220 likes | 655 Views
Verschillende actieprogramma's. Meisjes: sociaal actieprogramma: uiten en duiden van emoties; belangrijke functie van taal; relaties, samenwerken, overleg, discussirenJongens: actief handelings (DOE) programma: ruimtelijke verkenning, experimenteren, ruimtelijke en motorische orintatie. Dus ,
E N D
1. Rekening houden met Seksespecifieke ontwikkeling in Opvoeding en OnderwijsOver (moeilijke ?) Jongens in een feminiserende samenleving
Achtste Jaarcongres Vakblad Kinderopvang
De Reehorst Ede, 29 april 2011
Em. prof. dr. Louis Tavecchio (UvA)
2. Verschillende actieprogramma’s Meisjes: sociaal actieprogramma: uiten en duiden van emoties; belangrijke functie van taal; relaties, samenwerken, overleg, discussiëren
Jongens: actief handelings (DOE) programma: ruimtelijke verkenning, experimenteren, ruimtelijke en motorische
oriëntatie
3. Dus …, verschillend gedrag Jongens: als het ware ‘geprogrammeerd’ om te rennen, te springen, in bomen te klimmen en met stenen te gooien.
Is natuurlijk best vervelend voor de pedagogisch medewerker (of later voor de leerkracht (juf) in basisonderwijs), maar …
daar heeft het brein geen boodschap aan!
4. OORZAKEN EN VERKLARINGEN1. TEGENSTRIJDIGHEDEN: (VEEL DUBBELE BOODSCHAPPEN IN OPVOEDING EN BENADERING)
KOESTERING-AUTONOMIE
AUTONOMIE-REGELS/GRENZEN
EXTERNALISERING-ONAANVAARDBAARHEID
5. 2. Biologische verschillen Ontwikkeling zenuwstelsel
Hormoonhuishouding
-testosteron (bij geboorte evenveel als 12-jarige jongen)
-daarna (sterke) daling
-rond 4e jaar verdubbeling
-zakt rond 5e jaar tot helft terug
Testosteron zet aan tot actie en beweging
En … ‘risicovol’ gedrag: spanning en avontuur (vr.hormoon) progesteron vermindert juist neiging tot ruw spel en risicovolle activiteiten
6. 3. ONTBREKEN (VERDWIJNEN) VAN MANNELIJKE ROLMODELLEN IN BELANGRIJKE OPVOEDINGS-CONTEXTEN BUITEN GEZIN Met name wat betreft NABIJE INTERACTIE met het kind:
KINDEROPVANG (99% VROUW)
BUITENSCHOOLSE (NASCHOOLSE) OPVANG (94% VROUW)
BASISONDERWIJS (> 85% VROUW)
PROBLEMEN MET SEKSEROL-IDENTIFICATIE
7. 4. DOMINANTIE VAN VROUWELIJKE OPVOEDERS:FEMINISERING VAN (PRIMAIR) ONDERWIJS
8. HEEL BELANGRIJK Je gevoel van COMPETENTIE, als opvoeder
Wordt veel makkelijker en soepeler bevestigd in de omgang met meisjes!
Wat moet je doen, als professionele opvoeder, om daar niet te veel in mee te gaan??
9. Periode II: peuter-kleuter (2-4 jaar)
10. WAT KUNNEN WE DOEN?
11. VERVOLG* Kinderen die goed zijn in rekenen en wiskunde, maar niet in taal, hebben een steeds groter probleem
Meer ruimte geven aan ‘experimenteren’, experimenteel leren
Onderwijs minder ‘talig ‘maken
Reken – en wiskundeopdrachten zijn taalpuzzels geworden
Alles moet beredeneerd en uitgelegd
Kinderen met taalachterstand struikelen daardoor ook in de exacte vakken
Doen en uitzoeken is juist voor deze groep kinderen zo belangrijk
*Interview met Robbert Dijkgraaf (voorzitter KNAW) NRC, 1 mei 2005
12. Vervolg 2
Bied meer ruimte voor bewegen, zoals stoeien, klimmen, rennen (en zie dit niet als ‘lastig’ gedrag!)
Heel concreet: Onderbreek bijeenkomsten/lessen e.d. Bijv. iedere 1.5 uur, zodat ze die ‘bewegingsonrust’ ongeremd kunnen botvieren
Bied spel en andere activiteiten in ‘competitievorm’ aan
(jongens willen graag ‘winnen’; het gaat er om hun aandacht te trekken én vast te houden)
Waardeer hun onderzoeksdrang en zorg dat er speelgoed of andere spullen zijn - ook technisch materiaal - dat onderzocht en uit elkaar gehaald mag worden
Taal en communicatie worden in onze cultuur steeds belangrijker en dat zijn zaken waar vooral vrouwen goed mee uit de voeten kunnen. Maar speel en stoei óók met de jongens en geef hen de tijd zich daarnáást met woorden te kunnen uiten
Zie ook: L.W.C. Tavecchio (2008). Kinderopvang als Opvoedingsmilieu: Wat zijn de effecten en wat betekent het voor jongens? In W. Koops, B. Levering & M. de Winter (eds.), Opvoeding als Spiegel van de Beschaving (pp. 180-193). Amsterdam: Uitgeverij SWP
13. Kortom ... Houd rekening met sekseverschillen en respecteer ze
En ga er vervolgens op een pedagogisch verantwoorde wijze mee om!
Sekseverschillen horen thuis in het curriculum van elke opleiding gericht op de ontwikkeling van kinderen: PABO, SPW, ILO, etc.
14. Seksespecifieke kind-leidster relaties? Vraag aan leidsters: “Met welk kind in je groep voel je een sterke (intieme) band”. (Nabijheid)
“Met welk kind in je groep heb je een afstandelijke relatie” (Afstand)
In beide gevallen 3 kinderen noemen
15. Attachment Q-Sort Instrument voor het meten van gehechtheid in natuurlijke situaties
90 items met gedragsbeschrijvingen die betrekking hebben op gehechtheid, maar ook op aspecten als motorische ontwikkeling en temperament (te gebruiken bij kinderen t/m 48 maanden)
Kaartjes (na langdurige observatie) verdelen in negen stapels
Plaats van kaartje hangt af van het wel/niet kenmerkend zijn voor gedrag van het kind
Verdeling vastgesteld voor een optimaal veilig gehecht kind (o.b.v. itemgemiddelden van gehechtheidexperts)
Veiligheidsscore van specifiek kind berekend door geobserveerde AQS te correleren met een rangschikking voor dit ‘hypothetisch’ optimaal veilig gehechte kind
16. RESULTATEN Attachment Q-set Proximity M* meisje jongen
AQS .32 .48 .17
Distance M* meisje jongen
AQS .20 .36 .06
Veilige relaties : AQS > .33
Onveilige relaties : AQS < .33
*M=Gemiddelde
Ontleend aan Ahnert (2006; in Tavecchio, 2008; zie sheet 19)
17. Vervolgonderzoek Ahnert bij 100 kinderen tot in 1e klas BO Jongens bleken een stuk minder gemotiveerd om te leren dan meisjes
Veronderstelling Ahnert: resultaat mede toe te schrijven aan hun eerdere – minder positieve – ervaringen met de leidsters in de kinderopvang
Stel dat deze veronderstelling juist is: dan herbezinning nodig op benadering van jongens in KO en BO !
18. Opmerkelijke observatie (onzin of schrikbeeld?)
19.
Oók interessant
20. De 5 Factoren van Sax* 1) Feminisering van het onderwijs
2) Video games
3) Toename in het voorschrijven van psychotrope medicijnen die de motivatiesystemen van de hersenen aantasten
4) Blootstelling aan hormoonontregeling/verstoring (environmental oestrogens)
5) Gebrek aan krachtige, mannelijke rolmodellen
*Leonard Sax: “Boys Adrift: The Five Factors Driving the Growing Epidemic of Unmotivated Boys and Underachieving Young Men” (Basic Books, 2007)
21. Nadere toelichting Video games: Onderzoek laat zien dat sommige zeer populaire video games jongens vervreemdt van activiteiten in de echte wereld
Medicatie: Te snelle toediening van te hoge doses anti-ADHD medicijnen veroorzaakt onherstelbare schade in motivatiecentra in de hersenen
Onderwijsmethoden: diepgaande veranderingen in de manier waarop kinderen worden onderwezen kregen het onbedoeld gevolg dat jongens steeds minder op hebben met ‘school’
Devaluatie van mannelijkheid: veranderingen in de populaire cultuur hebben de rolmodellen van mannelijkheid ingrijpend gewijzigd
Endocriene ‘disruptors’: in het milieu actieve oestrogenen afkomstig van plastic flessen en voedingsbronnen kunnen het testosteronniveau van jongens verminderen, waardoor hun botten brozer worden en hun hormoonhuishouding ontregeld raakt (zie ook artikel in NRC 17 november 2009, over negatieve effect op jongens van ftalaten (weekmakers in plastics en cosmetica)
22. Onderzoek Klimstra c.s. (2009)5 jaar lang 1300 tieners gevolgd Meisjes hebben eerder volwassen persoonlijkheid dan jongens
Beginnen eerder met groeispurt en hersenontwikkeling (ontwikkeling en rijping verloopt sneller)
Voorsprong ‘persoonlijkheidsontwikkeling’:
Agreeableness & conscientiousness (vriendelijk, meegaand, plichtsgetrouw/zorgvuldig)*
Zelfreflectie en impulscontrole
*Vandaar: ijveriger, beter in plannen en zelfdiscipline