590 likes | 748 Views
Pedagogische sessie. Activerende werkvormen. I. Leren met Kolb. Leercyclus Leer- en onderwijsstijlen. I. Leren met Kolb. Iedereen leert anders! U koopt een nieuwe smartphone . Hoe start u? Gaat u zelf wat prutsen tot u de belangrijkste dingen hebt ontdekt?
E N D
Pedagogische sessie Activerende werkvormen
I. Leren met Kolb Leercyclus Leer- en onderwijsstijlen
I. Leren met Kolb Iedereen leert anders! U koopt een nieuwe smartphone. Hoe start u? • Gaat u zelf wat prutsen tot ude belangrijkste dingen hebt ontdekt? • Gaat u in de inhoudsopgave de belangrijkste dingen opzoeken om die snel te proberen? • Ziet u een aantal knopjes die u herkent van oude apparaten en ontdekt u zo verder? • Of leest u uitgebreid de hele handleiding uit?
I. Leren met Kolb Kolb onderscheidt 4 stappen in leren: De vergadering leiden, liep niet goed.= concrete ervaring Er nadien over nadenken en op anderen letten.= observatie en reflectie Erover klagen bij een collega? En tips vragen?= verkennen van de theorie Zelf beter doen volgende keer!= actief experimenteren
I. Leren met Kolb: Leer- en onderwijsstijlen OPDRACHT: Zelfreflectie • Maak de leerstijlentest • OPDRACHT: Praktijkopdracht • Ga nu in hoeverre dit klopt voor jou(w leven).
I. Leren met Kolb: Leer- en onderwijsstijlen OPDRACHT: Leg de typische kenmerken van jouw leerstijl uit aan de rest van de klas. • Dromer: Speel een rollenspel. • Denker: Maak een samenvatting met vijf voorbeelden. • Beslisser: Stel een quiz op. • Doener: Zoek enkele afbeeldingen en leg uit waarom deze jou symboliseren.
II. Werkvormenper leerstijl Dromer Denker Beslisser Doener
II. Werkvormenper leerstijl 3 à 4 per werkvorm Gebruik, voor- en nadelen Sommige uitproberen
II. Werkvormen: Dromer DROMER • Centraal: emotie, verbeelding, zintuigen, fantasie, nieuwe ideeën genereren. • Voorwaarden: • Expressie en sfeer • Persoonlijke feedback • Reflectie op ervaring • Leren door inleving
II. Werkvormen: Dromer Werkvormen • Groepsgesprek • Binnen een thema werken in groep • Brainstormen • Mindmap maken • Rollenspel spelen • Collages, ontwerpen of vormgeven • Reflecteren op elkaars materiaal • …
II. Werkvormen: Dromer Werkvormen • Groepsgesprek • Groepswerk • Brainstormen • Mindmap maken • Rollenspel spelen • Collages, ontwerpen of vormgeven • Reflecteren op elkaars materiaal • …
II. Werkvormen: Dromer 2. Groepswerk • Soort: parallel, complementair of gemengd • Geschikt voor • uitwisselen informatie; • problemen oplossen; • nieuwe leerstof verwerken; • onduidelijkheden onder woorden brengen
II. Werkvormen: Dromer 2. Groepswerk
II. Werkvormen: Dromer 2. Groepswerk
II. Werkvormen: Dromer 3. Brainstormen • = in beweging brengen van de hersenen • Geschikt voor • Nieuwe ideeën; • Kennismaking in onderwerp; • Peilen van voorkennis en ervaringen; • Koppeling met andere onderwerpen; • Synthese
II. Werkvormen: Dromer 3. Brainstormen
II. Werkvormen: Dromer 3. Brainstormen
II. Werkvormen: Dromer 4. Mindmap maken = Individuele associaties maken. Programma’s: • Prezi • Microsoft Visio • Mindjet • Emindmaps
II. Werkvormen: Dromer 4. Mindmap
II. Werkvormen: Dromer 7. Reflecteren op elkaars materiaal OPDRACHT: Beoordeel de brainstorming. Geschikt voor: • Opleidingen met stage • Mensen die praktijkervaring hebben • Analyse van onduidelijkheden
II. Werkvormen: Denker DENKER • Centraal: intellectueel uitdagen, analyseren van ingewikkelde informatie naar veralgemeningen met feiten en begrippen. • Voorwaarden: • Informatie en structuur • Observeren en schrijven • Mening van expert • Leren door onderzoek
II. Werkvormen: Denker Werkvormen • Visies en meningen vergelijken of ordenen • Theoretische modellen analyseren en samenhang achterhalen • Mogelijkheid om vragen te stellen • Cases analyseren en veralgemenen • Verbanden zoeken en samenvatting maken • Voting of debatteren met argumenten • Eigen mening vormen • …
II. Werkvormen: Denker Werkvormen • Visies en meningen vergelijken of ordenen • Theoretische modellen analyseren en samenhang achterhalen • Mogelijkheid om vragen te stellen • Cases analyseren en veralgemenen • Verbanden zoeken en samenvatting maken • Voting of debatteren met argumenten • Eigen mening vormen • …
II. Werkvormen: Denker 3. Vragen stellen OPDRACHT: Bekijk de theorie. Geef daarna twee voorbeelden van vragen die je tijdens jouw les kan stellen. • … • …
II. Werkvormen: Denker 3. Vragen stellen
II. Werkvormen: Denker 4. Casestudy OPDRACHT: Één situatie gestructureerd bespreken en van daaruit tips/conclusies geven. • Wat is het probleem? • Hoe zou je dat oplossen? • Formuleer twee tips.
II. Werkvormen: Denker 4. Casestudy
II. Werkvormen: Denker 6. Voting = Stellingenstel (of twitter?) Geschikt voor: • Peilen naar voorkennis • Peilen naar misvattingen • Peiling naar meningen
II. Werkvormen: Denker 6. Voting
II. Werkvormen: Denker 6. Voting OPDRACHT:
II. Werkvormen: Beslisser BESLISSER • Centraal: praktische, geldige en toepasbare kennis, probleemoplossend denken en uitproberen van theorie in de praktijk. • Voorwaarden: • Stappenplannen, schema’s en checklists • Slecht 1 juist antwoord • Docent-gestuurd • Leren door informatie
II. Werkvormen: Beslisser Werkvormen • Vanuit probleemstelling • Methodes uitproberen in de praktijk • Gestructureerde opdrachten met resultaat • Een quiz maken om feiten te checken • Planningen opstellen en analyseren • Inventariseren en uitproberen van keuzes • Schema’s maken • Demonstraties • ….
II. Werkvormen: Beslisser Werkvormen • Vanuit probleemstelling • Methodes uitproberen in de praktijk • Gestructureerde opdrachten met resultaat • Een quiz maken om feiten te checken • Planningen opstellen en analyseren • Inventariseren en uitproberen van keuzes • Schema’s maken • Demonstraties • ….
II. Werkvormen: Beslisser • Probleemstelling = Levensecht probleem oplossen. Geschikt voor: • Praktijkproblemen • Contextgebonden theorie • Zelfgestuurd leren
II. Werkvormen: Beslisser • Probleemstelling
II. Werkvormen: Beslisser • Probleemstelling
II. Werkvormen: Beslisser 6. Inventariseren en uitproberen van keuzes = Trial & error: Zelf voor- en nadelen, sterkten zwakten, voorbeelden, enz. geven van bepaalde methodes. Geschikt voor: • Korte delen theorie • Zelfstandige verwerking
II. Werkvormen: Beslisser 6. Inventariseren en uitproberen van keuzes OPDRACHT: Lees de tekst. Geef twee voor- en twee nadelen van afwisselen in werkvormen.
II. Werkvormen: Beslisser 8. Demonstraties = Voordoen. Geschikt voor: • Stappenplannen • Methodes • Procedures
II. Werkvormen: Beslisser 8. Demonstratie
II. Werkvormen: Doener Doener • Centraal: veel afwisseling, spanning, crisis en competitie. In beweging blijven. • Voorwaarden: • Veel, kort en bondig materiaal. • Toepassen van kennis in vaardigheden • Levensechte situaties • Leren door doen
II. Werkvormen: Doener Werkvormen • Speculeren over de toekomst • Gesprekken en/of interview afnemen • Informatie verzamelen door anderen • Spelvorm: jigsaw • Risico’s in oefeningen, competitie • Maken: presentaties, werkstukken, video’s… • Nieuwe ervaringen opdoen • Al doende: werkbezoeken, stages… • …
II. Werkvormen: Doener Werkvormen • Speculeren over de toekomst • Gesprekken en/of interview afnemen • Informatie verzamelen door anderen • Spelvorm: jigsaw • Risico’s in oefeningen, competitie • Maken: presentaties, werkstukken, video’s… • Nieuwe ervaringen opdoen • Al doende: werkbezoeken, stages… • …