250 likes | 707 Views
CGT als hulpmiddel in de verpleegkundige praktijk. Hans Jacobs Patrick Voskuilen 14 april 2008. Doel. Kennismaking met cognitieve gedragstherapie als behandelvorm / psychotherapie Kennismaking met G schema als manier om gedrag van cliënten te begrijpen en je interventies op af te stemmen.
E N D
CGT als hulpmiddel in de verpleegkundige praktijk Hans Jacobs Patrick Voskuilen 14 april 2008
Doel • Kennismaking met cognitieve gedragstherapie als behandelvorm / psychotherapie • Kennismaking met G schema als manier om gedrag van cliënten te begrijpen en je interventies op af te stemmen.
Wat is Cognitieve gedragstherapie • Cognitieve gedragstherapie is een samensmelting van twee vormen van psychotherapie: cognitieve therapie en gedragstherapie. Cognitieve therapie gaat vooral uit van de invloed van wat u denkt op wat u voelt. Gedragstherapie richt zich met name op het verband tussen wat u doet en wat u voelt. Cognitieve gedragstherapie brengt die twee invalshoeken samen en pakt de gedragspatronen én de negatieve gedachten die de problemen in stand houden aan.
5 g’s • Gebeurtenis – wat zie je door een camera • Gedachten – wat ging door je hoofd • Gevoel / gewaarwording - 5 B’s • Gedrag – wat deed je • Gevolg – wat was het gevolg van je gedrag • 5B’s: Boos, Bedroefd, Beschaamd, Blij, Bang
Situatie • Stel: Je zit in gesprek met een patiënt die je net vertelt dat ze een concreet plan heeft zich van het leven te beroven. Je collega stormt binnen en zegt dat hij acuut naar huis moet omdat zijn vrouw op de spoedeisende hulp is beland na een auto ongeluk.
Interventies in G schemaGebeurtenis leidt tot: Gedachte Gevoel Gevolg Gedrag
Nut G’schema • Neiging verpleegkundige zich te richten op gedrag • G schema maakt context gedrag duidelijk en inzichtelijk • Cliënten bewust maken dat eigen denken en eigen gedrag van invloed zijn op ziek zijn.
Waarom sluit cgt goed aan bij verpleegkundig werk/beroep • Cognitieve gedragstherapie legt het accent op samenwerken en actieve deelname • Cognitieve gedragstherapie is probleem- en doelgericht • Cognitieve gedragstherapie legt in eerste instantie de nadruk op het heden • Cognitieve gedragstherapie geeft inzicht hoe gedrag van de patiënt mogelijk tot stand komt. De verpleegkundige kan gedrag hierdoor beter begrijpen • Cognitieve gedragstherapie zorgt voor inzicht in gedrag ervoor dat verpleegkundigen zich minder laten leiden door (tegen)overdrachtssituaties
Cgt in opkomst • Steeds meer bewijs (onderzoek) naar werkzaamheid naast of in plaats van biologische behandeling, zowel in cure als care. • Richtlijnontwikkeling: in bijna alle richtlijnen cgt als meest geïndiceerde vorm van psychotherapie • Probleem gebrek aan cgt psychologen • Opkomst gedragstherapeutisch medewerkers
GM v.s. gedragstherapeut GM • Hbo - opgeleid • Basiscursus: 48 uur • Supervisie: 40 uur • Werkzaam zijn onder verantwoordelijkheid/ supervisie van GT • Herregistratie na 5 jaar • Ter vergelijking: GT • Academischopgeleid • Basiscursus: 100 uur • Vervolgcursussen: 100 uur • Supervisie: 75/100 uur • Leertherapie: 50/25 uur • N=1 studie • Herregistratiena 5 jaar
Gebeurtenis 1: Patiënt komt zeggen dat hij niet naar PMT gaat, is gisteren wel geweest. Zegt zich niet zo lekker te voelen. Wat zou je interventie zijn ?
Interventies in G schemaGebeurtenis leidt tot: Gedachte Ik krijg een hartaanval Ik ga tegen de vlakte Gevolg Inactiviteit Afname van angst Vermijden toekomstige en vergelijkbare situaties Gevoel Angst, hartkloppingen duizeligheid Gedrag Niet gaan
Gebeurtenis 1:Patiënt komt zeggen dat hij niet naar PMT gaat, is gisteren wel geweest. Zegt zich niet zo lekker te voelen. Wat zijn nu mogelijke interventies?
Gebeurtenis 2:Cliënte verteld dat ze op verlof geen vrienden durft op te zoeken omdat ze zich schaamt voor haar ziek zijn en opname. Wat zou je interventie zijn ?
Interventies in G schemaGebeurtenis leidt tot: Gedachte Anderen vinden mij gek / niet de moeite waard /dat ik me aanstel Gevoel Verdriet Angstig Gespannen/nerveus Gevolg Eenzaamheid Geen bevestiging of ontkrachting van gedachten Gedrag Anderen uit de weg gaan Sociale contacten mijden
Gebeurtenis 2:Cliënte verteld dat ze op verlof geen vrienden durft op te zoeken omdat ze zich schaamt voor haar ziek zijn en opname. Wat zijn nu mogelijke interventies?
Gebeurtenis 3: Karel zat jaren geleden in een restaurant te eten toen hij zich ineens niet goed voelde. Hij kreeg het warm en benauwd. Hij stond op en liep snel naar het toilet. Hij was flink geschrokken. Zijn vrouw had niets in de gaten.Eenmaal terug aan tafel vertelde Karel dat hij zich niet zo lekker voelde en naar huis wilde. Ze rekenden af en gingen naar huis.Hij is nu uitgenodigd door een vriend om uit te gaan eten. Hij heeft toegezegd maar neigt nu om af te bellen. Wat zou je interventie zijn ?
Interventies in G schemaGebeurtenis leidt tot: Gedachte Ik wordt vast weer niet goed in het restaurant Gevolg Karel merkt dat het angstige, onrustige gevoel afneemt. Hij bekrachtigd zo zijn vermijding. Dus dit vermijdingsge- drag zal toenemen. Gevoel Angst Warm Benauwd Versnelde hartslag Gedrag Afbellen met een smoes
Gebeurtenis 3: Karel verteld het etentje af te willen bellen met een smoes. Wat zijn nu mogelijke interventies?
Gebeurtenis 4:Ans is aan het resocialiseren maar heeft een gering sociaal netwerk. Doordat ze onzeker is over zichzelf en zich in grotere groep snel niet op haar gemak voelt zijn mensen om haar heen gestopt met haar mee te vragen naar activiteiten.Ze gaat nu naar een activiteitencentrum maar vindt het daar moeilijk echt contact te krijgen met anderen. Ze verteld je dit in een gesprek. Wat zou je interventie zijn ?
Interventies in G schemaGebeurtenis leidt tot: Gedachte Ik ben saai, niet de moeite waard Gevolg Eenzaamheid Durft geen contact aan te gaan. Gevoel Verdrietig, pijn. Angstig Gedrag Contacten uit de weg gaan. Vaak ‘nee’ zeggen.
Gebeurtenis 4:Ans is aan het resocialiseren maar heeft een gering sociaal netwerk. Doordat ze onzeker is over zichzelf en zich in grotere groep snel niet op haar gemak voelt zijn mensen om haar heen gestopt met haar mee te vragen naar activiteiten.Ze gaat nu naar een activiteitencentrum maar vindt het daar moeilijk echt contact te krijgen met anderen. Ze verteld je dit in een gesprek. Wat zijn nu mogelijke interventies?