1 / 43

ACTUELE THERAPIE VAN STAMVARICES

ACTUELE THERAPIE VAN STAMVARICES . Yves Tielemans Vaatheelkunde St Maarten. I. Veneuze anatomie & fysiologie II. Pathofysiologie III. Classificatie (CEAP) IV. Klassieke stripping V. Endoveneuze therapie VI. Resultaten VII.Besluit.

chaim
Download Presentation

ACTUELE THERAPIE VAN STAMVARICES

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. ACTUELE THERAPIE VAN STAMVARICES Yves Tielemans Vaatheelkunde St Maarten

  2. I. Veneuze anatomie & fysiologie • II. Pathofysiologie • III. Classificatie (CEAP) • IV. Klassieke stripping • V. Endoveneuze therapie • VI. Resultaten • VII.Besluit

  3. Oppervlakkige veneuze anatomie van de onderste ledematen • Saphenamagna anatomie

  4. Oppervlakkige veneuze anatomie van de onderste ledematen • Saphenaparva anatomie

  5. Fysiologie en pathofysiologie

  6. Fysiologie en pathofysiologie

  7. Perforator veins Fysiologie en pathofysiologie

  8. Table 1. Prevalence (%) of lower-limb venous disease in adults (Callam 1994) Prevalentie

  9. C0 no evidence of venous disease • C1 superficial spider veins only • C2 simple varicose veins only • C3 ankle oedema of venous origin • C4 skin pigmentation • C5 healed venous ulcer • C6 open venous ulcer • Clinical severity; Etiology; Anatomy; Pathophysiology Classification CEAP

  10. C 0 Classification CEAP

  11. C 1 superficial spider veins Classification CEAP

  12. C 2 simple varicose veins Classification CEAP

  13. C 3 Ankle oedema Classification CEAP

  14. C 4 skin pigmentation Classification CEAP

  15. C 5 healed ulcer Classification CEAP

  16. C 6 venous ulcer Classification CEAP

  17. Heelkundige therapiestripping ligatie

  18. Postoperatief verloop en klachten steunverband drietal weken LMWH preventie ter debat werkonderbreking één tot vier weken belangrijke pijn < 10 % dysesthesie 10 – 50 % ecchymose > 50 % trombo-embolischecomplicaties < 2 % Lange termijn resultaten / problemen recidief risico 10 tot 50 % (lange follow up beschikbaar tot > 20 jaar) belang follow up Resultaten stripping/ligatie

  19. Endoveneuze therapieradiofrequentie ablatio (VNUS) laser thermocoagulatie (diomed, biolitec, dornier, angiodynamicsea)

  20. Radiofrequentie ablatie: thermische alteratie van collageen in de venenwand (bloedlege saphena) Laser ablatio ifv wavelenght 810 nm; 940 nm; 980 nm: absorptie van laserenergie preferentieel door hemoglobine (bloedvolle saphena) 1320 nmabsorptie van de laserenergie preferentieel door H2O (bloedlege saphena?) Werkingsprinciepe

  21. Acute of oude flebotrombose Erg tortueuze safena Intradermale safena Atrofie huid Contra-indicaties endoveneuze therapie

  22. Veneuze punctie

  23. Insertie voerdraad

  24. Insertie introducer

  25. Insertie “fiber”

  26. Opvoeren “fiber”

  27. Ultrasone check

  28. Tumescentie

  29. Tumescentie

  30. Belangrijk • Afstand tov Sapheno-femorale junctie – 2 cm !!! • Controle onder US • Controle aiming beam Katheter positie

  31. VNUS endoablatio

  32. Laser endoablatio

  33. Resultaten endo-ablatio (laser/vnus) Technisch succes 90 tot 95 % veneuse obliteratie bij eertse follow up duplex Postoperatief verloop en klachten ambulante chirurgie steunverband drietal weken LMWH preventie ter debat werkonderbreking enkele dagen tot twee weken belangrijke pijn < 5 % dysesthesie 10 – 50 % ecchymose/induratie > 50 % (vnl laser) trombo-embolischecomplicaties 2 - 3% • Recidief frequentie Techniek te kort voor definitieve cijfers rond de 10 % recidief bij studies over > 2 jaar Vermoedelijk gelijklopend met klassieke stripping • Ref Munavelli et al Adv. Derm. Surg. 2006, 11 Goldman et al Dermatol. Surg. 2004, 30 11 Min et al J. Vasculair. Interv. Radiol. 2003, 14

  34. Wave lenght / complicatie

  35. Table 12. Postoperative complications after endovenous obliteration and stripping operation . (Rautio R, Oulou univ press 2007) Complicatie vergelijk

  36. Table 9. Costs of endovenous obliteration and conventional surgery in the treatment of primary varicose veins (USD*) (IV). Endoveneuze therapie wordt kostebesparend van zodra de ingreep wordt uitgevoerd op ten minste 66 % actief werkende patiënten Kostprijs Rautio T (Finland exp. 2006) “ Belgisch probleem”

  37. ENDOVENEUZE THERAPIEEN met name radiofrequentie ablatie en laser ablatie vormen bijkomende therapeutische mogelijkhedenin de behandeling van symptomatische saphena insufficiëntie welke vermoedelijk evenwaardig zo niet beter zijn dan de klassieke heelkundige behandeling. Gerandomiseerde langetermijnstudies zijn onafwendbaar voor definitieve uitspraken hieromtrent. Het uitblijven tot heden van een correcte financiële regeling tot terugbetaling ifv het totale socio-economisch bestek zet in ons land een flinke rem op het gebruik van deze veelbelovende technieken. BESLUIT

  38. Neveneffecten allergie verkleuring huid necrose Sclerotherapie

  39. Neveneffecten allergie verkleuring huidnecrose visuele klachten embolisatie Foam sclerotherapie

  40. Besluit Oppervlakkige veneuze insufficiëntie behandeling frequente pathologie therapie multidisciplinair verschillende echelons gezondheidszorg samenwerken preventiemaatregelen primaire therapie complicatie management Dat deze ziekte vooral onze eetlust niet bederft

More Related