlands iets anders betekenen • handschoentje • stroop • platje • erf • boei • vendutie • onderneming • dood neervallen
Ongeveer 5000 Nederlandse leenwoorden • 20% alledaagse leven, 30% wetenschap en techniek, 40% openbare leven • dah-dag! • kulkas-koelkast • iritasi-irritatie • apotik-apotheek • sosiolog-socioloog • amtenar-ambtenaar • oposisi-oppositie • kasasi-cassatie • haatzaai-nu: wetsartikel • kasbuk-kasboek
Petjoh/Petjok • Petjoh is een echte pidgin, een soort Maleis- Nederlands. Ontstaan in de kazernes en gebruikt: • A. door Indische militairen met een verschillende moedertaal • B. als omgangstaal tussen blanke ‘meerderen’ en inheemse ‘minderen’. • C. tussen Europeanen en hun inheemse vrouwen • D. door kinderen (ook blanken) op straat en schoolplein • E. onderkant van de Indo- Europese samenleving in de kampong • Grammatica simpel Maleis • Symbooltaal
Indië is niet meer… • R.Cress: 1942 feitelijke eind Indische samenleving • Na 1945 en opeenvolgende jaren: vertrek ongeveer 300.000 Indische Nederlanders • De specifieke omstandigheden van de samenleving van voor 1945 zijn niet meer aanwezig waardoor het Indisch- Nederlands verdwijnt.
literatuur • Richard Cress (1998). Petjoh. Woorden en wetenswaardigheden uit het Indische verleden. Amsterdam: Prometheus. • Jan W. de Vries (2005). Indisch- Nederlands. In: Nicoline van der Sijs (red.,2005) Wereldnederlands. Oude en jonge variëteiten van het Nederlands pp.59-79. Den Haag: Sdu Uitgevers. • Jan de Vries, Roland Willemijns & Peter Burger (2003). Het verhaal van een taal. Amsterdam: Prometheus. • Joop van den Berg (1991). Soebatten, sarongs en sinjo’s. Indische woorden in het Nederlands. • ‘s Gravenhage: Bzztôh.