1 / 66

Strafuitvoeringsrecht in beweging

Strafuitvoeringsrecht in beweging. Prof. Dr. Tom Vander Beken Congres van de Advocaat Affligem, 21 augustus 2008. Overzicht. 1. Achtergrond 2. Interne rechtspositie 3. Externe rechtspositie. 1a. Achtergrond.

Download Presentation

Strafuitvoeringsrecht in beweging

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Strafuitvoeringsrechtin beweging Prof. Dr. Tom Vander Beken Congres van de Advocaat Affligem, 21 augustus 2008

  2. Overzicht 1. Achtergrond 2. Interne rechtspositie 3. Externe rechtspositie

  3. 1a. Achtergrond Strafuitvoering in België = discrepantie tussen de grote omvang discretionaire beslissingsbevoegdheid van de penitentiaire overheden en de beperkte omvang van afdwingbare rechten van de gedetineerde →Ontbreken adequate rechtspositie van gedetineerden en ontransparante regelgeving is decennialang voorwerp van kritiek geweest (in wetenschappelijke kring) Politieke interesse in de rechtspositie vanaf jaren negentig 1996: Oriëntatienota De Clerck 3

  4. 1b. Achtergrond 1997: Commissie Dupont 1998: Proeve van Voorontwerp Beginselenwet 1998: Oprichting Commissies Voorwaardelijke Invrijheidstelling 2000: Commissie Holsters 2005: Basiswet betreffende het gevangeniswezen en de rechtspositie van gedetineerden van 12 januari 2005 (Interne Rechtspositie) 2006: Wet betreffende de externe rechtspositie van de veroordeelden tot een vrijheidstraf en de aan het slachtoffer toegekende rechten in het raam van de strafuitvoeringsmodaliteiten en de Wet houdende oprichting van strafuitvoeringsrechtbanken van 17 mei 2006 2007: Wet van 21 april 2007 betreffende de internering en Wet van 26 april 2007 op de terbeschikkingstelling van de strafuitvoeringsrechtbanken 4

  5. 2. Interne rechtspositie a. Basiswet b. Toezicht en beklag c. Materiële levensvoorwaarden d. Contacten met de buitenwereld e. Godsdienst en levensbeschouwing f. Vormingsactiviteiten en vrijetijdsbesteding g. Arbeid h. Gezondheidszorg en gezondheidsbescherming i. Hulpverlening j. Orde, veiligheid en gebruik van dwang k. Tuchtregime 5

  6. a. Basiswet Basiswet betreffende het gevangeniswezen en de rechtspositie van gedetineerden van 12 januari 2005(Wet Dupont) vervangt de talloze circulaires en heeft tot doel: vermijden detentieschade, vrijwaren orde en veiligheid, oprichten overlegorgaan, vrijheidstraf ten uitvoer leggen in psychosociale, fysieke en materiële omstandigheden die de waardigheid eerbiedigen Geleidelijke inwerkingtreding met volgende bepalingen reeds in werking: bezoekrecht, briefwisseling, gezondheidszorg, godsdienstbeleving 6

  7. b1. Toezicht en beklag Centrale toezichtraad Commissie van Toezicht per strafinrichting bemiddelen tussen directeur en gedetineerden bij informele klachten; onafhankelijk toezicht houden op de gevangenissen, op de bejegening van de gedetineerde en op de naleving van de voorschriften Klachtencommissie per strafinrichting en Beroepscomissie behandelt klachten van gedetineerden over beslissingen die door of namens de directeur t.a.v. hem werden genomen 7

  8. b2. Toezicht en beklag Rol advocaat: bijstaan gedetineerde bij indienen klacht bij de Klachtencommissie Heden: Centrale Toezichtraad en Commissie van Toezicht opgericht maar bepalingen inzake de afhandeling van klachten en dus ook de Klachtencommissie nog niet in werking

  9. c. Materiële levensvoorwaarden recht op voldoende voedsel indien nodig aangepast aan zijn gezondheidstoestand recht op dragen eigen kledij en schoeisel mits uitzonderingen indien geen eigen kledij, wordt door de gevangenis behoorlijke kledij ter beschikking gesteld recht op aanschaffen gebruiks- en verbruiks-goederen tenzij ontzegd bij wijze van tuchtsanctie 9

  10. d1. Contacten met de buitenwereld Briefwisseling controle en niet bezorgen van briefwisseling door de directeur kan enkel ter handhaving van orde en veiligheid. Niet verzenden van uitgaande briefwisseling dient te worden gemotiveerd Art. 66 voorziet in uitzonderingen op controleplicht op de briefwisseling met de raadsman Bezoek verdachten hebben recht op dagelijks bezoek  overige gedetineerden recht op min. 3 bezoeken/week 10

  11. d2. Contacten met de buitenwereld Art. 59§1: bepaalde categorie personen recht op bezoek op basis van hun hoedanigheid Art.59§2: andere personen toegelaten na toelating directeur en enkel geweigerd als geen gerechtvaardigd belang of bij aanwijzingen dat orde of veiligheid in gevaar is Art.67: advocaten kunnen tijdens de uren van de dag die worden vastgelegd bij KB de gedetineerden bezoeken en hierbij is enkel visueel toezicht mogelijk indien ernstige gronden dat bezoek veiligheid in gevaar kan brengen, deelt de directeur dit onmiddellijk mee aan de stafhouder en kan hij in afwachting van een beslissing van de stafhouder, de advocaat voorlopig de toegang tot de gevangenis ontzeggen. 11

  12. d3. Contacten met buitenwereld Telefoongebruik Recht om dagelijks en op eigen kosten te telefoneren naar personen buiten de gevangenis op de tijdstippen en voor de duur bepaald door het huishoudelijk reglement tenzij geïndividualiseerde aanwijzingen voor aantasting orde en veiligheid Art. 68: recht om dagelijks en op eigen kosten te telefoneren met advocaat. Dit recht kan niet ontzegd worden bij aanwijzingen voor aantasting orde en veiligheid tenzij hierover gunstig advies van de stafhouder

  13. e. Godsdienst en levensbeschouwing Recht om godsdienst of levensbeschouwing individueel en in gemeenschap te beleven en te belijden mits inachtneming van de rechten van anderen Recht op bijstand van een door de gevangenis aangestelde of toegelaten vertegenwoordiger van zijn godsdienst of levensbeschouwing Elke gevangenis voorziet in een passende ruimte waarin de gedetineerde zijn godsdienst of levensbeschouwing vrij kan beleven en belijden 13

  14. f. Vormingsactiviteiten en vrijetijdsbesteding Recht op dagelijkse wandeling van min 1u in de buitenlucht en op lichamelijke oefening gedurende min 2u/week Recht voor eigen rekening kranten, tijdschriften en andere publicaties te ontvangen waarvan de verspreiding niet wettelijk of bij rechterlijke beslissing is verboden De penitentiaire administratie voorziet een zo ruim mogelijke toegang tot het geheel van vormingsactiviteiten moo persoonlijke ontplooiing, zinvol doorbrengen van de detentietijd en het behoud of verbetering van vooruitzichten op een geslaagde reïntegratie in de vrije samenleving 14

  15. g. Arbeid Recht om deel te nemen aan de in de gevangenis beschikbare arbeid moo zinvol doorbrengen detentietijd, verzachten van de detentietijd, afbetalen van schulden… Arbeid dient zoveel mogelijk in overeenstemming te zijn met deze in de vrije samenleving Bedrag van de inkomsten uit arbeid wordt vastgesteld bij KB 15

  16. h. Gezondheidszorg en gezondheidsbescherming Recht op bezoek bij gevangenisarts na verzoek Recht bezoek te ontvangen van arts naar keuze Indien redelijke gronden kan de gedetineerde zich laten behandelen door vrij gekozen arts Geen recht op afschrift van het patiëntendossier maar kan wel verzoeken schriftelijk afschrift mee te delen aan vertrouwenspersoon (een externe arts, een advocaat of vertegenwoordiger godsdienst of levensbeschouwing) Zorgverleners kunnen niet gedwongen worden handelingen te stellen die hun vertrouwensrelatie met de gedetineerde in gedrang brengen 16

  17. i. Hulpverlening Sociale hulp-en dienstverlening Recht op voorbereiding en opvolging in het kader van het uitwerken en het beheer van zijn detentieplan Rechtshulpverlening en juridische bijstand Recht op alle vormen van in de samenleving beschikbare rechtshulpverlening en juridische bijstand Eenieder die in rechtshulp of juridische bijstand verleent is gebonden door het beroepsgeheim De gevangenis voorziet in de materiële omstandigheden die de vertrouwelijkheid van het gesprek met de gedetineerde waarborgen 17

  18. j1. Orde, veiligheid en gebruik van dwang K.B. 28 december 2006, B.S. 4 januari 2007 Identificatie en fouillering  Directeur kan dragen van legitimatiebewijs verplichten  Fouillering: onderzoek aan de kledij, de fouillering van het lichaam en het doorzoeken van de verblijfsruimte.  De principes van proportionaliteit, respect voor de waardigheid en motivering van de individuele beslissingen moeten worden toegepast. 18

  19. j2. Orde, veiligheid en gebruik van dwang Bijzondere veiligheidsmaatregelen beslissing van de directeur bij ernstige aanwijzingen bedreiging orde of veiligheid. De directeur hoort de gedetineerde die kan worden bijgestaan door zijn advocaat. Bij hoogdringendheid kan een voorlopige maatregel worden genomen. beslissing wordt gemotiveerd en ter kennis gebracht van de gedetineerde die een kopie ontvangt. Ze geeft nauwkeurig de toepasselijke maatregel weer (art. 112 somt de maatregelen limitatief op) De maatregel mag niet langer dan zeven dagen duren en kan tot driemaal worden verlengd (max. 28 dagen) 19

  20. j3. Orde, veiligheid en gebruik van dwang De gedetineerde wordt zorgvuldig opgevolgd door de directeur en arts De Commissie van Toezicht kan de gedetineerde bezoeken in de beveiligde cel en kan een register raadplegen waarin de bijzondere veiligheidsmaatregelen worden ingeschreven. Tegen de beslissing staan, in afwachting van de inwerkingtreding van de klachtenprocedure, volgende rechtsmiddelen open: verzoekschrift tot nietigverklaring ingediend binnen 60 dagen bij Raad van State verzoekschrift ingediend bij de voorzitter van de Rb. van 1ste aanleg 20

  21. j4. Orde, veiligheid en gebruik van dwang Plaatsing in individueel bijzonder veiligheidsregime uitzonderlijke karakter: -gedetineerde maakt voortdurende bedreiging uit voor de veiligheid -het bestaan van de dreiging vindt haar oorzaak in concrete omstandigheden of gedragingen -de veiligheid kan op geen enkele andere wijze worden gewaarborgd De directeur hoort de gedetineerde die zich kan laten bijstaan door een advocaat of vertrouwenspersoon. Dit horen wordt vastgelegd in een verslag. De directeur richt een voorstel tot de directeur-generaal van de penitentiaire administratie die de beslissing neemt 21

  22. j5. Orde, veiligheid en gebruik van dwang Art. 117 geeft de maatregelen weer die afzonderlijk of cumulatief kunnen worden genomen bijv. systematische controle briefwisseling, onderbrenging in een beveiligde cel Duur van de maatregel bedraagt max. twee maanden De directeur stelt wekelijks een verslag op over het verloop van de plaatsing en de gedetineerde kan vragen dat zijn bemerkingen worden genoteerd in een register dat ter inzage ligt van de organen van toezicht. Daarnaast krijgen deze organen ook inzage in de dossiers met kopieën van de hoorzittingen, de voorstellen en beslissingen, de bemerkingen… Zolang de klachtprocedure niet in werking is, zijn dezelfde beroepsmogelijkheden als bij bijzondere veiligheidsmaatregelen van toepassing

  23. j6. Orde, veiligheid en gebruik van dwang Maatregelen van rechtstreeks dwang evenredig met dreiging, redelijk, aangepast aan de situatie, zo weinig mogelijk schadelijk en voor de strikt noodzakelijke duur enkel dwangtuigen die de bewegingsvrijheid beperken en die deel uitmaken van de reglementaire uitrusting zijn toegelaten beroep op rechtstreekse dwang moet schriftelijk worden vastgelegd in een register dat op elk ogenblik controleerbaar is door de organen van toezicht 23

  24. h1. Tuchtregime Ministeriële Omzendbrief nr. 1777 inzake de tuchtprocedure tegen gedetineerden, 2 mei 2005 als tussenstap naar de inwerkingtreding van artt.122-146 Basiswet rapport nav tuchtrechtelijke inbreuk wordt opgesteld binnen 7 dagen na ontvangst oordeelt de directeur of de feiten een tuchtrechtelijk gevolg vereisen. Zo ja, zal de gedetineerde binnen 24 uren worden gehoord en krijgt hij de kans zijn tuchtdossier te raadplegen Bijstand door een advocaat is mogelijk 24

  25. h2. Tuchtregime De directeur kan naast de naast de gedetineerde en zijn advocaat ook de opsteller van het verslag en andere getuigen horen Een verslag van de hoorzitting wordt opgemaakt De in feite en in rechte gemotiveerde beslissing wordt genomen binnen 48 uur na de hoorzitting De beslissing wordt mondeling en schriftelijk meegedeeld aan de gedetineerde. De gedetineerde tekent voor ontvangst

  26. h3. Tuchtregime Voorlopige maatregel bij ernstige en opzettelijke aantasting van de interne veiligheid of als door het aanzetten of voeren van collectieve acties de veiligheid in de gevangenis ernstig in gevaar is doel: gedetineerde verplichten op cel te blijven of hem in een veiligheidscel plaatsen gedetineerde dient te worden gehoord binnen de 24 uren de beslissing tot al dan niet opstarten van de tuchtprocedure dient te worden genomen binnen de 24 uren 26

  27. h4. Tuchtregime Tussenkomst advocaat gedetineerde moet in alle omstandigheden beroep kunnen doen op bijstand van advocaat via het snelste middel: telefoon, fax… Bijstand betekent dat de advocaat zijn cliënt mag ontmoeten en met hem het dossier kan bespreken Uitstel kan niet worden toegestaan Geïnterneerden moeten steeds bijgestaan worden door een advocaat

  28. h5. Tuchtregime Verschillen invulling tuchtregime Basiswet: in Basiswet worden de tuchtrechtelijke inbreuken en bijhorende tuchtsancties vastgelegd in Basiswet mogelijkheid tot instellen klachten bij Klachtencommissie Basiswet verbiedt het samen opleggen van de opsluiting in strafcel met andere tuchtsancties 28

  29. 3. Externe rechtspositie • Externe rechtspositie en de oprichting van de SURB b. Internering c. Terbeschikkingstelling

  30. a. Externe rechtspositie en oprichting SURB a1. Wet a2. Inwerkingtreding a3. Uitgangsvergunning a4. Penitentiair verlof a5. Onderbreking van de strafuitvoering a6. Beperkte detentie a7. Elektronisch toezicht a8. Voorwaardelijke invrijheidstelling

  31. a1i. Wet Wet 17 mei 2006 betreffende de externe rechtspositie, B.S. 15 juni 2006 ° strafuitvoeringsrechtbanken ° wet die circulaires betreffende de strafuitvoeringsmodaliteiten vervangt Wat blijft bevoegdheid van Minister van Justitie? uitgangsvergunning penitentiair verlof onderbreking van de strafuitvoering 31

  32. a1ii. Wet Wat wordt bevoegdheid van Strafuitvoeringsrechtbank? de beperkte detentie het elektronisch toezicht de voorwaardelijke invrijheidstelling de voorlopige invrijheidstelling m.o.o. verwijdering van het grondgebied of m.o.o. overlevering bijzondere bevoegdheden met name: omzetten van een gevangenisstraf in werkstraf de voorlopige invrijheidstelling om medische redenen 32

  33. a1iii. Wet Samenstelling van de strafuitvoeringsrechtbank? afhankelijk van de lengte van de straf (3 jaar of minder/meer dan 3 jaar)  strafuitvoeringsrechter als alleenzetelende rechter OF bijgestaan door twee assessoren in strafuitvoeringszaken gespecialiseerd in penitentiaire zaken, respectievelijk in sociale reïntegratie 33

  34. a2. Inwerkingtreding IN WERKING Bevoegdheden voor straffen boven de drie jaar DUS Bevoegdheden van de strafuitvoeringsrechtbank + bevoegdheden van de Minister voor straffen van meer dan drie jaar NOG NIET IN WERKING Bevoegdheden voor straffen van drie jaar of minder + bijzondere bevoegdheden van de strafuitvoeringsrechter 34

  35. a3. Uitgangsvergunning veroordeelde verlaat gevangenis voor bepaalde duur die niet langer is dan 16 uur occasioneel of periodiek voorwaarden: geen tegenaanwijzingen waaraan met bijzondere voorwaarden niet kan worden aan tegemoet gekomen de veroordeelde stemt in met voorwaarden tijdsvoorwaarde (periodieke vergunning) 35

  36. a4i. Penitentiair verlof veroordeelde verlaat de gevangenis gedurende driemaal 36 uur per trimester voorwaarden: tijdsvoorwaarde: jaar dat voorafgaat aan de toelaatbaarheidsdatum voor VI geen tegenaanwijzingen waaraan met bijzondere voorwaarden niet kan worden aan tegemoet gekomen geen gunst maar toegekend als formeel aan voorwaarden is voldaan 36

  37. a4ii. Penitentiair verlof Procedure uitgangsvergunning en penitentiair verlof Toegekend op verzoek van de veroordeelde en na een met reden omkleed advies van de directeur Binnen 14 dagen neemt Minister een met reden omklede beslissing die binnen de 24u schriftelijk wordt meegedeeld aan de veroordeelde, het OM en de directeur Het SO wordt binnen 24u in kennis gesteld van 1ste penitentiair verlof Bij weigering door Minister, kan de veroordeelde ten vroegste drie maanden na de datum van de beslissing een nieuwe aanvraag indienen 37

  38. a4iii. Penitentiair verlof de beslissing tot toekenning van een uitgangsvergunning bepaalt de duur en de periodiciteit ervan. Het penitentiair verlof wordt geacht van rechtswege elk kwartaal te worden hernieuwd, behoudens andersluidende beslissing van de Minister Voorwaarde dat de veroordeelde geen nieuwe strafbare feiten mag plegen en eventueel bijzondere voorwaarden worden opgelegd Bij niet-naleving van de voorwaarden kan de Minister beslissen om de voorwaarden aan te passen, de beslissing te schorsen voor een periode van max. 3 maanden of de beslissing te herroepen. De beslissing wordt genomen binnen 14 dagen 38

  39. a5i. Onderbreking van de strafuitvoering de uitvoering van de straf wordt voor 3 maanden opgeschort. Deze termijn kan worden hernieuwd wegens ernstige en uitzonderlijke redenen van familiale aard voorwaarden: er mogen geen tegenaanwijzingen bestaan geen tijdsvoorwaarde voorzien 39

  40. a5ii. Onderbreking van de strafuitvoering Procedure Beslissing wordt genomen door de Minister op schriftelijk verzoek van de veroordeelde en na een met redenen omkleed advies van de directeur Binnen 14 dagen na ontvangst van het verzoek neemt de Minister een beslissing die binnen de 24u schriftelijk wordt meegedeeld aan de veroordeelde, het OM en de directeur. Het SO wordt binnen de 24u over de toekenning van de onderbreking schriftelijk ingelicht In de beslissing wordt de duur bepaald van de onderbreking bepaald. Indien de veroordeelde de fysieke of psychische integriteit van derden ernstig in gevaar brengt, kan de PdK zijn voorlopige aanhouding bevelen. De Minister neemt binnen 7 dagen een beslissing over de al dan niet voortzetting van de onderbreking 40

  41. a6. Beperkte detentie veroordeelde kan op regelmatige wijze de strafinrichting verlaten voor een bepaalde duur van max. 12 uur per dag samenvoeging van weekendarrest, halve vrijheid en beperkte hechtenis behartigen van professionele, opleidings- of familiale belangen afwezigheid van contra-indicaties 41

  42. a7. Elektronisch toezicht veroordeelde ondergaat geheel of gedeelte van vrijheidstraf buiten de gevangenis volgens een bepaald uitvoeringsplan, waarvan de naleving onder meer door elektronische middelen wordt gecontroleerd afwezigheid van contra-indicaties geen uitsluiting van bepaalde categorieën 42

  43. a8i. Voorwaardelijke invrijheidstelling veroordeelde ondergaat straf buiten de gevangenis mits naleving van de voorwaarden die hem gedurende een bepaalde proeftijd worden opgelegd straffen beneden drie jaar 1/3 straf ondergaan en geen tegenaanwijzingen cfr. ambtshalve voorlopige invrijheidstelling 43

  44. a8ii. Voorwaardelijke invrijheidstelling straffen boven drie jaar min. 1/3 straf en bij levenslange opsluiting min. 10 jaar bij recidive: 2/3 straf (plafond 14 jaar) en bij levenslange opsluiting min. 16 jaar 44

  45. a8iv. Voorwaardelijke invrijheidstelling Contra-indicaties hebben betrekking op Bij beperkte detentie, ET en VI afwezigheid vooruitzichten op sociale reclassering risico plegen nieuwe ernstige strafbare feiten risico dat veroordeelde SO lastig valt de houding van de veroordeelde tav de SO’s Bij VLV moo verwijdering grondgebied/overlevering mogelijkheid op hebben van onderdak risico op plegen nieuwe ernstige strafbare feiten risico dat de veroordeelde de SO’s lastig valt geleverde inspanningen om de burgerlijke partij te vergoeden 45

  46. a8v. Voorwaardelijke invrijheidstelling Procedure gestart na schriftelijk verzoek van de veroordeelde (beperkte detentie en ET) of op advies van de directeur (VI en VLV) OM stelt binnen 1 maand na ontvangst van het verzoek/advies een met redenen omkleed advies op behandeling van de zaak door de SUR/SURB uiterlijk binnen 2 maanden veroordeelde en raadsman, het OM en directeur worden gehoord. Het SO wordt gehoord over de bijzondere voorwaarden die in zijn belang worden opgelegd. 46

  47. a8vi. Voorwaardelijke invrijheidstelling De zitting is niet openbaar tenzij verzoek driemaal geweigerd waarna de veroordeelde kan verzoeken in openbare terechtzitting te verschijnen Beslissing wordt genomen binnen de 14 dagen nadat de zaak in beraad is genomen en bestaat in een toekenning, een niet-toekenning ofwel een toekenning van een andere strafuitvoeringsmodaliteit dan diegene die gevraagd werd 47

  48. a8vii. Voorwaardelijke invrijheidstelling Controle OM controleert de naleving van de voorwaarden Justitieassistent brengt binnen 1 maand en verder min. om de 6 maanden verslag uit over de veroordeelde M.o.o herroeping of schorsing kan het OM de zaak aanhangig maken bij de SUR/SURB De SUR/SURB kan ook beslissen de voorwaarden te herzien 48

  49. a8viii. Voorwaardelijke invrijheidstelling Cassatieberoep Enige mogelijke beroep tegen de beslissing van de SUR/SURB Kan worden ingesteld door het OM en de veroordeelde binnen de 24u te rekenen vanaf de dag van kennisgeving van het vonnis 49

  50. b. Internering b1. Wet b2. Procedure b3. Plaatsing en overplaatsing b4. Uitgangsvergunning en verlof b5. Beperkte detentie, ET en op proef

More Related