1 / 28

HABILITATIE AARDGASINSTALLATEUR BIJLAGE A – HOOFDSTUK V BEREKENING VAN DE VERDUNNINGSFACTOR

HABILITATIE AARDGASINSTALLATEUR BIJLAGE A – HOOFDSTUK V BEREKENING VAN DE VERDUNNINGSFACTOR. VERDUNNINGSFACTOR. VERDUNNINGSFACTOR - ALGEMEEN.

javier
Download Presentation

HABILITATIE AARDGASINSTALLATEUR BIJLAGE A – HOOFDSTUK V BEREKENING VAN DE VERDUNNINGSFACTOR

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. HABILITATIE AARDGASINSTALLATEURBIJLAGE A – HOOFDSTUK VBEREKENING VAN DE VERDUNNINGSFACTOR

  2. VERDUNNINGSFACTOR VERDUNNINGSFACTOR - ALGEMEEN • De uitmonding van ELK afvoerkanaal dient zo gesitueerd dat de verdunningsgraad van de verbrandingsproducten ter hoogte van elke instroomopening in een gebouw voldoende groot is om geen hinder te veroorzaken voor de personen die aanwezig zijn in de verblijfsruimten.  verdunningsfactor “ f ” berekenen.

  3. VERDUNNINGSFACTOR VERDUNNINGSFACTOR GRENSWAARDEN - FORMULE • De verdunningsfactor “ f ” mag voor brandbaregassen maximaal 0,01 bedragen. • Formule: P : nominaal vermogen van het gastoestell : lengte v.d. verbindingslijn tussen uitstroom- en instroomopening h : verticaal hoogteverschil tussen uitstroom- en instroomopening s1 en s2: verdunningscoëfficiënten

  4. VERDUNNINGSFACTOR Voorbeelden van de afstand "l“: de kortst mogelijke verbindingslijn, gemeten buiten de constructie-onderdelen van het gebouw om, tussende “afvoer” en de “toevoer”.

  5. VERDUNNINGSFACTOR VERDUNNINGSFACTOR VERDUNNINGSCOËFFICIËNTEN VOOR GAS

  6. VERDUNNINGSFACTOR VERDUNNINGSFACTORREKENVOORBEELD 1 Gegeven: l = 5 m ; h = 2,50 m en Pn = 24 kW Is deze plaatsing toegelaten? Stap1: met welke situatie stemt deze figuur overeen? Stap 2: S1en S2 uit tabel aflezen Stap 3: berekening van de verdunningsfactor

  7. VERDUNNINGSFACTOR VERDUNNINGSFACTORREKENVOORBEELD 1 Stap1: met welke situatie stemt deze figuur overeen?situatie 1, eerste figuur

  8. VERDUNNINGSFACTOR VERDUNNINGSFACTORREKENVOORBEELD 1 Stap 2: S1en S2 uit tabel aflezen S1 = 163 S2 = 325 Stap 3: berekening van de verdunningsfactor Besluit: de verdunningsfactor = 0,003 Deze waarde is kleiner dan de maximum toegelaten waarde van 0,01. Deze situatie is dus in orde  de plaatsing is toegelaten.

  9. VERDUNNINGSFACTOR VERDUNNINGSFACTORREKENVOORBEELD 2 Gegeven:lA = 4 m ; hA = 0,70 m ; PA = 28 kWlB = 7 m ; hB = 1,30 m ; PB = 18 kWIs deze plaatsing toegelaten? Stap1: met welke situatie stemt deze figuur overeen? Stap 2: S1en S2 uit tabel aflezen Stap 3: berekening van de verdunningsfactor

  10. VERDUNNINGSFACTOR VERDUNNINGSFACTORREKENVOORBEELD 2 Stap1: met welke situatie stemt deze figuur overeen? Uitmonding Asituatie 2, eerste figuur Uitmonding B situatie 2, vierde figuur

  11. VERDUNNINGSFACTOR VERDUNNINGSFACTORREKENVOORBEELD 2 Stap 2: S1en S2 uit tabel G2 aflezen – voor beide uitmondingen:S1 = 60 S2 = 60 Stap 3: berekening van de verdunningsfactor Uitmonding A: Besluit: de verdunningsfactor 0,187 is groter dan de maximum toegelaten waarde van 0,01 de plaatsing is NIET toegelaten. Uitmonding B Besluit:de verdunningsfactor 0,0085 is kleiner dan de maximum toegelaten waarde van 0,01  de plaatsing is toegelaten.

  12. VERDUNNINGSFACTOR VERDUNNINGSFACTORREKENVOORBEELD 3 Stel:lA = hA = 1,50 m ; lB = 2 m ; hB = 0 m;lC = 7 m ; hC = 4 m ; P = 35 kWIs deze plaatsing toegelaten? Toevoer A:  situatie 3 – eerste figuurS1 = 500 ; S2 = 0 ; lA = 1,50 ; hA = 1,50P = 35 f = 0,0079  de plaatsing is toegelaten Toevoer B:  situatie 3 – eerste figuurS1 = 500 ; S2 = 0 ; lB = 2 ; hB = 0 ; P = 35 f = 0,006  de plaatsing is NIET toegelaten Toevoer C:  situatie 3 – eerste figuurS1 = 500 ; S2 = 0 ; lC = 7 ; hC = 4 ; P = 35 f = 0,0017  de plaatsing is toegelaten

  13. VERDUNNINGSFACTOR VERDUNNINGSFACTORREKENVOORBEELD 4 Stel:lA = hA = 0,80 m ; lB = 2 m ; hB = 1,20 m;P = 30 kW Is deze plaatsing toegelaten? Toevoer A:  situatie 4 – eerste figuurS1 = 500 ; S2 = - 325 ; lA = 0,80 ; hA = 0,80P = 30 f = 0,0391  de plaatsing is NIET toegelaten Toevoer B:  situatie 4 – eerste figuurS1 = 500 ; S2 = - 325 ; lB = 2 ; hB = 1,20P = 30 f = 0,0089  de plaatsing is toegelaten

  14. VERDUNNINGSFACTOR VERDUNNINGSFACTORREKENVOORBEELD 5 Stel:lA = 3 m ; hA = 0 m ; lB = 4 m ; hB = 1,30 m;P = 40 kWIs deze plaatsing toegelaten? Afvoer A:  situatie 5 – figuur links bovenS1 = 80 S2 = 80 ; lA = 3 ; hA = 0 ; P = 40 f = 0,0263  de plaatsing is NIET toegelaten Afvoer B:  situatie 5 – figuur links onderS1 = 80 S2 = 80 lB = 4 ; hB = 1,30 ; P = 40 f = 0,0149  de plaatsing is NIET toegelaten

  15. VERDUNNINGSFACTOR VERDUNNINGSFACTORREKENVOORBEELD 6 Stel:lA = 4 m ; hA = 0 m ; lB = 4 m ; hB = 1,30 m;P = 40 kWIs deze plaatsing toegelaten? Afvoer A:  situatie 5 – figuur links bovenS1 = 80 S2 = 80 ; lA = 4 ; hA = 0 ; P = 40 f = 0,0197  de plaatsing is NIET toegelaten Afvoer B:  situatie 6 – vierde figuurS1 = 163 ; S2 = 325 ; lB = 4 ; hB = 1,30P = 40 f = 0,0059  de plaatsing is toegelaten Deze oefening illustreert duidelijk de invloed van de dakhelling op afvoer B.

  16. VERDUNNINGSFACTOR VERDUNNINGSFACTORREKENVOORBEELD 7 Stel:lA = 4 m ; hA = 0,7 m ; lB = 5 m ; hB = 1,6 m;P = 35 kWIs deze plaatsing toegelaten? Afvoer A: situatie 7 – eerste figuurS1 = 80 ; S2 = 80 ; lA = 4 ; hA = 0,70 ; P = 35 f = 0,0157  plaatsing is NIET toegelaten Afvoer B: situatie 7 – vierde figuurS1 = 80 ; S2 = 80 ; lB = 5 ; hB = 1,60 ; P = 35 f = 0,0112  de plaatsing is NIET toegelaten

  17. VERDUNNINGSFACTOR VERDUNNINGSFACTORREKENVOORBEELD 8 Stel:l = 3 m ; h = 1,80 m ; P = 30 kWIs deze plaatsing toegelaten? Afvoer:  situatie 13 – figuur linksS1 = 110 ; S2 = 325 ; l = 3 ;h = 1,80 ; P = 30 f = 0,0059  de plaatsing is toegelaten.

  18. VERDUNNINGSFACTOR VERDUNNINGSFACTOR – VARIANTE TER CONTROLE VAN EEN INSTALLATIE • Door de verdunningscoëfficiënten in te vullen in de algemene formule en te stellen dat de verdunningsfactor voor gas maximaal 0,01 mag bedragen bekomt men, voor elke groep van situaties conform de tabel van de coëfficiënten, een uitdrukking waarmee men onmiddellijk kan controleren of een bepaalde plaatsing al dan niet mogelijk is.

  19. VERDUNNINGSFACTOR

  20. VERDUNNINGSFACTOR VERDUNNINGSFACTORREKENVOORBEELD 9 • Stel:l = 5 m ; h = 2,50 m ; P = 24 kWIs deze plaatsing toegelaten? • Afvoer:  situatie 14 – figuur links •  (2,038 x 5) + 2,50 > 1,25 x 4,899 • 10,19 + 2,50 > 6,124 • 12,69 > 6,124  correct •  de plaatsing is toegelaten.

  21. VERDUNNINGSFACTOR VERDUNNINGSFACTORREKENVOORBEELD 10 dakhelling < 23°  situatie 5  dakhelling ≥ 23°  situatie 6  Variante: de uimonding is lager gelegen dan de instroomopening waarbij de dakhelling ≥ 23° is  situatie 7 

  22. VERDUNNINGSFACTOR VERDUNNINGSFACTORREKENVOORBEELD 11 • Stel: • l = 3,50 m; h = 1,80 m; P = 30 kW situatie 17 •  •  3,50 + (2,954 x 1,80) > 0,909 x 5,477 • 3,50 + 5,532 > 4,979 • 9,032 > 4,979  correct  plaatsing toegelaten

  23. VERDUNNINGSFACTOR VERDUNNINGSFACTOR:BIJZONDERE GEVALLEN UITMONDING ONDER BALKONS EN GALERIJEN DE UITMONDING MOET ,MET EEN MINIMUM VAN 2 m VERWIJDERD ZIJN VAN DE ONDERKANT VAN EEN BOVENGELEGEN BALKON OF UITSTEKENDE GALERIJ

  24. VERDUNNINGSFACTOR VERDUNNINGSFACTOR:BIJZONDERE GEVALLEN UITMONDING ONDER BALKONS EN GALERIJEN WANNEER HET AFVOERSYSTEEM VERLENGD WORDT TOT VOORBIJ DE VOORZIJDE VAN HET BALKON OF DE GALERIJ MOET DE VERDUNNINGSFACTOR BEREKEND WORDEN VOOR DE OPENINGEN AANWEZIG OP HET BALKON OF DE GALERIJ

  25. VERDUNNINGSFACTOR VERDUNNINGSFACTOR:BIJZONDERE GEVALLEN UITMONDINGEN TER HOOGTE VAN DE PERCEELGRENS AAN TE RADEN:Pas de hinderregel (de verdunningsfactor berekenen) toe over de perceelgrens heen. Het eindstuk bevindt zich op een horizontale afstand van minstens 1 m ten opzichte van de perceelgrens. Enkel geldig voor de verticale muren en het dak dat lager gelegen is dan het dak van de buren. NIET geldig voor een eindstuk op een zadeldak of een plat dak dat op dezelfde hoogte of hoger is gelegen dan het dak van de buren.

  26. VERDUNNINGSFACTOR VERDUNNINGSFACTOR:BIJZONDERE GEVALLEN UITMONDINGEN TER HOOGTE VAN DE PERCEELGRENS Het eindstuk geplaatst op een wand die evenwijdig loopt met de perceelgrens, is minstens 2 m verwijderd van deze grens.

  27. VERDUNNINGSFACTOR VERDUNNINGSFACTOR:BIJZONDERE GEVALLEN RISICO OP LETSELS Indien een eindstuk uitmondt in een gevel op 2,20 m of meer boven de grond dient er geen bescherming voorzien tegen het zich branden. Indien daarentegen deuitmonding lager dan 2,20 m boven de grond gelegen isen op een toegankelijke plaats, moet een doeltreffende bescherming aangebracht worden tegen het zich branden.

  28. VERDUNNINGSFACTOR VOORBEELD VAN “VISUELE HINDER”

More Related