180 likes | 326 Views
Regionale prioriteitencommissie. In de provincie Antwerpen is er één regionale prioriteitencommissie (RPC) . De commissie is zowel bevoegd voor minder- als meerderjarigen, ambulante als residentiële zorgvragen.
E N D
In de provincie Antwerpen is er één regionale prioriteitencommissie (RPC). De commissie is zowel bevoegd voor minder- als meerderjarigen, ambulante als residentiële zorgvragen. • De regionale prioriteitencommissie beslist over de vraag van de zorgvrager om, overeenkomstig de richtlijnen van het VAPH, zijn zorgvraag als "prioritair te bemiddelen" te erkennen.
Daarnaast: • Geeft de RPC ook bindend advies over de budgetten persoonsvolgende convenanten en PAB budgetten • Advies over de toekenning van tijdelijke convenanten na noodsituatie. • Geeft de RPC advies over een gemotiveerd voorstel van een voorziening/dienst voor een opname die afwijkt van de prioriteitsbepaling • Kan de RPC initiatieven voorstellen om de zorgbemiddeling van prioritaire dossiers die geen antwoord krijgen te verbeteren.
De prioriteitencommissie vergadert maandelijks op maandag (doorgaans derde maandag van de maand) gedurende een hele dag. • Het indienen van dossiers voor het verkrijgen van de status PTB verloopt via de applicatie zorgregie. Aanvragen dienen ten laatste 10 dagen voor de samenkomst gebeurd te zijn (vb. maandag 15 maart RPC, ten laatste vrijdag 5 maart indienen dossiers). • Elke nieuwe aanvraag bij een regionale prioriteitencommissie (RPC) dient te gebeuren bij de RPC van de provincie waar de zorgvrager gedomicilieerd is
Handtekenplicht • Vanaf 23 januari dienen de checklists aanvraag PTB, aanvraag PTB PAB en aanvraag persoonsvolgend convenant door de zorgvrager of zijn wettelijk vertegenwoordiger te worden ondertekend. Dit gebeurt op papier door middel van een uitgeprinte checklist, die door de contactpersoon in zijn dossier bewaard wordt. Tevens bezorgt de contactpersoon een uitgeprinte versie van de checklist aan de zorgvrager. • In de checklist is onder het vakje voor de handtekening een aankruisveld en een tekstveld ‘motivatie’ voorzien. • De contactpersoon dient één van de volgende zaken aan te duiden: • De zorgvrager of zijn wettelijke vertegenwoordiger ondertekende deze checklist. Ik bewaar het ondertekende exemplaar in mijn dossier (motivatieveld hoeft niet ingevuld te worden) • Een vertrouwenspersoon tekende de checklist (onderstaand motiveer ik waarom dit door een vertrouwenspersoon getekend werd) • De checklist werd niet ondertekend door de zorgvrager, zijn wettelijk vertegenwoordiger of een vertrouwenspersoon (onderstaand motiveer ik waarom dit niet mogelijk was)
Algemene criteria • inhoud van het dossier • erkende noodsituatie (PEC moet in dit geval nog niet in orde zijn)1 • stand van zaken PEC : PEC moet in orde zijn voor de desbetreffende (of een hogere) zorgvraag • leeftijdsgrens van 20,5 jaar voor aanvragen jongvolwassenen naar volwassenzorg : • voor aanvragen DC, BT en NT, niet voor o.a. aanvragen TW waar tewerkstelling kan spelen • behalve voor dossiers met een profiel C of dossiers die binnen de Intersectorale Toegangspoort (ITP minderjarigen) de typemodule GES+ toegekend kregen • quotum ZIN
Inhoudelijke criteria 1 ernst van de beperking 2 degeneratief proces 3 integriteit van de persoon met de beperking 4 integriteit van het netwerk 5 mogelijkheden van het netwerk 6 draagkracht van het netwerk 7 houdbaarheid van de huidige ondersteuning 8 instapbereidheid / exclusieve voorkeur 9 periode wachtend 10 bemiddelingstraject
Intersubjectiviteit als basis • De intersubjectieve afweging en consensus is het cruciale element in het beslissingsproces. Door een verdere objectivering en omschrijving van de beslissingscriteria wordt getracht de objectiviteit te verhogen. • Enkel criteria en eventueel toekennen van punten kunnen op zich nooit een afdoende oplossing zijn, aangezien de toepassing van de criteria ook afhankelijk is van het aantal zorgvragers die aan bepaalde criteria beantwoorden.
Het beslissingsproces • Essentie: inschatting van de discrepantie tussen de ondersteuningsnood enerzijds en de huidige ondersteuning anderzijds. • Centraal: beoordeling van de ernstgraad van de zorgvraag en de mogelijkheden en de draagkracht van het sociaal netwerk. • In tweede orde: bijkomende beoordelingscriteria: instapbereidheid/expliciete voorkeur, periode wachtend, aantal bemiddelingspogingen en het bemiddelingstraject. • Deze criteria worden verder geconcretiseerd en geoperationaliseerd in een voortdurend proces aan de hand van aftoetsing aan de concrete dossiers door de leden van de commissie. De huidige weergave van de criteria moet dan ook bekeken worden als de huidige stand van zaken en zal verder evolueren, onder andere afhankelijk van het aantal aangemelde dossiers. We moeten immers blijven zoeken naar onderscheidende criteria, die onder andere mee bepaald worden door het aantal en type dossiers. • Het bepalen van de status prioritair te bemiddelen blijft een collectief proces waarbij alle criteria en factoren samengenomen worden in een collectieve consensusbeslissing.
De beslissing van de RPC en verhaalrecht De contactpersoon kan na de vergadering steeds contact opnemen met het coördinatiepunt handicap om informatie te vernemen over de beslissing van de RPC. Op basis van de informatie over de weigering kan er -desgevallend - verhaal worden ingediend. Hiertoe dient opnieuw een aanvraag via checklist PTB worden ingediend met verdere motivering over de heraanvraag van de status PTB.
Richtlijnen checklist • wordt ingevuld door de hoofdcontactpersoon teruggekoppeld met de zorgvrager zelf en/of zijn netwerk.(sedert 2014 handtekenplicht) • Zo volledig mogelijk invullen maar vermijd overbodige details • Bij verwijzing naar het inschalingsverslag en/of een multidisciplinair verslag: citeren • kloof tussen de eigenlijke ondersteuningsnood en de huidige ondersteuning beschrijven.
8 domeinen van “kwaliteit van bestaan” 1. Fysiek welbevinden Belangrijk: beschrijf bij welke aspecten de zorgvrager ondersteuning nodig heeft (in welke mate de zorgvrager afhankelijk is van derden). 2. Materieel welbevinden (financiën, woonsituatie en werken) 3. Zelfbepaling (autonomie (kledij, dagindeling, geldbesteding,…), recht op het inrichten van eigen leven,…) 4. Interpersoonlijke relaties 5. Sociale inclusie (dagbesteding, sociale context, participatie en functie in samenleving) 6. Persoonlijke ontwikkeling (onderwijs, competenties, mogelijkheid tot lezen/leren, gebruik computer, uitoefenen van hobby’s) 7. Emotioneel welbevinden (tevredenheid, zelfbeeld, geen stress) 8. Rechten (juridisch en mensenrechten)
Huidige situatieDe problematiek van de zorgvrager (vraag 14) 14a. Geef een korte beschrijving van de problematiek van de zorgvrager en de ernst ervan. Vermeld hierbij, indien mogelijk/van toepassing, de gestelde diagnose, degeneratieve aard van de aandoening, … . stadium degeneratieve aandoening en tijdsaanduiding evolutie ev beschrijving syndroom 14b. Welke impact heeft dit op het functioneren van de zorgvrager? hoe ziet een doorsnee dag eruit? 14c. Op welke vlakken is de kwaliteit van bestaan aangetast door de problematiek?
Huidige situatieSociale context van de zorgvrager (vraag 14) 15a. Omschrijf de huidige sociale context van de zorgvrager. 15b. Welke problemen zijn er momenteel op vlak van de relatie zorgvrager - sociale context? 15c. Welke problemen zijn er momenteelbinnen de sociale context? 15d. Welke problemen verwacht u op korte termijn op vlak van de relatie zorgvrager - sociale context? 15e. Welke problemen verwacht u op korte termijnbinnen de sociale context? 15f. Welke factoren binnen het netwerk moeten zeker in stand gehouden worden en zo mogelijk verder versterkt (protectieve factoren)? • ontbreken van een netwerk, slechts 1 zorgdrager, netwerk valt uiteen • hoge leeftijd(exact), medische en/of psychische problemen in het netwerk • netwerk kan de problematiek niet (meer) aan: beschrijf dan waarom • De huisvesting ondermijnt de zorg, de financiële draagkracht om ondersteuning te realiseren is niet toereikend, het netwerk is niet meer in staat om de juiste zorg en/of begeleiding te geven, de persoon met een handicap dreigt te vereenzamen in zijn leefsituatie. • Er zijn problemen in het netwerk zoals agressie, drankmisbruik, incest, verwaarlozing, … • De relatie tussen het netwerk en de persoon met een handicap wordt teveel gedomineerd door één van beiden, de relatie tussen netwerk en zorgvrager is conflictueus,…
Huidige situatie3.3 Zorgbemiddeling 16a. Welke acties zijn ondernomen om ondersteuning te krijgen binnen het VAPH? Omschrijf de ondernomen acties en vermeld wat de redenen zijn waardoor de zorgvrager niet kon instappen. 16b. Welke acties zijn ondernomen om ondersteuning te krijgen buiten het VAPH? Omschrijf de ondernomen acties en vermeld de redenen die deze acties bemoeilijken. • waar is de zorgvrager aangemeld op open plaatsen? Wat is het resultaat hiervan? Welke reden gaven de diensten/voorzieningen voor niet-opname.
Huidige situatie3.4 Huidige situatie en ondersteuning 17a. huidige woonsituatie en dagbesteding? 17b. momenteel ondersteuning vanuit het VAPH of in het verleden? 17c. Is deze VAPH-ondersteuning tijdelijk? Indien ja, tot wanneer 17d. Is dezeVAPH-ondersteuning toereikend 17e. Momenteel ondersteuning vanuit reguliere diensten(gezinszorg, thuisverpleging, poetshulp, onderwijs, …) of in het verleden? + omschrijving . 17f. Is deze reguliere ondersteuning tijdelijk? Indien ja, tot wanneer 17g. reguliere ondersteuning toereikend? 17h. gebruik van bepaalde hulpmiddelen? welke? 17i. Welke factoren binnen moeten zeker in stand gehouden worden
Informatie met betrekking tot de ondersteuningsvraag 18. nood aan bijkomende vraagverduidelijking? 19. omschrijving van de ondersteuningsnood. Geef voldoende aandacht aan de totaliteit van de problemen, los van de wijze waarop ze concreet beantwoord worden. 20. klooftussen de huidige ondersteuning en de eigenlijke ondersteuningsnood. 21. Wat kan er met de aangevraagde ondersteuning veranderen aan de situatie van de zorgvrager? 22. Wat kan er met de aangevraagde ondersteuning veranderen aan de situatie van de sociale context? 23. Leg uit hoe de aangevraagde ondersteuning de kwaliteit van bestaan zou verhogen en de kloof tussen de huidige ondersteuning en de eigenlijke ondersteuningsnood zou verkleinen? 24. In hoeverre zal de gevraagde ondersteuning het draagvlak van het netwerk vergroten? 25. In hoeverre zal de gevraagde ondersteuning de inclusie van de zorgvrager bevorderen?
Motivering aanvraag prioritair te bemiddelen 26. Waarom is dit een PTB volgens de zorgvrager en zijn netwerk? 27. Waarom is dit een PTB volgens de contactpersoon? • Wat maakt de situatie onhoudbaar op korte termijn • recente negatieve evolutie in de situatie? (bv fysieke of emotionele achteruitgang van de zorgvrager en/of het netwerk, is de situatie van het netwerk veranderd, gaat het om een meervoudige handicap en/of bijkomende problematiek, is de zorgbehoefte te zwaar voor de huidige ondersteuning, is er sprake van veelvuldig gebruik van kortopvang,…?) • geestelijke of lichamelijke integriteit van de zorgvrager of die van het netwerk aangetast of in gevaar? • Belicht hier zowel het perspectief van de zorgvrager en het netwerk als het perspectief van u als contactpersoon.