1 / 90

Diabeteszorg: kanttekeningen voor de praktijk…

Diabeteszorg: kanttekeningen voor de praktijk…. vorming diabetes in het WZC - RVT Kan.TRIEST te 9090 Melle 16 + 23 november 2009 - Mieke Théry - Diabeteseducator-verpleegkundige. Wie ben ik?. verpleegkundige sinds 1983  1996 : opleiding postgraduaat d iabeteseducator 

zahavah
Download Presentation

Diabeteszorg: kanttekeningen voor de praktijk…

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Diabeteszorg: kanttekeningen voor de praktijk… vorming diabetes in het WZC - RVT Kan.TRIEST te 9090 Melle 16 + 23 november 2009 - Mieke Théry - Diabeteseducator-verpleegkundige

  2. Wie ben ik? verpleegkundige sinds 1983  1996 : opleiding postgraduaat diabeteseducator   AZ Maria Middelares Gent – diabetesteam  2007  UZ- Gent – kinderdiabetesteam – poli pediatrie Mieke Théry

  3. Diabeteszorg : 3kanttekeningen voor de praktijk? 1. Wat is hyper + hypo (glycemie) ?  Wat te doen bij hypo ? 2. Capillaire Vingerprik ? 3. Insuline inspuiten: de kunst van de techniek ! Mieke Théry

  4. DIABETES MELLITUS ? Diabetes = probleem met de suikerregeling in het lichaam  Verschillende soorten diabetes: type 1 = auto-immuun ziekte type 2 = insulineresistentie zwangerschapsdiabetes bij langdurig gebruik van bepaalde medicatie andere vormen van diabetes…  Je hebt diabetes, of … je hebt het niet !  Diabetes… is méér dan suiker alleen… dus “shared care” Mieke Théry

  5. Deel 1. Mieke Théry

  6. Hyper (glycemie) = Té veel suiker in het bloed Méér dan 180 mg/dl Symptomen Complicaties: Acuut? Chronisch! Hypo (glycemie) = Té weinig suiker in het bloed Minder dan 80 mg/dl Symptomen Complicaties: Hypoglycemisch coma! 1. HYPER en HYPO (glycemie)? Mieke Théry

  7. 1.1. HYPER >180 mg/dl Meest voorkomende symptomen • Droge mond… • Veel dorst… • Veel drinken… • Veel plassen… • Vermoeidheid… • Verminderd bewustzijn… • Droge huid en/of jeuk… • … CAVE: vanaf > 180 mg/dl is glucose detecteerbaar in de urine ! Mieke Théry

  8. 1.1. De mogelijke oorzaken van HYPER glycemie? • Medicatie vergeten? • Te veel bloedsuikerverhogende medicatie ingenomen? • Bloedsuikerverlagende medicatie vergeten innemen? • Te veel extra suiker gegeten? • Stress, angst, woede, emoties? • Ziekte, koorts, infectie? Mieke Théry

  9. 1.1. De gevolgen van HYPER glycemie?  Acuut levensbedreigende + gevaarlijke situatie voor het lichaam (vooral bij type 1)  Chronisch op lange termijn gevaarlijk, want verhoogde kans op complicaties: ogen, nierfalen, zenuwaantasting, hartfalen + problemen met grote en kleine bloedvaten, diabetische voetenproblematiek, etc. … (zie theoretisch gedeelte door dr. P.Taelman) Mieke Théry

  10. 1.2. HYPO glycemie < 80 mg/dl Meest voorkomende symptomen • Bleke gelaatskleur… • Beven… • Zweten… • Hongergevoel… • Humeurschommeling… • Onduidelijk spreken… • Wazig zien… • Slaperigheid… • Hoofdpijn… • Aandachtsverlies… • Verwardheid… • Bewustzijnsverlies… • … ? Mieke Théry

  11. 1.2. Hoe ontstaat een HYPO ? Oorzaak proberen achterhalen… • Te veel insuline toegediend? • Te weinig KH ingenomen of niet gegeten? • Medicatie verkeerd ingenomen? • Insuline verkeerd ingespoten? • Extra activiteiten?! • Scherpe waarden? • Vermagerd? • Andere fysische oorzaken of problemen? melden en noteren in verpleegdossier ! Mieke Théry

  12. 1.3. Een HYPO ?!Wat te doen bij hypo? ONMIDDELLIJK HANDELEN Er zijnvier belangrijke stappen om een hypo correct op te lossen: Mieke Théry

  13.  Wat te doen bij HYPO ? 1. Meten = Weten ! Normale suikerwaarde = tussen 80–180mg/dl Mieke Théry

  14.  Wat te doen bij HYPO ? 2. Als glyc. tussen 60-80 mg/dl  geef snelle suiker: • 1 glas (150 ml) Cola of frisdrank (géén light) OF • 1 soepl. Glucopur® in een half glas water OF • 1 lepel Confituur (géén dieetconfituur) of 1 lepel Honing Mieke Théry

  15.  Wat te doen bij HYPO ? 3. … 10 min. WACHTEN … !!! Mieke Théry

  16.  Wat te doen bij HYPO ? 4. Als nà het opsuikeren de glyc. > 80 mg/dl  geef trage suiker: of 1 boterham met beleg… of 1 droge koek… of 1 yoghurt met fruit of … of geef de maaltijd ! Mieke Théry

  17.  Wat te doen bij HYPO ? Opmerking: HERHAAL het opsuikeren met snelle suiker tot de glycemie stijgt… meten=weten LET OP: telkens 10 minuten tussentijd laten… Geef pas DAARNA de trage suiker of de maaltijd! Mieke Théry

  18. 1.3. Wat bij bewustzijnsverlies? Confituur aan de binnenzijde van de wangen ! Géén drinken proberen geven ! Noodspuit (= GlucaGen® HypoKit) toedienen !  Bij type 1 + type 2 pat. behandeld met insuline

  19. 1.3. GlucaGen® Hypokit toedienen? • Wat is GlucaGen® Hypokit?GlucaGen® Hypokit bestaat uit een opvallende oranje noodverpakking met: • een flacon met 1 mg GlucaGen® poeder (glucagonhydrochloride)  • een voorgevulde spuit met oplosmiddel (steriel water voor injectie) • een duidelijke gebruiksaanwijzing in het deksel van de verpakking. Mieke Théry

  20. Wat is de werking van GlucaGen® Hypokit?Glucagen® Hypokit bevat GLUCAGON (poeder) is een hormoon uit de -cel van de pancreas dat bloedsuikerverhogend werkt, door het vrijmaken van glycogeen, dit om te zetten tot glucose, in het bloed. (Glycogeen bevindt zich thv de lever en thv de spieren)  het effect van glucagon vangt aan binnen 5-15 minuten na injectie in een spier. Mieke Théry

  21. 1.3. Wat bij bewustzijnsverlies? • Wanneer de bewoner nood heeft aan GlucaGen® Hypokit, is hij/zij niet in staat om suiker in te slikken! Hij/zij is in dit geval (half)bewusteloos. • GlucaGen® Hypokit kan geïnjecteerd worden door iedereen, ook door iemand die nog nooit een inspuiting heeft gegeven. Het is het gemakkelijkste te injecteren in de spieren van de dij. Mieke Théry

  22. 1.3. Wat leert ons een hypo?Vaak veel nuttige INFO… Mieke Théry

  23. Deel 2. Mieke Théry

  24. 2.1. Capillaire Vingerprik Mieke Théry

  25. 2.1. De juiste vingerprik want Meten = Weten • Handen reinigen + goed drogen! • Géén alcohol gebruiken, niet ontsmetten! • Neem steeds een nieuw lancetje voor iedere vingerprik • Gebruik ALTIJD het bijhorend priksysteem (niet rechtstreeks met een naald in de vinger prikken) • Prik aan de zijkant v.d. vingertop • Prik afwisselend in een andere vinger… • Prik bij voorkeur niet in duim en wijsvinger omwille van de tastgevoeligheid • Stuwen of wrijven vanuit de handpalm naar de vingertop om een bloeddruppel te verkrijgen Mieke Théry

  26. 2.2. Aandachtspunten ? • Noteer steeds de gemeten waarden • Dagcurven? Volgens de afspraken met de behandelende arts ! • Belang van meten vóór en meten 2h nà de maaltijd… • Belang van HbA1c ?! TARGET < 7 % ! Mieke Théry

  27. Deel 3. Mieke Théry

  28. 3. INSULINE … Er was eens … Er is …van alles… Mieke Théry

  29. 3. Insuline inspuiten: • NIET ? • IM en IV toedienen van medicatie • Infuus en insulinepomp • Benzine-inspuittechniek • WEL? SUB-CUTAAN INSPUITEN VAN INSULINE = onderhuids = in het vetweefsel (zie verder) Mieke Théry

  30. 3. Insuline inspuiten: de kunst van de techniek in 7 delen! 3.1 Wie? 3.2 Wat? 3.3 Waar? 3.4 Wanneer? 3.5 Waarom? 3.6 Hoe? 3.7 Hoeveel? Mieke Théry

  31. 3. Insuline inspuiten: de kunst van de techniek in 7 delen! 3.1 Wie? Verpleegkundige of … ? 3.2 Wat? Insuline ! 3.3 Waar? Inspuitplaatsen thv buik/dij/billen … 3.4 Wanneer? Vóór het eten + op vast tijdstip … 3.5 Waarom? Optimale glucosespiegel nastreven ! 3.6 Hoe? Loodrecht, met of zonder huidplooi … 3.7 Hoeveel? Afhankelijk van/in opdracht van… Mieke Théry

  32. 3. Insuline… alles op een rijtje… Mieke Théry

  33. 3.1. WIE … “mag” insuline inspuiten? Mieke Théry

  34. 3.1. WIE spuit in?  Verpleegkundige?  Bewoner van dit huis?  ??? Mieke Théry

  35. 3.2. WAT is insuline? • Hormoon, komt uit pancreas (β-cellen) in de bloedbaan • “Sleutel” die celdeur opent en suiker (glucose) binnen laat in elke cel • Glucose  belangrijkste energiebron voor het lichaam Mieke Théry

  36. 3.2. WAT is insuline? • Suiker komt in ons bloed door de voeding • snelle + trage suikers ! • Ons lichaam heeft voortdurend energie nodig (24h/24h)  dus ook insuline ! • Reserve suiker (glycogeen)  kan in de lever en de spieren worden opgeslagen (zie 1.3. hypo) Mieke Théry

  37. 3.2. Insuline, in welke vormen? • In België  1ml = 100 IE • Insuline flacon = 10 ml (1.000 IE) • voor wegwerpspuitjes • Insuline patroon = 3 ml (300 IE) • verschillende soorten insulinepennen… overeenkomstig de insulinesoort/merknaam Mieke Théry

  38. Insuline PEN Mieke Théry

  39. voorbeeld= NovoPen 3.0 Een duurzame metalen insulinepen voor 3 ml Penfill patronen (NovoRapid, Actrapid, Levemir, Insulatard, NovoMix- soorten en Mixtard). Wanneer het patroon leeg is, kan deze eenvoudig worden vervangen. Als gebruik wordt gemaakt van verschillende insulines uit Penfill patronen, wordt aangeraden voor elk soort een aparte NovoPen 3.0 te gebruiken. Mieke Théry

  40. de voordelen van NovoPen® 3 • metalen pen, 100% mechanisch - géén batterij nodig, stevig en discreet design • eenvoudige dosisselectie per éénheid, tot 70 eenheden! • visuele bevestiging van de volledigeinsulinedosisinjectie • (instelknop terug naar nulstand) • weinig kracht nodig om de injectieuit te voeren • beschikbaar in verschillende kleuren • (bestaat ook per halve éénheid bvb. voor kinderen) Mieke Théry

  41. Voorbeeld: Insulinepen - FlexPen Een voorgevulde pen, verkrijgbaar met 3 ml NovoRapid, Insulatard, Levemir en NovoMix-soorten insuline. De ingestelde dosis is eenvoudig te corrigeren, zonder dat er insuline verloren gaat. Als de pen leeg is moet deze worden weggegooid. Wanneer er minder insuline aanwezig is dan de gewenste hoeveelheid, blokkeert de instelknop automatisch. Mieke Théry

  42. Voorbeeld = HumaPen Luxura Een duurzame lichtmetalen pen, die geschikt is voor 3 ml Humuline, Humalog en Humalog Mix-soorten insuline. Mieke Théry

  43. 3.2. Insuline in soorten De soorten en hun werking ??? Mieke Théry

  44. 3.2. Insuline: van firma’s en merknamen… … door het bos de bomen nog zien? Welke insuline van welke firma is? • NovoNordisk: • Actrapid® / NovoRapid® / Insulatard® / Levemir® / Mixtard 30® / NovoMix30®, NovoMix50® of NovoMix70® • Sanofi-Aventis: • Lantus® / Apidra® • Eli-Lily: • Humalog® / Humuline Regular® / Humuline NPH® / Humalog-mix25® of Humalog-mix50® Mieke Théry

  45. 3.2. Werkingsprofielen … door het bos de bomen nog zien? Hoe werken deze soorten insuline? • KORTWERKEND= • Snelwerkende: Actrapid® / Hum.Reg®  3u à 4u tot 6u • Ultrasnelwerkende: NovoRapid® / Humalog® / Apidra® 2u à 3u tot 4u • LANGWERKEND= • Traagwerkende: Insulatard® / Hum. NPH®  12u tot 18u • Ultra-traagwerkende: Levemir® / Lantus®  20u à 24u • GEMENGDE WERKING= • Mengsels: Mixtard 30® / NovoMix ..® / Humalog-mix ..®  12u werkzaam in totaal (in functie van samenstelling) Mieke Théry

  46. 3.2. Werkingsprofiel van de verschillende insulines: schema NovoRapid, Humalog, Apidra: 2-5 h Actrapid, Regular: 6-8 h NPH, Insulatard: 13-16 h Levemir: 18-24 h Lantus: 24 h Plasma insulin level 0 2 4 6 8 10 12 14 16 18 20 22 24 Time (h) Mieke Théry

  47. 0 2 4 6 8 10 12 14 16 18 20 22 24 bifasische insuline aspart suspensie 3.2. Werkingsprofiel van insulinemengsels - voorbeeld: NOVOMIX = analoog met bifasische werking • start van de werking: 10 tot 20 min • maximaal effect: 1 tot 4 uur • basale werkingsduur: tot 24 uur Mieke Théry

  48. 3.3. WAAR de insuline inspuiten = welke inspuitplaatsen? • Dijen: buitenste helft van lies tot knie • Billen: buitenste, bovenste kwadrant • Buik: van onder ribbenboog tot bijna beneden, en van 3cm rond de navel tot de zijkant • Armen: buitenste helft van schouder tot elleboog Mieke Théry

  49. 3.3. Inspuiten in de armen ?! ? ? ? Mieke Théry

  50. 3.3. Waarom (bij voorkeur) niet in de armen inspuiten ? • De inspuitzone thv de arm te klein voor 7 inspuitingen • De onderhuidse vetlaag dun (de armspieren liggen zeer oppervlakkig) • De armspieren worden door de bewoner nog het meeste gebruikt…  armen niet als vaste inspuitplaats gebruiken, per uitzondering… mag het natuurlijk wel ! Mieke Théry

More Related