110 likes | 572 Views
Enkelvoudige en samengestelde zinnen. 2 soorten zinnen. Het is mooi weer. Het is mooi weer, de zon schijnt fel. Het is mooi weer, omdat de zon fel schijnt. 1: enkelvoudige zin 2 & 3: samengestelde zinnen. Enkelvoudige zinnen. Het is mooi weer. Het is mooi weer. O Pv
E N D
2 soorten zinnen • Het is mooi weer. • Het is mooi weer, de zon schijnt fel. • Het is mooi weer, omdat de zon fel schijnt. • 1: enkelvoudige zin • 2 & 3: samengestelde zinnen
Enkelvoudige zinnen Het is mooi weer. Hetis mooi weer. O Pv 1x O & 1x Pv > staan samen → enkelvoudige zin
Samengestelde zinnen Het is mooi weer, de zon schijnt fel. (Hetis mooi weer), (de zonschijnt fel.) O Pv O Pv 2x O & 2x Pv > staan samen (, en want maar of dus …) → nevengeschikte zin
Samengestelde zinnen Het is mooi weer omdat de zon fel schijnt. (Hetis mooi weer) (omdat de zon fel schijnt.) O Pv O Pv 2x O & 2x Pv (omdat zodat aangezien als wanneer terwijl …) > deel met O & Pv samen: rompzin > deel met O & Pv niet samen: bijzin → ondergeschikte zin
Soorten zinnen 1. enkelvoudige zinnen 1x O & 1x Pv: staan samen 2. samengestelde zinnen a. nevengeschikte zinnen 2x O & 2x Pv: staan samen b. ondergeschikte zinnen 2x O & 2x Pv: O & Pv samen = rompzin O & Pv niet samen = bijzin